1 op de 4 – Kindermishandeling, een publiek probleem

Op 17 november wordt in Utrecht het boek '1 op de 4 - Kindermishandeling, een publiek probleem' gepresenteerd. Wetenschappers en experts onderzoeken daarin wat de aanpak van kindermishandeling zo ingewikkeld maakt, en hoe het beter kan. Het boek is het jaarboek van het Tijdschrift voor Sociale Vraagstukken. Bij wijze van voorproefje een fragment van het hoofdstuk ‘Wie kinderen wil beschermen moet het geweld tussen ouders stoppen’, over de Integrale gezinsaanpak MDA++.

‘Mijn vader dronk veel. Soms maakte hij me ’s nachts wakker en trok me uit bed. Hij sloeg me met een riem en liet me buiten in de kou staan. Zomaar. Mijn ouders schreeuwden ook tegen elkaar. Mijn moeder dacht: de kinderen liggen op bed, die horen het niet.’ Coen (16).

Coen en ruim 118.000 andere kinderen voelen zich thuis niet veilig door mishandeling of verwaarlozing. In gezinnen waar kindermishandeling voorkomt, is vaak sprake van verstoorde interactie. Wil je kindermishandeling duurzaam aanpakken, dan moet je beginnen bij de ouders. Oog hebben voor partnergeweld en andere problemen binnen het gezin is cruciaal als je kindermishandeling effectief wilt aanpakken. Dat is de crux. Hoe zorg je als professional dat je de problemen in een gezin in samenhang aanpakt?

Overzicht kwijt

In Nederland leven zo’n 70.000 multiprobleemgezinnen. Dit zijn gezinnen die langdurig kampen met een combinatie van sociaaleconomische en psychosociale problemen, waaronder huiselijk geweld. In de ogen van hulpverleners zijn deze gezinnen moeilijk te helpen, omdat ze vaak ook problemen hebben met de hulpverleners en jeugdhulp (Raad voor Volksgezondheid en Zorg, 2012). In zulke gezinnen komen soms wel twintig hulpverleners over de vloer. Jaar in jaar uit. De gezinsleden begrijpen vaak zelf niet waar het allemaal voor dient en zijn het overzicht kwijt. Ondanks al die hulp kan het geweld gierend uit de klauwen lopen. Meerdere keren per jaar wordt een kind zo ernstig mishandeld dat hij of zij het niet overleeft, zoals Savanna, Rowena, Gessica en Daniëlla.

Geen plan van aanpak en gezamenlijke analyse

Hoe kan het toch gebeuren dat zich – nota bene onder de ogen van zoveel hulpverleners – een familiedrama ontvouwt? De onderzoeksrapporten over deze ernstige incidenten van onder andere de Inspectie Samenwerkend Toezicht Jeugd (2015) geven als belangrijke verklaring dat niemand van de betrokken hulpverleners het hele overzicht heeft. Iedere professional is slechts verantwoordelijk voor een stukje van de puzzel. Er is geen plan van aanpak en ook geen gezamenlijke analyse. Daar komt bij dat veel professionals amper oog hebben voor de onveiligheid in het gezin. Dat een verslaving of een psychische stoornis van ouders tot agressie kan leiden, zien hulpverleners nog wel. Dat de gezinsleden daardoor geregeld ernstig gevaar lopen, onderkennen ze vaak niet.

Integrale MDA++ aanpak

Om een kwaliteitsverbetering te bewerkstelligen, ontvingen de centrumgemeenten van de VWS-staatssecretaris in 2015 een extra budget van tien miljoen euro.8 In 2018 moet er in elk van de 26 Veilig Thuis-regio’s een intersectorale en specialistische multidisciplinaire aanpak zijn voor acuut ernstig (seksueel) geweld en voor structureel huiselijk geweld en kindermishandeling. Bij de uitwerking van de plannen nam de VNG, in samenwerking met Movisie en het Nederlands Jeugdinstituut, de expertise van de initiatiefnemers voor een dergelijke multidisciplinaire aanpak mee. Deze psychosociale en justitiële specialisten* in de aanpak van ofwel huiselijk geweld, seksueel geweld, ofwel kindermishandeling, ervoeren de noodzaak en de meerwaarde van een integrale aanpak. Deze integrale werkwijze is nog in ontwikkeling, maar is inmiddels bekend onder de naam MDA++.

MDA++

MDA++ is een integrale aanpak van zowel kindermishandeling, huiselijk als seksueel geweld en is specialistisch én multisectoraal. Specialistisch: de professionals hebben kennis over de aanpak van het geweld en over trauma’s na geweld op individuen en relaties (de 1e +). Multisectoraal: samenwerking tussen de hulpverleningsketen, de veiligheidsketen en het medische zorgcircuit (de 2e +).

