Duurzame sportdeelname door online sportnetwerken – werkt dat?

Onderzoekers van de Radboud Universiteit onderzochten hoe mensen elkaar beïnvloeden in online sportnetwerken. Ze delen hun constateringen en geven aanknopingspunten voor het maken van beleid gericht op het promoten van duurzame sportdeelname en fysieke activiteit.

Een inactieve levensstijl met minder beweging en minder sport heeft negatieve gevolgen voor de gezondheid van mensen en zet ons zorgstelsel steeds meer onder druk. Vandaar dat het belang van onderzoek naar determinanten van fysieke inactiviteit en sportdeelname alom wordt erkend (zie bijvoorbeeld, het Nationaal Sportakkoord of de alarmerende berichtgeving van de Wereldgezondheidsorganisatie).

Huidige initiatieven die zijn gericht op het promoten van een actieve leefstijl kennen veelal een persoonsgerichte benadering. Ze zijn bijvoorbeeld gericht op het bevorderen van motorische vaardigheden of zelfeffectiviteit. Maar als deze interventies al werken, dan beperken de positieve effecten zich helaas vaak tot de korte termijn.

Om mensen actief te houden, richten professionals zich steeds meer op de invloed van sociale netwerken

Onderzoek in de gezondheidspsychologie heeft aangetoond dat duurzame veranderingen in gezondheidsgedrag (bijvoorbeeld bij roken en alcohol drinken) afhankelijk zijn van de goedkeuring van het gedrag door de sociale omgeving en of het gezonde gedrag ook voorkomt binnen het sociale netwerk van deze persoon. Om mensen blijvend actief te houden, richten onderzoekers, professionals en beleidsmakers zich daarom steeds meer op de invloed van sociale netwerken.

Online sociale netwerken

Online sociale netwerken vormen mogelijk een belangrijk mikpunt voor kostenefficiënte interventies om sportdeelname en fysieke activiteit te promoten. Helaas is er tot op heden nog weinig kennis over hoe online sportnetwerken ingezet kunnen worden om mensen actief te houden.

Online sport-apps, zoals Strava, Zwift en Garmin Connect zijn razend populair geworden de afgelopen jaren, zowel onder absolute beginners als onder professionals. Deze sport-apps bieden gebruikers een gemakkelijke manier om hun sportactiviteiten bij te houden. Daarnaast verbinden deze apps gebruikers dankzij hun online netwerkdiensten. Gebruikers van deze apps kunnen met elkaar communiceren, elkaar aanmoedigen, kudos geven, of met elkaar de competitie aangaan.

Wij vroegen ons af of en hoe mensen binnen deze bestaande online sportnetwerken door elkaar beïnvloed worden. En of ons onderzoek kan bijdragen aan het ontwikkelen van online socialenetwerkinterventies.

Sociale steun en sociale vergelijking

We onderzochten invloedsprocessen binnen Strava, het grootste en bekendste wereldwijde online sportnetwerk. Meer specifiek richtten wij ons op de online Strava-netwerken van vijf Nederlandse hardloopverenigingen. Wij verzamelden longitudinale data over kudos-netwerken (wie geeft aan wie kudos?) en loopactiviteiten (hoe vaak en hoe lang lopen leden per week?).

Minder actieve loopmaatjes laten zien dat het oké is om zelf ook minder te doen

We verwachtten dat het krijgen van kudos (een virtueel duimpje) lopers motiveert om actief te blijven. Daarnaast verwachtten we dat de activiteiten van clubgenoten dienen als inspiratie. Lopers zouden daarom de neiging hebben om het loopgedrag van deze clubgenoten na te gaan bootsen. En dan vooral het loopgedrag van clubgenoten die vaker en langer lopen dan zichzelf.

Positieve en negatieve sociale invloed

In overeenstemming met onze theoretische verwachtingen constateerden we dat lopers die van meer clubgenoten kudos ontvingen, minder geneigd waren om hun wekelijkse loopfrequentie en loopduur te verminderen. Dit is een vorm van ‘positieve invloed’. We zagen ook dat het loopgedrag van clubleden die elkaar kudos gaven, op elkaar ging lijken.

Maar helaas, en in tegenstelling tot onze verwachting, bleek dat lopers vooral gingen lijken op clubgenoten die minder (vaak) liepen. Minder actieve loopmaatjes laten dus zien dat het oké is om zelf ook minder te doen. Een vorm van ‘negatieve invloed’.

De weg voorwaarts?

Ons onderzoek toont aan dat een focus op online sociale netwerken voor beleid dat duurzame sportdeelname wil bevorderen en inactiviteit wil tegengaan kansen biedt, maar ook gevaren kent. Het krijgen van sociale steun, al is het maar via een virtuele duim omhoog, werkt motiverend. Het gevaar is echter dat online vrienden elkaar eerder naar beneden zullen trekken dan omhoog zullen tillen.

Hoe zou een succesvolle online socialenetwerkinterventie er volgens ons dan uit kunnen zien? We raden buurtsportcoaches en andere sportprofessionals aan om online platforms in te zetten, waarbinnen deelnemers hun dagelijkse sport- en beweegactiviteiten kunnen vastleggen. Deze platforms moeten de actievere deelnemers prominenter in beeld brengen dan de minder actieve deelnemers, bijvoorbeeld door het gebruik van virtuele activiteitsklassementen. Hierdoor verwachten we dat goed voorbeeld sneller doet volgen en dat het gevaar van negatieve invloed zal afnemen. Het is ook belangrijk dat deelnemers elkaar gemakkelijk complimenten kunnen geven voor hun geregistreerde activiteitein.

Tot slot moet het platform het mogelijk maken om inactieve deelnemers te ‘porren’. Dus naast kudos, moet het platform sociale interactiefuncties hebben waarmee deelnemers hun inactieve online connecties kunnen (re)activeren.

Wij zullen vervolgstappen zetten om de succesbepalende factoren van dergelijke socialenetwerkinterventies verder in kaart te brengen.

Rob Franken, Hidde Bekhuis en Jochem Tolsma zijn verbonden aan de Radboud Universiteit Nijmegen.

 

Foto: Andrea Picquadio (Pexels.com)