Bewoners kunnen zorgtaken efficiënter, beter en goedkoper uitvoeren

Zo’n honderd zorgorganisaties van burgers zijn er nu, en het aantal groeit snel. Zorgtaken worden op deze wijze niet alleen efficiënter, maar ook beter uitgevoerd tegen hetzelfde, of minder geld. Misschien is het dan ook fair als zij een deel van de besparingen zouden krijgen.

Overheid noch markt kunnen voorzien in alle zorg en dus wordt de gemeenschap ingeschakeld. Dit gaat veel verder dan het verhaal dat gemeenten vanaf 1 januari zorgtaken overnemen van het Rijk en dat dit gepaard gaat met bezuinigingen. Het diepere verhaal is dat we opnieuw moeten ontdekken hoe we als samenleving onze zorg organiseren. Al bijna tien jaar geleden zijn eerste groepen bewoners in hun dorpen en wijken begonnen om overheid, markt en gemeenschap bij elkaar te brengen. Zij laten zien hoe we als samenleving de zorg overeind kunnen houden.

Overheid en markt hebben de oplossing gezocht in efficiëntie, steeds sneller werken voor steeds meer klanten. Dat leidt tot steeds grotere organisaties, maar die zijn duur, mensen werken daar niet graag, en de zorgvrager krijgt onpersoonlijke zorg terwijl hij juist menselijk contact nodig heeft. De overheid verlaat dit pad nu en velen zijn haar voorgegaan, zoals Buurtzorg Nederland dat werkt aan aanbod van persoonlijke zorg door kleine organisaties van professionele zorgverleners. In dit spoor passen ook groepen bewoners die zelf zorg organiseren in hun dorpen en wijken. Daarvan zijn er nu zo’n honderd en hun aantallen groeien de laatste jaren snel. Zij komen niet alleen op omdat overheid en markt zich terugtrekken, maar ook uit verantwoordelijkheid en compassie, en omdat mensen geloven dat zij de zorg beter kunnen organiseren.

Beter en tegen minder geld

De lokale bewonersinitiatieven zijn pioniers die binnen de zorg iets nieuws doen door gemeenschappen te vormen. Dan weet de zorgvrager dat hij aan zijn zijde medebewoners vindt die zich in zijn positie kunnen verplaatsen. Hiermee heffen mensen onderling een van de grote nadelen op van de liberalisatie van de zorgmarkt, namelijk het probleem van de keuzevrijheid. Die vrijheid is mooi, maar je moet wel alles weten, en hoe lastig is dat niet? De bewoners bouwen samen kennis op waardoor zij niet alleen de vraag steeds meer kunnen verbeteren, maar ook het aanbod: aan de aanbodzijde werkt het zorginitiatief mee aan een team met bekende gezichten, professionals en vrijwilligers, dat op de zorgvraag van het individu is afgestemd.

Een goede afstemming van vraag en aanbod betekent niet alleen kwaliteit maar ook efficiëntie. Als zorginitiatieven van bewoners dat waar kunnen maken, dan zijn zij voor elke aanbieder interessante partners, die bovendien voor de gemeente de harde kantjes van de bezuinigingen eraf kunnen halen. Diverse zorginitiatieven hebben afspraken lopen met gemeente en zorgaanbieders over bijvoorbeeld dagopvang of thuiszorg. Zij laten door de gemeente en de aanbieders betaalde krachten werken in opdracht van de bewoners en samen met vrijwilligers. Zorgtaken worden zo niet alleen efficiënter, maar ook beter uitgevoerd tegen hetzelfde, of minder geld. Misschien is het fair als zorginitiatieven een percentage van deze besparingen krijgen, zodat zij kunnen groeien en meer mensen bereiken.

Uitdagende koppeling met de zorgverzekeraars

Zorgverzekeraars betalen de rekening voor de zorg van hun klanten. De meeste van deze verzekeraars zijn coöperaties en veel bewonersinitiatieven zijn dat ook. Hier ligt een uitdagende koppeling voor de hand: als de leden van een zorgcoöperatie van bewoners collectief klant én lid worden bij een coöperatieve verzekeraar, dan kunnen zij collectief afspraken maken over de inhoud van hun polis. Zij kunnen bijvoorbeeld een korting bedingen, omdat zij kosten besparen, en kunnen kwaliteit eisen, zoals het zelf kunnen sturen van het aanbod. Dit alles vergt een organisatiegraad die de meeste bewoners nu nog niet hebben. De verzekeraars zouden ze daarbij best een handje kunnen helpen, omdat dit uiteindelijk ook in hun belang is.

Naar de overheid wijzen helpt niet

Actieve bewoners zoeken voor hun buurt professionele zorgaanbieders en sturen deze aan. Daarnaast mobiliseren zij vrijwilligers. Het is niet de bedoeling dat deze vrijwilligers zware zorgtaken verrichten, zoals hardnekkig het gerucht gaat, want daarvoor sturen de bewoners nu juist de professionals aan. Even hardnekkig is de bewering dat de overheid haar taken op de bewoners afwentelt. Die bewering maakt blind voor het grotere feit dat we als samenleving op dit moment de zorg niet meer kunnen organiseren. Het helpt niet om naar de overheid te wijzen, of naar de markt, en ook niet naar de gemeenschap die het dan maar moet opvangen. Zo’n honderd bewonersinitiatieven laten zien hoe de gemeenschap kan maken dat overheid en markt zo goed mogelijk functioneren. Door deze initiatieven te ondersteunen, helpen overheid en markt ook zichzelf, en werken allen aan een samenleving die weer weet hoe de zorg te organiseren.

Jurgen van der Heijden en Jitske Tiemersma werken voor de Stichting Omzien naar elkaar. Deze helpt bewoners bij het zelf organiseren van zorg. Deze tekst volgt uit een langer onderzoeksverslag dat te vinden is op www.omziennaarelkaar.nl.

 
Foto: Bas Bogers