Ook Occupy kan niet zonder structuur

Protestbewegingen zoals Occupy kunnen het democratisch tekort opvullen. Voorwaarde is wel dat ze aansluiting vinden bij organisaties van het maatschappelijke middenveld. En dat ontbrak wellicht in Amsterdam, waar het kamp vandaag weg moet zijn.

Terwijl in het Midden-Oosten de roep om democratie steeds luider klinkt, staat de legitimiteit van het democratisch systeem in het Westen onder zware druk. Bevolkingsonderzoek naar politieke attitudes tonen keer op keer aan hoe het wantrouwen in de politiek en de heersende politieke elite toeneemt. De laatste vijftig jaar zien partijen hun ledenaantallen zienderogen afnemen. In landen zonder stemplicht is de opkomst telkens lager. Mensen keren zich af van de traditionele politiek, maar niet van democratische principes. Mensen zijn wel hun geloof in de huidige politiek kwijt, maar niet hun geloof in democratie.

Protest is motor van belangrijke sociale en politieke veranderingen
Terwijl de legitimiteit van de traditionele politieke instituten onder druk komt te staan, zien we dat niet-institutionele politieke actiemiddelen aan legitimiteit winnen. Steeds meer mensen zoeken andere en bijkomende kanalen om hun ongenoegen te uiten en om politiek druk uit te oefenen: via betogingen, sociale bewegingen en allerlei soorten protestacties. Protest zit in de lift, in het Oosten, maar ook bij ons. De Indignados- en Occupybeweging zijn maar twee voorbeelden uit velen.

Protest en sociale bewegingen zijn van oudsher de motor van belangrijke sociale en politieke veranderingen in de samenleving. Soms is één individu voldoende om de bal aan het rollen te krijgen. Denk maar aan de fruitverkoper in Tunesië. Dat was vroeger ook zo. Rosa Parks weigerde op 1 december 1955 haar zitplaats in de bus af te staan aan een blanke en achteraan te gaan zitten. Haar daad van burgerlijke ongehoorzaamheid werd een symbool en belangrijke trigger in de strijd voor meer burgerrechten voor zwarten in Amerika.

Wanneer wordt opgeroepen om te betogen, trekt uiteindelijk slechts een fractie van de bevolking de straat op. De weg van verontwaardiging naar deelname aan een betoging is bezaaid met vele hindernissen. Deelname aan een demonstratie of betoging veronderstelt niet alleen een gezonde dosis verontwaardiging, maar ook dat je op de hoogte bent van een betoging (je moet gevraagd zijn). Je moet daarnaast ook bereid zijn om mee te doen en het nut van de betoging inzien. Of de verontwaardigde burger de straat opgaat, is mede afhankelijk van zijn overtuiging dat hij deel uitmaakt van een collectief en dat dit collectief een verschil kán maken. Bovendien moet hij alle praktische en psychologische hindernissen  hebben overwonnen.

Ook spontane beweging moet kristalliseren in structureel verband
Alleen wanneer gemotiveerde demonstranten opgepikt worden door een gevestigde sociale beweging of maatschappelijke organisatie kan hun engagement van langere duur zijn. Kort samengevat: het zijn je vrienden die je op straat helpen, maar het zijn organisaties die je er houden. Het is dus belangrijk om sterke maatschappelijke organisaties te hebben die voor een continu aanbod van protestmogelijkheden zorgen.

Succesvolle, spontane acties die los van het middenveld ontstaan, kunnen wel een belangrijk nieuw potentieel van bereidwillige actievoerders leveren. In die zin bestaat er een belangrijke symbiose tussen spontane beweging en structurele organisaties. Ook voor ‘spontane’ bewegingen als dat van de Indignados en Occupy is het uiteindelijk cruciaal om het momentum te benutten en te kristalliseren in een meer structureel verband. Dat is geen gemakkelijke opdracht, waarbij met name twee gevaren om de hoek loeren. Bestaande organisaties kunnen het verwijt krijgen de prille beweging in te palmen of – zoals in België en Nederland lijkt te zijn gebeurd – de beweging belandt in een niche van het middenveld, om het wat oneerbiedig te zeggen, het kleinlinkse middenveld, waardoor ze moeilijker aansluiting krijgen bij andere geledingen (zoals vakbonden) in de samenleving.

Wat brengt de toekomst voor de Occupy-beweging?
De vergelijking met de andersglobalistische beweging is snel gemaakt. Er vallen bovendien wat lessen te trekken. De andersglobalistische beweging heeft, naast de strijd tegen het neoliberale kapitalisme, een duidelijke agenda in termen van interne besluitvorming: meer participatie en directe democratie.

In verschillende landen, en niet in het minst op de transnationale Fora, liep de spanning echter hoog op tussen de verticalisten - zij die ijveren voor een minimale vorm van vertegenwoordiging -, en de horizontalisten, - zij die ijveren voor een strikte non-hiërarchische besluitvorming, geen leiders of gemeenschappelijke slotverklaringen. Naomi Klein omschreef de betogingen van de andersglobalisten ooit als een ‘kakafonie van onsamenhangende slogans, een willekeurige lijst van uiteenlopende grieven zonder duidelijke doelen’. Dit is exact de kritiek die ook de Indignados en Occupy-beweging te verwerken krijgen.

Het uitbouwen van een organisatie rond een protestbeweging is noodzakelijk om het vuur levendig te houden en om gepaste en eenduidige alternatieven te formuleren. Er moeten met andere woorden inspirerende leiders zijn en een passend frame worden gevonden dat andere organisaties en segmenten in de samenleving kan aanspreken.

In de geglobaliseerde wereld kan het internet, met al zijn toepassingen, een belangrijk instrument zijn om mensen te mobiliseren. Ze geven mensen sneller en massaler toegang tot protest: zowel in termen van vraag (mogelijkheden benutten) als in aanbod (zelf mogelijkheden creëren). Maar, zo blijkt telkens weer, het blijft belangrijk om een sterk middenveld te hebben, om mensen actief te houden. Het is enkel door organisaties, die al dan niet gebruik maken van nieuwe media, dat protest engagement een lange termijn toekomst heeft.

Jeroen Van Laer is als politicoloog verbonden aan de Universiteit Antwerpen. Dit artikel is een bewerking van de toespraak die Van Laer (UA) hield tijdens de ' HYPERLINK "http://www.deburen.eu/nl/programma/detail/avond-van-de-verontwaardiging" Avond van de Verontwaardiging'..