Geef wijkteams meer ruimte

De wijkteams in Rotterdam functioneren niet zoals het zou moeten, blijkt uit onderzoek van de Rotterdamse Rekenkamer. Met meer aandacht en ruimte voor de doorontwikkeling van de wijkteams kan er veel verbeterd worden, is de ervaring van de Rotterdamse Werkplaats Sociaal Domein.

Rotterdammers die hulp nodig hebben van het wijkteam zijn er niet zeker van dat ze deze hulp op tijd krijgen, concludeerde de Rotterdamse Rekenkamer deze zomer in haar rapport ‘Het komt niet in de buurt’. De negatieve teneur in het rapport is bepaald niet inspirerend en aanmoedigend voor de hardwerkende wijkteamleden.

Waar de wijkteams in Rotterdam meer behoefte aan hebben, is ruimte om naar hun eigen professionele inschatting te handelen en hierin van elkaar en met elkaar te leren (zie ook De verhuizing van de verzorgingsstaat). Met minder regels en verplichte procedures en tijdelijk wat extra wijkteammedewerkers om wachtlijsten weg te werken, zijn we er nog niet.

Kijk juist naar wat wel werkt

Juist het delen van wat wél werkt in plaats van het benadrukken wat niet werkt, geeft wijkteams handvatten voor doorontwikkeling en daarmee nieuwe handelingsperspectieven. Binnen de Werkplaats Sociaal Domein Zuid-Holland Zuid formuleerden sociale professionals uit wijkteams, beleidsprofessionals, sociaal ondernemers en docentonderzoekers samen vijf succesfactoren.

Vanuit een positieve insteek dienen deze factoren als antwoord en aanvulling op de sombere bevindingen waar de Rotterdamse Rekenkamer ons mee confronteert.

Tijd maken om elkaar te ontmoeten

Een factor die bijdraagt aan betere wijkteams is elkaar vanuit verschillende perspectieven – beleid, uitvoeringspraktijk, ondernemerschap en beroepsonderwijs – ontmoeten. Het ontmoeten vanuit een open houding lokt nieuwsgierigheid uit naar elkaars opvattingen, ideeën en vooral ervaringen.

Door ontmoetingen rond een specifiek thema ontstaat begrip voor elkaars professionele handelen en meer onderling vertrouwen. De ontmoetingen leiden bovendien tot het besef dat er meer domein-overstijgende keuzevrijheid nodig is en het wordt makkelijker om dingen ‘die je nou eenmaal zo doet’ los te laten waardoor men meer openstaat voor andere manieren van kijken.

Hoe meer perspectieven aan zulke ontmoetingen worden toegevoegd door de uiteenlopende deelnemers, des te rijker wordt het gesprek en des te innovatiever en duurzamer de oplossingen die daaruit voortkomen. Dit leidt tot gesprekken die specifieke domeinen overstijgen en daarmee echt gaan over integrale oplossingen.

Liever fysieke nabijheid dan een vragenlijst

Hoe meer nabijheid wijkteams ervaren tot de wijkbewoners enerzijds en beleidsmakers en samenwerkingspartners anderzijds, des te beter kunnen oplossingen van onderop gerealiseerd en kan zwaardere hulp worden voorkomen. Er is dan ook meer behoefte aan een fysieke ontmoetingsplek waar wijkbewoners binnen kunnen lopen dan aan de eerdergenoemde VAI-vragenlijst.

Zoals in Schiedam bij de multimediawerkplaats waar jongeren met autisme ingezet worden omdat hun beperking als talent gezien en benut wordt. Bewoners, sociale professionals, beleidsmakers en een sociaal ondernemer hebben samen een oplossing gevonden voor deze jongeren die geen dagbesteding hebben vanwege hun beperking.

Bouw aan een gedeelde professionele identiteit

Overeenstemming in missie, doelen, waarden, werkwijze en organisatie bepaalt mede de kracht van een wijkteam. In teambuildingactiviteiten of leerkringen kunnen wijkteams hieraan werken.

Maar ook een structurele aanpassing van de werkwijze kan bijdragen aan de professionele identiteit. In Barendrecht bijvoorbeeld leidt zelfsturing in een van de wijkteams tot meer overeenstemming en effectiviteit.

Geef wijkteam meer professionele autonomie

Regels en procedures beperken professionals om vanuit hun professionele expertise en ervaring te doen wat zij nodig achten. Juist vanuit het vertrouwen op hun expertise moeten zij ruimte krijgen om niet iedereen exact hetzelfde tegemoet te treden. Gelijke behandeling bestaat in het geval van sociaal werk namelijk uit het bieden van ongelijke oplossingen die inspelen op de specifieke behoefte van degene die je voor je hebt.

