COLUMN Zorgen

Sander Griek verkeert in een wereld met blauwe schimmen. Heerlijk effe weg.

‘Nou, ik kan bijna niet meer lopen van de buikpijn.’

‘Lukt het u wel om hier om twaalf uur te zijn?’

‘Eh lastig… een uur geleden mijn slaapmedicatie ingenomen. Geen geld voor een taxi, maar ik kan het proberen. Misschien tot zo.’

Knetterstoned

De buren hebben te veel borrels op. Anderen slapen of nemen niet op. Te weinig vrienden dichtbij. In het oosten is mijn moeder nog wakker. Ze honoreert een 100-euro-tikkie voor een taxi.

Even later klim ik als een kreunende oude man in een taxibusje.

‘Naar?’

‘Huisartsenpost bij het ziekenhuis alsjeblieft.’

Na het buikonderzoek laat de huisarts mij gaan. ‘Meld u morgenochtend vroeg nuchter bij de spoedeisende hulp, dan wordt u daar verder geholpen.’

‘Kan ik niet beter hier blijven dan?’

‘Nee, wij zijn geen ziekenhuis.’

Het tikkie dekt de retourprijs half. De buikpijn is heviger.

Vier uur later slaaprij ik verdwaasd maar nuchter met mijn gammele auto naar spoedeisende hulp. G-Maps leidt. In de wachtkamer doe ik wat er van me wordt verwacht.

Pijnlijk veel later gaat zuster Kordaat mij voor naar een wachtkamer met ligcomfort. ‘Eerst maar even een intraveneuze canule in uw arm zetten. Wel zo handig, je weet maar nooit.’

Vragen over ongezondheid, eerdere ziekenhuisaffaires en meer. ‘Nog ergens allergisch voor?’

‘Eh ja… ik denk het wel… ik ben zeer gevoelig voor opiumachtige pijnstillers zoals Tramadol en Oxycodon. Die vind ik té lekker. Na gebruik zijn de effecten té naargeestig. Ben ik er dan allergisch voor?’

Ze kijkt me glazig aan en veert vlot terug in haar professionele daadkracht. ‘Ik ga het noteren. Er komt zo een arts bij u.’

De arts herhaalt vragen en ze onderzoekt met haar vingers mijn buikpijnpunten.

‘Wow, dat doet weer pijn!’

‘Juist. Ik laat een echo van uw buik maken.’

De radioloog heeft het snel gezien. ‘Ik ga er niet over, maar uw appendix moet er snel uit.’

De chirurg volgt, beaamt en handelt. De anesthesioloog dooft. Heerlijk eindelijk effe weg.

Even later probeer ik knetterstoned te focussen op zwevende blauwe figuren. Gaaf!

‘Hallo… meneer Griek …? Hallo…jaaah!... We brengen u naar de afdeling.’

‘Ow… wat… leuk!’

Het leven is vurrukkulluk!

Na onbestemde tijd verschijnt een blauwe schim bij mijn voeteneind en begint tot mij te spreken. ‘Meneer Griek?’

Huh? ...Ik lig in een spacebed… raar…

‘Meneer Griek… hallo…? Ja, daer bent u… vanmiddag heb ik u ge-eupereerd. Hoe gaet het met u?’

‘Geweldig… met u?’

Soms kan ik even focussen op zijn blauwe mutsje.

‘Goed meneer Griek, de kijk-euperatie is veurspoedig gegaen. We hebben uw geperforearde appendix verwijderd en uw buikholte gespoeld. Uw buikvlies is ontsteuken geraekt. Dat is een ernstige complicatie. Daerveur krijgt u intraveneus een antibieuticakuur toegediend.’

Zijn warme weurden ruisen als een kalme branding deur mijn brein. ‘Wat leuk zeg… en waar is dat?’

‘Dat is niet leuk, meneer Griek, u moet daerveur drie dagen langer blijven. Heeft u verder nog vragen?’

Te traag denk ik serieus na over zijn vraag.

Huh! Ik ben op kantoor met een pantry… wow… gaaf!...heyjjjj… ik zit zowat bloot onder een wafeldeken in een…

‘We spreken elkaar later. Sterkte meneer Griek.’

Als de blauwe schim wegzweeft, focus ik nog net even op zijn witte klompjes. Hééé… hij loopt gewoon… o ja, ik ben in het ziekenhuis.

‘Mamtel-zorg’

Dus toch iets van het opiummenu gekregen. Het leven is vurrukkulluk! Eén grote pijnloze opioïdentrip. De poeplucht uit de darmstoma van mijn halfdode buurvrouw geurt als papaverbloemen. Eigenlijk best saai met maar anderhalve mensen op één kamer. Gemengd met z’n tienen, of meer op zaal is toch veel feestelijker!?

Na mijn ontslag mag ik niet zelf autorijden.

‘Tssss!’

Een wakkere vriend rijdt de gammele wagen en de dolgelukkige eigenaar naar huis. Moeder ‘mamtel-zorgt’ mij door de eerste opioïdenafkickverschijnselen. Het valt mee. De gedachten komen, maar ik wil nog niet dood.

Sander Griek is projectmedewerker en ervaringsdeskundige bij Movisie