In de afgelopen eeuw is de bevolkingssamenstelling van Nederland aanzienlijk veranderd. Zo steeg het opleidingsniveau van de bevolking aanzienlijk en daalde het aantal mensen dat lid is van een christelijke geloofsgemeenschap en naar de kerk gaat fors. Deze ontwikkelingen worden vaak in verband gebracht met veranderingen in opvattingen, bijvoorbeeld over immigranten, homoseksualiteit, gelijkheid tussen mannen en vrouwen en morele dilemma’s zoals abortus en euthanasie.
Hoger opgeleiden en niet-kerkelijken hebben vrijzinniger opvattingen
Het is al langer bekend dat hoger opgeleiden en mensen die niet tot een religieuze gemeenschap behoren er gemiddeld genomen minder conservatieve, en dus meer vrijzinnige, opvattingen op na houden dan lager opgeleiden en mensen die wel naar de kerk gaan.
Aangezien steeds meer mensen in de samenleving een hoger onderwijsniveau hebben behaald en de kerk hebben verlaten, is de algemene veronderstelling dat publieke opvattingen steeds minder conservatief zijn geworden.
Onderzoek naar publieke opvattingen
In mijn promotieonderzoek onderzocht ik in hoeverre de stijging van opleidingsniveaus en ontkerkelijking ook daadwerkelijk verband houden met veranderingen in conservatieve opvattingen in de samenleving.
Concreet heb ik gekeken naar publieke opvattingen over drie sociaal-culturele thema’s: vooroordelen ten aanzien van etnische minderheden, steun voor een gelijke rolverdeling tussen mannen en vrouwen en steun voor autoritaire waarden, zoals het belang dat men hecht aan traditionele gebruiken, aan het zich houden aan de regels en aan een sterke overheid die haar burgers beschermt. Publieke steun voor zulke opvattingen kan belangrijke gevolgen hebben voor de sociale cohesie en ongelijkheid tussen groepen in de samenleving.
Juist van wie we het niet verwachten
In mijn onderzoek vond ik dat Nederlanders zich tussen 1985 en 2012 steeds negatiever zijn gaan uitlaten over diverse etnische minderheidsgroepen, ondanks de toename in opleidingsniveaus en de daling van kerkgang. Opvallend is dat deze toename gemiddeld genomen het sterkst was onder hoger opgeleiden.
Juist de groep van wie we de minste vooroordelen zouden verwachten, is zich dus negatiever gaan uitlaten over etnische minderheden. Kerkleden en niet-kerkleden bleken niet zo veel van elkaar te verschillen in hun opvattingen.
Taboe op negatieve uitlatingen verdwijnt?
Onderwijsexpansie en ontkerkelijking leidden dus tegen de verwachting in niet automatisch tot minder vooroordelen onder de bevolking. Wat precies de oorzaak is van de meer negatieve opvattingen over etnische minderheden moet nog uitgebreider worden onderzocht.
Een mogelijke verklaring is dat het taboe op het negatief uitlaten over etnische minderheden langzaam aan het vervagen is.
Minder steun voor een traditionele rolverdeling
Nederlanders zijn wel minder conservatief gaan denken over de rolverdeling tussen mannen en vrouwen. Steeds meer mensen wijzen de stelling af dat vrouwen geschikter zijn voor het opvoeden van kleine kinderen dan mannen.
Dit komt met name door de opeenvolging van generaties: jongere generaties houden er over het algemeen vrijzinniger opvattingen over de rolverdeling op na dan oudere generaties. Maar ook de toename van het aantal mensen met een hogere opleiding heeft aan deze trend bijgedragen.
Met name jonge vrouwen willen andere rolpatronen
De trend is sterker en beter te verklaren onder vrouwen dan onder mannen. Het opleidingsniveau is in de loop der tijd namelijk onder vrouwen meer gestegen dan onder mannen. Wellicht zijn met name jonge vrouwen zich meer bewust geworden van hun achterstandspositie waardoor zij er meer belang bij hebben zich los te maken van traditionele rolpatronen.
Bovendien heeft het Nederlandse emancipatiebeleid zich vooral gericht op het bevorderen van de positie van vrouwen in het publieke domein, zoals op de arbeidsmarkt. Aandacht voor de participatie van mannen in het huishouden en in verzorgende beroepen bleef daarbij achter.
Steun voor autoritaire waarden bleef min of meer gelijk
De laatste jaren worden er in de media zorgen geuit over een terugkeer van conservatieve en autoritaire opvattingen, bijvoorbeeld als verklaring voor de verkiezingsoverwinning van Trump. Uit mijn onderzoek blijkt echter dat mensen in Europa gemiddeld genomen nauwelijks méér belang zijn gaan hechten aan autoritaire waarden.
Wel is er sprake van tegengestelde ontwikkelingen. Zo ging de daling van het aantal kerkgangers in West-Europa gepaard met minder publieke steun voor autoritaire waarden, maar zorgde de stijging van de werkloosheid tegelijkertijd voor een opleving van autoritaire waarden onder de bevolking.
Een ruimdenkendere samenleving is niet vanzelfsprekend
Op basis van mijn onderzoek concludeer ik dat de toename van het onderwijsniveau en de afnemende invloed van de kerk deels hebben bijgedragen aan veranderingen in conservatieve opvattingen in Nederland en Europa. Maar dat is niet geheel vanzelfsprekend.
De stijging van het onderwijsniveau en ontkerkelijking gaan in Nederland wel gepaard met minder conservatieve opvattingen over de rolverdeling tussen mannen en vrouwen, maar niet met meer liberale opvattingen over etnische minderheden. De waarden van gelijkheid tussen mannen en vrouwen lijken door sommige politici zelfs te worden ingezet om uitsluiting van bepaalde groepen die deze waarden in mindere mate onderschrijven te legitimeren.
Daarnaast zijn de veranderingen in opvattingen sterker in de ene groep dan in de andere. Zo lijken jonge vrouwen vanwege hun eigen sociale positie het meest ontvankelijk voor veranderingen in sociale normen omtrent gendergelijkheid.
Let ook op factoren die ‘liberaliserende invloed’ tegenwerken
Het is van belang om ontwikkelingen zoals veranderingen in macro-economische omstandigheden of tegenreacties op progressieve waarden in het oog te houden, omdat ze de ‘liberaliserende’ invloed van demografische verschuivingen in de bevolking kunnen tegenwerken.
Paula Thijs werkt aan de Universiteit van Amsterdam als postdoctoraal onderzoeker voor een interdisciplinair onderzoeksproject naar de socialisatie van democratische waarden onder middelbare scholieren. Ze promoveerde onlangs bij de Radboud Universiteit in Nijmegen met ‘Trends in cultural conservatism: the role of educational expansion, secularisation, and changing national contexts’.
Foto: Bas Bogers (Straatfotografie.com)