INTERVIEW Monique Kremer: ‘De asielmigrant weer zien als mens’

Opgewonden dorpsbewoners, in de openlucht bivakkerende asielmigranten en inperking van het recht op gezinshereniging. Drie verschijnselen die samenhangen met een steeds strenger geworden asielbeleid. Monique Kremer, voorzitter van de Adviesraad Migratie, pleit voor terugkeer van de menselijke maat.

Monique Kremer maakt zich zorgen over de tientallen jaren geleden ingezette koers van het asielbeleid. En ook over het recente voorstel van Eric van der Burg, staatssecretaris voor Asiel en Migratie, om de gezinshereniging door vluchtelingen te vertragen. Niet weer een nieuwe aantasting van de rechten van vluchtelingen, zoals ook het College voor de Rechten van de Mens aangeeft. Het is volgens Kremer de hoogste tijd voor een duurzaam asielbeleid.

We hebben het over een staat die Oekraïense vluchtelingen verwelkomt en tegelijkertijd de gezinshereniging van statushouders op korte termijn bemoeilijkt. En ook over een staat die een beleid voert waardoor asielmigranten bij het aanmeldcentrum in Ter Apel noodgedwongen buiten slapen, omdat er te weinig bedden zijn. En over een overheid die bewoners van een klein Overijssels dorp overvalt met de vestiging van een asielzoekerscentrum (azc) voor onbepaalde tijd in een leegstaand hotel.

‘Het uitgangspunt van het recht, het voordeel van de twijfel, is ver naar de achtergrond verdwenen’

Kremer: ‘Het asielbeleid is de afgelopen decennia steeds strenger geworden. Niet alleen zijn de procedurele eisen voortdurend aangescherpt; de uitvoerders op alle niveaus handelen er ook naar. Daardoor is bijvoorbeeld het uitgangspunt van het recht, het voordeel van de twijfel, ver naar de achtergrond verdwenen. Net als bij de toeslagenaffaire zag je dat de rechters bij asielzaken vaak zonder al te veel bedenkingen meegaan in de gedachtegang van de staat. Het Nederlandse beleid is inmiddels zo streng dat het Europees Hof voor de Rechten van de Mens de staat geregeld op het matje roept.’

‘Dat ons land een streng asielbeleid voert, heeft alles te maken met dat we al langer regeringen hebben die een selectieve en strenge migratiebenadering voorstaan. Die politieke lijn sijpelt in alle geledingen door. Medewerkers van de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) bijvoorbeeld nemen lang niet altijd de vrijheid die het beleid hun toestaat.’

Ruim vijftig jaar geleden nodigden we mensen die voor hun leven vreesden nog uit om naar Nederland te komen. Dat is veranderd. Ligt dat aan de politieke kleur van regeringen sindsdien?

‘De Vreemdelingenwet werd al in 1998 strenger. Verantwoordelijk was toen de sociaal-democratische staatssecretaris voor Vreemdelingenzaken Job Cohen. Opvallend is wel dat vooral de laatste twintig jaar de menselijke maat uit het beleid verdwenen is. De IND voert de wet zo streng mogelijk uit. Overigens zie je naar aanleiding van de toeslagenaffaire ook dat er bij de IND weer aandacht is voor de menselijke maat.’

Kremer noemt dat overigens één kant van het verhaal. ‘De andere kant is dat we asielopvang niet als een maatschappelijke opgave zien.’

Venijn van het commentaar

En zo kan het gebeuren dat het Rijk aan een gemeente vraagt of die misschien zin heeft in de komst van een azc, en dat gemeenten voortdurend de hete aardappel doorschuiven als er opvangplekken moeten worden gecreëerd. Tussendoor speelt een misplaatst idee van slim koopmanschap: de asielopvang zou goedkoper en efficiënter zijn als je veel mensen en voorzieningen op één plek samenbrengt. Dat zou voordelen van schaal opleveren. Kremer: ‘Punt is alleen dat de bewoners van kleine dorpen en gemeenschappen niet zitten te wachten op de komst van honderden mensen van buitenaf.’

Kremer snapt de protesten in Albergen heel goed, hoewel de venijnigheid van het commentaar van sommige buurtbewoners ook haar soms te ver ging. Protest is volgens haar deels te voorkomen door de opvang van asielmigranten meer te spreiden. Daardoor voorkom je dat er een te zwaar beslag op dorpen en wijken wordt gelegd. Een aantal jaar geleden heeft de gemeente Utrecht samen met een buurtinitiatief een aanbod ontwikkeld dat zowel buurtbewoners als asielmigranten ten goede komt (Plan Einstein), en dat zorgt voor een maatschappelijk draagvlak voor een ander, op maat gemaakt asielbeleid.

Komt het venijn van het protest niet vooral voort uit angst voor aantasting van de ‘nationale identiteit’?

‘Die angst heeft ook te maken met beeldvorming. Elke keer weer blijkt uit de statistieken dat er nauwelijks incidenten zijn bij azc’s. Wat meespeelt, is dat asielmigranten veelal jonge mannen zijn. Dat de Oekraïense vluchtelingen wel op een warm welkom kunnen rekenen, is voor een deel te herleiden tot het feit dat het vooral vrouwen en kinderen betreft.’

In hun onlangs verschenen boek De macht der gewoonte schrijven Menno Hurenkamp en Jan Willem Duyvendak dat de witte man het idee heeft dat hij steeds meer moet inschikken ten gunste van anderen. Reden voor hem om te stemmen op partijen als PVV en Forum: niet toevallig partijen die spreken van een islamisering van de samenleving en zelfs van omvolking. Hoe bepalend is dat voor het draagvlak voor het asielbeleid?

‘Mensen zijn over tal van zaken bezorgd; over migratie, maar ook over huisvesting, cultuur en normen en waarden. Die verwevenheid van issues maakt het asiel- en migratiebeleid complex. Het is niet zo dat het maatschappelijk debat enkel en alleen wordt gevoerd in termen van “wij willen geen anderen omdat onze kinderen straks niet meer over straat zouden kunnen”. Het draagvlak om vluchtelingen op te vangen, is er ook zeker wel in ons land.’

Beeldvorming

‘Dat neemt niet weg dat mensen zorgen hebben, en dat die soms heel groot gemaakt worden. Alsof alle asielmigranten alleen naar Nederland komen. Woorden als “tsunami” en “stromen” doen het ergste vermoeden. De werkelijkheid is dat de aantallen niet zo hoog zijn als bijvoorbeeld tijdens de Syrië-crisis.’

 ‘Een andere, meer fundamentele vraag is of we ons nog wel kunnen inleven in de ander’

‘Wat de beeldvorming mede bepaalt, is de overlast die een heel kleine groep, uit veilige derde landen, veroorzaakt. Maar die groep is veel minder dominant dan de beeldvorming wil.

Een andere, meer fundamentele vraag is of we ons nog wel kunnen inleven in de ander. Asielmigranten zijn mensen zoals jij en ik. Ook wij hotsen en botsen met de rolkoffer over straat in een veilig land als we thuis aangevallen worden. We zouden ons veel meer zorgen moeten maken over de huidige verspilling van talent. Er zijn nog steeds te weinig statushouders aan het werk. Niet omdat ze niet zouden willen werken, maar omdat onze arbeidsmarkt zo taai is. Daardoor mogen asielmigranten pas aan het werk als hun asielaanvraag ten minste zes maanden in behandeling is, en dan slechts 24 weken per jaar. Komt nog bij dat trajecten voor de erkenning van diploma’s en kwalificaties ellenlang duren.’ 

Kortere procedures, maar daarmee help je geen mensen aan het werk die trauma’s hebben opgelopen tijdens of voor hun vlucht. Die hebben zorg en begeleiding nodig. Taak van overheid of werkgevers?

‘Dat is een verantwoordelijkheid van overheid en samenleving. Werkgevers kunnen niet alle lasten dragen van hun werknemers, maar net als bij mantelzorgers kunnen ze er in het werk wel ruimte voor bieden. Begeleiding en ondersteuning moeten we collectief aanpakken.’

‘Ik vraag me af of mensen wel weten hoe streng het asielbeleid is’

Is de samenleving daartoe bereid?

‘Wel als ze merken dat statushouders aan het werk zijn, dat ze een bijdrage leveren aan de buurt. Wel als ze zich kunnen voorstellen dat ook zij vluchteling kunnen worden. Maar hoe dan ook, moeten de zorgen van mensen serieus meegenomen worden in het asielbeleid.’

Als je naar de electorale voorkeur van Nederlanders kijkt, willen we geen verandering van het strenge beleid zoals dat de laatste decennia is gevoerd.

‘Ik vraag me af of mensen wel weten hoe streng het asielbeleid is. We hebben de langste lijst met veilige landen in Europa. Waar het mij om gaat, is dat veel van de zorgen die met asiel- en arbeidsmigratie te maken hebben niet op zich staan. Beleid moet inzetten op al die samenhangende zaken. Als er niet voldoende huisvesting is en wanneer je wilt voorkomen dat het idee ontstaat dat statushouders worden voorgetrokken, maak de koek dan groter. Zorg er als beleidsmakers en samenleving voor dat er meer huizen gebouwd worden.’

Wat zijn de komende jaren de fundamentele opgaven voor een humaan asielbeleid?

‘Belangrijk is dat het mensbeeld van het beleid verandert, dat de asielmigrant weer gewoon als mens wordt gezien. De asielmigrant niet langer zien als abstractie, maar als mens zoals jij en ik. Dat het beleid ervoor zorgt dat we elkaar ontmoeten, empathie voor elkaar ontwikkelen en wederzijds interesse in elkaar krijgen.’

Inzetten op basisrechten

‘Wat de menselijke maat betreft, zou het enorm helpen als we mensen die naar Nederland komen meer ruimte gunnen om te werken.’

‘Strikte scheiding tussen arbeidsmigratie en asielmigratie moet deels opgeheven worden’

‘Als er nu ergens tekorten op de arbeidsmarkt zijn en de werkgever asielmigranten zou willen inzetten, dan kan dat niet. Ze mogen nu niet werken. De strikte scheiding tussen arbeidsmigratie en asielmigratie moet deels opgeheven worden, daar moeten kanalen tussen komen. Of je het onderscheid helemaal moet opheffen, weet ik niet. Laat asielzoekers een bijdrage leveren aan de samenleving.’

Asiel- en arbeidsmigranten in de zorg

In Zorgvuldig migratiebeleid doet de Adviesraad Migratie vier aanbevelingen aan de regering om de tekorten in de langdurige zorg op te vangen.

Een van de aanbevelingen van het op 29 september 2022 gepresenteerde advies is om werken in de zorg toegankelijker en aantrekkelijker te maken voor asiel- en arbeidsmigranten die al in Nederland wonen. Ofwel, de overheid kan ‘meer maatregelen nemen om de al aanwezige migranten in Nederland meer kansen te geven op een baan in de zorg. Denk aan een verdere verbetering van de erkenningsprocedures voor buitenlandse diploma’s, meer investeringen in taalonderwijs en het verruimen van de toegang tot de arbeidsmarkt voor asielzoekers en gezinsmigranten.’

‘Ook moeten we zorgen voor een betere opvang, nationaal en lokaal, zodat asielmigranten zich gezien voelen en er contact ontstaat tussen mensen. En het beleid moet rekening houden met de zorgen in de samenleving.’

Wordt daarmee voorkomen dat de rechten van mensen de komende jaren verder onder druk komen te staan? Krijgen we dan geen voorstellen meer zoals die tot beperking van gezinshereniging?

