Living lab op Rotterdam-Zuid combineert onderzoek en vrijwilligerswerk

Onderzoeker Kevin Pijpers combineert participatief onderzoek met vrijwilligerswerk in een alternatief living lab op Rotterdam-Zuid. Op deze manier geeft hij iets terug en is zijn onderzoek gesitueerd en betrokken. Dat wil zeggen, beter voor participanten en beter voor wetenschappelijke datacollectie.

Toen ik vorig jaar begon aan mijn onderzoek naar hoe we beter voorbereid kunnen zijn op toekomstige rampen, werd van mij verwacht dat ik een living lab zou opzetten. Dit levend lab moest komen op Rotterdam-Zuid. Zuid wordt vaak afgeschilderd als ‘van een ondermaats niveau wat betreft opleidingsniveau, arbeidsparticipatie en woonkwaliteit’, in contrast met dominante ideeën van wat Nederland verwacht wordt te zijn.

De sociale beperkingen tijdens corona hebben deze stigmatisering verder geïntensiveerd

Zo werden de problemen van Zuid in een rapport uit 2011 samengevat als ‘on-Nederlands’ (NPRZ). Door zulke stigmatiserende stellingen wordt Zuid tot uitzonderingsgebied gemaakt (Schinkel & Van den Berg, 2011; Wacquant et al., 2014). De sociale beperkingen tijdens corona hebben deze stigmatisering verder geïntensiveerd: volgens een rapport uit 2024 waren bewoners van kwetsbaar gemaakte wijken zoals Zuid nog vaker onzeker over hun inkomen, meden ze nog meer zorg en ervaarden ze nog meer overlast (Risbo).

Dit leidde onder hen tot een toename van wantrouwen en woede. De corona-rellen van 2021 op de Beijerlandselaan en Groene Hilledijk (Rijnmond, 2021) lieten een deel van deze woede, vooral van jongeren, zien en voelen.

Rijkdom van Zuid voor onderzoekers

Ondertussen trekken wetenschappers er in groten getale op uit om te onderzoeken welke ‘kwetsbare groepen’ we op Zuid ‘onder welke condities’ moeten ‘targetten’ om de volgende ramp ‘efficiënt’ te ‘bestrijden’ met onze ‘interventies’. Deze woorden tussen aanhalingstekens zijn voorbeelden van managementtaal die wetenschappers en beleidsmakers vaak gebruiken om data te verzamelen en vervolgens interventies te ontwikkelen vanachter hun bureau. Ze komen maar al te vaak datapunten hálen en quick wins scoren om daarna de lokale kennis die ze buitgemaakt hebben om te zetten in interventies, die weer kunnen leiden tot meer onderzoeksfinanciering waar carrières in de competitieve wetenschappen van afhangen.

De gemeenschappen van Rotterdam-Zuid hebben iets dat wetenschappelijk onontgonnen is

Waarin is Zuid dan zo rijk, dat wij onderzoekers dat komen halen en dat zoveel onderzoeksfinanciering waard is? De gemeenschappen van Rotterdam-Zuid hebben iets dat wetenschappelijk onontgonnen is: inwoners weten zich staande te houden óndanks alles wat ze tegen zich opgeworpen krijgen. Dat doen ze doordat ze banden smeden en de wereld kennen op belichaamde, affectieve, intieme en verstrengelde manieren (zie Latimer & López Gómez, 2019), die zich buiten standaard wetenschappelijk paradigma’s afspelen.

Zo biedt de gaarkeuken (het wijkrestaurant op Zuid) mensen niet alleen een maaltijd, maar is het ook een plek om armoede, eenzaamheid en stress tegen te gaan en steun te bieden aan zieken – zaken die wetenschappers vaak uit elkaar trekken, maar die onlosmakelijk verbonden zijn in de alledaagse stad.

Zuid kent vele problemen en heeft hulp nodig, maar niet van wetenschappers

Dit is geen romantisering: Zuid kent vele problemen en heeft hulp nodig, maar niet van wetenschappers, die veelal kennis komen halen en interventies komen brengen op basis van een ‘ont-lichaamde’ expertise – een expertise die vooral technisch van achter een computer tot stand is gekomen. Het tamelijk recente eufemisme onderzoeksmoeheid (Oostveen, 2023) moet op een soortgelijke manier geïnterpreteerd worden. Het gaat hier niet om vermoeidheid of uitputting, maar eerder om irritatie, woede, verbazing, schaamte en angst ten aanzien van wetenschappers die alleen maar komen halen. Deze situatie was het beginpunt van mijn opdracht om een levend lab te implementeren op Zuid.

Als politieke en sociale realiteit worden gespleten

Breder gezien is de roep om een levend lab, een ogenschijnlijk neutrale manier om de wetenschap houvast te geven op Zuid, zodat inwoners de mogelijkheid krijgen te participeren in scenario’s over de verspreiding van infectieziekten om beter op rampen voorbereid te zijn.

Begrippen als coproductie en consensus-gedrevenheid staan in living labs centraal. Mijn onderzoek toont aan dat het probleem met zulke begrippen is dat ze de politieke context eromheen vaak ‘zuiveren’ van de alledaagsheid van de wijk, die onder de microscoop ligt (Turnhout et al., 2020).

Straatafval wordt gezien als een probleem van Zuid en niet als een probleem van onze consumptiemaatschappij

Deze zuivering houdt in dat de politieke realiteit en de sociale realiteit worden gespleten. De grote hoeveelheid straatafval wordt bijvoorbeeld gezien als een probleem van Zuid en niet als een probleem van onze (gedeelde) consumptiemaatschappij. Straatcultuur wordt gezien als een probleem van jongeren op Zuid en niet als een structureel probleem van racisme en degradatie, waardoor deze jongeren toch weinig ander uitzicht hebben en misschien niet vertrouwen in de waarde van een diploma.

Deze splijting is een fenomeen dat antropoloog Bruno Latour (1993) bifurcatie noemt: de werkelijkheid van Zuid wordt radicaal gescheiden van de feitelijke structuren waar we allemaal deel van uitmaken. Dat wil in dit geval zeggen: alleen de werkelijkheid van het uitzonderlijke Zuid wordt onderzocht zonder de gedeelde structurele elementen aan de kaak te stellen.

Mensen op Zuid moeten zich verantwoorden voor het stigma dat hun is opgeplakt

Door deze bifurcatie is het gedachtegoed van participatie problematisch. Participatie heeft een tirannieke kant als het alleen voor de schijn is en kan daardoor zelfs problemen verergeren (Cooke & Kothari, 2001). Door het participatie-discours wordt nóg meer beroep gedaan op mensen uit Rotterdam-Zuid: ze moeten meedoen bij het oplossen van dit uitzonderlijke probleem dat alleen van hen lijkt – ze moeten zich verantwoorden voor het stigma dat hun is opgeplakt.

Vrijwilligerswerk en participatief onderzoek

Om niet bij te dragen aan deze cirkel van sociale onrechtvaardigheid, heb ik besloten in mijn levend lab het participatie-idee om te draaien: niet burgers moeten participeren, maar onderzoekers en beleidsmakers. Ik ben mijn participatief onderzoek gaan combineren met vrijwilligerswerk op een aantal plekken op Zuid, omdat vrijwilligerswerk een manier is waarop onderzoekers meteen iets terug kunnen doen voor de wijkbewoners, zonder dat zij weer degenen zijn die bepalen wat dan nodig is en verwacht wordt van bewoners.

Moet ik gastheer zijn en eten serveren aan bezoekers van het wijkrestaurant? Ook prima

 Wordt me gevraagd het zand dat naast de zandbak in de speeltuin ligt weer terug in de zandbak te scheppen? Prima. Moet ik gastheer zijn en eten serveren aan bezoekers van het wijkrestaurant? Ook prima. En ook als de stoma van een dakloze bezoeker lekt. Juist dan. Tegelijkertijd leer ik aan den lijve kennen hoe het is om deel te zijn van het reilen en zeilen in zo’n wijk. En ik maak etnografische notities van situaties en contexten, meer dan van mensen.

Kwestie van sociale rechtvaardigheid

Maar laat ik duidelijk zijn: vrijwilligerswerk is niet alleen een manier om als onderzoeker iets terug te geven aan de wijk, uit de zogenaamde goedheid van mijn hart. Het is ook een kwestie van goed (participatief) onderzoek doen, waarbij de onderzoeker langere tijd (denk aan een half jaar en het liefst langer) serieus deelneemt aan de dagelijkse praktijken van mensen om een bepaalde plek te onderhouden.

De combinatie vrijwilligerswerk en participatief onderzoek is dus dubbel rechtvaardig: ik geef iets terug én ik doe goed onderzoek met betere onderzoeksresultaten dan wanneer ik een afstandelijke enquête met een aantal vragen zou rondsturen, die niet bouwt aan sociale rechtvaardigheid.

Kevin Pijpers is sociaal antropoloog, geïnteresseerd in sociale en ecologische (on)rechtvaardigheden. Hij werkt aan de sociologie en bestuurskunde faculteit van de Erasmus Universiteit en het Pandemic & Disaster Preparedness Center. Recentelijk publiceerde hij Urban Living Labs in times of post-pandemic epistemic injustices: a speculative realist revision.

 

Foto: Still van Youtube: Wijkrestaurant Bij de Provenier helpt bewoners uit de wijk (OPEN Rotterdam)