Burgerzin van levensbelang voor coronabestrijding

Voor de naleving van de coronamaatregelen leunden de Nederlandse en Belgische regeringen de afgelopen maanden sterk op de burgerzin van mensen. Dat laatste blijkt cruciaal voor het draagvlak van het soms strenge beleid. Politieke ideologie speelde daar geen rol in.

Het coronavirus leidde afgelopen periode tot een ongekende mobilisering van de wetenschap. Eerst van virologen, epidemiologen en andere medische experts, daarna van economen, psychologen en andere sociaal wetenschappers. Volgens de laatsten is het succes van ‘lockdown light’ (in België) of ‘intelligente lockdown’ (in Nederland) vooral te danken aan de burgerzin van mensen. Maar waar staat dat begrip eigenlijk voor? Gehoorzaamheid, betrokkenheid of engagement?

Engagement en vertrouwen

Burgerzin is een theoretisch concept uit de politieke sociologie, door de Amerikaanse politicoloog Russel Dalton (2007) omschreven als ‘het engagement van burgers om actief deel te nemen aan en zich in te zetten voor het algemeen belang van de samenleving.’ Het begrip wordt ook gelinkt aan politieke attitudes, zoals sociaal vertrouwen en tolerantie.

Burgerzin gaat gepaard met vertrouwen in de overheid. Dat vertrouwen is essentieel, zeker voor een overheid die voor de bestrijding van het coronavirus grotendeels afhankelijk is van de bereidwilligheid van burgers om zich aan de door haar afgekondigde maatregelen te houden.

Met deze rol van burgerzin in het achterhoofd stelden we een online vragenlijst op die we verspreidden tussen 26 maart en 2 april 2020, de periode waarin zowel de Nederlandse als de Belgische regering strenge maatregelen afkondigde. In onze vragenlijst stond de bereidheid om de coronamaatregelen na te leven voorop.

Aan de steekproef namen Belgen en Nederlanders van 18 jaar en ouder deel. In totaal vulden 1,179 mensen het formulier volledig of gedeeltelijk in: 463 Nederlanders en 616 Belgen. De leeftijd van de deelnemers aan het onderzoek varieerde van 18 tot 88, met een gemiddelde leeftijd van 40.7. Het merendeel van de deelnemers was vrouw (813 of 64.3%).

Qua opleidingsniveau – ongeveer de helft van de respondenten (589 of 46.9 procent beschikt over een universitair diploma), wijkt de steekproef af van de algemene bevolking. Gezien de wijze van steekproeftrekking - niet-willekeurig- was dit te verwachten.

Via verschillende online platformen stelden we de respondenten de vraag in hoeverre ze de volgende maatregelen steunden en naleefden:

- rechtstreeks persoonlijk contact met mensen buiten het eigen gezin vermijden;

- regelmatig handen wassen met water en zeep;

- enkel naar buiten gaan voor essentiële verplaatsingen (supermarkt, dokter, werk, sporten, wandelen volgens voorschrift;

- anderhalve meter afstand houden van niet-gezinsleden.

Goede naleving van maatregelen

Als verwacht volgden de respondenten de maatregelen rond ‘social distancing’ in de beginperiode van de crisis goed op. Ze steunden de maatregelen vanuit het besef dat deze belangrijk zijn om de verspreiding van het coronavirus te beperken. De meeste steun was er voor het mijden van rechtsreeks persoonlijk contact met mensen buiten het gezin, en voor het respecteren van de voorgeschreven anderhalve meter afstand.

Er blijken kleine verschillen te bestaan tussen België en Nederland: Vlamingen tonen iets meer steun en bereidheid om de regels na te leven dan Nederlanders.

Waarom hielden de meeste Vlamingen en Nederlanders zich aan de afgekondigde maatregelen? Welke factoren houden daar verband mee? Naast burgerzin keken we ook naar andere zaken die een rol zouden kunnen spelen. Denk daarbij vooral aan sociale en demografische kenmerken (opleiding, gender, leeftijd) en overige politieke attitudes (vertrouwen, politieke ideologie).

Uit onze analyse komt naar voren dat vrouwen, ouderen, mensen met veel burgerzin en vertrouwen in de regering de maatregelen sterker steunden en naleefden. Van alle factoren blijkt met name burgerzin de sterkste verklaringsgrond.

Politieke ideologie speelt geen rol

Politieke ideologie speelde niet of nauwelijks een rol. Zowel in België (waar de coronacrisis uiteindelijk een regering met volmachten op de been bracht) als in Nederland gaf de coronacrisis aanleiding tot soms stevig debat tussen regeringspartijen en oppositie en ook tussen coalitiepartijen onderling.

Niettemin, werden de coronamaatregelen weinig gepolitiseerd in de beginperiode van de crisis: mensen zowel links als rechts van het politieke spectrum tonen evenveel bereidheid om de maatregelen na te leven. Figuur 1 geeft een samenvatting van de resultaten:

Figuur 1. Verklaring van steun & naleving van ‘social distancing’

Uit de resultaten van onze studie blijkt dat de mate van burgerzin in sterke mate bepaalt of mensen de coronamaatregelen steunen en daadwerkelijk naleven. Door transparant en vertrouwenwekkend te handelen kan de overheid de burgerzin van haar burgers in de toekomst bevorderen, en daarmee draagvlak creëren voor het benodigde en soms strenge beleid om de pandemie een halt toe te roepen.

Laura Jacobs is postdoctoraal onderzoeker aan het Departement voor Politieke Communicatie en Journalisme aan de Amsterdam School for Communication Research (ASCoR), Meta van der Linden  en Cecil Meeusen zijn postdoctoraal onderzoeker aan de Erasmus School of Social and Behavioural Sciences, Joris Boonen is onderzoeker bij het lectoraat International Relationship Management (Zuyd Hogeschool). Meer info kan worden gevonden op deze link.

 

Foto: Gerard Stolk (Flickr Creative Commons)

Dit artikel is 2876 keer bekeken.

Reacties op dit artikel (1)

  1. Van burgerzin kan alleen maar sprake zijn als het individuele belang met het collectieve belang samenvalt. In het begin van de corona crises was dit duidelijk het geval. Maar gedurende het verloop van de crises blijken allerlei maatschappelijke groepen w.o. ondernemers een onevenredig hoge prijs te moeten betalen. Veel mensen raakten hun baan kwijt, bedrijven gingen failliet en veel illegale arbeid werd onmogelijk. Thans is het keerpunt van de ‘burgerzin’ wel bereikt wat betreft de vraag of het individuele belang nog wel correspondeert met het collectieve belang.
    Momenteel is de overheid bezig om de corona verordeningen door wetgeving te laten plaatsmaken waarmee de overheid een onevenredige machtspositie krijgt om de in de grondwet verankerde burgerlijke vrijheden te beperken. Veel burgers komen hier terecht tegen in verzet en daarmee wordt het begrip ‘burgerzin’ verplaatst naar de grondwettelijke vrijheden waarop men een beroep wenst te doen.

Reageer

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *