Kim Putters: we moeten basis op orde brengen

Transities zijn niet te keren. Maar hoe laten we ze voor iedereen beter uitpakken in 2025 en verder? Antwoord: mensen op één, niemand achterlaten, ondernemen leuker maken en kiezen voor duurzaamheid, stelt Kim Putters van de Sociaal-Economische Raad.

 Goed nieuws is zelden nieuws. Maar het Prinsjesdagonderzoek 2024 (Ipsos/NOS 2024) was toch interessant. Niet zozeer vanwege het gestegen vertrouwen in de politiek (van 33 procent in 2023 naar 44 procent in 2024), want dat zien we vaker bij een nieuw kabinet. Maar vooral omdat die stijging zat bij praktisch opgeleide Nederlanders. Goed nieuws was ook dat Nederlanders minder pessimistisch zijn over de economische situatie. Alleen leidde dat nog niet tot meer optimisme over de toekomst; dat bleef steken op 19 procent.

Niet eerlijk

Hoewel gestegen, blijft het vertrouwen laag. Het Continu Onderzoek Burgerperspectieven, het langlopende onderzoek van het Sociaal en Cultureel Planbureau naar sociaal en politiek vertrouwen in Nederland, bevestigde dat (SCP 2024). Bijna de helft van de Nederlanders vindt dat de politiek onvoldoende naar burgers luistert, een ruime meerderheid vindt dat politici te weinig opkomen voor mensen als zij.

Niet zo gek dat veel mensen de transities niet zien als kans, maar als bedreiging

Het lage vertrouwen in de overheid gaat gepaard met toenemende tegenstellingen in Nederland. Zie de rijen vakantiegangers op Schiphol, tegenover mensen die nooit op vakantie gaan. De elektrische-SUV-leasers, tegenover hen die zich nog geen treinkaartje kunnen veroorloven. De kinderen die zonder tablet en zonder ontbijt op school komen, versus de kinderen die op huiswerkinstituten worden bijgespijkerd.

Deze tegenstellingen laten zien dat de sociale ongelijkheid toeneemt. De welvaart wordt niet eerlijk verdeeld. Het verdienvermogen van Nederland staat onder druk. Niet zo gek dat veel mensen de transities die gaande zijn niet zien als kans, maar als bedreiging. Geen wonder dat het optimisme over de toekomst laag blijft.

Opgave voor 2025

De belangrijkste opgave voor 2025 (én de jaren erna) is om het vertrouwen van burgers te herstellen. Het vertrouwen dat we samen in staat zijn grote, actuele vraagstukken aan te pakken. Technologische ontwikkelingen, vergrijzing, digitalisering en klimaatverandering zijn niet te keren, maar we kunnen wel de randvoorwaarden beïnvloeden, zodat mensen en ondernemingen zich aan de veranderingen kunnen aanpassen en er mede vorm aan kunnen geven.

Als mensen zich niet kunnen mee-ontwikkelen met technologische ontwikkelingen, blijven innovaties onbenut

Wat is er nodig om de brede welvaart op peil te houden en rechtvaardig te verdelen? Hoe zorgen we ervoor dat transities het leven voelbaar beter maken? Het antwoord is eenvoudig: laten we beginnen bij de basis.

 

1. Zet mensen op één

Veel mensen ervaren grote onzekerheid als het gaat om hun werk en inkomen. Robots en artificiële intelligentie (AI) nemen veel werk over, de fossiele industrie wordt afgebouwd. Tegelijkertijd is er in veel sectoren een tekort aan arbeidskrachten, waardoor het werk onder druk staat en zich moeilijk laat combineren met leren, zorgen en vrijwilligerswerk. Om naar ander werk of een andere sector te kunnen overstappen, moeten mensen de nodige begeleiding krijgen en worden opgeleid, bij- of omgeschoold. Dat is nog lang niet altijd goed geregeld.

