Geef vrouwelijke nieuwkomers echt een kans om aan de slag te gaan  

Vrouwelijke nieuwkomers komen in Nederland nauwelijks aan het werk. Na een verblijf van vijftien jaar heeft 45 procent van de vrouwelijke vluchtelingen nog geen betaald werk. Een individuele en cultuursensitieve benadering biedt een oplossing, zegt KIS-onderzoeker Joline Verloove.

In het gesprek over de arbeidsparticipatie van vrouwen kunnen we niet om de Nederlandse ‘deeltijdcultuur’ heen. De stereotiepe beelden die deze ‘cultuur’ in stand houdt, hebben namelijk grote invloed op de begeleiding die mannen én vrouwen krijgen richting de arbeidsmarkt.1

Ook vrouwelijke nieuwkomers krijgen te maken met de stereotiepe beelden hier te lande over vrouwen en werk.2 Die barrière komt boven op de belemmeringen die alle nieuwkomers in Nederland ervaren in hun zoektocht naar werk. Uit onderzoeken van het Kennisplatform Integratie & Samenleving (KIS) blijkt dat gemeenten om diverse redenen onbedoeld hun begeleiding meer richten op mannelijke dan op vrouwelijke nieuwkomers; eerstgenoemden worden gezien als meer kansrijk op de arbeidsmarkt.3 Dat is niet geheel verrassend, gezien de ongelijke behandeling van mannen en vrouwen bij arbeidsintegratie in het algemeen.

Uit gesprekken die het KIS met vrouwelijke statushouders voerde, komt het beeld naar voren dat de meesten sterk gemotiveerd zijn om te gaan werken. Een deel van deze, vaak jonge, vrouwen wil eerst een stabiele situatie creëren voor hun gezin. De vraag nu is hoe je als gemeente voor vrouwelijke statushouders meer kansen kunt creëren die passen bij hun wensen en mogelijkheden.

Hiertoe hebben we een aantal tips, die we hier kort bespreken.

1          Bezint eer ge begint

De eerste stap naar een beleid dat zowel mannelijke als vrouwelijke nieuwkomers optimaal bedient, is een analyse van de statushouders die momenteel een uitkering ontvangen. Daarmee kunnen gemeenten de verschillen in opleidingsniveau, werkervaring, leeftijd en sekse van deze groep inzichtelijk maken en later de verschillen in uitstroom naar onderwijs en werk volgen.

Naast deze analyse is het zinvol voor gemeenten om een sociale kaart te ontwikkelen van lokale of regionale initiatieven en organisaties die een rol kunnen spelen bij de arbeidsparticipatie van vrouwelijke nieuwkomers. Ons advies is om daarbij samenwerking te zoeken met migranten- en vluchtelingen(zelf)organisaties, wijkinitiatieven of maatschappelijke organisaties. Zij kennen de groepen vaak van binnenuit en weten wat wel en niet werkt om mensen te bereiken en de dienstverlening zoveel mogelijk op hen te laten aansluiten.

2          Zet in op een tussenstap zonder het doel uit het oog te verliezen

Een betaalde baan is niet voor iedereen meteen haalbaar. Het is daarom belangrijk om de aandacht te richten op tussenstappen die uiteindelijk naar werk kunnen leiden. Voor vrouwelijke nieuwkomers die geen concrete ideeën hebben over hun leven in Nederland en zich niet eerder hebben georiënteerd op werk, is het belangrijk dat ze hun talenten en mogelijkheden leren ontdekken. Empowerment, zonder het perspectief op werk te verliezen.

3          Richt je niet alleen op de vrouwen zelf

Interventies of projecten die de (arbeids)participatie van vrouwen met een afstand tot de arbeidsmarkt willen verhogen, ‘sleutelen’ vooral aan de vrouw zelf. Dit blijkt uit een kennissynthese die Movisie samen met het Verwey-Jonker Instituut in 2020 uitvoerde in opdracht van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.4 Het risico van deze aanpak is dat andere belangrijke variabelen, bijvoorbeeld aan de kant van de werkgevers, uit het zicht verdwijnen. Terwijl een goede introductie bij werkgevers, inclusief werkgeverschap en begeleiding on the job, minstens zo belangrijk zijn voor langdurige arbeidsmarktdeelname.

Gemeenten kunnen lokale netwerkevenementen of bedrijfsbezoeken organiseren om werkgevers te stimuleren nieuwkomers in dienst te nemen. Ze moeten daarbij niet de nadruk leggen op wat er allemaal fout kan gaan, maar vooral de aandacht vestigen op wat vrouwelijke nieuwkomers kunnen. Dat ze een aanwinst voor bedrijven kunnen vormen, en dat hen in dienst nemen geen veredelde vorm van liefdadigheidswerk is of kan zijn.

4          Besteed aandacht aan gender- en cultuursensitief werken

Sommige klantmanagers geven aan dat ze het soms lastig vinden om te beoordelen of vrouwelijke statushouders wel willen werken. Ook voelen ze soms een grote afstand tot de vrouwen die ze begeleiden.

Wat hier vooral nodig is, is inzet op deskundigheidsbevordering. Bijvoorbeeld via training of intervisie op klantmanagers en begeleiders van nieuwkomers, gericht op meer cultuur- en gendersensitief werken. Nog te vaak zien we dat professionals hiermee worstelen. Om die worsteling te boven te komen, doen professionals er goed aan om, ook bij echtparen, individuele gesprekken te voeren. Dit geeft de vrouwelijke (én mannelijke) nieuwkomers de ruimte om hun behoeftes en ambities te bespreken.

Daarnaast is het zaak dat ze doorvragen naar iemands vaardigheden en werkervaring. Een vrouw die in het land van herkomst in de winkel van haar ouders heeft gewerkt, zal dit misschien niet als werkervaring bestempelen – maar dat is het natuurlijk wel. Wat ook helpt, is voortdurende aandacht voor aannames: als een vluchteling onder emotionele problemen gebukt lijkt te gaan, vloeien die niet per se voort uit een oorlogstrauma of een vluchtgeschiedenis.

En last but not least dienen gemeenten een structuur te creëren waarin professionals samenwerken met nieuwkomers. Een samenwerking waar de nieuwkomer zoveel mogelijk de eigen regie behoudt. Dat helpt hem of haar niet alleen om te integreren, maar ook om samen met de professional een samenleving te vormen, en om in de toekomst misschien wel collega’s te worden.

Joline Verloove is projectleider bij Movisie en Kennisplatform Integratie & Samenleving (KIS). Zij houdt zich onder meer bezig met het onderwerp arbeidsparticipatie van vrouwelijke nieuwkomers. Dit is een licht ingekorte versie van het artikel dat onlangs verscheen in het zomernummer van het Tijdschrift voor Sociale Vraagstukken, dat een dossier bevat over inburgering.

Kennisplatform Integratie & Samenleving (KIS) ontwikkelt een e-learning voor primair klantmanagers over de begeleiding van vrouwelijke nieuwkomers. Deze e-learning-module verschijnt in het najaar van 2021 op de Movisie Academie (movisieacademie.nl).

 

Noten

1  CBS & SCP, Emancipatiemonitor 2020. Den Haag, december 2020

2  https://www.inspectieszw.nl/actueel/nieuws/2016/12/12/vrouwen-met-uitkering-stromen-minder-vaak-uit-naar-werk

3  https://www.verwey-jonker.nl/artikel/artikel-over-vijfde-monitor-gemeentelijk-beleid-arbeidstoeleiding-statushouders-2020/

4  https://pauwer2u.nl/publicatie_jan2020_movisie_verwey-jonker.pdf

 

Foto: UN Women Arab States (Flickr Creative Commons)