Hoe praat je met iemand die psychotisch is?

In hun boek 'Psychose begrijpen in 33 vragen' rekenen de professoren Stijn Vanheule en Jim van Os af met veel misverstanden. Ze leggen uit hoe je kan praten met iemand die psychotisch is. Een praktische beschrijving voor professionals en naasten.

Eenvoudig gesteld: praten met iemand die psychotische ervaringen heeft, doe je door woorden te gebruiken.

Al te vaak leidt psychose tot een stilzwijgen

 Dat klinkt simpel, en toch is dat niet zo. Al te vaak leidt psychose tot een stilzwijgen. Naasten staan met de mond vol tanden of zwijgen omwille van de lieve vrede. Ze weten niet goed wat te antwoorden als iemand op de proppen komt met ideeën die voor henzelf geen steek houden. Praten staat dan niet meer op de agenda, omdat angst en onzekerheid de overhand nemen. Dat soort zwijgen is een vorm van conflictvermijding.

Omgekeerd kunnen psychotische belevingen conflicten laten escaleren, waarbij er een gevecht ontstaat om wie gelijk heeft. Tijdens psychotische ervaringen kom je ‘echt’ terecht in een wereld van bevreemdende gebeurtenissen. Als een omgeving daarop inbeukt met de stelling dat die ervaringen onzin zijn, ontstaat een strijd. Elk van de partijen denkt gelijk te hebben, met een patstelling en vaak ook ruzies tot gevolg.

Twijfel om te praten

Wie zelf psychotische ervaringen heeft, twijfelt veelal om te praten. Want als je iets zegt over wat je beleeft, beken je in eerste instantie ten aanzien van jezelf dat je hoogst bijzondere ervaringen hebt. En dat is niet gemakkelijk. Je woorden erkennen dan dat je dingen beleeft die buiten het gewone vallen. En wat gebeurt er dan met hoe je naar jezelf kijkt, als je erover praat? Kun je dan nog vasthouden aan je zelfbeeld? En jezelf nog relatief normaal vinden? Of maak je door met anderen te praten vooral duidelijk dat er iets verkeerd is met jou?

Spontaan zal iemand met psychotische ervaringen veelal reageren door niets te zeggen en alles voor zichzelf te houden. Het is een poging om zo veel mogelijk bij het bekende te blijven. Psychotische belevingen lenen zich niet zo tot verzwijgen. Sluipend kunnen ze je volledige gedachtegang in beslag nemen, waardoor je plots heel massaal uitdrukking begint te geven aan wat allemaal op je afkomt.

Mensen rondom jou zien via je non-verbale reacties vaak wel al een tijdje dat er iets aan de hand is. Maar zolang er geen woorden zijn, is het voor hen ook gissen naar wat je ervaart. Als die woorden dan toch komen, ontstaat er in de communicatie spontaan een mismatch.

Associatief denken

De reden is eenvoudig: wie volop in psychotische belevingen opgaat, denkt heel associatief en laat de link met het alledaagse los. Verbanden die zo ontstaan, zijn heel persoonlijk en veelal gekleurd door beladen herinneringen die ergens in een achterkamer van het geheugen lagen te wachten. Anderen kunnen die verbanden niet volgen, opnieuw wegens een eenvoudige reden: het denken van alledag houdt vast aan de betekenissen en verklaringen die we gewoonlijk met een context associëren. Dit alledaagse denken kleurt binnen de lijntjes, terwijl psychotisch denken zich daaruit loswrikt.

Er blijft altijd ruimte om te praten over wat je deelt in plaats van over wat je verdeelt

Wil dat dan zeggen dat psychotische belevingen sociale contacten eeuwig zullen verstoren? En dat onderlinge relaties zo welhaast onmogelijk worden gemaakt? Het antwoord op die vragen is neen.

Neen, om twee redenen. Ten eerste omdat psychotische belevingen in regel niet alle belevingen domineren. Er blijft altijd ruimte om te praten over wat je deelt in plaats van over wat je verdeelt. En ten tweede: ook met iemand die acuut in psychotische belevingen opgaat, kun je in gesprek gaan over die belevingen.

LEAP

Xavier Amador vat doeltreffend samen hoe je dat het best doet. Hij is klinisch psycholoog en heeft een broer die gevoelig is voor psychose. Hij stelt dat je het best niet inhoudelijk argumenteert, maar beter radicaal inzet op onderlinge verbondenheid. Met het letterwoord LEAP vat hij zijn aanpak samen: Listen, Empathize, Agree, Partner.

Kortom: praten met iemand die psychotische belevingen heeft, doe je door te luisteren, je in te leven, onderling overeen te stemmen en samen op weg te gaan. Inhoudelijk de strijd aangaan of onoprecht met allerlei ideeën instemmen, doe je beter niet.

Luisteren

Luisteren wil zeggen dat je de ander laat uitspreken en met aandacht volgt wat die zegt. Begrijpen hoeft niet. Bevrijd jezelf van de gedachte dat je van a tot z zou moet kunnen snappen wat een ander zegt. Begrip en inzicht hebben vaak tijd nodig. Ongeduld staat dat in de weg.

Luister daarbij actief: maak tijd voor wat iemand zegt. Herhaal stukken van wat de ander je vertelde en bevestig dat je hoorde wat de persoon aangaf. Door zo te reageren, zul je wellicht effectief ook accurater luisteren.

Inleven

Met inleven bedoelen we dat het verstandig is om te erkennen welke affectieve reacties iemand heeft wanneer die vertelt over psychotische belevingen. Is iemand bang en radeloos? Zeg hem of haar dan dat je de indruk hebt dat hij of zij bang en radeloos is. Is iemand boos? Geef dan aan dat je die boosheid bij de persoon opmerkt.

Inhoudelijk afstemmen rond psychotische belevingen is niet evident. De betekenisverlening wordt op zo’n momenten te veel gekleurd door puur persoonlijk gelegde verbanden. Qua gespreksonderwerp kom je dan niet op dezelfde lijn. Als je de strijd aangaat over het al dan niet echt zijn van wat iemand waarneemt en concludeert, ontstaat bij psychose snel een escalatie. Dat triggert oplopende ruzies en asociale reacties. In dit soort strijd om de waarheid voelt iedereen zich niet goed begrepen. Daarom laat je dit beter rusten.

Herhaal stukken van wat de ander je vertelde en bevestig dat je hoorde wat de persoon aangaf

Door daarentegen te erkennen wat de belevingen met iemand doen, en hoe ze deze persoon beroeren, kan wel degelijk een connectie ontstaan. Een connectie die voortbouwt op de vaststelling dat je naaste erg geraakt is door wat die meemaakt. Op dit punt is het goed om te weten dat psychotische ervaring veelal angst en verwarring uitlokt.

Overeenstemmen

Overeenstemmen houdt vervolgens in dat je zoekt naar dingen waarover jullie het onderling wél eens kunnen zijn. Is je familielid bang dat de politie hem gaat vermoorden? Misschien kun je dan zeggen dat politie net als taak heeft om de orde te handhaven en dat het uiterst ongepast zou zijn om mensen onschuldig te belagen. Wellicht is dat een standpunt waar je familielid het mee eens kan zijn. Of misschien kun je zeggen dat het verschrikkelijk moet zijn om de hele tijd zo angstig te moeten zijn. Dan geef je een opmerking die zowel voor de persoon opgaat als dat ze voor jouzelf zou gelden, mocht jij in een gelijkaardige situatie belaagd worden.

