Participatiewet wordt een drama

Als de Eerste Kamer geen roet in het eten gooit – je weet maar nooit – is vanaf 1 januari 2015 in alle Nederlandse gemeenten de Participatiewet van kracht. Nu al valt te voorspellen dat die wet niet gaat doen waarvoor hij in het leven is geroepen. Waarom niet? Will Tinnemans legt in zijn nieuwe boek over kwetsbaren uit waarom.

 
Zes volle jaren heeft het geduurd, voordat de Wet werken naar vermogen, vermomd als Participatiewet, werkelijkheid werd. De wet moet de kansen op regulier werk vergroten voor bijstandsgerechtigden en arbeidsgehandicapten, zowel Wajongers als WSW’ers. Het is nebenbei meegenomen, zo doet staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Jetta Klijnsma ons geloven, dat de uitgaven voor die groepen de komende jaren 1,7 miljard euro minder stijgen dan bij ongewijzigd beleid het geval geweest zou zijn. Maar die bezuiniging is eigenlijk Hauptsache. Want de Participatiewet gaat bijstandsgerechtigden, arbeidsgehandicapten en laagopgeleiden helemaal geen betere positie op de arbeidsmarkt bezorgen. En wel om drie redenen.

Drie redenen waarom de wet niet gaat werken

1)      De arbeidsmarkt in het algemeen. De eerste versies van de wet zijn ontworpen in een tijd dat de commissie-Bakker ons voorhield dat de krapte op de arbeidsmarkt niet alleen een probleem was, maar ook een kans om ‘kwetsbare groepen beter te integreren in de Nederlandse samenleving’.[1] Nederland telt inmiddels bijna 700.000 werklozen en de beroepsbevolking groeit de komende tien jaar met 620.000 personen als gevolg van de verhoging van de pensioengerechtigde leeftijd naar 67 jaar.[2]

2)      De arbeidsmarkt voor laagopgeleiden in het bijzonder. Veel werk in de dienstverlenende beroepen verdwijnt, door automatisering (transport en logistiek, productiewerk) en door bezuinigingen (zorg, zieken- en leerlingenvervoer, groenvoorziening). Nu al worden laagopgeleiden verdrongen door mensen met een middelbare of hogere opleiding die anders niet aan het werk komen.[3] De komende jaren hengelen enkele honderdduizenden arbeidsgehandicapten en bijstandsgerechtigden onder de dreigende knoet van uitkeringsinstanties naar dezelfde, toch al schaarse banen voor laagopgeleiden.

3)      In het sociaal akkoord is afgesproken dat het bedrijfsleven tot 2026 100.000 en de overheid 25.000 banen voor arbeidsgehandicapten creëert. Als die banen er niet komen, krijgen werkgevers met meer dan 25 man personeel te maken met een quotumregeling, zo dreigt Jetta Klijnsma. Maar dat is vooral symboolpolitiek. Juist in regio’s met veel arbeidsgehandicapten – Noord-, Oost- en Zuid-Nederland – zijn weinig bedrijven met meer dan 25 werknemers. Er is bovendien sprake van ‘herschikking’, zo is gebleken in Oostenrijk, dat al langer een quotumregeling kent: bedrijven nemen vooral arbeidsgehandicapten aan die in kleinere bedrijven al bewezen hebben dat ze hun geld waard zijn. Per saldo ontstaat er dus geen enkele extra baan, terwijl het quotum wel gevuld wordt. Bovendien: door de vage definitie van ‘arbeidsgehandicapt’ zullen mensen die voorheen als regulier personeel in dienst waren als gehandicapt gelabeld worden. Een quotumregeling bergt altijd het gevaar in zich van stigmatisering (‘die werkt hier alleen omdat hij zo zielig is’) en de banen die arbeidsgehandicapten innemen, gaan op slot voor niet-gehandicapte laagopgeleiden. En dan hebben we het nog niet over de hoge administratieve kosten voor ondernemers, de uitgaven voor (her)keuringen en voor handhaving van het quotum. Er staan besparingen op uitkeringen en inkomsten uit boetes tegenover, ‘maar van de effectiviteit in termen van werkgelegenheid voor arbeidsgehandicapten mag niet te veel worden verwacht’, schreven de CPB-medewerkers Daniel van Vuuren en Krista Hoekstra in maart 2013.[4]

