Waarom je waardige hulpverlening niet kunt garanderen

Mensen met meervoudige problematiek en een hulpvraag voelen zich vaak onwaardig behandeld. In een menswaardige hulpverlening waarin niemands waardigheid geschonden wordt, durven beleidsmakers en sociaal werkers pijnlijke vragen te stellen en dilemma’s te benoemen, betoogt socioloog Jante Schmidt.

Wanneer mensen met meervoudige problematiek hulp zoeken, krijgen ze te maken met allerlei instanties, wetten en regels. In dit proces voelen zij zich soms onwaardig behandeld. Meervoudige problematiek betekent vaak al dat mensen minder goed mee kunnen doen in de samenleving. Dit maakt hen kwetsbaarder voor waardigheidsschending in het dagelijks leven. Mensen met meervoudige problematiek hebben kortom minder kans op een waardig bestaan dan anderen. Hoe kan dit anders?

Menswaardige hulpverlening blijft al snel een abstract ideaal

Met mijn promotieonderzoek onderzocht ik wat menswaardige zorg en ondersteuning inhoudt voor hulpvragers en wat dit betekent vanuit het perspectief van sociaal werkers. Menswaardige hulpverlening blijft al snel een abstract ideaal. Als we menswaardige hulpverlening niet enkel als stip aan de horizon willen benoemen, maar er concreet dichterbij willen komen, zullen we het op een andere manier moeten begrijpen. Want wat is menswaardig beleid en menswaardige hulpverlening? En waarom is het zo moeilijk te bewerkstelligen?

Wat niet het probleem is

Tijdens literatuuronderzoek naar waardige hulpverlening kwam ik twee hypothesen tegen als antwoord op de vraag: waarom ervaren hulpvragers een gebrek aan waardigheid (Schmidt, Trappenburg & Tonkens, 2020)? De eerste hypothese is dat professionals mogelijk niet voldoende doordrongen zijn van het belang van waardigheid. Hier is echter weinig bewijs voor op basis van empirisch onderzoek, bijvoorbeeld onder verpleegkundigen (Baillie & Gallagher, 2011).

Soms benoemden sociaal werkers het net even anders

Ook in mijn onderzoek onder sociaal werkers kwam ik niemand tegen die het belang van waardigheid in twijfel trok (Schmidt, 2022). Soms benoemden zij het net even anders, bijvoorbeeld: ‘Iemand als volledig mens behandelen.’ Maar dat de inherente waarde van ieder mens gerespecteerd dient te worden, daar is men het over eens.

De tweede hypothese is dat het gebrek aan waardigheid voorkomt uit het feit dat waardigheid heel verschillende dingen betekent voor verschillende betrokkenen. Als cliënt en hulpverlener iets anders onder waardigheid verstaan, is het begrijpelijk dat er door hulpverleners niet op de juiste dingen wordt ingezet. Maar ook dit blijkt niet het geval. Opnieuw worden er vaak wel verschillende woorden aan gegeven, maar is het in de kern hetzelfde.

Waardigheidsschending

Het is nodig om helder te reflecteren op wat menswaardige hulpverlening wel en niet is. En dat betekent pijnlijke vragen durven stellen en dilemma’s benoemen. De in mijn proefschrift ontwikkelde Waardigheidscirkel biedt inzicht in de kern van menswaardige hulpverlening.

Waardigheid bevorderen begint met het identificeren van wat waardigheid schendt

Het uitgangspunt is dat waardigheid bevorderen begint met het identificeren van wat waardigheid schendt. Dit gebeurt wanneer mensen worden behandeld als nummer of geval in plaats van als een uniek persoon; als mensen zich niet gezien of gehoord voelen, wantrouwen ontmoeten, of zich behandeld voelen als kind. Het zijn ervaringen die velen niet geheel vreemd zullen zijn. Bij meervoudige problematiek treedt vaak een stapeling van dit soort ervaringen op in de interactie met het zorgsysteem en de samenleving.

Deze ervaringen zijn niet volledig te uit te sluiten omdat ze verband houden met kenmerken van het zorgsysteem. Gestandaardiseerde procedures zijn waardevol voor de eerlijke verdeling van beperkte hulpmiddelen, maar ze kunnen er tegelijkertijd voor zorgen dat mensen zich gereduceerd voelen tot een nummer. Een zekere mate van ongelijkheid is inherent aan zorgrelaties tussen professional en hulpvrager, maar dit kan ook ervaringen van betutteling met zich meebrengen.

Zelfredzaamheid wordt overschat

Daarnaast gaat hulp nodig hebben gepaard met stigma, ingegeven door de jarenlange nadruk van overheden op zelfredzaamheid. Dit stigma werkt argwaan ten opzichte van mensen met meervoudige problematiek in de hand. Ook wordt zelfredzaamheid overschat als het gaat over het vinden van je weg binnen de ingewikkelde structuren van het zorgsysteem. Dit alles leidt ertoe dat hulpbehoeften ongezien blijven.

Inherente spanning

Het kan dus wel een stuk beter. Meerdere onderzoeken demonstreerden al het belang van het versimpelen en toegankelijker maken van het zorgsysteem en het verminderen of zelfs afschaffen van de nadruk op zelfredzaamheid (RVS, 2021; RVS, 2024; SCP, 2023: WRR, 2017). Dit is voor meer menswaardige hulpverlening cruciaal.

In de dagelijkse realiteit blijft het echter laveren tussen waardigheidsschendende en waardigheidsbevorderende praktijken. Een bepaalde vorm van waardigheidsschending voorkomen, kan er namelijk voor zorgen dat je in een volgende schending terechtkomt.

Een sociaal werker kan onuitgesproken hulpbehoeften opmerken bij iemand die deze zelf niet direct erkent of die niet openstaat voor hulp.

Soms bevordert het de waardigheid om desondanks in te grijpen, ook al kan dit als betuttelend worden ervaren en mogelijk de waardigheid aantasten. Ook labels, zoals ‘dakloos’ of ‘ADHD’, kunnen mensen het idee geven dat ze gereduceerd worden tot ‘geval’. Tegelijkertijd kunnen ze iemand een gevoel van erkenning geven voor zijn of haar unieke omstandigheden.

Een commitment aan menswaardige hulpverlening is makkelijk gezegd, maar lost op zich niets op 

Er is een neiging om dergelijke uitkomsten buiten waardigheid te plaatsen. Het eerste voorbeeld wordt dan uitgelegd als een spanning tussen waardigheid en autonomie. Uit het tweede voorbeeld wordt geconcludeerd dat labels ofwel slecht ofwel goed zijn voor waardigheid.

De crux is echter dat deze spanningen inherent zijn aan menswaardige hulpverlening. De praktijk blijft altijd een evenwichtsoefening. En dus ook moeilijk. Hoe meer de dilemma’s en afwegingen kunnen worden benoemd en besproken, des te meer mogelijkheden er ontstaan om hulpverlening menswaardiger te maken.

Waardigheidsschending vermijden

Een zorgsysteem dat onder alle omstandigheden waardigheid garandeert bestaat niet. Ongelijkheid in zorgrelaties, beperkte middelen en standaard protocollen blijven. Maar aan andere omstandigheden valt wel wat te doen. Toewijding aan menswaardige hulpverlening als ideaal is vrij eenvoudig. Een commitment aan menswaardige hulpverlening is echter makkelijk gezegd, maar lost op zich niets op. Beter is toewijding aan het vermijden van waardigheidsschending.

Beleidsmakers moeten zichzelf daarom de volgende vragen stellen: Heeft goed bedoeld beleid onbedoelde gevolgen die tot waardigheidsschending leiden? Zijn er toonaangevende waarden voor beleid die bijdragen aan waardigheidsschending? Kan dit anders?

De inspanningen en de dilemma’s van sociaal werkers moeten meer erkend worden

In mijn onderzoek zag ik dat sociaal werkers in hun dagelijkse praktijk al van alles doen om waardigheidsschending tegen te gaan. Hierbij moeten zij zich vaak verzetten tegen het stigma en de schaamte rond mensen die hulp nodig hebben. De inspanningen van en de dilemma’s waarmee sociaal werkers te maken krijgen moeten meer erkend worden. Zowel door hun eigen managers als door de medewerkers en managers van de vele diensten waar mensen met meervoudige problematiek mee te maken krijgen

Voor deze erkenning is ook een lokale overheid nodig die sociaal werkers steunt in hun pogingen om op menswaardige wijze hulp te verlenen. Het is hierbij bijvoorbeeld belangrijk dat zij zich gesteund weten wanneer zij op zoek gaan naar ruimte in regels en procedures als die voor hun cliënten zeer negatief uitpakken.

Jante Schmidt is socioloog en werkt momenteel als onderzoeker Alledaagse Attentheid bij het Ben Sajet Centrum in Amsterdam. Zij promoveerde eind januari bij de Universiteit voor Humanistiek. Lees haar proefschrift The Dignity Circle

 

Foto: SHVETS Production via Pexels.com