INTERVIEW Staatssecretaris Paul Blokhuis: ‘Betutteling? We bieden juist een uitgestoken hand!’

Met kennis en onderzoek maak je beter beleid, daar kwam staatssecretaris Paul Blokhuis (VWS) al achter toen hij nog wethouder in Apeldoorn was. Ook bij het recente preventieakkoord tegen roken, alcohol en overgewicht speelt wetenschap een grote rol. ‘Ik ben van de argumentatie, en niet van de onderbuik.’

We spreken staatssecretaris Paul Blokhuis (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) een week nadat hij het Nationaal Preventieakkoord presenteerde. Met een brede coalitie van bedrijven en maatschappelijke organisaties wil hij daarmee Nederlanders helpen om gezondere keuzes te maken. Roken, alcohol en ongezond eten moeten zo fors worden teruggedrongen.

Gefeliciteerd met het preventieakkoord. We hebben wel met u te doen; de inkt was nog niet droog of het RIVM stelde al vast dat de doelen op het gebied van alcoholgebruik en obesitas niet gehaald gaan worden.

Blokhuis, monter: ‘Het was nog vervelender geweest als de ambities niet overeind waren gebleven. Maar dat is niet gebeurd. Bedenk wel dat aan tafel zeer uiteenlopende belangen zaten, van organisaties als STAP en Trimbos – die willen het alcoholgebruik radicaal verminderen – tot de slijterijen en Heineken.’

Zijn die laatste gaan schuiven?

‘Ik weet niet of het schuiven is, maar ze voelden zich wel geroepen om met een concreet aanbod te komen. Ten eerste gaan ze sterk inzetten op 0.0, dat moet een modieus drankje worden. En ten tweede gaan ze de reclames voor jongeren aanpassen, ook bij sportclubs. De diehards zullen zeggen: er staat nog steeds dat groene bord van Heineken op het sportveld. Maar ik zeg: er staat wel 0.0 achter.’

In de preambule van het akkoord wordt ook het verband gelegd tussen een ongezonde leefstijl en armoede, schulden en eenzaamheid. Maar in de afspraken zien we de aanpak van die problemen niet terug.

‘Het verband is duidelijk, daarom staat het daar ook. Alcoholmisbruik kan het gevolg zijn van eenzaamheid of stress. Maar voor het aanpakken van die eenzaamheid en schulden moet je met andere partijen om de tafel zitten dan we hier hadden. Ik doe daarvoor zaken met staatssecretaris Tamara van Ark van Sociale Zaken, zij ziet dat probleem ook. We weten dat het aanpakken van schulden noodzakelijk is voor een opening in de mind om ook andere problemen aan te pakken.’

Samen doen wat werkt

Op 21 januari organiseert Movisie in Alphen aan den Rijn onder de noemer ‘Samen sturen op doen wat werkt’ een conferentie over het onderbouwd aanpakken van sociale problemen. 

Meer informatie en aanmelden is mogelijk op de website van Movisie. De conferentie is mede bedoeld voor gemeenten en maatschappelijke organisaties.

Het nieuwe nummer van het Tijdschrift voor Sociale Vraagstukken is ook gewijd aan de onderbouwde aanpak van sociale problemen.

Gaan we dat de komende tijd ook zien in beleidsmaatregelen?

‘Als het aan mij ligt wel. Minister Hugo de Jonge (VWS) heeft een groot programma tegen eenzaamheid en we zetten ook andere stappen. Bij de zorgverzekering zien we kwijtschelding van schulden van mensen die onverzekerd zijn. Maar er moet nog veel meer gebeuren. Ook door gemeenten. Ze krijgen geld van het Rijk om gezinnen met schulden te helpen. Dat is niet-geoormerkt geld, dus ze mogen er ook lantaarnpalen voor kopen, maar dat is niet bedoeling.’

Maar het is toch wel de bedoeling dat gemeenten daar zelf over gaan?

‘Zeker, gelukkig is dat zo. Maar als Rijk willen we daarover wel in gesprek blijven met gemeenten, zodat ze ook echt die schuldenproblematiek aanpakken. Tamara van Ark, Bruno Bruins [minister voor Medische Zorg en Sport, red.], Hugo de Jonge en ik zijn allemaal oud-wethouder [Blokhuis was dat van 2006 tot 2017 in Apeldoorn, red.]. Wij weten tot in onze vezels hoe zo’n gemeente werkt en dat je soms moet schrapen voor geld. We hebben dus snel verbinding met ze en spreken ze aan op hun verantwoordelijkheden.’

Er is veel kennis bij instituten als het RIVM en Movisie, bijvoorbeeld op het gebied van de bestrijding van eenzaamheid. Maken gemeenten daar voldoende gebruik van?

‘Dat is een retorische vraag, hè?’

Ja.

‘We hebben in Nederland nog heel wat te doen om al het goede onderzoek in de praktijk te gebruiken. Het ontbreekt nog steeds aan een goede infrastructuur. Het is helaas niet zo dat als er een goed onderzoek naar eenzaamheid verschijnt, dat dat meteen door driehonderd gemeenten op ambtelijk of bestuurlijk niveau wordt opgepakt.’

Soms komt er ook onderzoek beschikbaar met onwelgevallige uitkomsten.

Lachend: ‘Zeg dat wel, ja.’

Het jaarboek De verhuizing van de verzorgingsstaat van onderzoekers van de Universiteit van Amsterdam en die voor Humanistiek laat zien dat het erg moeilijk blijkt voor mensen om zelfredzaam te worden en het eigen netwerk aan te boren. Sommigen zien hierin een argument om de decentralisaties terug te draaien of die in elk geval goed te overdenken.

‘Zo zeg. Recentralisatie zou ik een paniekreflex vinden. Laten we eerst het lokale bestuur gunnen dat ze de boel goed neerzetten. Voor ons – Hugo de Jonge voor de Wmo en ik voor de ggz – geldt dat we lokale bestuurders erop aanspreken als dingen echt niet goed gaan. Bijvoorbeeld als gemeenten mensen wegsturen terwijl ze maatschappelijke opvang moeten bieden. Toen ik wethouder was, gooiden mensen soms met stenen – figuurlijk dan – als ik het over eigen kracht had. Ze vonden dat een schaamlap voor “doe het zelf maar”. Maar ik ben er nog steeds heilig van overtuigd dat gemeenten als meest nabije bestuurslaag de hele mens het beste in beeld hebben. Dat ze de samenhang van problemen zien.’

René Cuperus schreef in de Volkskrant dat er een frontale aanval wordt uitgevoerd op de leefstijl van (klein)burgerlijk Nederland. Autoluwe steden, een kostbare energietransitie, problematiseren van vuurwerk, zwarte piet – ziet u het gevaar?

‘Betutteling was het meest gebruikte woord toen het preventieakkoord bekend werd. Dat is een verkeerde framing want ik verbied niks, behalve dat je op bepaalde plekken niet mag roken. Maar verder is er geen enkel verbod! We bieden mensen juist de uitgestoken hand om de juiste keuzes te maken, bijvoorbeeld met een heel goed voedselkeuzelogo. Of met kidsmarketing de gezonde keuze voor ouders makkelijker maken, omdat er een leuk poppetje op staat. Dan liggen ernaast de snoepjes die iedereen mag kopen. Zulke dingen helpen ook mensen met een laag inkomen en een praktische opleiding.’

 

Marcel Ham is hoofredacteur van het Tijdschrift voor Sociale Vraagstukken. Peter Rensen is expert ‘doen wat werkt’ bij Movisie.

Dit is een fragment uit het interview met staatsecretaris Paul Blokhuis dat verschijnt in het winternummer van het Tijdschrift voor Sociale Vraagstukken.