Daarnaast gaat professionele autonomie ook over het toevertrouwen van professionalisering aan professionals zelf. Laat hen zelf aangeven of zij als professional of als team extra training of deskundigheidsbevordering nodig hebben.

Transformatie moet op alle niveaus plaatsvinden

Als we het hebben over de transformatie in het sociaal domein zijn alle ogen gericht op de wijkteams. Zij moeten anders werken dan voorheen, zich anders organiseren en moeten aan andere verwachtingen voldoen.

In de praktijk zien we echter dat de ‘lerende wijkteamprofessional’ de afstand moet overbruggen tussen de uiteenlopende behoeftes in de wijk en de eenvormige procedures van instanties als gemeenten, moederorganisaties en zorgverzekeraars. Denk hierbij aan de VAI-vragenlijst die moet worden afgenomen in Rotterdam, los van de hulpvraag die iemand heeft. Of aan de onmogelijkheid om een fysiotherapeut aan tafel te krijgen bij een overleg met de verschillende disciplines die een bepaalde wijkbewoner ondersteunen, omdat dit niet wordt vergoed vanuit de zorgverzekeraar.

Het wordt steeds duidelijker dat ook de instanties waar wijkteams mee te maken hebben en de financieringsstromen waarvan zij afhankelijk zijn, moeten transformeren. De transformatie slaagt alleen als deze ook plaatsvindt op het niveau van (moeder)organisaties in het sociaal domein, aanpalende domeinen en de gemeentes zelf.

Ook deze transformatie begint bij onderlinge ontmoeting en een kleinere afstand tussen beleid en praktijk. Dit leidt eerder tot bottom-up oplossingen zoals een preventieve aanpak voor gezinnen met huurachterstanden waarmee huisuitzettingen worden voorkomen in Schiedam.

Laat wijkteams meer zelf bepalen

Elkaar ontmoeten, nabijheid, professionele identiteit, ruimte voor professionele autonomie en transformatie op alle niveaus dragen volgens ons bij aan de succesvolle doorontwikkeling van de wijkteams. Wijkteams moeten de tijd kunnen nemen om met elkaar en anderen te leren. De gemeente moet niet opleggen welke training wijkteams moeten volgen, maar ruimte en vertrouwen geven om wijkteams zelf te laten bepalen met wie ze willen leren en wat de opbrengst moet zijn.

Wijkteams die samen met beleidsprofessionals, sociaal ondernemers en bewoners zorgen voor minder onnodige regels en meer innovatieve en preventieve interventies, zijn een haalbare toekomst. Dit gaat echter niet vanzelf. Het is nodig dat dit serieus wordt genomen en er door gemeenten serieus wordt geïnvesteerd in de ruimte die professionals hiervoor nodig hebben.

Judith van Vliet en Elizabeth van Twist zijn als docent en onderzoeker verbonden aan Hogeschool Inholland en Hogeschool Rotterdam en werken beiden voor de Werkplaats Sociaal Domein Zuid-Holland Zuid.

Op 22 november bestaan de Werkplaatsen Sociaal Domein 10 jaar! Ter ere hiervan organiseren we een jubileum debat over de idealen van gemeenten en de vormgeving daarvan in de praktijk.

Foto: Frans Schouwenburg (Flickr Creative Commons)

Dit artikel is 5282 keer bekeken.

Reacties op dit artikel (2)

  1. Helemaal mee eens! Meer handelingsruimte en autonomie voor wijkteammedewerkers is nodig. En gelegenheid om van elkaar te leren. Dat is trouwens precies wat in de aanbevelingen staat van het rapport van de Rekenkamer Rotterdam. Het rapport is helemaal niet negatief over wijkteammedewerkers, maar wel kritisch over de gemeente: die moet wijkteammedewerkers meer ruimte geven en minder belasten met het invullen van vragenlijsten zoals de VAI. Dat in dit artikel 5 succesfactoren worden gepresenteerd als “een antwoord op de sombere bevindingen van de rekenkamer” vind ik vreemd, aangezien deze succesfactoren grotendeels bijna letterlijke kopieën zijn van de aanbevelingen van het rekenkamerrapport!

  2. Wat weten we eigenlijk van het ‘wijkteamprofessionalisme’? Mijn gevoel zegt dat er nog weinig gemeenschappelijke professionele normen en werkwijzen zijn onder wijkteammedewerkers. Is dat niet nodig voor een goede benutting van (meer) autonomie?

Reageer

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *