Laura Batstra heeft een boek geschreven, ‘Hoe voorkom je ADHD? Door de diagnose niet te stellen’. Dat is grappig. Want AD(H)D is een benaming voor gedrag dat onder meer wordt gekenmerkt door groot concentratiegebrek en fikse impulsiviteit. Zulk gedrag kun je niet voorkomen, maar wel proberen in goede banen te leiden. Als je Batstra’s boek leest, en dat heb ik gedaan op de eerste dag dat het in de winkel lag, dan begrijp je dat ze dat ook bedoelt. Gelukkig maar, want de titel van haar boek is onzinnig.
Wat is normaal?
In mijn boek ‘Doe eens normaal. Over zin en onzin van psychiatrische diagnoses’ dat meteen na Batstra’s boek uitkwam, leg ik uit dat het vrijwel altijd een kwestie van afspraken is of we gedrag een psychische aandoening noemen. We moeten immers eerst definiëren wat we ‘normaal’ gedrag noemen – en die definitie is in de loop van de tijd verscherpt.
Dat gebeurt met lichamelijke ziekten, zoals Volkskrant-journalist Ellen de Visser beschrijft in haar uitstekende artikel ‘Voorgeschreven maar te licht bevonden’ (Volkskrant, 22 september 2012). Zo zijn de normaalwaarden voor bloeddruk en cholesterol in de loop van de jaren verlaagd, waardoor er ineens miljoenen ‘patiënten’ zijn bij gekomen. En dat gebeurt ook bij psychische aandoeningen.
Modeziektes verklaard
Dat dit gebeurt, wil niet zeggen dat het goed is, logisch of onvermijdelijk. Wat psychische aandoeningen betreft, is het wel verklaarbaar. In mijn boek ga ik in het hoofdstuk ‘Modieus geklets, of echt ziek?’ onder meer in op de ‘modeziektes’ ADHD en autisme. ‘Modeziektes’ die we vaker zien dan vroeger, omdat (1) medische vooruitgang het mogelijk maakt gedrag beter in kaart te brengen. Zo kregen sommige kinderen met autisme vroeger ten onrechte de diagnose ‘zwakbegaafd’, (2) maatschappelijke eisen zijn verscherpt en maatschappelijke marges versmald, waardoor meer kinderen en volwassenen moeite hebben om aan die eisen te voldoen, en er minder mogelijkheden zijn om hen een plek te geven die bij hen past, en (3) we afwijkend gedrag niet meer domweg met slaag en straf ‘eronder’ proberen te krijgen, maar proberen te begrijpen en bij te sturen. De crux zit ‘m natuurlijk in het tweede punt: dat zorgt ervoor dat het grijze gebied tussen ‘gek’ en ‘normaal’ steeds groter wordt, ten koste van de normaliteit – ernstig zieke psychiatrische patiënten zijn er altijd geweest, en zullen er ook altijd blijven.
Hoge eisen
Ik vind het belangrijk om je te realiseren dat we normaal gedrag ruimer kunnen definiëren, en ons best kunnen doen om ook mensen die niet goed in ons maatschappelijk stramien passen, een plek te geven. Maar dat is niet eenvoudig. Zelfs mensen die heel goed presteren en meedoen, gebruiken soms cognitieve enhancers (prestatieverbeteraars) om zich overeind te kunnen houden in de rat race die ons leven is geworden. Ook als je dat onzin vindt, is het niet mogelijk je ogen te sluiten voor het feit dat we in een kennis- en diensteneconomie leven die een lange schoolcarrière vereist – met de cognitieve en sociaal-emotionele vaardigheden die daarbij horen – om goed geëquipeerd aan een leven als volwassene te kunnen beginnen.
Medicatie kan helpen
Als, in het geval van AD(H)D, medicatie in combinatie met kind- en oudertraining kan helpen om school af te maken, minder ruzie te maken, minder ongelukken te veroorzaken, de kans op verslaving en angst- en stemmingsstoornissen te verminderen, kortom, als het kinderen (en volwassenen) kan helpen om hun gedrag beter onder controle te krijgen, dan is het fijn als zij die medicatie ook kunnen krijgen.
Ik begrijp dat Batstra haar kruistocht tegen Ritalin is begonnen omdat ze in één instelling waar ze heeft gewerkt, moest constateren dat kinderen te snel medicijnen kregen voorgeschreven. Eén is er natuurlijk één te veel. Maar het zou haar sieren als ze eens de moeite nam om te gaan praten met ouders van kinderen met AD(H)D, en met volwassenen met AD(H)D (want die zijn er ook aardig wat), om een wat genuanceerder beeld te krijgen. Het kan toch niet zo zijn dat ik er geen moeite voor hoef te doen om hun verhalen te horen, maar dat ze voor haar onvindbaar zijn.
Malou van Hintum schreef het boek ‘Doe eens normaal. Over zin en onzin van psychiatrische diagnoses’. Ze is wetenschapsjournalist met als specialismen psychiatrie, psychologie en neurowetenschappen. Ze is te volgen op twitter: @malouvh.