Waar we naartoe willen, is meer (bestaans)zekerheid voor iedereen in Nederland. Een toereikend inkomen, sociale bescherming en levenslange ontwikkelingskansen. Mogelijkheden om werken, leren en (mantel)zorg te combineren. Goede arbeidsvoorwaarden en huisvesting voor arbeidsmigranten (die hard nodig blijven om onze welvaart op peil te houden). Stimulansen voor technologische innovatie, maar vooral ook sociale innovatie. Want als mensen zich niet kunnen mee-ontwikkelen met technologische ontwikkelingen, blijven innovaties onbenut.

Niets werkt zo ontmoedigend als wantrouwen en het gevoel als potentiële fraudeur te worden gezien

Wat we hiervoor nodig hebben, is een samenhangend pakket aan maatregelen dat arbeidstekorten tegengaat, vaste contracten als norm stelt, een leven lang leren mogelijk maakt en iedereen de kans geeft mee te doen. Dus ook de mensen die onvrijwillig langs de kant staan of hun talenten niet volledig kunnen ontplooien. Voorwaarde is een realistisch beeld van wat mensen willen en kunnen en van hun mogelijkheden om gedrag (duurzaam) te veranderen. En ook bereidheid om mensen kansen te geven en uit te gaan van vertrouwen. Want niets werkt zo ontmoedigend als wantrouwen en het gevoel als potentiële fraudeur te worden gezien.

De tegenstellingen in Nederland worden eerder groter dan kleiner

De uitdaging is om de transities op het gebied van energie, digitalisering en gezondheid te benutten om werk veiliger, schoner en leuker te maken. Daarmee zetten we mensen op één.

 

2. Laat niemand achter

De tegenstellingen in Nederland worden eerder groter dan kleiner. Het meest schrijnend zijn de gezondheidsverschillen: de 20 procent meest welvarende mensen in Nederland leeft gemiddeld 8 jaar langer dan de 20 procent minst welvarende mensen. Het verschil in gezonde levensjaren is maar liefst 24 jaar. Wat we nodig hebben, is samenhangend beleid om de gezondheidskloof te dichten (SER 2023).

Stel in alle beleid gezondheid en preventie centraal. Transformeer het zorgsysteem naar een systeem voor gezondheid en preventie dat chronische stress, bestaansonzekerheid en ongezonde prikkels tegengaat. Werk aan oplossingen voor het woningtekort, bijvoorbeeld door seniorenwoningen te bouwen om de doorstroom op gang te brengen. Investeer in onderwijzers en leraren om scores op leesvaardigheid te verhogen en in jonge wetenschappers/onderzoekers, want zij zijn de bron voor kennis en innovaties in de toekomst.

Kijk niet alleen naar wat dit beleid kost, maar ook naar wat het oplevert: hogere arbeidsparticipatie, minder afhankelijkheid van uitkeringen, minder zorggebruik en een langer (gezonder) leven. Denk en begroot op lange termijn en zie hoe de brede welvaart groeit. Voor iedereen.

 

3. Maak ondernemen leuker

Om de welvaart op peil te houden, is het cruciaal dat Nederland voldoende verdienvermogen heeft. Dat gaat niet zonder ondernemers die kansen zien en risico’s durven nemen. Veel ondernemers zitten aan alle kanten klem. Ze willen hun bedrijf vergroenen, maar krijgen geen toegang tot stroom. Ze willen nieuwe dingen ondernemen, maar lopen tegen een stapeling van regelgeving aan.

Om onze welvaart te behouden, is innoveren de enige weg

Om het verdienvermogen te versterken, moet het weer leuker worden om te ondernemen en moet ondernemerschap meer worden gewaardeerd. Wat we nodig hebben, is een duurzame maakindustrie, om samen met Europa aan meer strategische autonomie te werken en dus minder afhankelijk te zijn van grondstoffen uit landen als China en Rusland (SER 2024). Een industrie die vol inzet op circulair gebruik van grondstoffen en schone technologie, nieuwe verdienmodellen creëert en banen schept die minder belastend zijn voor mensen en beter zijn voor de natuur.

De toekomst vraagt nieuwe technologieën waar we nu nog niet eens van dromen. Overheid, bedrijfsleven en kennisinstellingen staan samen voor de uitdaging om een sterke investerings-/innovatie-agenda op te stellen. Onderwijs, onderzoek en innovatie zijn cruciaal om het verdienvermogen op middellange en lange termijn te versterken. Ook voor de concurrentiepositie en onafhankelijkheid van de Europese Unie is dat van levensbelang, stelde Mario Draghi in zijn rapport The future of European competitiveness (2024). De winst van bezuinigingen op korte termijn kan op lange termijn schade berokkenen. Om onze welvaart te behouden, is innoveren de enige weg.

 

4. Kies voor een duurzame toekomst

Een duurzame toekomst vraagt radicale veranderingen, maar heeft alles in zich om de wereld te verbeteren. Fossiele banen verdwijnen, maar er komen groene banen voor terug. Benzine- en dieselauto’s verdwijnen, maar de (stads)lucht knapt er flink van op. De industrie verduurzaamt, maar wordt ook een stuk schoner. Woningen moeten energieneutraal worden gemaakt, maar worden daarmee ook gezonder en comfortabeler en behouden hun waarde voor de toekomst.

In ons streven naar brede welvaart hier en nu, elders en later, zit rechtvaardigheid ingebakken

Transities kunnen, nee móéten de wereld schoner, groener, eerlijker en inclusiever maken. In dit streven naar brede welvaart hier en nu, elders en later, zit rechtvaardigheid ingebakken. Laten we in 2025 alles op alles zetten om de transities te versnellen. Als mensen aan den lijve voelen dat transities hun leven beter maken, versterkt dat de hoop op een rechtvaardige toekomst. Een toekomst om samen aan te werken en naar uit te kijken.

Kim Putters is voorzitter van de Sociaal-Economische Raad (SER)

 

Foto Jerry Lampen

Bronnen

Dit artikel is 2094 keer bekeken.

Reacties 4

  1. Kim Putters heeft in zijn vorige functie bij het SCP er toe bijgedragen dat sociale factoren (draagvlak) meegenomen worden bij beleid in plaats van de gebruikelijke monomane nadruk op economie. Je kunt echter aan dit stuk zien dat hij in zijn nieuwe baan, bij de SER, andere kennis etaleert waarbij er weliswaar een sociale kern aanwezig blijft in zijn betoog. Hij levert- kennissociologisch – het levend bewijs dat iemands kennis sterk mede wordt bepaald door zijn positie in de maatschappij.
    Enkele kanttekeningen:
    *Zijn pleidooi voor het tegengaan van chronische stress zal iedereen onderschrijven. Maar ik mis effecten van rolmodellen: de graaiers en alleenheersers als Musk, maar ook sporters als Ronaldo en Verstappen verblinden jonge mensen die dan op zoek gaan naar snelle rijkdom. Grenzen aan individuele verrijking zullen in de polder, de SER, niet bespreekbaar zijn. Limitarisme is daar taboe. De fundamenteel ondemocratische structuur van bedrijven en de fictie van grenzeloze groei zorgt voor permanente en universele stress.
    *De nadruk die hij legt op innovatie (t.b.v. de klimaattransitie) zal door velen worden onderschreven, alleen de politieke praktijk, die Putters mede heeft vormgegeven als informateur laat zien dat het leven anders is dan de leer.
    *Terecht wijst Putters op de ontmoedigende werking van wantrouwen waarbij mensen als potentiele fraudeurs worden aangezien. Eenzelfde ontmoedigende werking zou moeten gaan in de richting van oligarchen en monopolisten, voor wie ondernemen juist niet leuker zou moeten worden. Wat Putters beweert geldt wellicht voor kleine en middelgrote ondernemers, niet voor de toplaag die onze democratie ernstig in de gevarenzone brengt.
    Kortom, de sociaal democraat Putters laat de status quo ongemoeid en gelooft in smalle marges. Dat was in den Uyl’s periode functioneel maar is nu riskant voor de democratie.

  2. Dan mag men bij de SER wel eens beleid gaan ontwikkelen voor het basisinkomen. Daar heb ik al vaker over geschreven. Een basisinkomen, is bedoeld voor de basiskosten van het bestaan. Nu is armoede een verdienmodel geworden. De ellende van mensen is een industrie waar miljarden in omgaan. Pappen en nathouden, maar de mensen met een laag inkomen, mogen niets verbeteren aan hun eigen situatie. Want bij iedere euro die je zelf kan verdienen, rammelt het systeem van toeslagen. En volgen zware sancties. Witte boorden criminaliteit is wel toegestaan. Zoals de brievenbus ‘bedrijven’. Voor deze logica hoef je niet te kunnen rekenen.

    Nog even een samenvatting over het basisinkomen. De mensen met een laag inkomen, we beginnen bij iedereen met een bijstandsuitkering, gaan we voorzien van een basisinkomen. Als je wel zelf inkomen kan organiseren, dan wordt het basisinkomen langzaam minder. Kan iemand dat niet, door fysieke of mentale omstandigheden, dan is het basisinkomen genoeg om van te bestaan. Geen luxe, maar wel bedoeld voor je vaste kosten. Dus nee, ik herhaal nee, de regering gaat geen gratis geld uitdelen. Dat is ook nooit een argument geweest. Maar stop de leugen dat een basisinkomen niet betaalbaar is! Dat is de leugen die regeert. En dan mag de SER wel eens degelijk en dus wetenschappelijk gaan onderzoeken, wat de voordelen zijn van een basisinkomen. Genoeg studies hoor, het wordt al decennia onderzocht. Dus nodig is dat niet.

    Armoede is een schadelijk systeem, het kost de samenleving honderden miljarden, zoals zorgkosten. Bedenk maar wat het voordeel! is voor de daklozen ramp van dit land. Het aantal dakloze mensen blijft toenemen. Want in een kartonnen doos kan je niet wonen. Dus het basisinkomen gaan organiseren is een prachtige opdracht voor de SER!

  3. Aanvullend over het ongemoeid laten van de status quo (Jan van Eeden) en een pleidooi voor basisinkomen mis ik het kopje ‘Maak werken aantrekkelijker en leuker’.

    Want aan de onderkant van ons loongebouw tot pakweg 130-150% minimumloon zitten ontzettend veel mensen ‘gevangen’ in een uitkering met toeslagen.

    ‘Gevangen’ door aan de ene kant de ZEKERHEID van een vaste uitkering met toeslagen en aan de ander kant de ONZEKERHEID van hap-snap-onaantrekkelijk-werk met wisselend inkomen, wisselende toeslagen en mogelijk een wisselend aanvullende uitkering. Daarbij de maandelijkse en jaarlijkse verrekeningen van uitkering en toeslagen waardoor het maandelijks besteedbaar inkomen nog onzekerder is.

    Door deze ‘gevangenis’ gaan ontzettend veel mensen niet werken, kiezen voor de zekerheid en blijven aan de kant staan.

    Kortom het laagbetaald werk moet veel beter lonen met meer zekerheid én aantrekkelijkheid om je verder te ontwikkelen.
    Het minimumloon moet dus flink omhoog zodat het écht loont om te werken in vergelijk met uitkering en toeslagen.

  4. Om de punten die de heer Putters aangeeft, is voor punt 1 een pijnlijke maar ook belangrijke hervorming van de O&O fondsen nodig binnen sectoren. Nederland maakt het namelijk voor een aantal groepen erg complex om bij of om te scholen, en ben je te vaak afhankelijk van de werkgever wat er op scholingsgebied mogelijk is. Het rapport van de commissie Borstlap is nog niets mee gedaan na een aantal jaar.
    Het 2e punt;
    Dit is al langere tijd bekend, maar blijkbaar nog niet interessant voor de politiek of door vele bezuinigingen op stelsels zijn de verschillen toegenomen.
    Punt 3;
    Te weinig partijen zijn zich bewust van het aantrekkelijker maken van ondernemerschap. De afgelopen jaren zijn de lasten voor vooral bedrijven in het mkb verhoogd.
    Punt 4: helemaal mee eens.
    @maria
    Voor een basisinkomen is geen politieke meerderheid omdat die daar uiteindelijk over beslist en niet de SER. De SER geeft alleen belangrijke adviezen over sociaal economische vraagstukken, die in een aantal gevallen wel, maar soms ook niet worden overgenomen.

Reageer

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *