COLUMN Stop de zinloze zoektocht naar dé Nederlander

Er is bijna geen onderwerp waarin emoties zo in de weg staan bij een ordentelijke discussie als migratie. Laat ik eens een radicaal standpunt innemen.

Dat begint met een onderscheid te maken tussen mensen die legaal in Nederland wonen en zij die (al dan niet legaal) naar ons land willen komen. Bij legale migranten kan het mij niet schelen of het 3e generatie Marokkanen zijn, Duitsers die bij een bank werken, Indiase it’ers, Syrische vluchtelingen of Poolse klusjesmannen.

We hebben ooit besloten dat deze mensen welkom zijn. Welkom, een mooi oud Nederlands woord, betekenend ‘hij die naar wil of wens is gekomen’. Niet: ‘hij die gedoogd wordt’. En al helemaal niet: ‘Hij die we eigenlijk niet willen, maar die ons door de strot geduwd wordt door de elite’. ‘Welkom’ schept verplichtingen aan beide kanten. We proberen er het beste van te maken, maar zeuren er verder niet te veel over.

We noemen iedereen, schrik niet, Nederlander

Zo dat lucht al flink op. Een taalkundig gedrocht als ‘mensen met een migratieachtergrond’ kan meteen bij het grof vuil, eenvoudigweg omdat de term niet erg relevant meer wordt. Vanaf nu hebben we een geheel nieuwe en revolutionaire term voor deze mensen, zeker als ze hier op permanente basis zijn. We noemen ze, schrik niet, Nederlander.

Er is ook geen enkele behoefte meer aan even droef stemmende als kansloze pogingen om de Nederlandse identiteit te beschrijven via paasrituelen, zwarte piet of staande het Wilhelmus zingen. Integratie is geen issue meer, we verwachten van alle Nederlanders dat ze zich aan de wet houden. Discussies over normen en waarden zijn prima zolang ze voor iedereen gelden.

Alleen aan identiteit doen als het zo uitkomt

Dat laatste is niet zo vanzelfsprekend. NRC-columnist Bas Heijne wees er fijntjes op dat de VVD op dit terrein op zijn zachts gezegd niet erg consequent is. Zo stelden twee VVD’ers recentelijk Kamervragen over christelijke basisscholen die christelijke symboliek zouden aanpassen omdat men moslims niet voor het hoofd zou willen wil stoten. In dezelfde periode presteerde de VVD het om tégen moties te stemmen die scholen sancties opleggen als ze niet aan de wettelijke verplichting voldoen aandacht te besteden aan seksuele diversiteit. De VVD doet alleen aan identiteit als het zo uitkomt.

Ook het CDA kan er wat van op dit terrein. De mond vol over de Nederlandse identiteit, normen en waarden, maar als het erop aankomt, blijken voor christenen en moslims andere normen te gelden. Zo luidde een stelling in het recente verkiezingsdebat in Carré van 5 maart: ‘Nederland heeft zijn eigen cultuur onvoldoende beschermd’. Waarom zei niemand dat dit een beschamende stelling was? Sybrand Buma al zeker niet. Hij was er als de kippen bij om de stelling te omarmen en kwam direct aanzetten met ‘Nederland moet hard opstaan tegen de radicale islam’.

Dwaze frames: Marokkanen in criminaliteitscijfers

Met een land vol diverse Nederlanders gaan we ook niet meer in frames geloven zoals dat Marokkanen oververtegenwoordigd zijn in criminaliteitscijfers. Je krijgt dan merkwaardige discussies, zoals dwaze becijferingen in welke mate immigranten een belastende factor voor de overheidsfinanciën vormen. Het is griezelig om een heterogene verzameling mensen in haar totaliteit te beoordelen omdat hun gemiddelde nettobijdrage aan de samenleving in een of andere dimensie toevallig negatief uitpakt. Het zou me niet verbazen als PVV-stemmers oververtegenwoordigd zijn in criminaliteitsstatistieken. Je kunt niets met deze constatering, behalve redeneren dat investeringen in onderwijs lonen.

Zoals Maxima in 2007 al volkomen terecht constateerde bestaat dé Nederlander niet. Nederland is te veelzijdig om in één cliché te vatten. Koningin bedankt, niets meer aan toevoegen.

Bij nieuwkomers wil je juist wèl selecteren

Blijft over hoe je omgaat met mensen die ons land nog niet legaal hebben bereikt maar dit wel willen. Dat probleem is aanzienlijk complexer. Terwijl je tussen de huidige bewoners in Nederland niet wilt selecteren, wil je dat juist wel voor potentiële nieuwkomers. Omdat onze absorptiecapaciteit van nature beperkt is, is selectie aan de orde. Maar dan beginnen de problemen.

Bij asielzoekers is het al complete nachtmerrie om uit te zoeken welke asielzoekers hier om humanitaire redenen zijn en welke niet. De discussies rond ‘bed, bad en brood’ maken duidelijk dat zelfs als je hierin een keuze gemaakt hebt, het volstrekt niet evident is hoe om te gaan met de consequenties daarvan. En laten we ze wel toe, dan volgt er nog een surrealistische inburgeringtoets, bedacht door cynische adepten van Franz Kafka. Dat staat nog los van de problemen op het gebied van Europese samenwerking om buitengrenzen te bewaken, van deals met autocratische regimes als dat van Erdogan en het regelen van opvang in de regio.

Ondanks deze problemen is het nodig om hier door te modderen, want er is geen goed alternatief. Groepen wanhopige mensen bestempelen als ‘asielplaag’ of ‘dobbernegers’, levert weliswaar gegarandeerd een plekje op bij een talkshow, maar er wordt geen burger beter van. Het helpt gewoon te accepteren dat dit probleem geen bevredigende oplossingen kent.

Identiteit en asielzoekers: een curieus spiegelbeeld

En zo vormen discussies over identiteit en asielzoekers een curieus spiegelbeeld. Bij integratie en identiteit worden problemen gezocht die er nauwelijks zijn. En dezelfde zelfverklaarde verdedigers van de Nederlandse cultuur doen alsof een probleem dat inherent hypercomplex is simpel is. Gewoon de grenzen sluiten en opvang in de regio en we wasssen dat varkentje wel even.

Laten we dat nu eens omdraaien. Integratie komt vanzelf wel als we het niet te groot maken, terwijl oplossingen van de asielproblematiek alleen in zicht komen als we begrijpen dat we Europese partners hard nodig hebben en dat alle oplossingen nadelen hebben.

Marcel Canoy is distinguished lecturer aan de Erasmus School of Accounting and Assurance, en columnist voor www.socialevraagstukken.nl.

Foto: George A. Spiva Center for the Arts (Flickr Creative Commons)

Dit artikel is 2805 keer bekeken.

Reacties op dit artikel (1)

  1. Wie of wat is ‘de Nederlander’? Een intellectueel antwoord op deze vraag is moeilijk te vinden, al lijkt dat ook niet makkelijker als het om een Belg of een Chinees gaat. De vooraanstaande Nederlands Liberale politicus annex intellectueel Bolkestein geeft als repliek op de vraag: ‘Wanneer promoveert een allochtoon tot Nederlander?’ met: ‘’Ja dat weet ik niet’. (E. Umar, Metronieuws 09-09-2011). Hij dus impliciet ook niet!

    ‘Distinguished lecturer’ Canoy declameert op het WEBLOG Sociale vraagstukken van 25.04.17: ‘Stop de zinloze zoektocht naar de Nederlander’. Hij doet zijn oproep in de context van een korte beschouwing over de Nederlandse Massa-Immigratie en haalt – opgelucht? – de Nederlandse Koningin aan: ‘Zoals Maxima in 2007 al volkomen terecht constateerde bestaat dé Nederlander niet. Nederland is te veelzijdig om in één cliché te vatten. Koningin bedankt, niets meer aan toevoegen.’ Een sierlijke buiging. Pot.

    Wat je via Canoy kunt opsteken, is de kennis van hoezeer de prikkel van nabije vreemdelingen om zo te zeggen automatisch de vraag naar ‘de Nederlander’, uitlokt, naar wie en wat die is; en zelfs of hij wel bestaat. Waaruit zich laat opmaken dat de betekenis van ‘de Nederlander’ zich vooral in nationaliteit / ethiniciteit e.d. laat zoeken. Wij zijn de Ander van Andere Volken. Nederlanders zijn geen Belgen die geen Britten zijn en die weer geen Turken of Marokkanen. Dat wisten wij al eerder, maar toen nog als slapende honden, nu eindelijk wakker en bewust geschud. Canoy manifest ook. Door de Nederlandse Massa-Immigratie.

    De psychiater & cultureel antropoloog Kardiner (1891-1980) heeft de idee van de ‘basic personality’ (BP) gelanceerd. Zij is een vast antropologisch thema gebleven, net zo als e.g. Totemisme. BP is dat een samenleving wordt gekenmerkt door mensen met een bepaalde persoonlijkheidsstructuur als gevolg van de bijzondere opvoedingspraktijken en familiestructuren binnen die samenleving, en dat deze persoonlijkheidstrekken op hun beurt weer doorwerken in de cultuur van die samenleving.

    En ook op die manier komen we op de gelijkheid van ‘de Nederlander’ = Nederland.’
    Indien dan wat Kardiner beweert juist is, en dat lijkt onvermijdelijk, en voorts Canoy bij zijn mening blijft dat ‘de Nederlander’ niet bestaat, komt zijn mening neer op de ontkenning dat Nederland bestaat. Wat zou kunnen. De Nederlandse Massa Immigratie lijkt dat bewijzen. We zijn een ‘cliché’, of een hersenschim. Maar ook die bestaan, en hoe die weer uit te leggen?

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.