Zorg en welzijn voor ouderen organiseren, is in wezen simpel; een kwestie van nuchter nadenken. En van inleven, empathie. Hoe zou ik het willen als mijn moeder niet meer zelfstandig thuis kan wonen? Of als ik straks zelf oud ben? Dat is mijn motto als bestuurder van woonzorgcentrum Humanitas. Leven staat voorop, zorg is ondersteunend. Niet denken vanuit beperkingen van mensen (ouderdom, ziekte, dementie), maar vanuit hun mogelijkheden. Medewerkers niet opzadelen met nodeloos administratief werk, maar hun vooral de vrijheid, de tijd en het vertrouwen gunnen zélf de zorg in te vullen. Zij kennen de ouderen het best.
En jongeren (studenten) tussen de ouderen laten wonen, opdat het huis geen ‘getto’ van ouderen wordt. De generaties hebben elkaar wat te bieden: wederkerigheid.
Wat Humanitas zo bijzonder maakt, is juist radicaal tegenovergesteld aan ouderwets welzijnsdenken
Dat klinkt allemaal logisch en vanzelfsprekend, maar (ouderen)zorg is meestal niet zo ingericht. Ik moest het zelf uitvinden en heb een kwaliteitsmodel opgezet vanuit mijn eigen visie. Met centraal de leefwereld van onze bewoners.
Buiten het systeem denken
Schrijver Christine Otten, wier moeder tot het einde van haar leven bij ons woonde, schreef d.d. 16 augustus 2024 een column in de Volkskrant over het verzorgingshuis als ‘hangplek’ voor de hele buurt. Toen ze een vriendin probeerde uit te leggen waarom ze niet alleen haar moeder, maar ook Humanitas vijf jaar na haar moeders overlijden nog altijd miste, somde ze op dat er ‘woningzoekende jongeren tussen ouderen wonen en dat jongeren met een ‘rugzakje’ er worden opgevangen en begeleid… En terwijl ik praat, realiseer ik me dat ik redeneer vanuit de beperkingen van mensen (ouderdom, ziekte, psychische problemen, dakloosheid) en wat ‘goed voor ze is’. Wat Humanitas zo bijzonder maakt, is juist radicaal tegenovergesteld aan dat soort ouderwets welzijnsdenken, dat mensen reduceert tot hun gebrek’, aldus Otten.
Ze vertelt in haar column hoe haar moeder opbloeide in ons huis door de warme sfeer, de goede zorg en echte – wederzijdse – belangstelling en aandacht. ‘Vermenselijking van de zorg’ noemt Otten het: ‘Hoe kunnen we ieders eigenheid zo inzetten dat we er allemáál beter van worden.’
Gewoon beginnen
De column maakte nogal wat los. Blijkbaar is de ‘Humanitas-aanpak’ niet gangbaar in ons land. De titel van de column ‘Maak het verzorgingshuis tot ‘hangplek’ voor de hele buurt, of de bieb’ verwijst naar de maatschappelijke rol van ons woonzorgcentrum in de (volks)buurt Keizerslanden; ons restaurant waar je voordelig kunt mee-eten, de culturele programma’s die voor iedereen toegankelijk zijn, ons zorghotel voor mensen die tijdelijk opvang nodig hebben en de ‘superbuurvrouwen’ die hun vervolgens nazorg geven.
Het gaat om het mensbeeld en niet om efficiency of het oplossen van een ‘probleem’
Otten stelt dat het lef vergt om buiten het ‘systeem’ te denken en in te gaan tegen het heersende hyper-individualistische neoliberale (markt)denken en -beleid, waarin ouderen en mensen ‘waar iets mee is’ voornamelijk als kostenpost worden gezien. Ze slaat de spijker op zijn kop. Het gaat om het mensbeeld, om onze kernwaarden – Liefde, Samen, Positief – en niet om efficiency of het oplossen van een ‘probleem’. En vervolgens die waarden in de praktijk naleven. Geen vaste protocollen of regels. Niet wachten op beleid, maar gewoon beginnen. Dure zorg? Geen argument. Humanitas is een huis waar vooral mensen uit de arbeiders- en middenklassen wonen, het is geen luxe resort; ons huis is financieel gezond. Onze aanpak bespaart de samenleving geld. De maatschappelijke winst is groot. Laat ik een paar voorbeelden geven.
De woonstudent
Natuurlijk moet er gewoon goede zorg zijn. Maar het verschil maak je door de ‘warme dag’ te organiseren, de glimlach op het gezicht van medewerkers en bewoners. Dit bereik je nooit met alleen professionals. Hoe goed die ook zijn in hun werk. Daar heb je ook de familie voor nodig. En jonge mensen met hun verhalen, liefdes en energie. Met dat besef werd de ‘woonstudent’ geboren. In ruil voor dertig uur vrijwilligerswerk woont de student gratis op een kamer tussen de ouderen. Hij/zij is een goede buur. Of vriend(in). Ouderen troosten jongeren bij verdriet. Verjaardagen worden samen gevierd. Studenten nemen boodschappen mee. En roepen tegen iedereen goedemorgen (want ja, het gehoor is vaak niet meer zo goed).
