RECENSIE Omgekeerd werken – Mr. Evelien Meester’s handboek voor maatwerk in het sociaal domein

Gemeenten hebben door decentralisaties een grote kluif gekregen aan zorg, werk, participatie, jeugd, schuldhulp en inburgering. Dichter bij de burger en minder kosten, zo hoopte de centrale overheid. De praktijk is weerbarstig gebleken.

In mijn eigen bestuurlijke verleden in de gemeente waren het juristen die bij vernieuwingen meestal op de rem trapten, op voetangels en klemmen wezen waardoor het apparaat stil viel. Een witte raaf onder de  juristen zocht naar de mogelijkheden. Zo iemand is Evelien Meester. Zij meldt in haar boek Maatwerk in het sociaal domein dat ze in de afgelopen jaren maar een enkele casus heeft besproken waarbij een oplossing binnen de wet zeer gewenst maar niet mogelijk bleek. Dat maakt nieuwsgierig naar haar methode van omgekeerd werken. Volgens Meester ontwikkelde zij een filosofie, theorie en methodiek ineen. En ook nog eens een verdienmodel voor haar adviespraktijk.

Vier stappen

In een viertal stappen zet Evelien Meester de ambtelijke wereld op zijn kop:

  • (1) Zoek naar het gewenste effect bij een aanvraag van een inwoner (niet een middel maar een uiteindelijk doel). Daarvoor moet je je inleven in het perspectief van de ander.
  • (2) Kijk dan of het effect past in het doel van de betreffende wet. Zij noemt dat de grondwaarde van de wet. Ga niet uit van de wetsartikelen maar van het ‘ideaal’ van de wet.
  • (3) Vervolg dan met een ethische toets: kijk naar de lange termijn en behalve naar de persoon ook naar de omgeving. Ga uit van de mogelijkheden van betrokkene en schakel als ambtenaar je eigen normen en waarden uit. Is je bedoeling zuiver en welke vrijheden ken je de aanvrager toe?
  • (4) Bepaal tenslotte de juridische beslissing en benut daarbij je beleids- en beoordelingsruimte.

Het aardige van dit boek is dat het je met voorbeelden en in Jip en Janneke-taal door dit beslisproces heen leidt. Tegelijk vraag ik me daardoor af wat de gangbare ambtelijke praktijk is: U vraagt, wij pakken het wetboek en bepalen welk middel uw kwaal verhelpt? Dat dit handboek die praktijk moet omkeren stemt tot nadenken over de bureaucratische wereld die we hebben opgebouwd in de verzorgingsstaat. Eentje die barst van de functionele rationaliteit en tekort schiet aan substantiële rationaliteit (vrij naar Karl Mannheim)

Mensbeeld binnen de gemeente

Evelien Meester vermijdt op charmante wijze theoretische uitweidingen. Ze blijft trouw aan haar voornemen een praktisch handboek te schrijven. Niet overal houdt ze dat vol. Zo behandelt ze de vraag wat het mensbeeld binnen de gemeente is. Die vraag alleen al vind ik nogal vaag. En vervolgens gaat ze bij filosofen als Plato, Aristoteles, Rousseau en Marx langs om te kijken want hun visie en mensbeeld betekent voor een concrete casus. Ik vermoed dat ambtenaren eerder aan hun carrière dan wel wethouder of diensthoofd denken dan aan Plato om een casus - ethisch gezien - tot een goed einde te brengen.

Evelien Meester past tal van sociaalwetenschappelijke ideeën toe op de vele praktijkkwesties die ze behandelt. Interessant zijn bijvoorbeeld de denkbeelden van gedragseconomen als Daniel Kahneman (rond ons feilbare denken) en Sendhill Mullainathan. Die laatste liet zien hoe stress en armoede onze cognitieve functies aantasten. Ook de rechtsfilosofie van Rawls rond gelijkheid komt langs. En de Nederlandse Nadja Jungmann, bekend van dit platform en van de schuldhulp, passeert de revue. Naar die auteurs wordt alleen via noten verwezen want het blijft een werkboek. Die theoretische ‘onderbouw’ smaakt wat mij betreft zeker naar meer.

Een goede apparatsjik

Ik mis aandacht voor gewetensbezwaren van ambtenaren. Meester stelt dat besluiten moeten zijn gebaseerd op uitgangspunten van de gemeente, niet op persoonlijke normen en waarden van de ambtenaar: wat die vindt doet er niet toe. Het boek past dus in de reeks: hoe wordt ik een goede apparatsjik. We hebben helaas aan de toeslagenaffaire gezien dat weinigen de klok luiden als dat nodig is.

De jaarbundel van het Tijdschrift voor Sociale Vraagstukken (Streng maar onrechtvaardig) liet zien dat de bijstandsnorm onder de armoedegrens zit, sancties zijn geüniformeerd en opleidingsmoglijkheden zeer beperkt. De evaluatie van het SCP in 2019 van de participatiewet toonde verharding in de ongelijkheid. Daar vindt de ambtenaar niks van? Ik mis bij deze juridische auteur een beetje Milikowski of Schuyt (resp. Lof der onaangepastheid en Recht, Orde en Burgerlijke ongehoorzaamheid). Cees Schuyt kwam op basis van Rawls theorie over rechtvaardigheid tot de bevinding dat ongehoorzaamheid op zijn plaats kan zijn als bijvoorbeeld levenskansen ongelijk zijn verdeeld. En daar gaat het in het sociale domein - helaas - over.

Een braaf boek van een adviespartner van de gemeentelijke overheid, dat wel praktisch bijdraagt aan vermindering van de gangbare rigide wetstoepassing van alledag.

Jan van Eeden, socioloog, oud-wethouder sociale zaken.