Crisis als shocktherapie

Zal de financiële meltdown dan een ontnuchterend moment zijn, het ontwaken uit een droom? Volgens de filosoof en een grote inspirator van de Occupy-beweging Slavoj Zizek hangt het er helemaal van af hoe de crisis gesymboliseerd wordt, welke ideologische interpretatie zich opdringt en de algemene perceptie van de crisis bepaalt. Een kort fragment uit zijn afgelopen week verschenen boek ‘Eerst als tragedie dan als klucht’.

Wanneer de normale loop der dingen op een traumatische manier wordt onderbroken, ligt het veld open voor een ‘discursieve’ ideologische strijd – zoals bijvoorbeeld begin jaren dertig in Duitsland gebeurde toen Hitler, door de joodse samenzwering in te roepen, de strijd won om welk verhaal het beste de oorzaken van de crisis van de Republiek van Weimar verklaarde en de beste manier bood om uit de crisis te ontsnappen. Evenzo won maarschalk Pétain in 1940 in Frankrijk de strijd om de verklaringen voor de redenen van de nederlaag van Frankrijk.

Crisis leidt eerder tot racistisch populisme en oorlog
Elke naïeve verwachting van links dat de huidige financiële en economische crisis noodzakelijkerwijs een ruimte voor radicaal links opent, is dus ongetwijfeld gevaarlijk kortzichtig. Het eerste directe gevolg van de crisis zal niet de opkomst van een radicale emancipatoire politiek zijn, maar eerder die van een racistisch populisme, en ook oorlogen, grotere armoede in de armste derdewereldlanden en bredere kloven tussen de rijken en de armen in alle samenlevingen in de hand werken.

Terwijl crises de mensen uit hun zelfgenoegzaamheid schudden, hen dwingen de fundamenten van hun leven ter discussie te stellen, is de meest spontane eerste reactie paniek, die naar een ‘terugkeer naar de basis’ leidt: verre van de grondaannamen van de heersende ideologie in twijfel te trekken, worden ze zelfs krachtiger bevestigd. Het gevaar is dus dat de aanhoudende meltdown op een soortgelijke manier gebruikt zal worden als wat Naomi Klein de ‘shocktherapie’ noemt. De overwegend vijandige reacties op Kleins boek hebben inderdaad iets verrassends: ze zijn veel heftiger dan je zou verwachten, zelfs welwillende linkse liberalen die gunstig tegenover sommige van haar analysen staan, betreuren de manier waarop ‘haar gezwollen taalgebruik haar redenering verduistert’ (zoals Will Hutton schrijft in zijn bespreking van het boek in het Britse dagblad The Observer).

Met haar hoofdthese dat de geschiedenis van de vrije markt uit shocks bestaat, heeft Klein duidelijk een paar zeer gevoelige plekken geraakt: enkele van de schandelijkste schendingen van de mensenrechten van deze periode (de afgelopen vijfendertig jaar) die over het algemeen werden opgevat als sadistisch optreden van antidemocratische regimes, werden in feite óf begaan met de opzettelijke bedoeling het publiek te terroriseren óf actief ingezet om radicale ‘hervormingen’ van de vrije markt voor te bereiden.

Trauma vergemakkelijkt invoering van volledige markteconomie
Deze these is ontwikkeld aan de hand van een reeks concrete analyses, waarvan die van de Irakoorlog de belangrijkste is: de aanval van de VS op Irak werd gesteund door het idee dat het land, volgens de militaire ‘shock and awe’-strategie, als een paradijs voor de vrije  markt georganiseerd kon worden en zijn bevolking zo getraumatiseerd zou zijn dat het geen verzet zou bieden. Een volledige markteconomie wordt dus veel gemakkelijker opgedrongen wanneer de weg ernaartoe geplaveid is door een (natuur-, militair of economisch) trauma, dat de mensen als het ware dwingt hun ‘oude gewoontes’ van zich af te schudden en van hen een ideologische tabula rasa maakt, overlevenden van hun eigen symbolische dood, die bereid zijn de nieuwe orde te accepteren nu alle obstakels uit de weg geruimd zijn.

