Hoe gemeenten inwoners alvast beter kunnen ondersteunen

Handreikingen ter verbetering van de bestaanszekerheid, genoemd in een eerder artikel op deze site snijden hout, meent de Dordtse wethouder Peter Heijkoop (ook voorzitter VNG-commissie). Hij betoogt dat gemeenten op basis hiervan alvast kunnen beginnen met betere ondersteuning van inwoners.

Het Kenniscentrum ongelijkheid, geleid door Aisa Amagir (HvA) en Monique Kremer (UvA), presenteerde onlangs een onderzoeksmagazine met handreikingen ter verbetering van de bestaanszekerheid. De timing is goed, want het thema staat volop in de belangstelling en een nieuw kabinet zal hiermee aan de slag willen gaan.

Ik vind dat we daar hard mee aan de slag moeten

Het Kenniscentrum sluit aan op de verklaring ‘Meer bestaanszekerheid door vereenvoudiging en versterking inkomenszekerheid’ die Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) en de grote rijksuitvoerders, zoals het CAK, SVB en UWV, eind januari aan de Tweede Kamer aanboden. Het Kenniscentrum legt ook nadrukkelijk een opdracht bij gemeenten zelf neer. Ik vind dat we daar hard mee aan de slag moeten. De twaalf handreikingen, geclusterd in drie actielijnen, geven gemeenten perspectief om vooruitlopend op verbeteringen in het stelsel lokaal al te beginnen met betere ondersteuning van inwoners.

Gemeente kan het simpeler maken

De eerste actielijn beschrijft de noodzaak van een simpeler en voorspelbaarder systeem. Dat raakt allereerst de onzekere landelijke inkomensregelingen zoals de toeslagen, de te veel op flex gerichte arbeidsmarkt en uitkeringen vanuit het UWV en de SVB.

Ik vind dat iedere wethouder werk moet maken van een grote versimpelingsoperatie

Lokaal, als gemeente, zouden wij ook het nodige kunnen doen. Ik vind dat iedere wethouder werk moet maken van een grote versimpelingsoperatie. Waarin gekeken wordt of minimaregelingen kunnen worden samengevoegd en eenvoudiger kunnen worden aangevraagd. Bijvoorbeeld dat je een aanvraag doet waarbij voorzieningen waar je recht op hebt automatisch worden toegekend. Waarbij niet alles kan, omdat wetgeving soms een aparte aanvraag vereist die aan bepaalde voorwaarden moet voldoen.

Dat vraagt een andere werkwijze die niet begint met de vraag om bewijsstukken

Het kan vast simpeler. Deze versimpelingsoperatie zouden we dan nadrukkelijk samen met onze ervaringswijze inwoners moeten uitvoeren. Zodat het tot iets leidt dat daadwerkelijk in de praktijk werkt voor onze inwoners.

Gemeentelijke werkwijzen vanuit vertrouwen

De tweede actielijn gaat over het werken vanuit vertrouwen. Dat vraagt een cultuurverandering waar veel gemeenten al werk van maken. Wetgeving is vaak nog gebaseerd op controle en wantrouwen, maar de wijze waarop we willen werken gaat veel meer over maatwerk en vertrouwen. Dat laat zich niet in beleid beschrijven, maar vraagt een andere werkwijze die niet begint met de vraag om bewijsstukken, maar de vraag wat een inwoner nodig heeft om zijn of haar leven te kunnen leiden.

Het ontbreken van dat instantiekapitaal vraagt empathie van de medewerker

Veel inwoners zijn door bijvoorbeeld stress en frustratie niet altijd in staat om hun ondersteuningsvraag goed te formuleren. In het magazine wordt dat ‘instantiekapitaal’ genoemd. Het ontbreken van dat instantiekapitaal mag niet leiden tot het niet helpen van een inwoner, maar vraagt empathie van de medewerker. Het betekent ook dat we iemand niet loslaten voordat een ander ondersteuning biedt als we hem of haar niet zelf kunnen helpen Een warme overdracht in plaats van het kastje naar de muur.

Maatwerk en aandacht zal meer tijd (en daarmee gemeentegeld) kosten

Extra aandacht voor de inwoner vraagt ruimte voor de gemeenteprofessional en steun vanuit de leiding. Want dit vraagt veel van medewerkers: trainingen, opleidingen en een andere visie op ondersteuning van inwoners. Maatwerk en aandacht zal meer tijd (en daarmee gemeentegeld) kosten, maar het maatschappelijk rendement zal evengoed positief zijn.

Gemeente kan ‘helpers’ helpen

Actielijn drie gaat over het ‘helpen van de helpers’. De kracht in de samenleving faciliteren en ondersteunen. Werkgevers spelen een belangrijke rol bij de bestaanszekerheid van hun medewerkers. Zij zien vaak als eerste dat er problemen zijn als er een loonbeslag binnenkomt. Een werkgever kan dan twee dingen doen: helpen of niet helpen. Het is zowel in het belang van de werkgever als de werknemer dat het eerste gebeurt. Als je niets doet, kan geldstress leiden tot verzuim en minder productiviteit. Soms kan een gesprek en hulp op de werkvloer voldoende zijn.

Bijvoorbeeld in een samenwerkingsconvenant op het gebied van goed werkgeverschap en schulden

In andere situaties is het belangrijk dat de ondersteuning vanuit de gemeente bekend is, ook bij de werkgever. Het is belangrijk dat economie en sociale zaken in gemeentehuizen bij elkaar worden gebracht. Bijvoorbeeld in de vorm van een samenwerkingsconvenant met werkgevers over hun maatschappelijke rol op het gebied van goed werkgeverschap en schulden.

Veel vrijwilligersorganisaties zijn actief binnen gemeenten. Denk daarbij aan de voedselbank, kledingbank, schuldhulpmaatje, diaconieën alsook organisaties die zich bezighouden met kinderarmoede. Het is belangrijk dat de gemeenten deze activiteiten niet overnemen, maar wel verbinden. Dat vrijwilligersorganisaties van elkaar en de gemeente weten wat ze doen.

Goede samenwerking draait niet om het stadhuis, maar om de samenleving

Zij bieden ondersteuning, hebben een signaleringsrol en worden vertrouwd door inwoners die hun vertrouwen in de overheid hebben verloren. Door goede samenwerking kan binnen gemeenten gezamenlijk veel meer positieve maatschappelijke impact worden gemaakt en de bestaanszekerheid van inwoners worden versterkt. Dat betekent dat je deze partijen aan tafel zet, werkprocessen met elkaar doorloopt, telefoonnummers uitwisselt, naar elkaar doorverwijst en informatie deelt. En niet tijdens één bijeenkomst, maar als vaste werkwijze. Goede samenwerking draait niet om het stadhuis, maar om de samenleving.

Een overheid die er is

Wij kunnen als gemeenten met deze handreikingen aan het werk gaan en tegelijkertijd inzetten op structurele verbeteringen in landelijke wet- en regelgeving. Denk daarbij aan meer inkomenszekerheid in sociale wetgeving, een systeem met minder terugvorderingen, een zekerdere arbeidsmarkt en een overheid die er op alle niveaus voor haar inwoners is.

Peter Heijkoop is voorzitter van de VNG commissie participatie, schulden en integratie en wethouder in Dordrecht

 

Foto: Lukas via Pexels.com