Eigenlijk is de gemeenschap van ouderen én jongeren samen een beschutte en vertraagde wereld
Ik heb veel met de studenten gesproken. Ze bleven maar zeggen dat een bijzonder aspect van Humanitas is dat de wereld zo fijn vertraagt. Dat die vertraging de negatieve impact van sociale media en maatschappelijke prestatiedruk doet vervagen. Er is aandacht voor de kleine dingen van het leven. Eigenlijk is de gemeenschap van ouderen én jongeren samen een beschutte en vertraagde wereld.
Jongeren met een rugzakje
Een woonzorgcentrum kan een grotere maatschappelijke functie hebben, en niet alleen voor ouderen. Ik noemde net de vertraging en veiligheid van ons huis. Wie, behalve de ouderen, kan daar baat bij hebben? Onze samenleving is complex en geïndividualiseerd. Veel jonge mensen lijden onder prestatiedruk en stress. En er zijn best veel jongeren met een ‘rugzakje’ die het niet lukt de sprong naar een baan in één keer te maken. En dan biedt onze omgeving kansen. Waar ouderen blij zijn als je komt, waar studenten vragen of je een drankje komt doen. Waar je klusjes mag doen en zelfvertrouwen opbouwt.
Er zijn veel mooie verhalen te vertellen over de maatschappelijke winst die het geven van kansen aan deze jonge mensen in de vertraagde omgeving van het verpleeghuis oplevert. Winst in het ontwikkelen van jongeren zodat zij geen – of veel minder ‒ professionele zorg nodig hebben. En natuurlijk ook winst in levenskwaliteit van onze bewoners.
Sociale buddy
Peter was ongelukkig in de instelling (voor mensen met een licht verstandelijke beperking) waar hij woonde. Hij liep stage bij Humanitas. De jongeman wilde graag ‘normaal’ zijn en erbij horen. Een collega van een woningcorporatie heeft een flat naast Humanitas ter beschikking gesteld. En Humanitas biedt Peter een dagritme en structuur en de mogelijkheid alledaagse vragen te kunnen stellen aan iedereen die rondloopt. Hij biedt zijn lach en grapjes aan, maakt een praatje hier en daar. Medewerkers en bewoners zijn dol op hem. Peter had een indicatie VG 6 die hij heeft teruggegeven. Hij bespaart daarmee elk jaar ongeveer 100.000 euro.
Het vraagt niet-institutioneel nuchter denken, buiten de lijntjes kleuren soms. Niet bang zijn, wel alert blijven
Jongeren worden in onze wijk ook ingezet als ‘sociale buddy’. Soms is zo’n jongere een maatje voor een eenzame bewoner. Ze spreken eens per week af om een spelletje te doen en thee te drinken. Een meneer droeg eerst een verwassen T-shirt en deed amper de deur open. Nu staat hij op de uitkijk in een schoon overhemd. Jongeren doen klusjes voor buurtbewoners. Zo krijgen zij een rol in de versterking van de ‘voorzorgcirkels’ die in de buurt worden opgezet. Tel uit je (maatschappelijke) winst. Humanitas heeft inmiddels tientallen jongeren ingezet en begeleid naar een vaste baan.
Zie de mens en de kansen
Humanitas is een ouderenzorg-organisatie die Wlz-zorg levert voor 150 bewoners en thuiszorg en eerstelijnsverblijf biedt. Het is een gezonde organisatie. Wij kiezen de positie van generalist in zorg en specialist in leven. Het vermenselijken van zorg door verrassend gewone keuzes te maken. Dat vraagt niet-institutioneel nuchter denken, buiten de lijntjes kleuren soms. Niet bang zijn, wel alert blijven. Want naast visie zijn er ook talloze ‘micro-interventies’ nodig van de leiding om het echt tot een succes te maken. Door een verpleeghuis ook in zijn kwaliteit van vertraagde omgeving te benutten. Zo kun je voor dezelfde kosten maatschappelijke meerwaarde realiseren. En onze bewoners vinden het geweldig.
De demografie drukt door. Er zullen nog veel meer ouderen komen. Laten we minder denken in zorgvragen, meer in levensvragen. Zorg als voorwaarde voor leven. En laten we het leven zelf mooier maken door intergenerationele verbanden aan te jagen. Niet als ‘doelgroepen’, maar als mensen mét elkaar, met ieder hun waarde voor de ander.
Gea Sijpkes is directeur van woonzorgcentrum Humanitas in Deventer. Met dank aan Christine Otten.