De Participatiewet gaat schade veroorzaken

Je zou nog kunnen zeggen: baat het niet, dan schaadt het niet. Maar de wet gaat wel degelijk schade veroorzaken. Er is niet alleen sprake van verdringingseffecten, van mogelijke stigmatisering en van hoge kosten voor administratie en handhaving. Er kleven ook andere nadelen aan de Participatiewet:

a)      Schoffelen of creperen, luidt het adagium steeds vaker. De tegenprestatie voor een bijstandsuitkering en de druk op arbeidsgehandicapten om een reguliere baan te zoeken, werken op een extreem ruime arbeidsmarkt als een ongewenst-verklaring. Als het effect op de totale voorraad banen nul is, is niemand gebaat bij een substantiële groep mensen die door de overheid als lijntrekkende paria’s wordt weggezet. Het maatschappelijk klimaat zal harder en voor deze groepen nog onaangenamer worden.

b)      Bijstandsgerechtigden krijgen vaker met strafkortingen en andere sancties te maken. Wajongers die kunnen werken, zien hun uitkering verlaagd van 75 naar 70 procent van het minimumloon. Nieuwe arbeidsgehandicapten die in theorie kunnen werken maar geen baan vinden, komen in de bijstand (voor alleenstaanden 50 procent van het minimumloon). Die uitkering vervalt bij een te hoog vermogen of als iemand inwoont bij een partner of ouders met een uitkering of inkomen. Het kan niet anders of het aantal arme Nederlanders zal de komende jaren doorgroeien.

c)      Laagopgeleide werknemers hebben bij hoge werkloosheid te maken met verdringing door hogeropgeleiden. Hun positie op de arbeidsmarkt is al niet best. Ze werken vaak onder beroerde omstandigheden, op onaangename tijden, tegen laag loon en op tijdelijke contracten. Nu krijgen ze ook nog eens concurrentie van arbeidsgehandicapten en bijstandsgerechtigden, zowel door hun toestroom op de arbeidsmarkt als door het wegkapen van werkgelegenheid door uitkeringsgerechtigden die ‘als tegenprestatie’ of als reïntegratie verplicht werken met behoud van uitkering. De bepaling in de Wet werk en bijstand dat dergelijk werk niet mag leiden tot verdringing van regulier werk, blijkt nu in de praktijk al een wassen neus.[5] Haagse Harry, een 53-jarige straatveger, is heus niet de enige die na drie jaar zijn oude baan terugkrijgt, maar nu moet ‘werken met behoud van uitkering’ voor een inkomen dat 400 euro per maand lager is.[6]

d)      Gemeenten komen in zwaar weer terecht. Bij de decentralisatie van tal van taken in het sociale domein naar lokaal niveau wordt stevig gekort op de bijbehorende budgetten. Het Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden (Coelo) van de Rijksuniversiteit Groningen heeft berekend dat gemeenten bij ongewijzigd beleid in 2017 zes miljard euro te kort komen, waarvan bijna de helft wordt veroorzaakt door de taken in het sociale domein.[7] De Participatiewet ‘wordt een financieel en sociaal drama’, zei PvdA-wethouder Klaas Steenhuis van Veendam op 14 januari 2014 in NRC Handelsblad. De financiële problemen van gemeenten, waarvan er veel al kampen met enorme verliezen op grondtransacties, zijn op termijn niet te overzien. Dat gaat waarschijnlijk leiden tot sterke verhogingen van de WOZ en drastische kortingen op zorg, welzijn, cultuur en sociale voorzieningen. En uiteindelijk zullen veel gemeenten volgens artikel 12 van de Gemeentewet een beroep op een extra uitkering uit het Gemeentefonds moeten doen, opgebracht door al die andere armlastige gemeenten. Tenzij de rijksoverheid in een eerder stadium bijspringt, maar dan is dat hele decentralisatiecircus een zotte vertoning geweest.

