Eerwraak: práát met de daders

Eergerelateerd geweld is een probleem voor onze samenleving als geheel. Dat helpen we niet de wereld uit door de daders te veroordelen. Oog hebben voor de positie van de daders en het bespreekbaar maken van eerwraak is effectiever en kan helpen escalaties te voorkomen.

Nederland, 2015. Een onschuldige jongen wordt de moordenaar van zijn geliefde zusje. Een vader wringt zich in allerlei bochten om de eerbaarheid van zijn dochters te bewaken. Een vrouw is op de vlucht voor haar eigen familie.

Dat zijn waargebeurde eerkwesties die erom vragen je zowel in de slachtoffers als in de daders te verplaatsen. Neem het verhaal van Hassan, een zestienjarige scholier die, onder druk van zijn familie en omgeving, geen andere uitweg meer ziet dan zijn zus te doden. Het is een onthutsend verhaal, met enkel verliezers.

Van de vijfhonderd meldingen van eergeweld in Nederland per jaar gaat het in vijftien gevallen om moord. Hoe kan daar een einde aan komen? Hoe kunnen hulpverleners, politieagenten, docenten, schooldirecteuren, ambtenaren, politici of anderen daar het hoofd aan bieden?

Voorwaarden voor de aanpak van eergerelateerd geweld

De eerste voorwaarde is erkenning van eergerelateerd geweld als een probleem van onze samenleving en niet allen als probleem van het slachtoffer, de dader en hun families.

De tweede voorwaarde is kennis. Kennis van de rol en positie van de slachtoffers en (potentiële) daders, van de vormen van geweld, eercultuur en de achtergronden van de doelgroepen. De meest voorkomende vormen van gedrag die in een eercultuur als oneervol worden gezien zijn ongehoorzaamheid aan de ouders, seks voor het huwelijk, scheiden en buiten eigen geloof of groep trouwen.

Er zijn verschillende eerfasen en de daarbij vaak toegepaste vormen van fysiek en/of psychisch geweld, zoals harde opvoeding en dwang tot vrijheidsbeperking, maar ook mishandeling en moord. Eergerelateerd geweld laat diepe wonden na, die mensen levenslang met zich meedragen. Wonden bij slachtoffers, daders en hun familieleden.

Praat met hen

Om te voorkomen dat eerkwesties (verder) escaleren zijn er drie strategieën te hanteren, die alle drie essentieel zijn en tevens met elkaar verbonden: een individuele aanpak, het bespreekbaar maken van eerproblemen en oog hebben voor de positie van (potentiële) daders: ‘Praat met hen,’ is het devies. Een potentiële dader staat vaak onder hoogspanning, omdat zijn omgeving hem dwingt tot daden waar hij spijt van krijgt zodra hij ertoe is overgegaan. Weigert hij de eer te wreken, dan heeft hij des te harder steun nodig, want weerstand bieden aan de groepsdruk in een eerkwestie vraagt erg veel. De aanpak moet erop gericht zijn om de betrokkenen kracht te geven zelf met de toestand om te kunnen gaan.

Het antwoord op eermoord ligt in het bestrijden van het verschijnsel eermoord zelf. Een mentaliteitsverandering ten aanzien van eerkwesties is onvermijdelijk. We moeten ons realiseren dat daar heel wat tijd overheen gaat, maar voorlichting is een effectief middel gebleken om de discussie over eerwraak en eergerelateerd geweld op gang te krijgen. Voorlichting als begin van een mentaliteitsverandering, die er kort gezegd op neerkomt om in het vervolg met elkaar te praten over eerkwesties en het geweld als antwoord op geschonden eer af te zweren. Individuen kunnen die andere mentaliteit niet alleen verwezenlijken, net zo min als gezinnen, een imam of hulpverleners. Iedereen moet een handje helpen om deze steen op te tillen.

Celal Altuntas is auteur van het boek ‘Het is je zusje! Eermoord in Nederland’. €17,50, paperback, 176 pag. Athenaeum-Polak & Van Gennep, Amsterdam, 2015. ISBN 9789025305932.