Corona breekt eeuwenoude tradities

Het coronavirus heeft Spanje hard getroffen. De regering in Madrid zet alle zeilen bij om de volksgezondheid te beschermen. De bevolking mag alleen nog de straat op voor noodzakelijke zaken en boodschappen. En nu moet zij ook nog een belangrijke traditie missen: de processies tijdens Semana Santa, de heilige week voorafgaand aan Pasen, gaan dit jaar niet door.

 ‘Zelfs in de oorlog waren er gewoon nog processies!’ riep een barhouder vlak voordat de quarantaine inging. Het tekent de uitzonderlijke situatie in het zwaar getroffen land. De eigenaar van La Tostaita Veloz (‘de snelle tosti’), een tapasbar in het centrum van Sevilla, vond het vervelend dat hij zijn tent moest sluiten, maar dat zelfs de processies in de paasweek en de aprilfeesten tijdens de Feria de Abril zouden moeten wijken, daar kon hij zich niets bij voorstellen. En hij was niet de enige.

Tot halverwege maart hield burgemeester Juan Espadas Cejas vol dat de processies, religieuze vieringen en jaarlijkse volksfeesten in zijn stad gewoon doorgang zouden vinden.

Die houding was niet vreemd als je kijkt naar de grote sociale en economische belangen van de Semana Santa voor de regio. Jaarlijks trekken de processies en religieuze vieringen in de week voor Pasen een kleine miljoen bezoekers. Dat is voor een stad met 700.000 inwoners niet niks.

Tranen over de wangen van toeschouwers

De straten lopen vol wanneer de paso’s, de vergulde platformen die een tafereel afbeelden van het lijden van Christus en het verdriet van Maria, voorbijkomen. Niet zelden lopen de tranen over de wangen van de meest fanatieke toeschouwers, die volledig in vervoering worden gebracht door de vaak honderd jaar oude polychrome beelden van de Bijbelse figuren. De hele week staat in het teken van het lijden van Jezus, die stierf voor onze zonden. Daardoor zijn de processies in essentie ook boetedoeningsoptochten.

Natuurlijk, ook in Spanje heeft de ontkerkelijking zijn werk gedaan en belijden steeds minder mensen op actieve wijze het christelijke geloof. Het aantal praktiserend katholieken in Spanje bevindt zich op een historisch dieptepunt. Maar zelfs in tijden waarin de bevolking in toenemende mate geseculariseerd leeft, blijft de overtuiging heersen dat de christelijke cultuur en traditie belangrijke constituerende elementen vormen van de Spaanse identiteit. En dus is de Semana Santa niet alleen vanuit religieus punt bezien een belangrijke week voor de Andalusiërs, maar ook, of misschien juist, cultureel gezien.

Een cultureel drama

Voor veel Andalusiërs is het schrappen, of het voorlopige uitstel, van de processies tijdens Semana Santa en de feesten tijdens de Feria de Abril, een cultureel drama.

Maandenlange voorbereidingen en reikhalzend uitkijken zijn nu voor niets geweest. Bovendien roepen de maatregelen de vraag op of beide tradities in de nabije toekomst nog op dezelfde manier kunnen worden beleefd.

Het is namelijk te verwachten dat zelfs als de verplichte quarantaine over enkele weken is afgelopen, mensen nog steeds geacht worden fysieke afstand van elkaar te bewaren zolang er nog geen vaccin tegen het virus is ontwikkeld. Virologen hebben eerder aangegeven dat dit best nog wel eens anderhalf tot twee jaar zou kunnen duren.

Inbreuk op de beleving van tradities

De Spanjaarden zullen hun omgangsvormen moeten aanpassen. De inbreuk die dit zal hebben op het sociale leven in het algemeen, en de beleving van deze tradities in het bijzonder, zal enorm zijn. Als in het najaar de aprilfeesten zullen worden ingehaald, zal de sjeu er wel een beetje vanaf zijn.

De ‘Sevillanas’, een elegante paringsdans waarbij mannen en vrouwen het verleidingsspel spelen, zal dan natuurlijk van al zijn charme ontdaan zijn. Ook de ‘costaleros’, de jongemannen die de beelden van Jezus en de Heilige Maagd uit de kerken dragen, kunnen onmogelijk gehoor geven aan de oproep om bij elkaar uit de buurt te blijven. Afstand houden en de collectieve viering van eeuwenoude tradities zijn simpelweg onverenigbaar.

Creatieve pogingen

Om er toch nog het beste van te maken doen veel Andalusiërs creatieve pogingen om de paasrituelen vanuit huis voort te zetten. Daarbij proberen zij de binding met de gemeenschap en de openbare ruimte levend te houden. Zo joelde men vanaf de met palmtakken versierde balkonnetjes een buschauffeur toe die het kenmerkende tempo van een processie imiteerde. Een wandelaar liet als ‘nazareno’, de met tuniek en puntmuts verklede boetedoener, zijn hond uit en kon op enthousiaste reacties van zijn buurtbewoners rekenen.

Iedere avond om acht uur ’s avonds, als de Spanjaarden de zorgverleners met luid applaus een hart onder de riem steken, klinkt tijdens de Semana Santa ook het schelle geluid van de trompetten die het feest zo typeren. Op sociale media worden video’s gedeeld waarbij mensen processies proberen na te bootsen in de huiskamer. Het biedt allemaal slechts een schrale troost.

Al met al staat de Andalusiërs een moeilijke tijd te wachten. Thuisisolatie en social distancing ontnemen hen precies datgene waar zij zo trots op zijn en dat wat zij nu zo hard nodig hebben: hun folkloristische tradities en bourgondische manier van leven. In heel Spanje, en zeker in Andalusië, speelt het grootste gedeelte van het sociaal en maatschappelijk leven zich nu eenmaal buiten de muren van het eigen huis af. Maar dat zit er nu niet in.

Djurre Das is socioloog en werkzaam bij het Rathenau Instituut. Deze bijdrage is op persoonlijke titel. Tim ten Ham is socioloog en woonachtig in Sevilla.

 

Foto: Ivan Castillo Otero (Flickr Creative Commons)