e)      Het vertrouwen in de politiek krijgt een flinke knauw. In het kabinet-Balkenende IV deed Jetta Klijnsma als staatssecretaris van SZW de eerste voorbereidingen voor de Wet werken naar vermogen. Tijdens Rutte-I voerde ze fel oppositie tegen de ‘verschrikkelijk draconische bezuinigingen’ en de plannen om de sociale werkplaatsen in een sterfhuisconstructie te laten doodbloeden. ‘Die beschermde werkplekken mogen we nooit afbreken’, zei ze.[8] Als staatssecretaris van SZW in Rutte-II verdedigde ze diezelfde plannen met verve, inclusief de ‘verschrikkelijk draconische bezuinigingen’ en de sociale werkplaats als sterfhuis. Het is lastig weerwoord bieden aan kiezers die over haar zeggen: ‘Zoals de wind waait, waait haar jasje.’

De vraag is niet óf maar wannéér de Tweede Kamer begint met een parlementaire enquête naar de Participatiewet.

Will Tinnemans is schrijver, moderator en mediatrainer. Van zijn hand verschijnt vandaag De kwetsbaren. Concurrentie en verdringing aan de onderkant van de arbeidsmarkt, Amsterdam, Nieuw Amsterdam Uitgevers, 144 pagina’s, € 16,95. Zie voor discussie over oplossingen voor problemen aan de onderkant van de arbeidsmarkt: www.dekwetsbaren.nl.

 

 


[8] Zie interview in het boek Onbeperkt succesvol. Leven met een handicap, Bert Jongen, Eindhoven, Uitgeverij De Boekenmakers, 2012

Dit artikel is 8641 keer bekeken.

Reacties op dit artikel (12)

  1. Met dank voor het artikel. Dit is voor steeds meer mensen de werkelijkheid. Ik ben ruim 15 jaar actief geweest voor de SP in mijn eigen stad. Daarvan heb ik ruim 7 jaar een Nieuwsbrief uitgedeeld voor mensen met weinig inkomen, iedere maand op de stoep van Sociale Zaken. En ik heb met dakloze mensen mogen werken. En een Letskring opgericht die nog steeds bestaat. Dat leert je wel wat leven is.

    De kloof tussen arm en rijk wordt nog steeds groter. De mensen met een gemiddeld inkomen moeten harder werken voor minder geld en de lasten nemen toe. Voorbeelden genoeg. Zoals de kosten voor voedsel, wonen en gezondheidszorg. Het aantal klanten van Voedselbanken neemt zo snel toe, dat laat pas zien wat er gebeurt in dit land. En dat is zo bizar, nooit en nooit mag dit als oplossing of acceptabel worden gezien.

    Er is altijd van alles aan te doen. Deze situatie blijft en wordt nog erger, zolang we het laten gebeuren. Maar we hebben de kracht van het aantal inwoners van dit land. Onze 17 miljoen mensen ten opzichte van 150 leden in de Tweede Kamer. Wanneer doen we daar wat mee? Hebben we de overheid nog nodig? Zijn we mensen of worden we Ibannummers? Befehl ist befehl, maar dat doen we niet nog een keer.

    Ooit waren we een trots volk wat de wereldzeeën ging veroveren, waar is dat gebleven? Wie maakt ons wat? Waar is ons zelfvertrouwen? Wij zijn samen verantwoordelijk voor elkaar en voor wat er gebeurt in dit land. De website van Omslag heeft genoeg inspiratie en voorbeelden te bieden. Zo kan het ook.

    De keus is aan ons. Want Nederland is van ons, die 150 mensen zijn niet meer nodig, die maken zichzelf wel overbodig met dit beleid. Eigen voedsel, eigen energie en met een Letskring kan je diensten, goederen en talenten ruilen. Lets go, Lets do it.

  2. Het is stigmatiserend en discriminerend dat er met betrekking tot arbeidgehandicapten wordt gesproken tot de onderkant van de samenleving en onderkant van de arbeidsmarkt.

    Alsof je met een handicap alleen maar dom werk zou kunnen doen.

