COLUMN Hadden we in Nederland maar een bad cop

Koopkracht is volgens het Internationaal Monetair Fonds niet meer de grootste uitdaging. Bevriezing van sociale huren is dus een voorbeeld van verkeerde prioriteiten stellen. Lector Anna Custers wenst Nederland een bad cop toe, om eindelijk eens echte pijnpunten te behandelen.

Voordat ik lector Armoede Interventies werd, werkte ik als econoom bij de Wereldbank. Eerst bij het team dat overheden over de hele wereld adviseerde over belasting en douane, en later bij het team dat de Afghaanse overheid bijstond bij macro-economische vraagstukken. Er was altijd wel wat rivaliteit met het Internationaal Monetair Fonds (IMF): zij werden gezien als net wat technischer en vaak de strenge bad cop. Wij bij de Wereldbank waren wat rommeliger, maar stiekem toch ook technisch sterk en, niet onbelangrijk, de good cop.

Ik woonde in Kaboel en kon gewoon op bezoek gaan bij de belastingdienst

Ik maakte er op een gegeven moment een wedstrijdje van wie de jaarlijkse belastingopbrengst van Afghanistan het beste kon voorspellen, het IMF of wij. Ik zat er altijd net wat dichterbij. Dat kwam doordat ik actuelere informatie had: ik woonde in Kaboel en kon gewoon op bezoek gaan bij de belastingdienst, terwijl de IMF-missies organiseerde in Dubai vanwege (weloverwogen) veiligheidsrisico’s. Ook daar deed de leefwereld ertoe.

Article IV over Nederland

Ik heb in die tijd bij de Wereldbank menig ‘Article IV’s’ gelezen, technische materie over de staat van de economie in landen opgesteld door het IMF. Zo duidelijk en ter zake als het IMF een economie kan analyseren, kan vrijwel niemand het. Deze maand schreef het IMF ook zo’n artikel over Nederland.

Dat doen ze ieder jaar, en het is echt de moeite waard om te lezen, omdat het haarfijn de zwakke plekken van ons beleid blootlegt en aangeeft waar de economie op afstevent als we niks doen aan belangrijke dossiers zoals wonen, toeslagen en stikstof.

Ik haalde mijn hart op, even weer dat technische jargon

Ik haalde mijn hart dus op, even weer dat technische jargon. Ik las ook gelijk de Brede Welvaart Monitor die het CBS net publiceerde, en de studie van ABN Amro naar hoe het met de bestaanszekerheid van Nederlandse huishoudens gesteld is.

Koopkracht is niet grootste uitdaging

De hoofdboodschap van het IMF is dat recente beleidsmaatregelen, zoals in de Voorjaarsnota zijn opgenomen, vooral gericht zijn op het verbeteren van koopkracht van huishoudens, terwijl dit niet meer de grootste uitdaging is. ‘Kortzichtig’, noemen ze het.

Langetermijninvesteringen zijn nodig om de welvaart van Nederland ook voor de toekomst te behouden

Tijdens corona en de inflatiecrisis stond koopkracht centraal. Nu dat deze crises voorbij zijn, heeft de Nederlandse economie juist structurele investeringen aan de aanbodkant nodig. Dan gaat het om investeringen in infrastructuur, onderwijs en innovatie, en om het aanpakken van het woningentekort, de overbelasting van het energienetwerk en de stikstofcrisis. In het rijtje staat ook de aanpassing van het toeslagenstelsel. Op deze vlakken loopt de economie vast en zijn nú langetermijninvesteringen nodig om de welvaart van Nederland ook voor de toekomst te behouden.

Met wonen gaat het niet goed

Het scherpste voorbeeld van verkeerde prioriteiten is het bevriezen van de sociale huren. Dit zorgt ervoor dat vaste lasten van de laagste inkomens niet verder stijgen. Tegelijkertijd geven woningcorporaties aan hierdoor minder te kunnen bouwen en verduurzamen de komende jaren.

De bevriezing ondersteunt koopkracht, maar bemoeilijkt de langetermijn-opgave van het woningentekort aanpakken

De bevriezing ondersteunt dus koopkracht, maar bemoeilijkt de langetermijnopgave van het woningentekort aanpakken. Daarvoor is overigens meer nodig dan enkel het bouwen door woningcorporaties, noteert ook het IMF. Dan gaat het namelijk om het (bekende) pakket van huurafspraken, bouwvergunningen, de rol van woningcorporaties en private investeerders, et cetera. Wonen (en milieu) zie je ook terugkomen in de CBS brede welvaartsmonitor als een van de weinige gebieden waar het minder goed gaat ten opzichte van eerdere jaren.

Bestaanszekerheid is meer dan inkomen

Hier komt ook meteen het spanningsveld met armoede naar voren. Lagere sociale huren zijn toch juist wenselijk voor lage inkomens? Zeker nu dat ABN Amro heeft laten zien dat vaste lastenpercentages voor mensen met een uitkering het hoogst zijn (gemiddeld 53 procent) ten opzichte van gepensioneerden (gemiddeld 47 procent) en salarisontvangers (gemiddeld 41 procent). Deze vaste lastenpercentage zijn weliswaar voor iedereen gedaald sinds 2017, maar in 2024 is het aandeel vaste lasten voor mensen met een uitkering weer licht toegenomen.

Bestaanszekerheid gaat ook over de kwaliteit en beschikbaarheid van basisvoorzieningen

De inkomens van huishoudens nemen toe, laten zowel ABN Amro als het CBS zien. Dit is mede waarom armoede de afgelopen jaren is gedaald. En vooralsnog zijn de meeste inkomens meer toegenomen dan de (vaste) uitgaven. Vandaar de dalende trends. Maar bestaanszekerheid is breder dan enkel voldoende inkomen en lagere vaste lasten. Bestaanszekerheid gaat ook over de kwaliteit en beschikbaarheid van basisvoorzieningen, waaronder wonen, gezondheidszorg en onderwijs. Kortom, een dilemma.

Het bevriezen van de huren stelt betaalbaarheid boven kwaliteit en beschikbaarheid van wonen. Koopkrachtmaatregelen alleen zijn niet voldoende, maar politiek het meest aantrekkelijk omdat het goed aan de kiezer te verkopen is. Daarmee bevestigt het IMF wat we wisten: we hebben in Nederland eigenlijk helemaal geen armoedebeleid, maar vooral koopkrachtbeleid, zoals ik eerder schreef op socialevraagstukken.nl.

Good cop, bad cop

Maar, systeemverandering van ons sociale zekerheidsstelsel kan niet langer wachten, en zelfs met hogere inkomens (en lagere lasten) is de bestaanszekerheid nog niet gegarandeerd zolang de woningmarkt op slot zit en gezondheidsverschillen onverminderd groot zijn.

Als Nederland afhankelijk was van een bail-out van het IMF, was het armoedebeleid allang versimpeld

Soms helpt het als een buitenstaander het zegt. Ik heb weleens gedacht: als Nederland afhankelijk was van een bail-out van het IMF (een financieel reddingspakket voor een land dat in economische problemen zit), was het toeslagenstelsel allang aangepast en was het armoedebeleid al lang versimpeld. Dat was dan namelijk een voorwaarde geweest voor hulp.

Ik wens Nederland geen omstandigheden toe waarin een bail-out van het IMF nodig is, maar wel een bad cop die kan helpen om eindelijk eens met de moeilijke dossiers aan de slag te gaan. Good cops zijn er al voldoende.

Anna Custers is lector Armoede Interventies aan de Hogeschool van Amsterdam.

Reacties 2

  1. Ik waardeer de colums en artikelen die Anna Custers de laatste jaren schreef zeer vanwege haar oprechte insteek om armoede Nederland uit te krijgen. Maar langzamerhand vraag ik me af hoe Anna denkt over herverdeling. Over een rijkdomsgrens als tegenhanger van de armoedegrens. Over de ideeen van Ingrid Robeyns (limitarisme) en recent ook van de fiscalist Reinier Kooiman (“De sterkste schouders”). Kooiman liet zien dat de belastingdruk de hoogste inkomens lager is dan die op de midden en laagste inkomens, ondanks de progressieve inkomstenbelastingen. En dat vermogens de dans ontspringen. Zonder vermogens progressief te belasten blijft het aanmodderen. Zonder de grenzeloze rijkdom te beperken en tot herverdeling om te buigen zal de strijd tegen armoede eindeloos voortgaan. Dat is niet wat Anna Custers wil, denk ik. De aandacht in het armoede-debat zou ook moeten uitgaan aan de noodzakelijk bijdragen van de allerrijksten, zoals de Oostenrijkse miljonaire Engelhorn beschreef in “Geld” en bepleit in haar beweging Tax me now.
    Ik hoop dan Anna daar eens op in wil gaan.

  2. Als het om echte pijnpunten gaat blijft het IMF achterwege met wat betreft de neoliberale marktwerking van de economie. Het systeem van toeslagen bij de volkshuisvesting en gezondheidszorg is nodig omdat middels ‘marktwerking’ de huren en de premies voor veel burgers niet meer zijn op te brengen.
    Het verdienmodel bij m.n. de huisvesting betreft dan de banken wegens de hypotheekrente aftrek, de torenhoge winsten van makelaars, onroerend goed handelaren (huisjesmelkers), projectontwikkelaars en wooncorporaties die nog steeds €100,00 per maand aan een huurwoning verdienen en zo jaarlijks 2,5 miljard Euro op de bank kunnen zetten zonder hiervoor huizen te bouwen.

Reageer

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *