Emotie in de hulpverlening? Ja, sta er wat vaker bij stil!

Hoe kunnen emoties bijdragen aan verheldering van morele oordeelsvorming van hulpverleners? Het antwoord: door ze bewust te ervaren en dit regelmatig met collega’s te bespreken. Zo kan moreel beraad bijdragen aan de empowerment van medewerkers.

Het symposium Waarde(n)vol werk , bedoeld voor hulpverleners uit de jeugdzorg, studenten en docenten, opende met een korte sketch van het Toetstheater. Hierin zag het publiek hoe een vader, met in zijn hand twee gebakjes, aanbelde bij zijn ex-vrouw, die met een drankfles op tafel in de kamer zat en hem niet binnen wilde laten. Toen hij zei dat hij nu eindelijk zijn dochter (13 jaar) wel weer eens wilde zien en haar kwam halen om zijn verjaardag te vieren, versperde zij hem de toegang. Hij wilde toch doorlopen en duwde haar opzij, waarna zij – enigszins onvast ter been – viel en tegen hem schreeuwde “zie je wel, nu doe je het weer en dit is precies de reden waarom je haar niet mag zien”. Het meisje, dat even om de hoek keek, en haar moeder zag vallen, verdween weer snel en zei niets.

Daarna werden verschillende workshops gehouden. In één daarvan, met als titel Wat raakt jou? werd aan de deelnemers gevraagd welke emoties de door het Toetstheater gespeelde casus bij hen opriep. De centrale vraag die deze casus opriep, is er één die ook in de beroepspraktijk voortdurend aan de orde komt: ’Waar komen die emoties vandaan en wat betekenen ze voor het handelen van hulpverleners. Moeten zij er zich door laten leiden of er juist zo veel mogelijk afstand van nemen?’

Emoties als signaal van moraal

Emoties hebben een belangrijke signaalfunctie bij morele oordeelsvorming. Voordat iemand kan beargumenteren waarom iets wel of niet het goede is om te doen in een moreel problematische situatie, heeft hij of zij er vaak al een gevoel over. Bij een goed gevoel staan we meestal niet zo lang stil, omdat het min of meer als vanzelfsprekend wordt aangenomen dat een professionele hulp- of zorgverlener weet wat te doen in een specifieke situatie.. Een ‘niet-pluis-gevoel’ daarentegen blijft een hulpverlener echter vaak lang bezighouden. Op weg naar huis speelt het door zijn hoofd; het knaagt aan zijn geweten of veroorzaakt pijn in zijn buik. Onder een gevoel zit een emotie: pijn komt voort uit angst of bezorgdheid, onrust uit onzekerheid of onmacht. Het benoemen van de emoties die een situatie oproept, helpt de professional om zich bewust te worden van hoe hij ernaar kijkt, en van de normen en waarden die  zijn handelen sturen.

Ten aanzien van de casus die in de workshop werd besproken, waren dat respectievelijk: verantwoordelijkheid (een moeder hoort het belang van haar kind op de eerste plaats te stellen); rechtvaardigheid (kinderen hebben recht op een vader en een moeder); en eerlijkheid (vaders moeten een eerlijke kans krijgen om een relatie met hun kinderen te onderhouden). En het medelijden dat sommige deelnemers zeiden te voelen, kwam voort uit betrokkenheid bij een meisje dat heen en weer geslingerd wordt tussen loyaliteit voor haar vader enerzijds en bezorgdheid om haar moeder anderzijds en daardoor niet meer voor zichzelf opkomt.

Emoties als basis voor praktische wijsheid

Het expliciteren van waarden en normen helpt bij het bewust worden en verantwoorden van morele oordelen. Daarbij is het van belang om verschillende bronnen van moraal te kunnen onderscheiden. Want naast de persoonlijke spelen ook de professionele en publieke (maatschappelijke) normen en waarden een rol bij de wijze waarop hulpverleners een situatie beoordelen. Het is belangrijk dat zij zich daarvan bewust zijn, net zoals het belangrijk is dat zij zich realiseren dat morele oordelen niet op basis van verstandelijke overwegingen en rationele argumenten alleen worden geveld. Binnen de ethiek zijn emoties eeuwenlang niet serieus genomen. Sterker nog, ze zijn vaak beschouwd als vertroebelende factor bij de morele oordeelsvorming.

Echter, onder invloed van ontdekkingen op het gebied van de evolutiebiologie en de neurowetenschappen is steeds duidelijker geworden dat het geweten en morele intuïties gevormd worden door aanpassingen in de hersenen aan ervaringen en gebruiken in de sociale omgeving, met als doel de zorg voor overleving en het nageslacht. Er wordt nu gesproken van een moreel instinct of morele intuïtie. Uit dat instinct of die intuïtie komen de primaire emoties van mensen voort die hun gedrag in moreel lastige situaties sturen. De vraag is of een professional alleen daarop kan vertrouwen bij het nemen van beslissingen in de beroepsuitoefening. Het gevaar van persoonlijke willekeur ligt namelijk voortdurend op de loer. Niet voor niets is professionele distantie een belangrijk thema voor beginnende professionals. Een hulpmiddel daarbij is de beroepscode, waarin de opvattingen beschreven staan die binnen een beroepsgroep zijn ontwikkeld.

Collega’s bij de koffieautomaat kunnen een morele uitweg bieden

De codes waarin de mores van een beroep zijn vastgelegd, zijn te beschouwen als een vorm van evidence based practice: als je zo handelt, doe je het goed. Deze praktische wijsheid is onlosmakelijk verbonden met professionaliteit. Daarom is het belangrijk om de emoties die samengaan met de morele intuïtie te beschouwen als een vertrekpunt voor nader onderzoek naar wat van waarde is voor betrokkenen, dit te toetsen aan algemeen geldende referentiekaders zoals wetten, codes en richtlijnen, en vervolgens te bekijken wat dat betekent voor het professionele antwoord op de vraag naar wat het goede is om te doen in een situatie.

In dat onderzoek kunnen emoties gedeeld en vergeleken worden met die van andere betrokkenen zodat een dialoog ontstaat waarin bewustwording van richtinggevende waarden en normen plaatsvindt. Tijdens moreel beraad is hier meestal ruimte voor, doordat het een onderdeel is van veel ’stappenplannen’. Wanneer er geen tijd is voor een moreel beraad, kan een ontmoeting met collega’s bij de koffie-automaat uitweg bieden. Ook daar kan het onder woorden brengen en met anderen delen van de emoties die een casus bij een hulpverlener oproept leiden tot inzichten waarmee hij of zij verder kan.

Op zoek naar evenwicht

Binnen de zorgsector is in de afgelopen jaren uit praktijkonderzoek gebleken dat moreel beraad bijdraagt aan empowerment van medewerkers en betere kwaliteit van zorg; deze ‘practice based evidence’ is ook relevant voor de sociale sector. In moreel beraad gaat het niet alleen om een afweging van rationele argumenten: ook emoties beïnvloeden het handelen van professionals omdat zij altijd mensen zijn die met mensen werken. Het gaat er uiteindelijk om steeds het juiste evenwicht te vinden, en bij die balanceer-act hebben sociale professionals elkaar nodig, om bij te sturen wanneer er te emotioneel gereageerd wordt op een situatie maar ook wanneer er alleen met een rationele blik naar gekeken wordt.

Mariël Kanne is  docent ethiek, kritisch denken en supervisor bij de opleiding Master Advanced Nursing Practice (Faculteit Gezondheidszorg) en onderzoeker bij het Lectoraat Innovatieve Maatschappelijke Dienstverlening (Faculteit Maatschappij & Recht) Hogeschool Utrecht. Dit artikel is gebaseerd op een workshop van  het symposium Waarde(n)vol werk, georganiseerd door het lectoraat Innovatieve Maatschappelijke Dienstverlening van de Hogeschool Utrecht en de vakbond CNV Publieke Zaak. Meer informatie over het onderwerp is te vinden op:  www.moresprudentie.hu.nl.