Naast ervaringskennis moeten we ook ‘nabije kennis’ erkennen

Sociaal schaduwwerkers zijn informele spelers die in het gat springen wanneer formele organisaties mensen niet bereiken. Hun ‘nabije kennis’ verdient net zoveel waardering en erkenning als ervaringskennis.

Stichting Carabic in Amsterdam Zuidoost, opgericht door twee vrouwen met een Arabische respectievelijk Caribische achtergrond, biedt al jaren maatschappelijke ondersteuning aan buurtbewoners en startte na de uitbraak van de coronapandemie een voedselbank waar ieder in nood terecht kan, ook mensen zonder verblijfspapieren. Zeker in superdiverse ‘ontwikkelbuurten’ zien we naast formele organisaties talrijke van zulke informele spelers die voor bewoners begeleiding, ondersteuning en onderlinge ontmoeting organiseren. Deze informele spelers springen in het gat dat ontstaat wanneer formele instanties bepaalde groepen bewoners niet bereiken.

Omdat deze spelers vaak buiten het zicht van de formele aanbieders en overheid opereren, spreken Mieke Schrooten et al. (2019) van ‘sociaal schaduwwerk’. Zij wezen er eerder op dat de belangrijke bijdrage die deze spelers leveren onvoldoende wordt gewaardeerd. In het afgelopen jaar onderzochten wij praktijken van sociaal schaduwwerk in een lokale casestudie in Amsterdam Zuidoost. We zagen dat informele spelers ook hier een cruciale rol vervullen, met name in superdiverse buurten waar het wantrouwen jegens formele instanties groot is.

Maar deze spelers doen meer dan enkel een gat opvullen. Zij beschikken over een specifieke vorm van deskundigheid, die zij opdoen dankzij hun nabijheid in de wijk en tot de bewoners met wie zij werken. Wij duiden deze aan als ‘nabije kennis’.

Vertrouwen door nabijheid en verbondenheid

Sociaal schaduwwerkers zijn op verschillende manieren nabij de bewoners die zij ondersteunen. Dit is ten eerste fysiek: anders dan vaak het geval is bij professionals of ambtenaren, zijn sociaal schaduwwerkers meestal medebuurtbewoner. Ook kennen zij de cultuurspecifieke codes of sociaal-culturele normen uit de gemeenschap omdat ze er zelf onderdeel van zijn, of deze van nabij kennen. Informeel sociaal werk vindt bovendien plaats binnen een context van ‘natuurlijke’, dagelijkse interacties op lokaal niveau. Het is daarbij niet expliciet gericht op hulpverlening, maar in de eerste plaats vaak op ontmoeting. Bovendien is veelal sprake van “24/7” bereikbaarheid. Door die fysieke en culturele nabijheid hebben schaduwwerkers een grote mate van ‘community connectedness’.

Deze verbondenheid is de bron van de nabije kennis van sociaal schaduwwerkers en is gebaseerd op vertrouwen. Vertrouwen vormt het hart van de modus operandi van de schaduwwerkers. Zij overbruggen de kloof, grotendeels gebaseerd op wantrouwen, tussen bewoners enerzijds en formele instanties en de lokale overheid anderzijds. Hun nabijheid brengt hen op het spoor van noden en behoeften van bewoners die vaak onder de radar van de formele instanties blijven.

Cruciale nabije kennis

Vanuit hun verbondenheid en dagelijkse interacties met bewoners ontwikkelen sociaal schaduwwerkers kennis over de sociale omstandigheden, noden, behoeften en vragen van bewoners in kwetsbare posities. Daarnaast zijn deze informele sociaal werkers nabije getuigen van hoe overheidsbeleid en sociale interventies uitpakken voor bewoners. Zij hebben op basis daarvan ideeën over aanvullend of alternatief beleid om de positie en kwaliteit van levens van hun doelgroepen te verbeteren.

In ons onderzoek zien we vele voorbeelden van de cruciale maatschappelijke rol die sociaal schaduwwerkers vervullen. Een stichting die geïsoleerde vrouwen met diverse migratieachtergronden uit huis weet te krijgen en te begeleiden. Spelers die vanuit hun positie als ‘tante’, ‘moeder’ of ‘broer’ kunnen praten met jongeren over seksuele geweldservaringen, jongeren aan kunnen spreken op crimineel of agressief gedrag, of te hulp schieten bij situaties van huiselijk geweld. Spelers die door een gedeelde migratieachtergrond kunnen helpen bij cultuurspecifieke kwesties. Zoals Ghanese bewoners die financieel in de knoop raken doordat zij ‘remittances’ naar het land van herkomst sturen, Surinaamse bewoners die worstelen met dementie van familieleden maar vanwege schaamte en taboe geen (formele) hulp durven vragen. Schaduwwerkers die een andere benadering voorstellen voor jongeren in de wijk of de bejegening van mensen met schulden.

