De kunst voor vrouwen is om eigenwijs te zijn

Vrouwen presteren beter in het onderwijs en tijdens hun studie. Maar op de werkvloer is daar nog niet veel van te merken. Hun vrouwelijke eigenschappen spelen hen parten. Evelien Tonkens beschrijft drie valkuilen voor de vrouw op weg naar de top.  

Vrouwen zijn gewoon slimmer en beter. Ze doen het overal in het onderwijs inmiddels beter, van groep 1 tot en met de universiteit. Internationale vrouwendag is een mooie dag om dat te vieren. Dit hadden de voorvechtsters van gelijke rechten voor vrouwen in het onderwijs als Wilhelmina Drucker en Aletta Jacobs niet durven dromen, meer dan een eeuw geleden. Ze zouden de vlag uitsteken en dit succes van de daken schreeuwen.

Maar honderd jaar later is dit succes helemaal geen reden voor een feestje. Integendeel: het baart zorgen en verwijten. Als vrouwen beter zijn, zijn mannen dus slechter. Dat is het onderwerp van discussie. Vrouwen krijgen daar ook nog de schuld van. Zij werken te vaak in onderwijs en opvang. Dat schept een vrouwencultuur waar jongens slecht in gedijen, is nu de zorg (hoogleraar Tavecchio, de Volkskrant, 7 maart). Maar vrouwen doen het ook beter op de universiteit, waar mannen in de meerderheid zijn en waar beslist geen vrouwencultuur heerst… Hoe moeten we hun succes daar dan verklaren?

Beter
Vrouwen zijn beter, maar op de arbeidsmarkt betaalt dit niet uit. Nog steeds maken mannen drie maal zo veel kans op promotie als vrouwen (de Volkskrant, 8 maart). Het is een combinatie van discriminatie en zelfdiscriminatie, zo blijkt steeds weer uit onderzoek. Op zoek dan maar naar mijn zelfdiscriminatie, daartoe aangespoord door Women Inc, dat bezoekers afgelopen zaterdag vroeg: ‘Welk aangeleerd gedrag heb jij doorbroken om jouw top te bereiken?’ Echt doorbroken heb ik trouwens niks. Ik worstel en tob wel dagelijks. Maar dat is dan weer zo verdomde vrouwelijk. En dan tob ik daar weer over: is dat erg om in dit opzicht vrouwelijk te doen? ‘Lieve meisjes komen niet ver. Stop dus met ploeteren, met aardig en behulpzaam zijn.’ Deze vergeelde krantenkop hangt al jaren bij mij op de wc-deur. Als aansporing om deze vrouwenstrategie te vermijden: heel ijverig je best doen en dan maar hopen dat iemand dit ziet en beloont.

Onderzoek

Veel vrouwen doen dit, bleek uit onderzoek. Terwijl veel mannen zichzelf naar voren dringen en in de etalage plaatsen. Raden wat effectiever is… Nog zo’n bewezen vrouwenvalkuil: denken dat je een functie al moet beheersen om hem te mogen uitoefenen. Dat weerhoudt veel vrouwen ervan promotie te maken, laat staan te eisen. De meeste mannen daarentegen vinden het vanzelfsprekend dat ze een jaar nodig hebben om de nieuwe taken te leren, en gunnen zichzelf die tijd dus ook. Ook dat is een reden waarom mannen meer succes hebben op de arbeidsmarkt.

Derde valkuil: vragend door het leven gaan. Mannen poneren, met lage stem. Vrouwen vragen, met hoge stem die lopende de zin nog hoger wordt. Afgekeken van films en boeken: het meisje vraagt, is bang, uit twijfels. De jongen poneert, dirigeert, en treedt op. Raden wat effectiever is. Het lastige is alleen dat altijd poneren net zo irritant is als altijd vragen. Zelfs als het effectiever is, wil ik dat toch niet doen. De kunst is bewust te kunnen switchen tussen vragen en poneren.

Eigenwijs
De grootste kunst is om stijlvol assertief en eigenwijs te zijn. Een kwart eeuw werk ik nu, en ik ben zelden te eigenwijs geweest, maar wel heel vaak te soft, begripvol, meegaand en voorzichtig. (Een naaste collega bulderde van het lachen toen ik dit zei; tot zover mijn zelfkennis). De kunst is jezelf bloedserieus te nemen op een charmante, soepele, communicatieve en soms humoristische wijze. Niet meteen denken dat je het wel verkeerd zult hebben als je als enige iets vindt. Niet denken: laat maar. Alleen staan is de slechtste reden om jezelf niet serieus te nemen.

Pff, wat een werk, dat werk. Maar de enige manier die ik weet om me niet door mijn sekse noch door de conventies van de arbeidsmarkt te laten bepalen. Alle vrouwen die ik goed ken, worstelen aldus. Het zou de arbeidsmarkt ten goede komen als ook meer mannen dit zouden doen. In de jaren tachtig was doorbreken van seksestereotiep gedrag van beide seksen onderdeel van het overheidsbeleid. Wanneer uit onderzoek bleek dat mannen en vrouwen zich verschillend gedroegen, was dat was aanleiding tot kritische reflectie op dit gedrag. Het spoorde ook mannen aan zich stijlen van vrouwen eigen te maken wanneer die sympathieker of effectiever leken. Nu moet het hele onderwijs zich aan jongens aanpassen, omdat meisjes beter zijn. Het is goed dat Aletta Jacobs en Wilhelmina Drucker dit niet hoeven mee te maken.

Evelien Tonkens is bijzonder hoogleraar Actief Burgerschap aan de Universiteit van Amsterdam. Dit artikel verscheen eerder als column in de Volkskrant van woensdag 9 maart 2011.