    Er zijn genoeg Wajongers met een normale of zelfs hoge intelligentie die een arbeidsbeperking hebben door een vorm van autisme, ADD/ADHD of een fysieke beperking.

    Mensen met bijvoorbeeld Asperger (een lichte vorm van autisme) zijn vaak intelligent en maak je depressief als je ze dom werk geeft zonder uitdaging en wat te ééntonig is. Een sociale werkplaats is voor hen totaal ongeschikt.

    Ze moeten vanwege hun intelligentie een uitdaging hebben en het werk mag niet te ééntonig zijn. Ze zijn heel secuur in hun werk en houden zich aan afspraken. Maar aan de andere kant kunnen ze totaal niet tegen stress, druk, deadlines en in veel gevallen ook niet tegen klantcontact of fysiek werk (zijn vaak meer van het denkwerk dan fysieke arbeid). Heel veel banen zijn daarvoor ongeschikt en fulltime werken is vaak ook niet haalbaar omdat alles veel meer energie kost. Maar zet ze op de juiste plek (reguliere baan met zo min mogelijk stress, druk en geen klantcontact) en je hebt er heel veel aan.

    Sociale werkplaatsen zijn afschuwelijke plekken waar mensen als kinderen worden behandeld, klein gehouden, worden geïntimideerd en dom ééntonig werk moeten doen. Deze werkkampen moeten afgeschaft worden of grondig hervormd worden en gericht op doorstroming naar echt werk op niveau. Bijvoorbeeld door niet alleen te richten op ‘laag’ werk als productie en post maar ook op bijvoorbeeld ICT en administratie. Mensen moeten kansen krijgen te groeien en niet meer betutteld te worden en behandeld als slaven.

    Nu worden ook mensen met een normaal of hoog IQ in sociale werkplaatsen gedumpt omdat ze een vlek je hebben. Terwijl sociale werkplaatsen eigenlijk alleen werk bieden voor mensen met en IQ onder de 80. Van mensen die er werken hoor ik alleen maar negatieve verhalen over deze werkkampen.

    De nadruk moet liggen op re-integratie. De huidige Wajong is ook niet alles. Werken loont bijvoorbeeld niet altijd. Hervormen is prima, maar dan op deze manier:
    1. Werken (ook parttime, want weinig gehandicapten kunnen fulltime werken) vanuit een uitkering moet ALTIJD lonen. Elke euro die je meer verdient met werken mot je iets van overhouden.
    2. Bij verlies van werk moet iemand met een handicap ALTIJD terug kunnen vallen op zijn arbeidsongeschiktheidsuitkering. Nu raak je Wajong kwijt na een bepaalde periode verdienen van minimumloon. Met als gevolg dat sommigen niet durven te gaan werken. na verlies van een baan kost het iemand met een handicap nou eenmaal meer tijd om weer iets geschiktst te vinden.
    4. Vermogenstoetsen e.d. moeten niet gelden voor arbeidsongeschikten die vaak niet kunnen zonder auto (vaak enig vorm mobiliteit) en spaargeld nodig hebben om medische kosten op te vangen (die steeds minder worden vergoed).
    5. Re-integratie naar passend werk zodat de kans dat iemand zijn baan houdt groot is.
    6. Iedereen moet proberen mee te doen (wat uiteraard moet lonen). Wie niet wil meewerken aan re-integratie korten op uitkering.

    In de participatiewet vallen mensen buiten de boot die alleen parttime kunnen werken door handicap. Ze kunnen te weinig verdienen om een volledig inkomen te verdienen maar zijn niet gehandicapt genoeg voor een volledige uitkering.
    In de PW krijg je alleen aanvulling tot bijstandsniveau waardoor werken NIET LOONT. Tenzij je fulltime kunt werken, wat vrijwel niemand met een handicap kan.

    Dit stimuleert om zo min mogelijk te werken in plaats van zoveel mogelijk. Dat lijkt me toch niet de bedoeling van een PARTICIPATIEwet.
    In de Wajong is het in ieder geval nog zo dat werken in bepaalde gevallen loont (wel moet je goed opletten dat je niet net een verdiengrens over gaat zodat je aanvulling drastisch zakt en kun je het beste niet te veel gaan werken want als je te veel verdient kun je het recht op Wajong verliezen na een bepaalde termijn).