In MDA++ bundelen psychosociale, medische, forensische en justitiële specialisten uit verschillende instellingen hun expertise voor een gecoördineerd en gefaseerd onderzoek en een goede opvang na acuut geweld. Alle hulp en onderzoek zijn beschikbaar op één plek, zodat het slachtoffer niet van instantie naar instantie hoeft, en niet nodeloos vaker dan één keer haar of zijn verhaal hoeft te doen. Bij structureel geweld maakt een MDA++-team met het gezin en het lokale sociaal wijkteam gezamenlijke een analyse van oorzaken en risicofactoren. Vervolgens stellen zij samen een veiligheidsplan en een hulpverleningsplan op. Eerste doel is om directe veiligheid in het gezin te bewerkstelligen, daarna om recidive en herhaald slachtofferschap te voorkomen. Als dat betekent dat de armoede en schulden eerst moeten worden aangepakt, dan gebeurt dat. Ook wordt hulp georganiseerd om de trauma’s en andere gevolgen van langdurig geweld te herstellen.

Lokale teams belangrijke rol bij uitvoering

Per casus kan verschillen welke specialistische hulp nodig is. De lokale teams zullen een belangrijke rol vervullen bij de uitvoering. Een casusregisseur – tevens vaste contactpersoon voor het gezin – heeft het mandaat om het aanbod op elkaar afgestemd te organiseren. Dit gebeurt in overleg met het gezin, zodat zij samenhang ervaren en er zelf iets over te zeggen hebben (Van Arum et al, 2017). Zo’n MDA++-aanpak krijgt bijvoorbeeld vorm in het Family Justice Center Midden-Brabant. Daar werken gespecialiseerde professionals uit verschillende sectoren – naar gelang de casus – samen in de analyse, opstelling en uitvoering van het plan van aanpak. Dit is gericht op het hele gezin met al zijn problemen die het risico op gebruik van geweld vergroten. De casusregisseur zorgt voor de uitvoering.

Bovenstaande tekst is een fragment uit het boek '1 op de 4 - Kindermishandeling, een publiek probleem'. Download hier de volledige tekst van het hoofdstuk (pdf), dat is geschreven door Hilde Bakker en Hanan Nhass van Movisie.

Bronnen

*MDCK Kennemerland, MDCK Friesland, Centrum Seksueel Geweld, Mutsaersstichting/FJC Venlo, Code Rood aanpak Veiligheidshuis Twente, Intersectorale aanpak Kindermishandeling Gelderland, Veilig Thuis/Interventieteam Huiselijk Geweld West Brabant, Veilig Verder Teams Den Haag, Veilig Thuis/FJC Midden Brabant.

Dit artikel is 3882 keer bekeken.

Reacties op dit artikel (1)

  1. Het is geen publiek probleem,maar een publiek geheim en velen sluiten hun oren en ogen, de Overheid en de politiek voorop.
    Kindermishandeling is nog steeds een taboe waarover niet gesproken mag worden omdat we allen willen worden gezien als goede (pleeg)ouders of verzorgers.
    Het trieste feit dat er jaarlijks in dit beschaafde land +/- 130.000 kinderen slachtoffer worden van diverse vormen van mishandeling zegt meer dan de duizenden woorden die ik hier zou kunnen schrijven.
    De zorg voor de bescherming van het kind staat zwaar onder druk door gebrek aan gemotiveerde hulpverleners en een financieel tekort vanuit de Overheid voor de Gemeentebesturen die de opdracht, het kind te beschermen. moeten uitvoeren.
    Tijdens gesprekken met enige hulpverleners hoorde ik steeds dezelfde verklaring:
    “Ik wil zo graag mijn werk goed doen,maar krijg de gelegenheid niet,Ben meer met mijn administratie c.q het invullen van formulieren bezig waardoor het belang van het kind niet meer centraal staat. Voorbeeld? Een goede vriend werkzaam in de jeugdzorg die veel teveel overuren moet draaien en enige jaren voor zijn pensioen staat wordt verplicht een nieuwe studie te gaan volgen. Dit neemt nog meer tijd in beslag, meer werkdruk etc Het kind in nood is voor het kabinet Rutte een stiefkindje waarvoor nauwelijks plaats is op de begroting. Hoe kan het ook anders als deze MP met droge ogen durft te beweren dat er in dit land geen arme kinderen te vinden zijn! Die lach op zijn gezicht zal hem vergaan nadat er. ná verloop der jaren ,wordt vastgesteld wat het beleid van zijn kabinetten heeft betekent voor de toekomst van kinderen.

Reageer

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *