#28 Van bovenaf bepalen dat het van onderop moet komen

Serie

Nabij is beter. Decentraal denken en doen

In samenwerking met KING (Kwaliteits Instituut Nederlandse Gemeenten) en de VNG halen Pieter Hilhorst en Jos van der Lans verhalen en ervaringen op over de vraag of de decentralisaties op de werkvloeren van de samenleving daadwerkelijk de vernieuwing op gang brengen die ze hebben beloofd. Elke twee weken rapporteren zij daarover op socialevraagstukken.nl en nodigen zij mensen uit om mee te denken.
De gemeente Arnhem brengt via ambtelijke wijkteams 110 miljoen naar de wijken om bewoners meer zeggenschap te geven. Daarvoor moet wel het opbouwwerk wijken, aldus de gemeente. Pieter Hilhorst en Jos van der Lans ontwaren een nieuwe trend: het paternalistisch anti-paternalisme.

Wees voorzichtig met wat je wenst. De afgelopen jaren hebben we herhaaldelijk gepleit voor meer zeggenschap van burgers over wat de overheid doet. Een keer in de vier jaar stemmen voor de gemeenteraad is niet genoeg. Het is goed dat burgers inspraak hebben op gemeentelijke plannen voor ruimtelijke inrichting, maar daarmee kunnen bewoners nog niet bepalen welke maatschappelijke opgave in hun buurt de meeste prioriteit verdient. De publieke sector is zo verkokerd dat burgers wel hun mening kunnen geven over aparte plannen, maar moeilijk een oordeel kunnen geven over de samenhang van de plannen.

Dat kan wel bij een wijkbudget. Door het geld van verschillende beleidsterreinen bij elkaar te stoppen in een wijkbudget kunnen de bewoners daadwerkelijk bepalen waar ze dat publieke geld aan willen besteden. Ze kunnen dan ook makkelijker met eigen alternatieven komen. Ze kunnen bepaalde taken in eigen beheer nemen (zoals de groenvoorziening op een plein) of slimme combinaties maken (de vrije ruimtes van de ene instelling gebruiken voor activiteiten van een andere instelling).

Wijkteams leefomgeving

De gemeente Arnhem maakt nu werk van wat wij de afgelopen jaren hebben bepleit. De stad is onderverdeeld in acht gebieden en vanaf 1 januari 2017 wordt het budget voor een hele lijst aan maatschappelijke taken overgeheveld naar deze wijkbudgetten: mobiliteit en openbare ruimte, groen en spelen, afvalinzameling en reiniging, handhaving en toezicht, wijkgericht werken, ondersteuning opgroeien en opvoeden, maatschappelijke ondersteuning, ondersteuning vrijwilligers, integratie, maatschappelijke opvang, OGGZ en verslavingszorg, WMO & Jeugd en de Jeugdgezondheidszorg.

Wij geven de volledige lijst weer om te laten zien hoe omvangrijk deze doordecentralisatie is. Het gaat in totaal om een bedrag van 110 miljoen euro. Naast de sociale wijkteams komen er nu wijkteams leefomgeving om deze taken met bewoners vorm te geven. In de wijkteams leefomgeving komen ambtenaren die met bewoners plannen opstellen voor de buurt. Via de wijkteams worden de bewoners opdrachtgever van wat de publieke dienstverlening. Het oogt als een radicale machtsoverdracht waarbij burgers aan het roer staan.

Verspilling van professioneel kapitaal

En nu de praktijk. Het wijkgericht werken, het opbouwwerk, is ook een van de taken die overgedragen wordt aan het wijkbudget. In de zomer heeft de gemeente de huidige aanbieder van het opbouwwerk (Rijnstad) laten weten dat het vanaf 1 januari 2017 € 250.000 minder krijgt en dat die korting oploopt tot 1 miljoen. En zo kon het gebeuren dat we afgelopen week op een bijeenkomst waren in Arnhem waar bewoners bepaald niet in hun nopjes waren met de centrale rol die ze van de gemeente krijgen, maar vooral klaagden over de bedilzucht van de gemeente. De gemeente had immers voor hen bepaald dat het opbouwwerk niet meer nodig was en dat die taken konden worden overgenomen door de wijkteams Leefomgeving. “Zesendertig permanent in de wijk, aan de zijde van de bewoners, gestationeerde ambtenaren,” zoals de gemeente ze omschrijft. Als de bewoners eenmaal beschikken over het wijkbudget zouden zij in principe kunnen kiezen om een deel van het geld te besteden aan de opbouwwerkers, maar dan worden ze eerst ontslagen om na een jaar weer aan de slag te gaan. Een verspilling van professioneel kapitaal. Het zou logischer zijn om de bezuiniging uit te stellen zodat de bewoners daadwerkelijk met het wijkteam leefomgeving kan bepalen wat ze willen en welke steun ze daarbij nodig hebben.

Paternalistisch anti-paternalisme

Het conflict over het opbouwwerk in Arnhem staat symbool voor een breder fenomeen. Het enthousiasme voor zeggenschap van burgers is groter bij bestuurders dan bij burgers. Van bovenaf wordt bepaald dat het nu van onderop moet komen. Het motief is nobel. De bestuurders willen bewoners meer zeggenschap geven, maar de manier waarop dat gebeurt, wordt van bovenaf bepaald.

De wens tot zeggenschap past in een anti-paternalistisch programma. Niet voor bewoners iets doen zonder bewoners daarbij te betrekken. Maar door van bovenaf te bepalen hoe dat gebeurt wordt het een paternalistisch anti-paternalisme. De bewoners hebben immers niet gevraagd om de wijkteams leefomgeving. Het is ook de vraag of die wijkteams nu spreekbuis zijn van de bewoners of vertegenwoordigers van de gemeente blijven. Het is precies wat we eerder hebben gezien bij het begrip eigen kracht. Het begon als een middel om met het sociale netwerk een plan te maken hoe kinderen veilig konden opgroeien, het werd een plicht aan bewoners die een beroep doen op de overheid om eerst te onderzoeken wat in eigen kring kan worden gedaan.

Nieuwe democratische besluitvorming

De strijd over het opbouwwerk in Arnhem toont nog iets anders. Bewoners zijn het onderling niet vanzelf eens over wat er moet gebeuren. Dat is des te relevanter als het gaat om de besteding van 110 miljoen euro. Het instellen van een wijkbudget moet daarom gepaard gaan met nieuwe democratische besluitvorming op lokaal niveau. Het is bijvoorbeeld mogelijk om te experimenteren met de ideeën voor een G1000 van David van Reybrouck. Hierbij worden burgers niet gekozen, maar geloot om zo een representatieve afspiegeling van de buurt te krijgen.

Ook is het denkbaar om voor heikele kwesties te werken met vloeibare democratie. Hierbij geven bewoners hun stem aan een bewoner waar ze vertrouwen in hebben. Deze woordvoerders moeten vervolgens tot een oplossing komen. Het voordeel hiervan is dat er vertegenwoordigers van buurtbewoners zijn die het mandaat hebben om een compromis te sluiten. Collectieve besluitvorming is immers ook een kwestie van geven en nemen.

Als de instelling van een wijkbudget niet gepaard gaat met zulke nieuwe vormen van zeggenschap, bestaat de kans dat bewoners wel hun zegje mogen doen, maar dat de ambtenaren van het Wijkteam Leefbaarheid uiteindelijk de doorslag geven. In dat geval is de besluitvorming alleen nog maar ondoorzichtiger geworden. De gemeenteraad doet wel een stap terug, maar de vrijgekomen ruimte wordt niet ingenomen door burgers, maar door ambtenaren. Nabijheid is namelijk geen garantie voor een machtsoverdracht.

Verhoorde gebeden lijken soms op nachtmerries.

Pieter Hilhorst is politicoloog en publicist, tot maart 2014 was hij wethouder in Amsterdam; Jos van der Lans is cultuurpsycholoog en publicist. In januari verscheen Nabij is beter II. Over het inlossen van de beloften van de decentralisaties, te downloaden of te bestellen op: www.kinggemeenten.nl.

 

Foto: Arjan Almekinders (Flickr Creative Commons)