Wanneer iemand je in een psychose ideeën meedeelt waar je niet achter staat, heeft het geen zin om die inhoudelijk te bevestigen. Ook in een waas van psychose begrijpt je gesprekspartner heus wel of je waarachtig reageert of niet. Tussen de regels door drukken we non-verbaal allemaal voortdurend uit of onze reacties oprecht dan wel sociaal wenselijk zijn. Bijvoorbeeld met de manier waarop we onze handen gebruiken en onze gelaatsuitdrukking. Meer nog, net wanneer gesprekken voor je metgezel aan zeggingskracht verliezen, en de inhoud zijn gemeenschappelijke grond kwijtraakt, begint je houding boekdelen te spreken. De schijn van een goedbedoeld doch onoprecht antwoord wordt dan snel doorgeprikt.

Onoprechte antwoorden kunnen psychotische belevingen versterken

Onoprechte antwoorden kunnen psychotische belevingen bovendien versterken. Als je A zegt en je houding van standpunt B getuigt, wakker je angst en achterdocht aan. Want waarom reageer je inconsistent? Wat zijn je precieze drijfveren? Zoiets veroorzaakt verwarring.

Overeenstemmen houdt dus in dat je enkel instemt met die stukken van een verhaal waar je effectief achterstaat. Veelal werkt het goed om vanuit een helikopterperspectief te kijken naar de situaties die iemand aangeeft, en om na te denken over wat er ook volgens jou bedreigend, verwarrend of beangstigend is aan wat de persoon meemaakt. Zeggen dat het verschrikkelijk moet zijn om de hele tijd angstig te moeten zijn, is daar een voorbeeld van. Door te zoeken naar stukjes overeenstemming, druk je non-verbaal vertrouwen uit. Je maakt duidelijk dat er verbondenheid is, wat voor rust zorgt.

Samen op weg gaan

De laatste component die je het best centraal stelt in gesprekken met iemand die psychotische belevingen heeft, is dat je probeert om samen op weg te gaanDat betekent dat je onderling overlegt en bespreekt welke concrete acties je zowel samen als elk afzonderlijk kan ondernemen om de lastige situatie meer dragelijk te maken.

Als je familielid bang is om de straat op te gaan, kun je samen nadenken over wat zou kunnen helpen om die stap te zetten op een manier die zo veilig mogelijk aanvoelt. Misschien helpt het om af te spreken dat je telefonisch beschikbaar blijft? Of voelt het veiliger om met oortjes en vertrouwde muziek op weg te gaan? Wat het ook is dat uit de bus komt: samen actiegericht overleggen werkt, omdat je zo expressie geeft aan een basisvertrouwen. Je geeft impliciet aan dat de situatie niet compleet desastreus is. Dat er wel degelijk iets te bedenken is waardoor er hoop is om vooruit te raken. Samen op weg gaan is de baseline om herstel te bewerkstelligen.

Voor familie, vrienden en professionals

Deze basishouding kan iedereen toepassen in de omgang met psychose. Zowel naasten als professionals doen er goed aan om niet te strijden om de waarheid, en om zo veel mogelijk een context van begrip en vertrouwen te ontwikkelen. Maar binnen familiecontexten kan het op crisismomenten heel moeilijk zijn om dit te doen. Doe dan tijdig een beroep op externen. Want psychotherapeuten en familietherapeuten kunnen, al dan niet samen met ervaringsdeskundigen, helpen om stroef lopende contacten vlotter te laten lopen en het onderlinge vertrouwen te versterken.

Alles wat we aangaven rond een goede gesprekshouding geldt trouwens niet alleen voor naasten. Ook gezondheidswerkers en sociale professionals doen er goed aan om volop te werken vanuit de luisterende basishouding die we voorstellen. Het is een prima manier om toegang te vinden tot een gesloten leefwereld en om escalerende conflicten van hun angel te ontdoen.

Praten met iemand die psychotische belevingen heeft, doe je zo:

  • Luisteren: de ander laten uitspreken en met aandacht volgen wat die zegt. Begrijpen hoeft niet.
  • Inleven: erkennen welke affectieve reacties iemand heeft bij psychotische belevingen.
  • Overeenstemmen: zoeken naar aspecten van het verhaal waarover je het onderling wél eens kunt zijn.
  • Samen op weg gaan: bespreken welke concrete acties je kunt ondernemen om lastige situaties dragelijker te maken.

Stijn Vanheule is professor psychoanalyse en klinische psychologie aan Universiteit Gent. Jim van Os is hoogleraar psychiatrie (Universitair Medisch Centrum Utrecht). Het boek Psychose begrijpen in 33 vragen is verschenen bij LannooCampus. Dit artikel is eerder verschenen op sociaal.net, de Belgische website voor sociaal professionals.

 

Foto: MART PRODUCTION via Pexels.com

Dit artikel is 3670 keer bekeken.

Reacties op dit artikel (3)

  1. Kan ik dan vragen welke reactie van een psychose gevoelig persoon dan wel -juist- is, zou zijn? Gewoon menselijk. Dat lees ik nooit ergens.
    Al ooit bedacht dat iedereen kwaad kan worden, dingen zegt, iets eruit flapt of juist zwijgt. Dat wordt toch als normaal bevonden.
    Waarom is dit niet normaal bij een psychose gevoelig persoon en wordt hier telkens alles uitvergroot? Welke en waar vind ik hier duidelijk uiteengezette zogenaamde ‘normale’ gedragsregels over.
    Al ooit bedacht hoe het is altijd verplicht stil te moeten staan bij wat en hoe ge iets zou kunnen zeggen?

  2. Wat noemt men “asociale reacties?” Als jouw gevoelens als miskenning worden aangeduid?
    Waarom worden deze gevoelens niet als ’trauma-responses’ gekenmerkt? . De inconsistentie van A en B en mensen met trauma screenen dit. Wat ik mis is dat juist die onoprechtheid vanuit kindtrauma kan zijn en die gevoelens ook juist realiteit kunnen zijn vanuit verleden. Wat als juist dat ‘actiegericht’ plan juist voor overvraging zorgt. De inslag: Waar jullie het wel over eens zijn” is precies het scheve, het gaat niet over jou als hulpverlener maar de zorgvrager, de zorgvrager die veel voelt en dus ook kan merken wat er weggelaten wordt en waar men niet achterstaat en waar je niet op antwoord/mee instemt. Dit is wat men ook negatief kan ervaren en als eenzijdig kan gaan zien, het gaat namelijk niet om jouw en waar jij achterstaat. Enkel instemmen met stukken wordt dus degelijk wel aangenomen en kan negatief zijn. Voedt het niet maar zeg juist eerlijk dat je er niet achter kan staan op een zo voorzichtige manier.

    2: Ik was zo’n gevoelig kind en vatbaar voor teveel indrukken en prikkels en heb dus een traumaverleden Wat ik steeds structureel mis in het verhaal van hulpverlening is de inhoud van het hulpverleningssysteem. We zijn 1: Te gericht op het kind/client en niet de ouders. 2: die maakbaarheid zit soms ook in hulpverlening, handelingen willen zien vanuit eigen aspect en invullen en zichzelf juist dan niet doorvragen wat men hoort en ziet. Dit tevens ook lieve agressie kan worden en met zich meebrengt dat de visie en gevoelens van de ervaringen worden ontkent. Juist het bekijken vanuit een ‘eigen ik helicopterview’ kan gevoel geven van ‘geen luisterend oor’ Ook het ondernemen van acties wordt enorm overschat, soms is het nodig om de tijd te geven en juist niet te denken in ‘ondernemen qua acties’ soms is het nodig om er ‘open & los’ in te gaan en niet gelijk dingen verwachten.

  3. Hoe raden jullie aan om invoelend te reageren, maar niet de strijd aan te gaan met iemand die een psychose heeft. Als die persoon je partner is, en alle wanen en achterdocht op jou gericht zijn?

Reageer

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *