Betaald werk staat minder centraal na coronapandemie

Dossier

Werken na corona

Tijdens de coronacrisis is betaald werk bij velen minder centraal komen te staan. Tegelijkertijd gingen we het maatschappelijk belang van en de waardering voor hun werk belangrijker vinden: werk waarin je andere mensen kunt helpen of een baan die nuttig is voor de samenleving.

De coronacrisis heeft een grote impact gehad op de arbeidsmarkt. Duizenden mensen raakten hun baan kwijt, al hebben de meesten van hen inmiddels weer nieuw werk gevonden. Een veelvoud van dit aantal is tijdens de coronacrisis tijdelijk minder uren gaan werken of thuis gaan werken. Over deze effecten van de coronacrisis zijn al veel cijfers gepresenteerd. We weten echter nog weinig over de gevolgen van de coronacrisis voor de wensen en waarden ten aanzien van werk van de werkenden zelf. Heeft de pandemie de betekenis van (betaald) werk op een meer fundamenteel niveau veranderd? Voor wie geldt dit vooral? En zijn we bepaalde aspecten van het werk belangrijker of juist minder belangrijk gaan vinden? Op basis van de Waarde van Werk Monitor een enquête die wij in het voorjaar van 2019 en van 2021 onder de Nederlandse bevolking hebben uitgevoerd, kunnen we hier meer inzicht in bieden.

Gezin onveranderd belangrijkst en werk minder belangrijk

Allereerst blijken mensen in 2021 aan betaald werk een iets minder centrale plaats in hun leven toe te kennen dan in 2019. Van de vijf levensdomeinen die wij hebben voorgelegd – betaald werk, gezin, vrienden en bekenden, vrije tijd en vrijwilligerswerk – vinden de meeste respondenten, namelijk driekwart, het gezin zeer belangrijk. Bij betaald werk, vrienden en bekenden en vrije tijd is dit rond de helft en bij vrijwilligerswerk een op de elf.

Het belang van het gezin is tussen 2019 en 2021 niet noemenswaardig veranderd, maar iets meer mensen zijn vrije tijd en vrienden en bekenden zeer belangrijk gaan vinden en juist iets minder mensen betaald werk. Betaald werk is daarmee in vergelijking met de andere domeinen minder belangrijk geworden.

Dit blijkt ook als we de respondenten expliciet vragen welke onderwerpen zij sinds het begin van de coronacrisis belangrijker zijn gaan vinden. Weliswaar zegt een kwart dat men betaald werk belangrijker is gaan vinden, maar bij gezin, vrienden en bekenden en vrije tijd zijn dit respectievelijk 38, 31 en 31 procent. We concluderen dat tijdens de coronacrisis betaald werk een minder centrale plaats in het leven heeft gekregen en dat gezin, vrienden en vrije tijd nog meer centraal zijn komen staan. Vooral jongeren (van 18 tot 35 jaar), vrouwen, en meer in het bijzonder alleenstaande moeders, en mensen met een migratie-achtergrond zijn het gezin belangrijker gaan vinden. Alleenstaanden en scholieren en studenten zijn het vaakst vrienden en bekenden belangrijker gaan vinden.

Corona maakte duidelijk dat werk meer is dan een bron van inkomen

Ook vroegen we welke aspecten van het werk mensen belangrijker zijn gaan vinden tijdens de coronacrisis. De zekerheid om niet zonder werk te raken (41 procent) en sociale contacten (30 procent) scoren hier het hoogst. Het ligt voor de hand dat het eerste te maken heeft met de onzekerheid over het behoud van werk tijdens de crisis en het tweede met de ‘social distancing’ maatregelen, in het bijzonder het thuis werken. Relatief weinig mensen – een op de zeven – zeggen dat een goed loon of salaris belangrijker is geworden.

Mensen zijn ook het maatschappelijke belang van en de waardering voor hun werk belangrijker gaan vinden. Werk waarin je andere mensen kunt helpen, een baan die nuttig is voor de samenleving, werk waar mensen in het algemeen waardering voor hebben en werk waarin je bijdraagt aan het oplossen van sociale, maatschappelijke of milieu-gerelateerde problemen zijn werkaspecten die in 2021 belangrijker worden gevonden dan in 2019. Blijkbaar heeft de coronapandemie het maatschappelijk belang van (bepaalde soorten) werk meer op de voorgrond geplaatst, mede door de aandacht voor de ‘vitale’ of ‘essentiële’ beroepen. De coronacrisis heeft nog eens duidelijk gemaakt dat er meer is in het leven dan betaald werk en dat werk zoveel meer is dan alleen een bron van inkomen.

Puur economische waarde van werk relativeren

Het zou goed zijn als we, nu de coronapandemie haar einde lijkt te naderen, met elkaar het gesprek zouden aangaan over de gewenste plaats van betaalde arbeid in de samenleving en in ons leven. Er is reden om de puur economische waarde van werk te relativeren en meer aandacht te besteden aan de maatschappelijke en sociale betekenis van werk.

Andere levensdomeinen, als gezin, vrienden en kennissen en vrije tijd, zouden niet ondergeschikt moeten zijn aan het economische domein van de betaalde arbeid. En in de sfeer van het betaalde werk zou er, naast beloning en werkzekerheid, meer aandacht moeten komen voor de immateriële aspecten als sociale contacten en maatschappelijk nut en waardering. Hoewel we nog moeten afwachten hoe bestendig deze veranderingen in de waardering van werk zijn – dat hopen we met een volgende editie van de Waarde van Werk Monitor te kunnen vaststellen – geeft de pandemie zeker reden om het maatschappelijke debat over de toekomst van werk nieuw leven in te blazen.

Paul de Beer en Wieteke Conen zijn verbonden aan AIAS-HSI van de Universiteit van Amsterdam. Dit artikel is gebaseerd op de publicatie ‘De impact van Covid-19 op de waarden en waardering van werk en het steunbeleid van de overheid’, 2021.

 

Foto: Monstera via Pexels