Is er sprake van een serie?
Wanneer geweld zich herhaalt, rijst al snel de vraag: is er sprake van een serie? Die vraag is begrijpelijk, ik ga daar hier verder op in. Herhaling kan duiden op patronen, op structureel falen, op een dader die opnieuw toeslaat. Maar het is belangrijk om hier zorgvuldig mee om te gaan. Niet elke herhaling is een serie, en niet elke serie wordt als zodanig herkend. Soms zijn de verbanden subtiel, verspreid over verschillende regio’s of groepen. Juist daarom is het van belang om niet alleen naar incidenten te kijken, maar ook naar de onderliggende structuren die geweld mogelijk maken.
Geweld is nooit de schuld van degene die het ondergaat
Wat had het slachtoffer anders moeten doen?
Wat ook herhaaldelijk gebeurt, is dat de verantwoordelijkheid wordt verschoven naar vrouwen en meisjes zelf. Waarom liep ze daar? Waarom droeg ze dat? Waarom was ze alleen? Deze vragen impliceren dat het slachtoffer iets had kunnen doen om het te voorkomen. Maar geweld is nooit de schuld van degene die het ondergaat. Punt. Deze vorm van victim blaming is niet alleen onrechtvaardig, maar ook schadelijk. Het leidt af van waar het werkelijk om gaat: de dader en de omstandigheden die geweld mogelijk maken.
Victim blaming komt vaak voort uit de behoefte om de wereld als rechtvaardig te zien, een idee dat bekendstaat als de Just World Hypothesis. Volgens deze theorie willen mensen geloven dat goede dingen gebeuren met goede mensen en slechte dingen met slechte mensen. Als iemand slachtoffer wordt van geweld, past dat niet in dit wereldbeeld. Daarom zoeken mensen naar verklaringen die het slachtoffer verantwoordelijk maken: ‘Ze had daar niet moeten lopen,’ of ‘Waarom droeg ze dat?’, alsof het slachtoffer iets fout heeft gedaan en het dus ‘logisch’ is dat haar iets overkwam. Deze manier van denken biedt een vals gevoel van veiligheid: ‘Als ik me anders gedraag, overkomt mij dat niet.’ Maar het is een illusie. Het erkennen dat geweld iedereen kan overkomen, dus ook jezelf of je dierbaren, is beangstigend. Door het slachtoffer verantwoordelijk te maken, kunnen mensen die angst op afstand houden.
Wat kunnen mannen doen?
Ook ik ben boos over het geweld en ik zie dat er structureel iets niet goed zit in de genderverhoudingen in onze samenleving. Op korte termijn geeft die woede energie en die energie is nodig om zichtbaar te maken dat dit niet kan, dat het anders moet. Maar van mezelf weet ik ook: woede is sprintenergie, en dit probleem vraagt om een duurloop. We hebben te maken met diepgewortelde patronen en structuren, en die verander je niet in één keer.
Ik vind het belangrijk om mannen niet als vijanden te zien, maar als bondgenoten
Juist daarom vind ik het belangrijk om mannen niet als vijanden te zien, maar als bondgenoten. Ik ben ervan overtuigd dat we mannen op heel veel fronten nodig hebben in deze strijd:
- als rolmodellen voor jonge jongens,
- als opvoeders die respect en gelijkwaardigheid meegeven,
- als partners die laten zien wat het betekent om een respectvolle relatie te hebben,
- en als collega’s, leiders en vrienden die onveilig gedrag niet wegkijken maar aanspreken.
Hoe zorgen we ervoor dat vrouwen en meisjes zich vrij kunnen bewegen, zonder angst?
Dat is niet altijd makkelijk. Het vraagt om zelfreflectie, om lef, en soms ook om ongemak. Maar ik geloof dat de meeste mannen deze rol wíllen pakken. Het is niet alleen een strijd tegen geweld, het is ook een gezamenlijke beweging naar een samenleving waarin iedereen zich vrij en veilig kan voelen. Mijn oproep aan mannen is daarom: voel je aangesproken. Niet omdat jij persoonlijk verantwoordelijk bent voor het geweld, maar omdat je wél een rol kunt spelen in het tegengaan ervan. Neem je plek in als bondgenoot. Dat hoeft niet met grootse gebaren of publieke statements. Juist in de dagelijkse praktijk, in gesprekken op het werk, in de sportkantine, op sociale media of aan de keukentafel, kun je verschil maken. Sta stil bij opmerkingen die vrouwen kleiner maken of seksualiseren. Spreek je uit als iemand een grens overschrijdt, ook als het ‘maar een grapje’ lijkt. Luister als een vrouw haar ervaring deelt, zonder meteen te relativeren of oplossingen aan te dragen. En kijk eens kritisch naar je eigen gedrag en overtuigingen: hoe draag jij bij aan een cultuur waarin vrouwen zich veilig voelen? Verandering begint bij kleine, consequente keuzes. Bij het durven ongemakkelijk zijn. Bij het kiezen voor respect, ook als niemand kijkt. Alleen samen kunnen we van deze strijd tegen gendergerelateerd geweld een duurloop maken
Wat kunnen we verder doen?
De vraag zou moeten zijn: wat doen we als samenleving om veiligheid te verbeteren? Hoe zorgen we ervoor dat vrouwen en meisjes zich vrij kunnen bewegen, zonder angst? Dat vraagt om meer dan alleen extra verlichting of camera’s. Het vraagt om bewustwording, om onderwijs, om het doorbreken van schadelijke normen en om het serieus nemen van signalen. Vrouwen en meisjes moeten zich vrij kunnen bewegen in de openbare ruimte. Maar zolang zij hun routes, kleding en gedrag moeten aanpassen uit angst voor geweld, is de straat niet van iedereen. Dan is vrijheid een privilege geworden, geen recht. En dat is een ongemakkelijke waarheid die we niet langer mogen negeren.
Prof. dr. Janine Janssen is hoofd onderzoek van het Landelijk Expertise Centrum Eer Gerelateerd Geweld van de nationale politie, lector Geweld in Afhankelijkheidsrelaties aan Avans Hogeschool en de Politieacademie en hoogleraar Criminologie & Rechtsantropologie aan de Open Universiteit.