Een aparte vorm van deskundigheid naast andere kennisbronnen

‘Nabije kennis’ kan als een aparte vorm van deskundigheid worden beschouwd door deze te plaatsen tussen enerzijds wetenschappelijke en klinische kennis, en anderzijds ervaringskennis. Nabije kennis onderscheidt zich van ervaringskennis doordat sociaal schaduwwerkers niet per se soortgelijke posities en ervaringen kennen als hun doelgroep. Daarnaast gaat ervaringskennis in principe uit van persoonlijke ervaringen van ontwrichting of beperking en nabije kennis van de leefwereld van groepen bewoners.

Beide typen kennis zitten wel dicht tegen elkaar aan, vooral wat betreft hun brugfunctie tussen de ‘systeemwereld’ en de leefwereld van bewoners. Nabije kennis verschilt van wetenschappelijke en klinische kennis, doordat zij niet is gebaseerd op wetenschappelijke inzichten of een formele opleiding. Overigens zagen we dat respondenten ook beschikken over klinische of ervaringskennis (en soms beide), maar zij benadrukken vooral de waarde en het belang van hun nabije kennis.

Van vluchtige waardering naar serieuze erkenning

Vanuit de doelgroep ervaren sociaal schaduwwerkers erkenning voor de waarde en het belang van hun nabije kennis. Ook van andere informele spelers in de buurt is die erkenning er.

Sociaal schaduwwerkers ervaren echter veel minder, of zelfs geen erkenning van formele instanties en de overheid van het belang van nabije kennis. Deze worsteling lijkt op die van ervaringsdeskundigen, wiens kennis steeds meer als aparte kennisbron wordt beschouwd.

Zoals Saskia Keuzenkamp pleit voor een formele positie voor ervaringsdeskundigheid, stellen wij een steviger positie voor nabije kennis voor. Onze respondenten geven aan dat wel sprake is van waardering of symbolische erkenning, zoals ‘in het zonnetje’ gezet worden, maar deze beschouwen zij veelal als te ‘mager’. Het klinkt opvallend vergelijkbaar met de vluchtige waardering voor ervaringsdeskundigen - gesymboliseerd door de cadeaubon of het bloemetje - die Keuzenkamp beschrijft.

Zulke incidentele waardering is ook zichtbaar bij de inzet van informele spelers rondom specifieke (politieke) thema’s, zoals recent bij de rellen rond de avondklok die de overheid instelde vanwege de oplopende coronacijfers. Sociaal schaduwwerkers wensen veelal meer structurele inbedding van hun nabije kennis, dat wil zeggen dat overheden in hen ‘investeren in vredestijd’, zoals andere onderzoekers het noemen. Van gelijkwaardigheid en invloed op beleid, dat wil zeggen als volwaardige partner meedenken en -besluiten over sociaal beleid in de wijk, is volgens onze respondenten helemaal geen sprake. Hun nabije kennis wordt onvoldoende erkend als een serieuze kennisbron in de vormgeving van het lokale sociale domein.

Serieuze erkenning van nabije kennis is juist nu urgent

Meer onderzoek is nodig om nabije kennis als aparte vorm van kennis in al haar facetten te beschrijven. Een meer fundamentele erkenning van de rol van informele spelers in het welzijnslandschap zou moeten gaan om erkenning van hun inhoudelijke bijdrage. Daarmee sluiten wij aan bij het betoog van Keuzenkamp, die pleit voor een stevigere inzet van ervaringskennis, bijvoorbeeld in de afwikkeling van de toeslagenaffaire.

Waar het in deze casus mis gaat, zo schetst zij, is dat oplossingen voor de problemen worden gezocht binnen de kokers van het bestaande systeem. Terwijl juist kennis van buiten het systeem - zoals ervaringskennis en nabije kennis - cruciaal is om tot daadwerkelijke oplossingen te komen.

Pamela Lucas, Marc Hoijtink en Saskia Welschen zijn onderzoekers bij het Lectoraat Stedelijk Sociaal Werk van de Hogeschool van Amsterdam. Lex Veldboer is lector van dit lectoraat. Het lectoraat heeft het genoemde onderzoek uitgevoerd vanuit de Werkplaats Sociaal Domein Amsterdam en Omgeving.

 

Foto: Stichting Caribic (overgenomen met toestemming)