    De bijverdienregels van de WIA zouden gehanteerd moeten worden zodat werken altijd loont.

  3. Ik heb eerder ook op een WSW-bedrijf gewerkt. Vanwege mijn autisme kon ik de drukte, lawaai en de harde muziek daar niet aan en raakte ik overspannen en depressief. Met als gevolg een WSW-ondergrensindicatie na zorgvuldig onderzoek over mijn functioneren binnen de WSW. Dat betekent Wajong met Arbeidsmatige Dagbesteding. Op een werkproject van een zorginstelling ben ik technisch tekenaar en doe ik wat hand-en-spandiensten. Ik doe daarmee ook een tegenprestatie naar vermogen voor mijn Wajong-uitkering.

  4. Er is natuurlijk ook een hoop onzin gesubsidieerd de afgelopen jaren. Regelingen waar nodig in gesneden moest worden. Laten we dus eerst maar eens kijken wat voor goeds de participatiewet teweeg gaat brengen. Overigens, als er in een stuk hier en daar een Duits woord gebruikt wordt is dat zo enorm armoedig. (Zoals nebenbei en Hauptsache) Dat is toch niet serieus te nemen? Kortom, eerst maar eens afwachten wat er allemaal gaat gebeuren in 2015 en de haren erna. De overheid moet tenslotte bezuinigen om ons niet over te leveren aan de geldjongens van de markt.

  5. Twee kanttekeningen bij het artikel:

    1. Ik hoor het veel te vaak en hier al weer: arbeidsgehandicapten en bijstandsgerechtigden worden per definitie gekoppeld aan laaggeschoold werk….. Tja, dan is het toch niet gelukt dat stigma kwijt te raken. Arbeidsgehandicapten zijn zeker per definitie niet laagopgeleid en in deze tijd kan zo’n beetje iedereen in de bijstand terecht komen. Dus hoezo banen voor laagopgeleiden en verdringing van werk voor niet-arbeidsgehandicapte laagopgeleiden. Zeker voor iemand die er een boek over schrijft een grote misvatting die de groep stigmatiseert. En echt, ik hoor dit overal. Moet er dan toch nog meer ingezet worden op het bijschaven van het beeld van arbeidsgehandicapten (en bijstandsgerechtigden)?!
    2. De schrijver geeft aan dat werkgevers waarschijnlijk eerder niet-arbeidsgehandicapte medewerkers als gehandicapt gelabeld gaan worden, waardoor de arbeidsmarkt nog steeds op slot blijft voor de echte arbeidsgehandicapten. Lijkt me niet het geval. Je krijgt niet zomaar het label ‘arbeidsgehandicapt’. Daar moet wel echt wat voor aan de hand zijn met een medische indicatie.

    In dat opzicht lijkt de schrijver een wat verkokerde visie te hebben. En daardoor niet meer kritisch. Hierdoor mist zijn boodschap kracht. En dat is jammer, want verder vind ik zijn boodschap interessant: zeker ook in het kader van het wegzetten van groepen mensen…. Maar jammer genoeg doet de schrijver dat zelf ook!

    Linda van Berkel
    PSW

  6. Volgens mij mag je in Nederland niet over 1 kam scheren dat noemen ze volgens mij discriminatie.Ik heb Asperger heb een iq van heel hoog en ik kan ook wel zeggen dat ik specialist ben in mijn vakgebied. Als ik dan zo nodig moet participeren waarom krijg ik dan niet hetzelfde betaalt als iemand die hetzelfde beroep uitoefent.
    Als die door gaat deze wet dan erken ik de Nederlandse staat niet meer want waarom zou ik naar iemand luisteren die me niet respecteert, me discrimineert, en me wegzet alsof ik niet het vermogen heb daar zelf een beeld over te vormen.
    En als ik straks naar geweld zou grijpen dan heb ik het straks gedaan terwijl deze figuren dagelijks mijn gedachten verkrachten en me mishandelen . Ik ben het zat kotsbeu dat mensen die zelf niet eens het vermogen hebben om fatsoenlijk na te denken me in hun concentratiekampstramien proberen te duwen. Als ik naar vermogen moet werken dan kan ik namelijk bij deze zeggen geef me eerst eens mijn vrijheid terug zelf te kunnen bepalen hoe ik me aanpas op deze maatschappij, want deze ministersploeg heeft niet meer dan een godcomplex en geen enkel verstand.

