Keihard aanpakken van daders is niet de juiste weg

Volgens onderzoek is een meerderheid van de Nederlanders voorstander van een hardere aanpak van criminaliteit. Dit is aanleiding voor een strenger justitieel beleid. De overheid laat daarmee echter de mogelijkheden onbenut om de dader bewust te laten worden van zijn misdrijf. 

Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie Fred Teeven is voor een consequente en stevige aanpak van de criminaliteit. 'Dáár gaan we deze kabinetsperiode voor. Ik wil dat daders duidelijk weten en voelen dat de burger de criminaliteit en overlast zat is en dit soort gedrag niet accepteert. Slachtoffers van criminaliteit worden beschermd en de daders achter slot en grendel gezet.' Deze opvatting wordt onderschreven door recent onderzoek van de Radboud Universiteit, waarin naar voren kwam dat een meerderheid van de Nederlanders voorstander is van een hardere aanpak van overlast en criminaliteit

Als het aan Teeven ligt, wordt het strafrecht harder. Hij wil minimumeisen voor delicten formuleren en de rechter de vrijheid geven om hogere straffen te eisen dan de huidige maxima. Ook de verlofregeling gaat op de schop. Kortom, de dader zal het weten dat hij iets misdaan heeft. De cruciale vraag is of dit zal bijdragen aan de terugdringing van wangedrag en normoverschrijding. Is er geen betere oplossing voorhanden waarmee zowel dader als slachtoffer en samenleving gebaat zijn?

Laat ik vooropstellen dat ik de belangstelling voor het slachtoffer in het huidige beleid toejuich. Ik betwijfel echter of het keihard aanpakken van daders de juiste weg is. Het is genoegzaam bekend dat je geen sociaal gewenst gedrag kunt afdwingen door iemand jarenlang op te sluiten. Bovendien wil een slachtoffer meer dan vergelding. Hij wil weten waarom de dader juist hem als slachtoffer heeft uitgekozen. Ook wil hij de dader laten weten wat deze hem heeft aangedaan. Het is voor het slachtoffer vaak niet voldoende dat de dader wordt veroordeeld en achter een gesloten deur verdwijnt. Hij wil dat de dader zich bewust wordt van zijn daad en de verantwoordelijkheid op zich neemt. In dat laatste voorziet het herstelrecht.

Herstelrecht is een aanvulling op het klassieke strafrecht
Waar het strafrecht vooral sancties oplegt, bevordert het herstelrecht genoegdoening en verzoening. Er bestaan twee grondvormen van herstelrecht: bemiddeling en conferencing. De laatste staat ook wel bekend als Eigen Kracht- of herstelconferenties.

Bij bemiddeling helpt een neutrale bemiddelaar dader en slachtoffer bij het zoeken naar een oplossing voor conflicten die voortvloeien uit een misdrijf. Bij 'conferencing' of Eigen Kracht-conferenties worden dader, slachtoffer en hun omgeving (buren, familie of vrienden) bij elkaar gebracht. Zij wisselen gedachten en gevoelens uit over het gebeurde. Dit dient een tweeledig doel. Ten eerste om de beelden die dader en slachtoffer van elkaar hebben, te veranderen. En ten tweede om ervoor te zorgen dat de dader zijn verontschuldigingen aanbiedt en afspraken maakt met het slachtoffer om waar mogelijk de schade, het leed en nadeel ten gevolge van zijn misdraging te herstellen. De directe omgeving van dader en slachtoffer - familie, vrienden en buurtgenoten - neemt deel aan de eigenkracht-conferenties omdat zij  eveneens met de gevolgen van een misdrijf geconfronteerd en daar door geschaad kunnen worden. Ook kunnen zij de  verantwoordelijkheid op zich nemen de partijen bij het herstelproces te steunen.

Een derde, nog jonge, vorm van herstelrecht is de uit Brazilië overgewaaide restorative circle. Ook deze methode, ontwikkeld in Braziliaanse sloppenwijken, brengt de opponenten bij elkaar. Ook hier komen daders, slachtoffers en de mensen om hen heen bij elkaar om de balans tussen partijen te herstellen.

Herstelrecht is absoluut niet vrijblijvend
Voor een goed functionerend herstelrecht moet aan minstens drie voorwaarden worden voldaan: het sociale netwerk rond dader en slachtoffer dient te worden ingeschakeld, de overheid moet op afstand blijven, als mensen hun onderlinge conflicten zelf willen en kunnen oplossen, en de toegang en verwijzing moet goed geregeld te zijn. In het handelsrecht en het bestuursrecht nodigt de rechter partijen geregeld uit om hun conflict onderling te regelen. Alleen als partijen er zelf niet uit komen, kunnen zij zich alsnog bij hem
vervoegen.

Een andere rechter die partijen in een conflict vrijwel standaard uitnodigt om hun geschil onderling te regelen, is Rijdende Rechter Frank Visser. Hij doet pas uitspraak nadat hij partijen nogmaals en nadrukkelijk heeft gevraagd of ze er alles aan hebben gedaan om het conflict zelf te beslechten.

Burgers betrekken bij het oplossen van conflicten en het tegengaan van wangedrag en criminaliteit, is niet nieuw. Al in de jaren zeventig van de vorige eeuw was er grote belangstelling voor manieren om conflicten buiten het strafrecht te houden. Het heette toen nog geen herstelrecht, maar in feite kwam het daar wel op neer.

Gezien zijn opstelling, is het nog de vraag welke ruimte staatssecretaris Teeven het herstelrecht zal en kan geven en of dat de ruimte is die het verdient. Ook de burgers in het Nijmeegse onderzoek die voor een harde aanpak van overlast en criminaliteit zijn, zullen het herstelrecht vermoedelijk geen al te warm hart toedragen. Er zullen onder hen ongetwijfeld mensen zijn die veronderstellen dat het herstelrecht de dader van een misdrijf de mogelijkheid biedt om er met een gemompeld, niet-gemeend excuus makkelijk vanaf te komen. Belangrijk is om te bedenken dat herstelrecht niet los staat maar naadloos aansluit op bestaande herstelgerichte voorzieningen voor slachtoffers in het strafrecht.

Ik kan ze geruststellen: herstelrecht is absoluut niet vrijblijvend. Een dader moet de gemaakte afspraken voor de volle 100 procent nakomen. Bovendien voorziet de overheid in een vangnet voor het geval dat mensen afspraken aan hun laars lappen. Wie zijn verplichtingen niet nakomt, wacht alsnog de gevangenis.

Ongelooflijk moeilijk om je slachtoffer recht in de ogen te kijken
Ik denk overigens niet dat daders en masse afspraken zullen negeren. Het is ongelooflijk moeilijk voor daders om hun slachtoffer in de ogen te moeten kijken, dat heeft een enorme impact. Ik sprak onlangs een dader die zich tegenover zijn slachtoffer had verantwoord. Hij vertelde me dat de confrontatie hem emotioneel bijzonder zwaar was gevallen. Het was voor hem een keerpunt, na de ontmoeting met zijn slachtoffer had hij besloten om voortaan op het rechte pad te blijven. Als dat vaker gebeurt, wat ik verwacht, dan kan het herstelrecht de samenleving enorm veel geld en conflicten besparen.

Gert Jan Slump is projectmanager van Restorative Justice Nederland, een stichting die het herstelrecht in Nederland wil stimuleren.