Waarom werkt ‘meer wapens’ eigenlijk niet?

Voor- en tegenstanders van wapenbezit bestoken elkaar steeds weer met dezelfde standpunten. Een van de argumenten die voorstanders gebruiken, is dat beter bewapende bewakers mogelijke schietpartijen zouden kunnen voorkomen. Maar hoe valide is dat argument?

Telkens wanneer zich in VS weer een schietpartij heeft voorgedaan waarbij onschuldige slachtoffers vallen, volgt een hoop gekrakeel. Het gaat me te ver om het een discussie te noemen omdat er eigenlijk nauwelijks discussie is. Het is eerder een rituele verkondiging van standpunten. De tegenstanders van wapenbezit zeggen waarom ze tegen zijn en de voorstanders sommen de argumenten van hun kant nog eens op.

Stel, je zou in de VS wonen en de argumenten van de voorstanders serieus willen nemen. Zijn er dan goede argumenten om hun positie te verwerpen? Eén van de argumenten die altijd weer terugkomt bij de voorstanders van ruimere wapenwetgeving is dat meer wapens in handen van de ‘good guys’ de situatie had kunnen redden.

Een belachelijk argument?

Naar aanleiding van de moordpartij in de synagoge in Pittsburg stelde president Trump dat de hele zaak voorkomen had kunnen worden als zich in de synagoge een gewapende bewaker had bevonden die de aanvaller had kunnen uitschakelen. Op degene die tegen wapenbezit is, komt dit argument intuïtief belachelijk – om niet te zeggen kwaadaardig – over.

Maar wat is er nog eigenlijk zo belachelijk aan? Is het niet inderdaad zo dat de schietpartij voorkomen had kunnen worden wanneer zich een gewapende bewaker in de synagoge had bevonden? Het valt nog niet mee om te achterhalen wat er mis is met het argument. Ik denk dat het mank gaat op twee punten.

Conceptuele en empirische geldigheid

Ten eerste, het argument verwisselt conceptuele geldigheid en empirische geldigheid. Het argument claimt iets te zeggen over hoe dingen in de werkelijkheid gaan, of zullen gaan, wanneer er meer wapens zijn en overal bewapende bewakers. Het moet dus opgevat worden als een empirisch argument dat is gebaseerd op bewezen standen van zaken.

Maar het argument ontleent zijn ogenschijnlijke onbetwistbare geldigheid aan een conceptuele assumptie. De empirie komt daar niet aan te pas. In Trumps stelling omvat het concept ‘gewapende bewaker’ de idee van: ‘persoon die alle gevaar weet buiten te houden’. Maar die aanname is empirisch niet houdbaar.

Ook een bewapende bewaker kan fouten maken

Om maar wat te noemen: hoe voorkomen we dat de bewaker een inschattingsfout maakt en te snel schiet? De black lives matter beweging laat zien dat de uitspraak ‘wie bewaakt de bewaker’ geen ongegronde angst ventileert. Ga zo maar door: welke opleiding heeft de bewaker genoten? Welk soort wapen gebruikt de bewaker? Hoe wordt voorkomen dat de bewaker overvallen wordt of zelf gaat schieten? In Pittsburg wist de aanvaller nota bene twee toegesnelde agenten neer te schieten. Zijn er ook roadblocks nodig etc. etc.

Trump gaat in zijn argument voorbij aan al deze zaken. Sterker nog: hij lijkt zich voor de geldigheid ervan te kunnen permitteren om aan al deze zaken voorbij te gaan. Dit versterkt het punt dat zijn argument helemaal geen empirisch argument is, maar een conceptueel argument. Het zegt iets over een hypothetische wereld waarin het concept ‘bewapende bewaker’ een bepaalde inhoud heeft.

De echte werkelijkheid is ingewikkelder

Het staat Trump natuurlijk vrij te spreken over een hypothetische wereld. Maar dan moet hij niet doen alsof hij iets zegt over de echte werkelijkheid, waarin mensen in kerken worden beschoten door een maniak. De echte werkelijkheid is veel ingewikkelder dan de logica van zijn conceptuele exercitie doet vermoeden. Een louter conceptueel argument is dus ongeldig voor zover het iets wil zeggen over de concrete werkelijkheid.

Algemene geldigheid versus specifieke geldigheid

Er is nog een tweede reden waarom het argument ongeldig is. Het verwart geldigheid in een specifiek geval met geldigheid als beleidsregel. Wat ik hiermee bedoel is dat het argument de werkelijkheid van het beleid maken veel te simplistisch voorstelt. De uitspraak van Trump moet immers niet gezien worden alsof het louter betrekking heeft op dit specifieke geval. Want misschien is het inderdaad wel zo dat de moordpartij voorkomen had kunnen worden als deze synagoge bij toeval net vorige week een bewapende bewaker aan de deur had gezet.

Maar daarover gaat zijn uitspraak niet. Trump doet zijn uitspraak om beleid te rechtvaardigen dat gedurende lange tijd in alle gevallen van toepassing zal zijn. Dat betekent dat we de uitspraak niet moeten relateren aan de casus maar aan de vraag wat er zou gebeuren als we in de samenleving als geheel in alle situaties waarin we mogelijke aanslagen verwachten een bewapende bewaker aan de deur gaan zetten. De stelling betreft de samenleving als geheel.

Wijdverbreid wapenbezit heeft nadelige gevolgen

Op dat macroniveau is het zeer de vraag of een beleid dat meer wapens tegenover het gevaar van wapens zet, verstandig is. Men heeft in ieder geval de empirie tegen. In samenlevingen met veel wapens in privébezit vallen meer doden door geweld dan in samenlevingen waarin weinig wapens aanwezig zijn.

Hoeveel doden er in Nederland ook vallen bij geweldsdelicten, dit aantal valt in het niet bij de Amerikaanse cijfers. Er zijn ook andere nadelige gevolgen van wijdverbreid wapenbezit, zoals de nadelige effecten die het heeft op een cultuur in het algemeen. Wat leer je kinderen bijvoorbeeld over samenleven als ze eerst door een scan moeten voor ze de school mogen binnengaan?

In sociologisch opzicht een categoriefout

De specifieke voor- en nadelen van wapenbezit in een samenleving zijn hier echter niet het onderwerp. Het gaat erom de argumenten serieus te nemen en te kijken wat er niet klopt. Van het argument ‘als er een bewaker zou zijn geweest, zou de moordpartij niet hebben plaatsgevonden’ kan worden gezegd dat het ongeldig is.

In de eerste plaats wil het een empirisch argument zijn, maar het ontleent zijn vermeende geldingskracht aan een conceptuele structuur. In de tweede plaats zegt het iets over beleid in het algemeen aan de hand van een specifiek voorbeeld. Sociologisch gesproken maak je dan een categoriefout.

Gelukkig zijn we in Nederland nog ver verwijderd van een uitgebreid wapenbezit. Hopelijk blijven we ook ver uit de buurt van een onttakeling van de democratische discussie.

Wim Dubbink is hoogleraar ethiek van bedrijf en organisatie aan de Universiteit van Tilburg.

Foto: Geoffrey Fairchild (Flickr Creative Commons)