  7. Het is jammer dat Wil Tinnemans er niet aan ontkomt om te (blijven) denken in oude kaders. Waarom er altijd maar vanuit gaan dat elke verandering in het sociale domein per definitie een verslechtering betekent. Alsof het tot nu toe zo fijn geregeld was voor mensen met een beperking en een grote afstand tot de arbeidsmarkt. In plaats van bij voorbaat al de conclusie te trekken dat de Particpatiewet gedoemd is te mislukken omdat er minder geld mee gemoeid is dan alle inefficiënte regelingen van voorheen bij elkaar zou het productiever zijn om naar de kansen te kijken die de wet biedt.
    Ik zou zeggen: zorg ervoor dat het klimaat om de wet een succes te laten worden verbetert. Waarom niet een pleidooi om iets te doen aan de verstarde arbeidsmarkt in Nederland waar de werkende mens zich goed beschermd weet en de onderkant van de arbeidsmarkt dichtgetimmerd is door (soms) absurde kwalificatie-eisen die alleen tot doel hebben zittende werknemers te beschermen. Voor mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt, en inderdaad dat zijn niet alleen mensen die niet meer kunnen dan simpel productiewerk, is de beste manier om te reïntegreren: meedoen aan het gewone leven. Zij krijgen nu simpelweg geen kansen. Verdringing is juist goed!
    Verder: er zijn veel werkgevers die hun maatschappelijke verantwoordelijkheid nemen en zich inspannen om mensen die om wat voor reden dan ook arbeidsgehandicapt zijn, een werkplek te bieden. Maar dat zijn er nog steeds te weinig. Er zijn tal van andere mogelijkheden dan strikte quota om ervoor te zorgen dat meer werkgevers hun bedrijven open stellen. Dat er nu ‘gedreigd’ wordt met quota kan geen kwaad, daarmee wordt in ieder geval duidelijk dat het de overheid menens is. We zijn hier in Nederland erg goed in lang en veel praten en weinig doen. De bezuinigingen zorgen ervoor dat er urgentie is om te handelen, er is geen geld en geen tijd om te mitsen en te maren…. Fijn!
    We leven in andere tijden. Er zijn veel mensen die in staat, bereid en gedreven zijn om de samenleving anders in te richten. Die niet terug verlangen naar de verzorgingsstaat van de vorige eeuw, maar die hun hart wel op de goede plaats hebben en zich in willen zetten voor de grote en kleine vraagstukken van de samenleving. Voor wie het vanzelfsprekend is dat je zelf verantwoordelijkheid neemt. Met die mensen komen we een heel eind, ook om de kwetsbare burgers van ons land een plekje onder de zon te bezorgen. In veel gemeenten zijn verantwoordelijke politici en ambtenaren daar ondertussen gelukkig ook van overtuigd. Er is geen enkele reden om te somberen. Integendeel!

