Varoufakis is van oorsprong niet eens econoom maar kent de economische wetenschappen goed en toonde zich een scherp criticus van deze wetenschap. Ook zijn beleidsopvattingen snijden hout. Echter, 25 jaar ervaring in het klooster van de wetenschap maakt iemand nog geen goed minister van financiën om de wereldse zaken van Griekenland aan te pakken.
De Griekse tragedie is een drama in een eindeloze opeenvolging van bedrijven, elk met steeds weer hun eigen (anti-)climax. In de meest recente akte boog de regering-Tsipras voor de overige Eurolanden door de charismatische minister van financiën Yanis Varoufakis in een bijrol te dwingen. Tegelijkertijd nam Tsipras de rol van zijn hooggeleerde minister feilloos over door ECB-president Draghi en eurovoorzitter Dijsselbloem van het niet nakomen van afspraken te betichten.
Varoufakis heeft wel degelijk een visie
De Nederlandse krantenlezer wordt gesuggereerd dat het maar goed is dat Varoufakis naar de achtergrond is geduwd. Slecht voorbereid maar hoogdravend en overtuigd van zijn eigen gelijk was het oordeel over zijn rol als minister de afgelopen maanden. Toch zou dat wel eens een vergissing kunnen blijken te zijn.
Hoogdravend en overtuigd van zijn eigen gelijk stoelt de economische visie van Varoufakis wel degelijk op een serieuze analyse van de situatie waarin Griekenland en Europa zich bevinden (zie bijvoorbeeld een interview van Me Judice met Varoufakis uit 2011). Om die visie naar voren te brengen is het nuttig kort de achtergrond en ontwikkeling van Varoufakis-als-econoom te schetsen.
Kritisch over economen
Cruciaal is dat Varoufakis van oorsprong geen econoom maar een mathematisch statisticus is, en zich gedurende zijn hele wetenschappelijke carrière als niet-econoom heeft geïdentificeerd. Daarin is hij niet uniek. Zoals veel academici die vanuit een ‘harde’ wetenschap de sprong waagden naar de economie, heeft Varoufakis een carrière gebouwd op het ridiculiseren van de wiskundige en statistische onkunde van economen. Ook het idee dat economie het bouwen van simpele wiskundige modelletjes is, wordt door Varoufakis al vijfentwintig jaar consequent in begaafde en messcherpe retoriek belachelijk gemaakt. Daar heeft hij, menen wij, best een punt.
Desondanks is hij zijn hele werkzame leven verbonden geweest aan diverse economische faculteiten, waar hij zich voelde als een "atheïstisch theoloog, binnen de comfortabel beschutting van een Middeleeuws klooster." Dat zegt natuurlijk net zo goed iets over het open en pluriforme karakter van de economische wetenschap, maar waar het hier om gaat is hoe Varoufakis de academicus zichzelf ziet: als de begaafde stuurman die scherpe en terechte kritiek levert, maar vervolgens met de overige monniken naar de eetzaal toogt.
Een Europese gezindheid
Naast de methodologische kritiek op het gebruik van wiskunde in de economie, kenmerkt het wetenschappelijke werk van Varoufakis zich door een aantal meer inhoudelijk punten. Zo gelooft Varoufakis niet dat de vrije markt alleen maar geluk en welvaart brengt, maar bijvoorbeeld ook ongelijkheid, en betoogt hij dat technologische ontwikkeling soms negatieve gevolgen kan hebben. De implosie van de Griekse economie sinds pakweg 2010 is in zijn ogen voor een groot deel te wijten aan een verkeerde opzet van de Economische en Monetaire Unie (EMU), een mislukte opzet die op zijn beurt het gevolg is van de dominante invloed van ‘Angelsaksisch cynisme.’
Dat laatste had natuurlijk ‘Noord-Europees ordoliberalisme’ moeten zijn, maar daar staat tegenover dat de voorstellen uit zijn ‘modest proposal’, geschreven samen met Stuart Holland en James Galbraith, weer grotendeels in lijn zijn met de dominante visie onder economen. In de meest recente versie 4.0 van juli 2013 pleit het drietal voor (1) Een volledige Europese bankenunie, waarin de controle, garantie en indien nodig rekapitalisatie van banken niet meer via nationale overheden maar via ECB en ESM verloopt; (2) Europese obligaties voor overheidsschuld tot 60% BBP; en (3) Een Europees investeringsprogramma met als doel de recessie te bestrijden en de Europese economieën versneld verder te laten integreren en naar elkaar toe te laten groeien. Daar hebben zij, menen wij, wederom best een punt.
Varoufakis is relatief nog niet zo'n slechte keuze
Vijfentwintig jaar in de academie, waarin ook nog eens nadrukkelijk de rol gekozen van stuurman-aan-wal, is duidelijk een wat eenzijdige voorbereiding geweest voor een minister van financiën van een slecht bestuurd land ten tijde van economische crisis en een eurozone-in-ontwikkeling. Maar het alternatief, Tsipras zelf, kon wel eens een stuk vervelender uitpakken. Vandaar onze oproep aan de leden van de eurogroep: hou die Varoufakis toch maar binnenboord.
Floris Heukelom is universitair docent aan de Radboud Universiteit Nijmegen. Esther-Mirjam Sent is hoogleraar Economische Theorie en Economisch Beleid aan de Radboud Universiteit Nijmegen en lid van de Eerste Kamer namens de PvdA. Dit artikel verscheen op 30 april op de website Me Judice.
Referenties:
Varoufakis, Y. (2002), Foundations of Economics - A Beginners Companion, Routledge, London.
Varoufakis, Y. (2013). ‘Europe Unhinged: What the financial crisis of 2008 meant for the integrity of the Eurozone’, European Financial Review, June-July 2013, 51-53
Varoufakis, Y., S. Holland en J.K. Galbraith, 2013, A Modest Proposal for Resolving the Eurozone Crisis, Version 4.0, Athens.