Socioloog des Vaderlands: ‘Achterstelling noch religie verklaren motieven daders Brussel’

Hoe reageert de ‘Socioloog des Vaderlands’ - het duo Tim Reeskens en Peter Achterberg - op de aanslagen in Brussel?  Sociale Vraagstukken vroeg het ze. ‘De invloed van het geloof lijkt van weinig tel te zijn.’

Wat is jullie eerste reactie als sociologen des vaderlands na de aanslagen in Brussel?

‘Die is er een van afschuw. De Socioloog des Vaderlands heeft ook een schoon vaderland, namelijk België, en voelt zich daarom erg verbonden met België en Brussel, waar ie op een boogscheut heeft gewoond. De droefheid die hij voelt kruist de grens dus met gemak, en het medeleven gaat uit naar alle slachtoffers en hun familie. Het is ook geen aanslag op België, maar een aanslag op de wereld, met veertig nationaliteiten onder de slachtoffers (gedood of gewond).’

De kritiek op het meten met twee maten is weer niet van de lucht. We voelen ons allemaal Belgen, maar nooit allemaal Turken na de aanslagen in Istanboel en Ankara. Laat staan Syriërs of Tunesiërs. Rijken onze solidaire gevoelens per definitie niet verder dan Europa?

‘Solidariteit is altijd begrensd – onderzoek toont aan dat we ons eenmaal meer betrokken voelen op zaken die dichter bij ons zijn. Nabijheid is en blijft belangrijk – ook in een steeds meer globaliserende wereld. Op zich hoeft het ons dus niet te verbazen dat onze betrokkenheid nu eenmaal groter is wanneer er een terreuraanslag plaatsheeft bij onze buurlanden, dan wanneer die plaatsheeft in Verweggistan. De gevolgen zijn ook directer voelbaar: de Intercity Direct naar Brussel werd opgeschort, Schiphol stond onder verhoogde waakzaamheid, veel Nederlanders zijn wel eens vertrokken uit Zaventem om de hoge prijzen op Schiphol te omzeilen. Maar toch blijft het ook verbazend hoe zeer ook grenzen tussen Europese landen toch ook nog altijd sterk bepalend zijn voor onze solidariteit. In de Belgische media werd er ook gesproken van “ons 9/11”, en men sprak opeens ook over ongekende veiligheidsmaatregelen, alsof de aanslagen in Parijs van november helemaal vergeten waren.’

Geert Wilders riep meteen op de grenzen te sluiten en pleitte voor preventieve opsluiting. Spint de PVV garen bij zulke aanslagen, of ebt dat na verloop van tijd weer weg?

‘De PVV zal hier op vrij korte tijd garen bij spinnen. Ook al is nog weinig bekend over de identiteit van de daders, de link met IS lijkt aanwezig te zijn. Hierdoor vindt Wilders bevestiging in zijn uitspraken, en kan hij wegkomen met een “I told you so”. Een klein beetje hetzelfde als wat Donald Trump gisteren heeft gedaan op Twitter – zeggen dat hij, meer dan eender welke andere presidentskandidaat, een juiste inschatting heeft gemaakt over terrorisme. En toch zijn het vrij loze woorden. Terreurexperts waren het er over eens dat het eerder een kwestie van “wanneer” en “waar” dan van “of” er een aanslag zou volgen. Wat betreft de grenzen is het trouwens ook interessant hoe sommige politici pleiten voor het sluiten van de grenzen – zoals Marine Le Pen. Ze vergeet even dat Abdeslam de Franse nationaliteit had.’

Over de voedingsbodem hoor je tegenwoordig weinig meer. Elma Drayer serveerde in haar column in de Volkskrant vandaag NRC-hoofdredacteur Peter Vermeersch af toen die daarover op tv begon. Dat moet sociologen steken. Is er nog een verband tussen sociaaleconomische omstandigheden en terrorisme?

‘Hoe meer informatie naar buiten komt over de daders van de aanslagen, hoe minder blijkt dat sociaaleconomische achterstand een bepalende rol is. Salah Abdeslam, bijvoorbeeld, werkte voor de Brusselse vervoersmaatschappij MIVB, waar hij weliswaar in 2011 was ontslagen. Zijn broer was tewerkgesteld op de Dienst Vreemdelingenzaken. Het is dus niet zo dat de familie compleet economisch “op de dool” was. Onder (Nederlandse) sociologen gaat ook het begrip van de “integratieparadox” rond – de idee dat juist de hogere sociaaleconomische groepen zich het meest gediscrimineerd voelen. Dus het is foutief om alles met sociaaleconomische achterstelling te willen verklaren. En hoe paradoxaal het ook lijkt – de term “Islamitische Staat” verwijst nu eenmaal naar een geloof – ook de invloed van het geloof lijkt van weinig tel te zijn. Het lijkt eerder dat het boefjes zijn die elkaar hebben opgeruid, om welke reden dan ook, en die het geloof gebruiken om hun daden goed te praten. Maar daaraan zullen sociologen, psychologen, en criminologen de komende jaren nog wel enkele kluifjes aan hebben.’

Moslims in Nederland zal weer om de haverklap worden gevraagd om ferm afstand te nemen van de aanslagen. Moeten we daar niet een keer mee ophouden?

‘Een van de eerste foto’s van steunbetuigingen die gisteren de wereld rondging en die op het netvlies van de Socioloog des Vaderlands belandde, was die van een jonge Syriër die vastzit in het Griekse dorpje Idomeni aan de Macedonische grens. De jongen houdt een plakkaat vast waarop staat “Sorry for Brussels”. Ook waren de media er gretig bij om uit andere islamitische landen reacties te sprokkelen op de terroristische aanslagen, natuurlijk naast de reacties uit de Westerse wereld. De Socioloog des Vaderlands staat hier ambigu tegenover. Als de terroristische aanslagen geen religieuze grond hebben (zie uitleg hierboven), dan is het maar de vraag of het zo relevant is dat van moslims te vragen. Anderzijds zit je nu eenmaal met een publieke opinie die die link met de islam snel maakt. Door beelden te tonen van excuses uit de moslimwereld kan de media bijdragen aan het doorbreken van de idee dat moslims als één monolithisch blok diametraal staan op het westen.’

En dan horen we steeds dat zoiets in Nederland niet zo snel zou gebeuren vanwege al onze wijkagenten, jongerenwerkers, netwerken van ouders en leraren – is dat nou zo?

‘Dat is moeilijk te beoordelen. Het blijft toch bijzonder frappant dat iemand als Salah Abdeslam vier maanden onder de radar is kunnen blijven. Hij is nog maar kort ondervraagd door de onderzoeksrechter, waardoor zijn volledige traject na Parijs nog niet bekend is. Maar het lijkt erop dat hij op die vier maanden tijd Brussel niet verlaten heeft. Bovendien lijkt het vinden van de schuilplaats in Vorst een toevalstreffer te zijn geweest, waarna de hele zoektocht wel in een stroomversnelling lijkt te zijn gegaan. Wat dat betreft lijkt het dat de inlichtingendiensten toch ook wel enige steekjes hebben laten vallen, en dat ook de lokale overheden in België niet goed weten wat er zich afspeelt in hun gemeente. Maar het valt ook niet te ontkennen dat we in een open samenleving leven en dat mensen met slechte bedoelingen, wanneer ze willen, wel altijd mogelijkheden zullen vinden om onder de radar van de opsporingsdiensten te blijven.'

'Het cynische is, dat in de publieke opinie de vraag of hier in Nederland de zaak effectiever werkt een kwestie is van selecteren op de afhankelijke variabele: zolang er geen grote aanslagen plaatsvinden in Nederland, lijkt alles te werken (al weten we niet hoeveel en hoe vaak er iets verijdeld wordt), maar zodra er maar iets gebeurt dan zullen het prutsers zijn, waaraan we onze zuurverdiende belastingcenten hebben verspild. Laten we daarom maar hopen dat dit nooit meer gebeuren zal.’

Peter Achterberg en Tim Reeskens riepen zichzelf in het voorjaar van 2015 uit tot ‘Socioloog des Vaderlands’.  Met z’n tweeën, want ‘sociologen werken immers met groepen mensen en twee is de kleinst mogelijke groep’.

Afbeeldingsbron: Miguel Discart (Flickr Creative Commons)