  8. Dank voor alle reacties. Enkele inzendingen vragen om een weerwoord.
    Ik heb nooit beweerd of willen beweren dat arbeidsgehandicapten alleen maar laaggeschoold werk kunnen doen. Waar het mij om gaat, is dat de laaggeschoolden onder de arbeidsgehandicapten straks in één schuitje zitten met de laaggeschoolden zónder arbeidshandicap – en die staan er al niet best voor: flexibele schil, veel onzekerheid, lage lonen, vaak zwaar werk op onregelmatige tijden. Om die reden bepleit ik een eerlijke kans voor die specifieke groep. Niemand is erbij gebaat als tienduizenden of meer laaggeschoolde arbeidsgehandicapten worden toegevoegd aan de groep laagopgeleiden voor wie nu al te weinig werk is. Er staan straks veel meer vissers om een vijver waar dezelfde hoeveelheid of zelfs minder vis in zit.
    Nergens bepleit ik een terugkeer naar de verzorgingsstaat van de vorige eeuw. Wat ik in mijn boek ‘De kwetsbaren’ beweer, is dat het werkgelegenheidsbeleid voor de onderkant van de arbeidsmarkt slecht gecoördineerd is en verschillende beleidsmaatregelen op uiteenlopende niveaus (rijk, provincies, gemeenten, bedrijfsleven) elkaar zelfs vaak tegenwerken. Voorbeelden: social return, tegenprestatie en werken met behoud van uitkering, dumpprijzen van sociale werkplaatsen waar geen bedrijf tegen op kan concurreren, terwijl de overheid nu juist wil dat arbeidsgehandicapten in dat reguliere bedrijfsleven gaan werken. Behalve een gebrek aan coördinatie is er ook sprake van een gebrek aan evaluatieonderzoek. Er zijn miljarden en miljarden uitgegeven aan re-integratie, scholing en gesubsidieerde banen, maar we zijn vergeten grondig bij te houden wat werkt en wat niet werkt. Doodzonde! We moeten niet terug naar de vorige eeuw, we moeten vooruit, naar een samenleving met ruimte voor sociale ondernemers die arbeidsgehandicapten op hun eigen niveau werk bieden, onder humane arbeidsomstandigheden en tegen normale, fatsoenlijke arbeidsvoorwaarden. Met de Participatiewet krijgen we dat niet voor elkaar, omdat die wet eerst en vooral een bezuinigingsinstrument is. Met de beste intenties gemaakt, maar niet geschikt voor een economie in transitie en ongeschikt voor een arbeidsmarkt die kampt met een recordwerkloosheid die nog altijd toeneemt.
    Voor mensen met weinig opleiding en een serieuze beperking in fysiek, psychisch, verstandelijk of sociaal opzicht breken lastige tijden aan. Er móeten slimmere manieren te bedenken zijn om hun een eerlijke kans te bieden. Discussieer mee op http://www.dekwetsbaren.nl

  9. Wat de participatiewet niet oplost, is het feit dat loon zwaar belast wordt, en kapitaal nauwelijks. Schaf de loonbelasting en premies af tot aan het minimum-loon en kijk wat er dan gebeurt. Dan loont het bijvoorbeeld weer om spullen te repareren in plaats van ze weg te gooien, zodat je ook nog eens duurzamer wordt als samenleving. Lokale productie wordt weer interessant – dat zorgt dus voor een fikse banentoename.

    Een andere oplossing die steeds vaker naar boven komt, is die van het basisinkomen. Als iedereen in Nederland 400 euro per maand zou ontvangen, dan zijn de meeste mensen heus in staat om daar nog wat bij te verdienen. Er blijft een hele kleine groep over voor wie een andere oplossing nodig is. De besparing op bureaucratie alleen al zou vermoedelijk een groot deel van dit systeem kunnen bekostigen.

    Kortom, er is heel wat anders nodig dan een herziening van het uitkeringsstelsel. Er is eerder een radicale omdenken over arbeid en inkomen op zijn plaats.

  10. De heren en dames van het kabinet hebben klaarblijkelijk mein kampf gelezen van een of andere maffe Oostenrijker.

    Want het lijkt wel alsof we met deze wetten en dit kabinet terug naar 40/45 gaan.
    Complete verbanning en verachting van de lager opgeleiden en gehandicapten in deze maatschappij, mensen die nooit om dexe positie hebben gevraagd worden gedemoniseerd.
    De Nederlandse overheid word een bonk corruptie en een dictatuur.
    We zijn geen mensen meer maar nummertjes.
    Nog ff en er komt een wet om deze groep systematisch en preventief op te ruimen.
    Bah bah bah ik haat dit land zo.

    Ja ik ben wswer en word nu al zwaar onderbetaald door gemeente schiedam.
    Ik weet voor mezelf dat ik meer kan maar de kans word je gewoon niet gegeven, want er wordt op je neergekeken als of je een stuk ongedierte bent.

Reageer

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *