Massaal online onderwijs gaat fundamentele impact hebben

De Massive Open Online Course (MOOC) maakt een opmars die ten koste zal gaan van het reguliere onderwijs. Dankzij de nu nog vaak gratis webcursus kan een cursist met zijn computer op de schoot overal kennis tot zich nemen. Van onderwijs-‘bricks’ naar educatieve ‘clicks’.

De laatste tijd zien we de ontwikkeling van een voor velen nog nieuw fenomeen, de MOOC. Dit is een voor iedereen toegankelijke (vaak gratis) cursus, ingericht op massale deelname uit meerdere landen, waarbij een sterk visueel opgezette cursus wereldwijd wordt verspreid via het web. Deelnemers zijn niet aan een locatie, instituut of opleiding gebonden. Het mooie is dat een groeiend aantal MOOC’s door top-universiteiten ontwikkeld zijn. Ze zijn in beginsel gratis, behalve als de deelnemer feedback wil of een deelnamecertificaat al dan niet op basis van nagekeken werk. Dit is een filmpje met een bondige uitleg over wat een MOOC is. Cijfers over deelname zijn schaars en incompleet en daardoor bepaald niet betrouwbaar of valide maar in 2013 was sprake van 200+ universiteiten die naar schatting 1200+ MOOCs aanboden. Dat was gebaseerd op de inzet van 1300+ ‘docenten’ en een deelname van ongeveer 10 miljoen cursisten.

Onderwijs ontkoppeld van tijd en plaats

Het verschil tussen een MOOC en een traditionele cursus of opleiding is onder anderen het ontkoppelen van tijd en plaats van het onderwijs en de in veel gevallen absolute (financiële) laagdrempeligheid. De cursus kent geen bijeenkomsten, maar is een manier van digitaal ‘bij elkaar brengen’ van docenten en cursisten rond een onderwerp. Meestal is sprake van een cursusopzet met een doorlooptijd van 5 á 7 weken en wordt er in elke week een thema behandeld. Dat gebeurt aan de hand van 5 tot 7 korte films, verspreid over de week. Er kan gekozen worden voor het wel of niet tussentijds toetsen. Naast traditionele studiematerialen, zoals tekst, video’s en cases biedt deze vorm van onderwijs ook de mogelijkheid tot digitale interactie tussen cursisten, docenten en assistenten, door middel van digitale discussieplatforms zoals ‘World Cafe’s’ en ‘MeetUps’. Niet zuivere cijfers spreken over een uitval van instromers van tussen de 60 procent en 80 procent Dat geeft te denken. Hoe blijven mensen betrokken, al kan er ook sprake zijn van een gebrek aan voorkennis; dat laatste is niet verwonderlijk – iedereen kan zich immers overal voor inschrijven.

Het aantal instituten dat MOOC's aanbiedt lijkt snel te groeien. Een paar belangrijke zijn o.a.: www.canvas.net, www.class-central.com, mooc.audencia.com, www.futurelearn.com, www.edx.org en www.coursera.org. Ook is al de eerste nationale digitale ‘universiteit’ opgericht en wel in Frankrijk onder de noemer FUN: France Université Numérique (www.france-universite-numerique.fr). Alhoewel niet helemaal verwonderlijk, is het grootste aanbod MOOC's in het Engels, gevolgd door het Frans en het Spaans. Over bijna elk onderwerp is inmiddels wel een MOOC te vinden aangeboden op een bandbreedte van top-universiteiten (Harvard, MIT) tot mindere onderwijs-‘goden’. Een overzicht van MOOC's van diverse aanbieders is te vinden op: www.mooc-list.com.

Afscheid van ‘pratende hoofden’

De verwachting is dat MOOC's als nieuwe vorm van afstandsonderwijs een grote druk zullen gaan uitoefenen op het conventionele, reguliere onderwijs. Onderwijs wordt losgemaakt uit de bakstenen en ‘bricks’ maken plaats voor ‘clicks’. Dat komt misschien wel heel goed uit want vergrijzing en digitalisering maakt veel bestaand onderwijs ’niet meer van deze tijd’. Hoofdzakelijk is dat nu nog ingericht op basis van hoogopgeleide pratende hoofden voor de klas of collegezaal. Er is lesstof voorhanden in de vorm van een boek of artikelen, en een docent(e) gebruikt naast primair praten, slides of animaties zoals YouTubes of Whiteboards. Terwijl het lesuur zich voltrekt, beantwoorden de studenten ondertussen hun mail, zijn aan het Whatsappen, kijken film of doen een spelletje. Het wekt dus geen verwondering dat het rendement van dit soort onderwijs laag is. In een tijd van korte spanningsbogen moet onderwijs meer zijn dan een verhaal met plaatjes, hoe boeiend ook gebracht.

Wat de opkomst van MOOC's precies gaat betekenen voor het onderwijs is moeilijk te voorspellen, maar dat het impact gaat hebben, is zeker. Waarom dezelfde ‘suffe’ cursussen laten geven door dezelfde docent (die niet zelden er zelf ook op uitgekeken is), terwijl via een MOOC cursisten vanuit hun bed op elk moment kennis kunnen nemen van de snaartheorie, de geschiedenis van het communisme of de opkomst van het Taylorisme? - om maar drie volstrekt willekeurige onderwerpen te noemen. De docent kan op afstand volgen wie waar in het leerproces is en kan door tussentijdse toetsen en opdrachten heel nauwkeurig kijken hoe individuele cursisten door een programma heen gaan en waar ze problemen ontmoeten. Dat kan op grote schaal maar ook gewoon op lokale schaal. Een volgende stap is om eerst thuis een aantal lessen te volgen en – mits gehaald – pas toegelaten te worden tot een workshop of practicum – online en on-site komen zo heel mooi samen in een nieuw leerconcept. Toekomstmuziek? Maar dan wel morgen of overmorgen.

MOOC’s zullen fundamentele invloed hebben

De opkomst van de Massive Open Online Course biedt nog volstrekt onontdekte mogelijkheden om grote groepen mensen kennis te laten maken met maatschappelijke thema’s zoals zorg, opvoeding, duurzaamheid, mobiliteit of energie. Thema’s die op verschillende plekken op de wereld bovendien een verschillende betekenis hebben, maar die - juist door ze via een MOOC te adresseren - met elkaar verbonden kunnen worden. Thema’s die op een laagdrempelige manier toegankelijk worden. Mensen ook zonder geld kunnen – mits voorzien van de broodnodige digitale infrastructuur – overal ter wereld toegang krijgen tot de beste opleidingen.

Woorden als inclusiviteit, verbondenheid en democratie krijgen daardoor een waardevolle invulling. Wat dat betekent voor de bestaande onderwijsinfrastructuur weten we gewoon niet. Speculeren over het afschaffen van de Bachelor-Master structuur is echt nog iets te vroeg. Maar dat het impact zal hebben is zeker. Fundamentele impact, vermoedelijk.

Jan Jonker is hoogleraar Duurzaam Ondernemen aan de Radboud Universiteit, Nijmegen School of Management. Daarnaast bekleedt hij de Chaire d’Excllence Pierre de Fermat aan de Toulouse Business School in Toulouse (Fr.).