Een tijdje geleden verscheen op socialevraagstukken.nl een artikel van Saskia Keuzenkamp en Ed van Hoorn (2024) waarin zij aangeven dat het belangrijk is om ervaringskennis verder door te ontwikkelen als een belangrijke bron van kennis, als een derde kennisbron naast wetenschappelijke en professionele kennis. Dit moet volgens hen allereerst gedaan worden door de mensen mét ervaringskennis zelf.
Juist óók andere partijen zijn nodig
Maar voor het versterken van de positie van ervaringskennis zijn juist óók andere partijen nodig die ervaringskennis erkennen en waarderen. Zonder deze waardering zal ervaringskennis niet op een structurele manier ingebed kunnen worden in onze samenleving.
Een belangrijke verklaring waarom ervaringskennis niet de plek krijgt die het verdient, is dat we nog niet zo goed om weten te gaan met deze bron van kennis. In onze huidige samenleving gaan we vooral uit van principes zoals controle en beheersing, terwijl ervaringskennis vaak ‘ontregelend’ en ‘kwetsbaar’ van aard is (Keuzenkamp, 2022).
De kracht van ervaringskennis zit juist in het zogenaamde onbenoembare deel
Ervaringskennis is dan ook niet zozeer alleen maar expliciete, talige ‘hoofd’-kennis, maar juist ervaringsgerichte en belichaamde kennis, ofwel impliciete kennis (tacit knowledge). De kracht van ervaringskennis, waarin het zich onderscheid van andere bronnen van kennis, zit juist in het zogenaamde onbenoembare deel, op dat wat je aanvoelt door ervaring en wat niet door logisch redeneren tot stand komt.
Verder kijken dan eigen kennisdomein
Het is tekenend voor de maatschappij waarin we leven dat om ruimte te maken voor gevoel, emoties en ervaringen we het nodig vinden om op een theoretische manier te kunnen verantwoorden waarom dit een belangrijke bron van kennis is.
Meer waardering laten zien voor de ongrijpbare en onbenoembare kanten van het leven
Door ervaringskennis in onze samenleving een belangrijkere positie te geven, laten we meer waardering zien voor de ongrijpbare en onbenoembare kanten van het leven. Die kanten van het leven die we niet kunnen beheersen, niet kunnen controleren, waar we geen methodieken, protocollen of systemen op los kunnen laten.
En waarbij het juist belangrijk is dat mensen die werken vanuit professionele en wetenschappelijke kaders zich afvragen wat hun impliciete opvattingen zijn over kennis en professionaliteit en verder kijken dan hun eigen kennisdomein en ruimte maken voor ervaringskennis (Leemeijer, 2024).
Ontregelend voor professional
Het werken met ervaringskennis kan ontregelend zijn voor de professional wanneer die besluit open te staan voor de inbreng van een inwoner, zorgvrager of naaste. Eerder had Keuzenkamp (2022) het al over dat we ‘gewaagde ruimte’ nodig hebben om hiermee te leren werken. Een ruimte waar mensen in kwetsbare posities zich veilig genoeg voelen om ontregelend aan het werk te gaan en mensen met invloedrijke posities ontvankelijk genoeg zijn om die ontregeling toe te laten.
Ervaringskennis is ook cruciaal om beter aan te sluiten bij wat mensen écht nodig hebben
Het meer werken met ervaringskennis is ontregelend van aard, omdat dit ons idee verandert van wie de expert is waarover. Daarmee verandert het ook onze manier van werken en de systemen die dat faciliteren. Ervaringskennis is ontregelend, maar ook cruciaal om beter aan te sluiten bij wat mensen écht nodig hebben. Als je luistert naar de ervaringen van anderen, kom je veel sneller tot de juiste vragen en oplossingen.
‘Niet-oordelende’ houding
Het goed in kunnen zetten van ervaringskennis vraagt om kwetsbaarheid, vertrouwen en sociale veiligheid (La Grouw et al., 2024). Het vraagt om een ‘niet-oordelende’ houding en werken vanuit principes als gelijkwaardigheid en wederkerigheid. Het zou namelijk zomaar kunnen dat je als professional geraakt wordt door de verhalen die je hoort, dat die frustratie oproepen en je daardoor de pijn en machteloosheid voelt.
Dat vraagt van ons dat we allemaal open en kwetsbaar durven zijn
Een persoon kan nog vol pijn of woede zitten en die niet goed kunnen kanaliseren. Iemand kan zich terugtrekken uit angst of het toch te kwetsbaar vinden om z’n verhaal te delen. Hierbij kun je op zoek gaan naar andere manieren waarop het voor mensen wel veilig voelt om iets te delen.
Dat vraagt van ons, sociaal professionals en wetenschappers, dat we allemaal open en kwetsbaar durven zijn, dat we het aandurven om geraakt te worden. En dat we vanuit die kwetsbaarheid sámen op zoek gaan naar passende oplossingen.
Begin altijd bij de geraaktheid en het perspectief van degenen wiens leven het betreft
Daarbij moeten we niet in de valkuil stappen om ervaringskennis voortaan als enige kennis te zien, kennis van professionals en wetenschappers blijft onmisbaar, maar pleiten wij er wel voor om altijd te beginnen bij de geraaktheid en het perspectief van degenen wiens leven het betreft. Daarmee werken en vandaaruit redeneren is een keuze.
Anneke Bulten is docent-onderzoeker en ervaringsdeskundige bij de Christelijke Hogeschool Ede. Jantien van Berkel is universitair docent bij de afdeling Interdisciplinaire Sociale Wetenschappen van de Universiteit Utrecht. Martine Noordegraaf is lector Duurzame Zorg bij de Christelijke Hogeschool Ede.
Foto: Masa Israel Journey (Flickr Creative Commons)