Applaus voor Teeven: bemiddeling in strafzaken kan normaal worden

Morgen geeft staatssecretaris Teeven het startsein voor vijf proeven met herstelbemiddeling in het strafrecht. Bijzonder, vanwege het draagvlak bij het OM en in de rechtspraak. En terecht, want bemiddeling is een bewezen manier van conflicten oplossen. Teeven verdient dan ook applaus.

Herstelbemiddeling – ook wel mediation of bemiddeling genoemd – is een vertrouwelijk gesprek tussen dader en slachtoffer, begeleid door een onafhankelijke bemiddelaar. De bemiddeling vindt alleen plaats als slachtoffer en dader dat willen, en op voorwaarde dat de dader zijn rol in de zaak erkent. Doel van het gesprek is het komen tot afspraken tussen de betrokkenen over gedrag en eventueel een schadevergoeding. Deze afspraken worden in de meeste gevallen vastgelegd in een zogeheten vaststellingsovereenkomst.

Een voorbeeld uit de praktijk: vanaf het eerste moment dat zij boven elkaar wonen, hebben M. en P. ruzie over lopen op de trap, harde muziek en slaan met de deuren. De ruzie escaleert in een scheldpartij en P. grijpt M. bij de keel, waarop deze aangifte doet. In plaats van de zaak te laten voorkomen, besluit het OM een poging tot bemiddeling te laten doen. Tijdens het bemiddelingsgesprek vertelt P. te zijn geschrokken van zijn gedrag; hij zegt geen gewelddadig persoon te zijn. M., die nu erg bang is in haar huis, geeft toe dat zij ook haar aandeel heeft gehad in de escalatie. P. biedt zijn excuses aan en zegt met een hulpverlener te willen praten over zijn reactie. Ook maken P. en M. afspraken over hoe elkaar op de hoogte te stellen van geluidsoverlast.

Het strafrecht heeft een beperking

Dergelijke zaken kwamen tot nu toe doorgaans bij de (al overbelaste) rechter terecht. Die doet alleen een uitspraak over de schuld van P. en geeft hem een boete. Vooral als mensen na een conflict weer met elkaar door moeten, is dat niet genoeg: de frictie blijft bestaan en de kans op recidive is groot.

Die beperking van het strafrecht wordt in Nederland gesignaleerd tot in de hoogste regionen. ‘Wat je wil, is dat het conflict wordt opgelost. Dat gedrag verandert’, zei procureur-generaal Annemarie Penn te-Strake onlangs in Opportuun, het personeelsmagazine van het Openbaar Ministerie. Plaatsvervangend hoofdofficier Paul van Beek zegt in hetzelfde interview: ‘We hebben strafrecht misschien te veel als hospitalisering van het slachtoffer gebruikt: ‘Gaat u maar liggen, ik ga wel voor u zorgen.’’

Daders krijgen de kans hun verantwoordelijkheid te nemen

Een ander voorbeeld. K. (15) en G. (14) waren goede vrienden totdat K. een relatie kreeg met de ex-vriendin van G. Tijdens een gesprek hierover gaf G. een klap aan K., en brak daarbij zijn neus. Tijdens de bemiddeling vertellen de jongens over hun vriendschap en hoe zij dit incident hebben beleefd. G. verontschuldigt zich voor de klap. Er worden afspraken gemaakt. De officier van justitie en de rechter vinden seponering van de zaak echter een brug te ver, gezien de ernst van het incident. De rechter besluit tot schuldigverklaring zonder strafoplegging en baseert dat mede op de tijdens bemiddeling getoonde inzet van G.

Daders krijgen bij herstelbemiddeling de kans hun verantwoordelijkheid te nemen en hun slachtoffers onder ogen te komen. Waar mogelijk, kunnen ze de nadelige gevolgen van hun daad persoonlijk rechtzetten. Uit onderzoek van Lawrence W. Sherman en Heather Strang blijkt dat door deze confrontatie de kans op herhaling bij de dader afneemt. Voor slachtoffers biedt bemiddeling de mogelijkheid de dader in de ogen te kijken en te vertellen wat het delict met hen heeft gedaan. Niet zelden voelen ze zich daarna sterker.

Om die redenen wordt in het buitenland al jaren bemiddeld in strafzaken. Oostenrijk, België, Duitsland en het Verenigd Koninkrijk hebben er goede ervaringen mee. Verder weg geldt dat ook voor Argentinië, de Verenigde Staten, Nieuw Zeeland en Australië.

De tijd is er naar: herstelrecht

In Nederland hebben al verschillende proeven met herstelbemiddeling plaatsgevonden, maar niet eerder met zo veel steun vanuit het OM. De tijd is er ook naar: in 2012 trad artikel 51h  Wetboek van Strafvordering in werking, dat spoort OM en de politie aan tijdig naar bemiddeling te verwijzen.

Natuurlijk, een gesprek tussen dader en slachtoffer helpt niet altijd. Ook is bij sommige, ernstige delicten een uitspraak van de rechter – die spreekt namens de hele maatschappij – noodzakelijk; zonder bemiddeling uit te sluiten overigens. Maar in een gezonde strafrechtsketen is herstelbemiddeling onmisbaar; in plaats van, maar ook als onderdeel van het strafrecht.

Ik hoop daarom dat de proeven waarvoor staatssecretaris Teeven vandaag het startsein geeft, ertoe zullen leiden dat herstelbemiddeling ook in Nederland de normaalste zaak van de wereld wordt.

Sasha ter Hoeven is directeur van de Stichting Restorative Justice Nederland en mediator