We kunnen er zeker van zijn dat Kleins shockdoctrine ook geldt voor ecologische kwesties: verre van het kapitalisme in gevaar te brengen, kan een omvangrijke milieuramp het heel goed versterken en nieuwe en tot nu toe ongekende ruimtes voor kapitalistische investeringen ontsluiten. Zal de economische meltdown dan misschien ook gebruikt worden als een ‘shock’ en de ideologische voorwaarden scheppen voor een verdere liberale therapie? De behoefte aan zo’n shocktherapie komt voort uit de (vaak veronachtzaamde) utopische kern van de neoliberale economie. De manier waarop de marktfundamentalisten op de vernietigende uitwerkingen van de  toepassing van hun recepten reageren, is typisch voor utopische ‘totalitairen’: al het falen wijten zij aan de compromissen van degenen die hun programma’s uitvoerden (er was nog te veel staatsbemoeienis enzovoort), en zij verlangen niets minder dan een nog radicalere toepassing van hun doctrines.

Daarom is het in de huidige crisis voor de heersende ideologie, om het in ouderwetse marxistische termen te zeggen, hoofdzaak een verhaal op te leggen dat de schuld van de meltdown niet bij het mondiale kapitalistische systeem als zodanig legt, maar bij ondergeschikte en contingente afwijkingen (te lakse wettelijke regelgeving, corruptie bij grote financiële instellingen enzovoort).

Niet het kapitalisme als zodanig is failliet, maar de realisering ervan
In de tijd van het Reëel Bestaande Socialisme probeerden de prosocialistische ideologen op dezelfde manier de idee van het socialisme te redden door te verklaren dat het falen van de ‘volksdemocratieën’ niet het falen van de idee zelf was, maar van een niet echte versie van het socialisme, zodat de bestaande socialistische regimes, in plaats van een omverwerping en afschaffing, radicale hervormingen vereisten. Het is niet zonder ironie om op te merken dat ideologen, die deze kritischeverdediging van het socialisme vroeger als illusoir bespotten en benadrukten dat men de schuld bij de hele idee zelf moest leggen, nu breed hun toevlucht nemen tot hetzelfde soort verweer: niet het kapitalisme als zodanig is failliet, alleen zijn vervormde realisering.

Tegen deze tendens moeten we de hoofdvraag vasthouden: wat is de ‘barst’ in het systeem als zodanig die de mogelijkheid voor zulke crises en ineenstortingen schept? Het eerste wat we hier in gedachten moeten houden is dat de oorzaak van de crisis een ‘gunstige’ is: zoals we zagen, werd na de dotcom-luchtbel op een unanieme manier besloten om vastgoedinvesteringen te vergemakkelijken, die de economie draaiende moesten houden en een recessie moesten voorkomen – de huidige meltdown is dus simpelweg de prijs die betaald wordt voor de maatregelen die een paar jaar geleden in de VS genomen werden om een recessie te voorkomen. Het gevaar is dus dat het
overheersende verhaal over de meltdown het verhaal zal zijn dat, in plaats van ons uit een droom wakker te schudden, ons in staat stelt te blijven dromen.

En hier moeten we ons zorgen beginnen te maken – niet alleen over de economische gevolgen van de meltdown, maar ook over de duidelijke verleiding om de ‘oorlog tegen het terrorisme’ en het interventionisme van de VS te versterken om de motor van de economie draaiende te houden, of ten minste de crisis te gebruiken om verdere harde ‘structurele aanpassingsmaatregelen’ op te leggen.

Dit fragment komt uit het vandaag verschenen boek ‘Eerst als tragedie, dan als klucht’, van de filosoof Slavoj Zizek.