‘Vooropgesteld vind ik dat er altijd ruimte moet zijn voor een debat over de invulling van de rechten van mensen. Sociale rechten bijvoorbeeld zijn gebaseerd op solidariteit, en door de overheid gegarandeerd. Daar moet je over blijven praten met elkaar.

Tegelijkertijd zijn er ook rechten waarover niet onderhandeld kan worden. Basisrechten heb ik het dan over. Daar moet je volgens mij sterk op inzetten. Bij de invulling ervan aan de minimale vereisten voldoen, is wat mij betreft niet voldoende. Althans als je wilt dat iedereen een volwaardige plek in de samenleving moet kunnen vinden en dat de maatschappij samenhang vertoont en solidair is. Gezien onze welvaart zouden wij niet aan de onderkant mogen zitten.

Over de dag van morgen: ik hoor de tegengeluiden, maar ik zie tegelijkertijd het hartverwarmende welkom dat Syrische en Oekraïense vluchtelingen kregen en de velen die zich spontaan aanmelden om voor het Centraal Orgaan Asielzoekers te werken. Een menswaardig asielbeleid hoeft geen utopie te blijven. Ik ben optimistisch over wat we met ons allen voor elkaar kunnen krijgen.’

Jan van Dam is freelancejournalist.

 

Foto: Joris van den Einden

Reacties op dit artikel (1)

  1. Op welke planeet leven mensen zoals Monique Kremer.Op welke planeet leven mensen zoals Monique Kremer.Omvolking is de etnoculturele samenstelling van een samenleving veranderen via massamigratie. Daar zijn cultuurmarxisten en liberalen doelbewust al jaren mee bezig in Europa.Politiek correcten noemen omvolking agenda:‘multiculturalisme’, ‘mondialisering’ of ‘superdiversiteit’.De lugubere diversiteitagenda is een voorwaarde voor de omvolkingsagenda. Een volk dat niet meer weet dat het uniek is, is rijp voor de sloop, voor omvolking.Naast de honderden moskeeën, tientallen islamitische scholen, boerka’s, halal-voedsel, islamitisch antisemitisme, geweld en bedreigingen tegen andersgelovigen kent Nederland ook sharia omvolking-enclaves. Een van die enclaves bevindt zich in de Schilderswijk, de sharia-driehoek.Een wijk waar het nuttigen van varkensvlees niet vrijelijk kan, waar mensen die hun hond uitlaten worden geïntimideerd, vrouwen met een kort rokje of luchtig truitje worden bedreigd, ronselaars voor de jihad actief zijn en waar figuren als Samir A. en Mohammed B. samenkwamen en waar zelfs een islamitische ordedienst om hulp wordt gevraagd door de politie, is een sharia omvolking-enclave.Daar woonden vroeger blanke Hagenezen. Die zijn allemaal verdreven. Daar wonen nu moslims.En dat noemen we omvolking…

    De oorspronkelijke bewoners van deze wijk waren letterlijk vervangen door nieuwkomers.In 1965 woonden er een paar honderd ‘buitenlanders’ in de Haagse Schilderswijk en ruim vijftigduizend blanke Nederlanders; dertig jaar later waren de autochtonen een minderheid geworden en dat was niet gebeurd omdat alle bewoners dit wilden.Het bestaan van dit soort buurten beperkt zich echter niet tot één wijk in Den Haag.Ook in Amsterdam-West, Rotterdam-Zuid en Utrecht Kanaleneiland zien wij wijken waar de sharia en omvolking heerst: boerka’s, hoofddoeken, geweld en intimidatie tegen niet-moslims en jihadgangers.Nederland wordt sluipenderwijs omgevolkt.Volgens prognoses van het CBS heeft op dit moment al 25% van de Nederlanders een migratieachtergrond en zal dit in het jaar 2070 42% zijn. Dit is dus omvolking pur sang.Wakker worden Monique!

Reageer

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *