Gemeenten informeren mantelzorgers slecht over de vrijwilligersverzekering

Gemeenten hebben een verzekering voor alle vrijwilligers en mantelzorgers in hun gemeente. Er is één probleempje: veel betrokkenen hebben hier geen weet van, sterker nog, ook bij de gemeenten zelf weten ze vaak van niets. Weggegooid geld dus zo’n vrijwilligersverzekering? Niet als gemeenten hun zaakjes op orde en up-to-date houden.

Maar liefst 78 procent van de Nederlandse gemeenten informeert haar burgers onvolledig of foutief over de gemeentelijke vrijwilligersverzekering, blijkt uit onderzoek van het Aanspakelijkheidsverzekering Informatie Centrum. Hierdoor wordt het vrijwilligers en mantelzorgers moeilijk en soms zelfs praktisch onmogelijk gemaakt om gebruik te maken van een verzekering waar de gemeente wél voor betaalt.

 Vrijwilligersverzekering is een randvoorwaarde voor bloeiend altruïsme

Het Rijk maakt sinds 2008 structureel geld vrij (jaarlijks ongeveer vier miljoen euro) zodat gemeenten een vrijwilligersverzekering kunnen afsluiten. Met deze verzekering zijn alle vrijwilligers en mantelzorgers uit die gemeente verzekerd tijdens het uitvoeren van vrijwilligers- en mantelzorg werkzaamheden. De verzekering dekt schade door ongevallen, schades aan eigen persoonlijke eigendommen en aansprakelijkheid.

Een voorbeeld: de opa van Piet is al maanden zodanig ziek dat hij niet meer zelf uit bed kan. Piet helpt zijn opa uit bed omdat het tijd is voor zijn dagelijkse wasbeurt. Daarbij stoot Piet de antieke Ming-vaas om. Hij wordt voor de kapotte vaas aansprakelijk gesteld. Als Piet zelf geen verzekering heeft, dekt de gemeentelijke vrijwilligersverzekering de schade.

Gemeenten zijn niet verplicht om de vrijwilligersverzekering af te sluiten, maar tussen 2008 en nu is het aantal gemeenten dat geen vrijwilligersverzekering heeft geleidelijk naar nul gedaald. Dat is een positieve ontwikkeling. Volgens het CBS verricht namelijk bijna de helft van de Nederlandse bevolking jaarlijks vrijwilligerswerk, bij sportverenigingen, culturele organisaties, op scholen of in de zorg.

De aard van vrijwilligerswerk is dat men geen persoonlijk voordeel geniet uit het verzette werk, terwijl vrijwilligers wél risico op ongelukken lopen. Dat de overheid een vangnet biedt door een verzekering voor hen af te sluiten, is een belangrijke randvoorwaarde voor het bloeien van altruïsme in onze samenleving.

Een mantelzorger is geen vrijwilliger, vinden gemeenten

De vrijwilligersverzekering is er niet alleen voor vrijwilligers, maar ook voor mantelzorgers. Er is een belangrijk verschil tussen deze twee groepen. Vrijwilliger ben je (het woord zegt het al) uit vrije wil. Mantelzorger ben je daarentegen omdat iemand in je directe sociale omgeving een conditie heeft (opgelopen) die jouw tijd en zorg vraagt. Mantelzorger worden is geen bewuste keuze, het overkomt je.

Gemeenten communiceren dit onderscheid tussen mantelzorgers en vrijwilligers heel duidelijk. Ze wijzen de bezoekers van hun websites er graag op dat mantelzorgers geen vrijwilligers zijn. Dat alleen al zorgt voor veel verwarring bij mantelzorgers, want ze vallen dus wel onder een vrijwilligersverzekering.

Verwarrende communicatie op gemeentesites

De communicatie van de gemeenten kent echter veel meer problemen dan een ongelukkig gekozen naam voor de verzekering. Veel gemeenten schrijven expliciet dat mantelzorgers niet zijn meeverzekerd in de vrijwilligersverzekering. Of er staat op de gemeentesite te lezen dat mantelzorgers enkel op het onderdeel ongevallen en persoonlijke eigendommen zijn meeverzekerd. ’De aansprakelijkheidsverzekering is voor mantelzorgers niet van toepassing’, is een veelgebruikte zin op de gemeentelijke websites. Toch geldt in alle gevallen (behalve in Rotterdam) dat mantelzorgers wel degelijk onder de vrijwilligersverzekering van de gemeente vallen, óók op het onderdeel aansprakelijkheid.

Gemeenteambtenaren zijn ook niet op de hoogte

Daarnaast blijkt dat bellen met de gemeente in veel gevallen nog meer onduidelijkheid oplevert. De gemeenteambtenaren zijn zelf vaak niet op de hoogte van het bestaan van de vrijwilligersverzekering. Soms wordt stellig beweerd dat deze niet bestaat. Als ambtenaren wel bekend zijn met de verzekering, vertellen zij dat deze alleen geldt voor vrijwilligers en dat mantelzorgers er geen gebruik van kunnen maken of dat mantelzorgers uitgesloten zijn van de aansprakelijkheidsclausule.

Mantelzorgers hebben geen tijd voor foutieve informatieverstrekking

Mantelzorgers hebben het druk. Zij moeten laveren tussen werk en mantelzorg. Je kunt niet verwachten dat ze tijd hebben om te ontdekken dat de gemeentelijke voorlichting fout is. Mantelzorgers moeten allereerst op het bestaan van de verzekering geattendeerd worden, bijvoorbeeld door de huisarts Vervolgens moeten zij op de gemeentelijke website in een oogopslag kunnen zien dat de verzekering er is, wat er gedekt is, bij welke verzekeraar, waar de actuele polis te vinden is, hoe de schadeaangifte verloopt en wie er gebeld kan worden bij onduidelijkheid.

Gemeenten zijn nalatig en onwetend

Dat bijna vier op de vijf gemeenten tekortschiet bij de communicatie over de vrijwilligersverzekering aan mantelzorgers, heeft een aantal redenen. Aanvankelijk werden mantelzorgers inderdaad helemaal niet meeverzekerd. Daarna werd de dekking uitgebreid naar ongevallen en persoonlijke eigendommen. Sinds 2016 vallen mantelzorgers ook onder de aansprakelijkheidsdekking.

Al deze fasen zijn terug te vinden op de websites van de gemeenten. In het slechtste geval is er niets te vinden over de vrijwilligersverzekering van de gemeente. Veel gemeentelijke webpagina’s over de vrijwilligersverzekering zijn sinds 2008 niet meer geactualiseerd. Andere gemeenten hebben de webpagina eenmalig geactualiseerd, maar bieden thans eveneens verouderde informatie. Ook verwijzen veel gemeenten naar de website van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG), waar 71 procent van de gemeenten haar verzekering heeft afgesloten. Maar ook op de VNG-website staat verouderde informatie.

Het zou te ver gaan om op basis van dit onderzoek te concluderen dat gemeenten opzettelijk haar burgers foutief informeren. Er is eerder sprake van onwetendheid en van nalatigheid.

Elke gemeentelijke telefonist moet de vrijwilligersverzekering kennen

De gemeenten kunnen in een aantal stappen de problemen ondervangen. Ten eerste dient de VNG haar website te actualiseren. Dit zou een groot gedeelte van de verwarring wegnemen. Vervolgens moet iedere gemeente de eigen website bekijken en de verouderde informatie verwijderen. Gemeenten moeten op hun sites direct verwijzen naar de brochure van de verzekeraar. Op die manier blijft de informatie ook in de toekomst actueel.

Tot slot moet het gemeentelijke serviceloket toegang hebben tot de juiste informatie over de vrijwilligersverzekering of daarover worden ingelicht. Elke telefonist zou moeten kunnen vertellen dat deze bestaat en wie de contactpersoon voor de verzekering is binnen de gemeente.

Als gemeenten deze stappen volgen, zou de gemeentelijke vrijwilligersverzekering geen weggegooid geld zijn. Dan vervult zij de functie waarvoor zij is bedoeld, die van een nuttige tegemoetkoming van de overheid aan burgers die zich inzetten voor anderen.

Simon den Hollander is hoofdredacteur van het Aansprakelijkheidsverzekering Informatie Centrum (A.I.C.). Het A.I.C. is een informatieplatform en doet onafhankelijk onderzoek naar verschillende aspecten van aansprakelijkheidsverzekeringen.

Foto: Bas Bogers (Flickr.com)