COLUMN Duw het sociale domein niet de zorg in

Charlotte Bouwman zat dagenlang met haar hondje voor het Ministerie van Volksgezondheid Welzijn en Sport om aandacht te vragen voor de wachtlijsten in de GGZ. Het is schrijnend dat iemand die al 21 zelfmoordpogingen deed jaren moet wachten op een plek. Dan klopt er echt iets niet. Maar wat niet?

The usual suspects gaven uiteraard marktwerking de schuld. Hoe eenvoudig is je leven als er een probleem in de zorg is en je alleen maar ‘marktwerking’ hoeft te roepen? Het probleem van Charlotte heeft weinig met marktwerking te maken, is een symptoom van veel diepere problemen en kent vele andere verschijningsvormen, lichter en zwaarder.

Overzichtelijk

Vroeger was de wereld overzichtelijk. Ouderen werden in bejaardenhuizen geparkeerd, psychiatrische patiënten in instellingen in bosrijke omgevingen en dan waren er ook nog de zuil en het gezin als sociale achtervang voor de relatief eenvoudigere gevallen.

Veranderingen

Op al die domeinen is de wereld enorm veranderd. Nieuwe wetenschappelijke inzichten leerden ons dat het beter is als mensen zoveel mogelijk in de wijk of in hun eigen sociale omgeving blijven wonen, ook als ze kwetsbaar zijn. Tegelijkertijd is de rol van de zuil en het gezin verdund. De combinatie van deze maatschappelijke ontwikkelingen leidt tot vier fundamentele problemen die elkaar verergeren.

Overheid

Ten eerste kijkt iedereen naar de overheid om in te grijpen als er ergens in de samenleving een probleem ontstaat. Nu heeft de overheid uiteraard een belangrijke rol te spelen, maar het teveel naar de overheid kijken, verkleint de zelfredzaamheid en leidt onherroepelijk tot teleurstellingen. En omdat de overheid een euro maar één keer kan uitgeven, leidt het ook nog eens tot wachtlijsten, waar de Charlottes van deze wereld vervolgens de dupe van worden. Let wel, ik claim niet dat mensen met ernstige psychische klachten minder beroep op de overheid moeten doen. Het is een algeheel te groot beroep op de overheid dat het systeem platgooit waardoor de gevallen die echt geholpen moeten worden de dupe worden.

Geen zorg

Het tweede probleem is dat een stijgende groep mensen zorgvragen heeft terwijl de oorzaak en de oplossing vooral buiten het domein van de zorg plaatsvinden. Denk aan jongeren met schulden, thuiswonenden met dementie, mensen met obesitas, ouderen met verhoogde kwetsbaarheid, mensen met multi sociale-economische problematiek en verminderende zelfredzaamheid. Deze groep is groot en wordt elke dag groter.

Medisch model

In veel gevallen is er wel een concrete gezondheidsklacht waar iets aan gedaan moet worden. Maar de onderliggende redenen en fundamentele oplossingen liggen in het sociale domein. De zorg kan daar als stelsel niet goed mee uit de voeten. Artsen en verpleegkundigen zijn opgeleid om mensen beter te maken. Daarnaast worden burgers steeds mondiger en vragen om panklare oplossingen die er niet zijn. Het medisch model wordt dan maatgevend, ook in situaties die daar helemaal niet om vragen.

Dementie

Neem dementie als voorbeeld. Het beeld is al lange tijd die van een ziekte waarvoor een ‘oplossing’ moet komen, bijvoorbeeld in de vorm van een magische pil. De dominantie van het medische model, het aanbod-denken en het bijbehorende hulpverlenersperspectief is nog altijd diepgeworteld. Ondertussen geven mensen met dementie aan niet meer voor vol te worden aangezien, maar als ontmenselijkte, wilsonbekwame patiënten. Het medische aanbod dat mensen met dementie krijgen sluit niet aan op de vraag om ondersteuning op universele menselijke behoeften die door de ziekte onder druk komen te staan. Door de impact op de persoonlijke leefwereld van mensen met dementie en hun naasten te veronachtzamen, verliezen we een enorme berg aan sociaal kapitaal en bezorgen we tegelijk mantelzorgers onnodig veel hoofdpijn.

Sociaal domein

Ligt de oorzaak van problemen in het sociale domein, begin daar dan. Het uitgangspunt van interventies is dan de sociale context van de mensen. Het heeft geen enkele zin een maagverkleiningsoperatie bij een obees persoon te doen als de sociale context waar de obesitas door is ontstaan niet wordt meegenomen. Het leidt tot herhaling van zetten, teleurstellingen, onnodige kosten en geestelijk leed. De dominantie van het medische model is in vrijwel al die gevallen contraproductief. Deze doelgroep is gebaat bij zorg als een sluitstuk van een bredere analyse, geen begin.

Industrie

Het derde probleem is dat de zorgsector zelf een prikkel heeft om het systeem in stand te houden. Stel dat er iemand met een geestelijke klacht een beroep doet op de GGZ. Op zo’n moment gaat de industrie draaien en heeft de sector nauwelijks prikkel om te wijzen wanneer effectievere aanpakken buiten het domein van de zorg beschikbaar zijn. Door aanbod-denken en financiële prikkels houdt het systeem zichzelf in stand. En dat geldt niet alleen voor de GGZ maar voor vrijwel alle domeinen van de zorg. Alleen huisartsen sturen patiënten soms terug naar huis om het een paar dagen aan te zien, al lijkt ook dit gedrag op zijn retour te zijn. En als huisartsen doorverwijzen is dat vaak naar een medisch specialist, minder vaak naar een sociaal wijkteam of een maatschappelijk werker.

Schotten

Het vierde en laatste probleem is dat mensen vaak tussen het institutionele wal en het schip vallen. Is de zorgverzekeraar aan zet, de gemeente of toch de zorginstelling ? Iedereen kijkt naar iedereen en niemand bedenkt dat dit probleem eenvoudigweg niet op het bord van kwetsbare burgers mag worden gelegd. Als het ingewikkeld wordt (en ‘grensgevechten’ zullen er altijd zijn in dit domein) dan moet er één instantie de regie pakken en verhinderen dat burgers in een administratief moeras zakken.

Giftige cocktail

De combinatie van overspannen verwachtingen wat de overheid vermag, het medische model, de medische industrie en de schotten leidt tot een giftige cocktail. Je hebt een probleem, kijkt naar de overheid, je wordt onterecht gemedicaliseerd en in de zorg gezogen en belandt ook nog eens tussen het kastje en de muur. Niet alleen wordt op deze manier enorm veel geld verspild en lopen de wachtlijsten op, ook krijgen kwetsbare groepen niet de behandeling waar ze het meest bij zijn gebaat. Hierdoor verergeren de klachten en belanden we in een spiraal naar beneden. Niet voor niets staan de kranten vol met berichten dat ouderenzorg of de GGZ onbeheersbaar worden.

Ontzorgen

Het zorgstelsel is ingericht voor goed diagnosticeerbare gevallen. Je breekt je been of je hebt een hartaanval: de industrie gaat draaien en is behoorlijk efficiënt en kwalitatief op orde. Maar voor de genoemde doelgroepen is het stelsel niet ontworpen. Dat betekent niet dat we het hele stelsel overhoop moeten gooien, want dan gooien we de baby met het badwater weg.

De enige remedie is dat we de mensen uit deze doelgroepen goed identificeren en hen vervolgens fundamenteel gaan ontzorgen, met als resultaat niet alleen een hogere kwaliteit van leven maar ook een prettige zak geld om dat te financieren.

Marcel Canoy is distinguished lecturer Erasmus School of Accounting and Assurance, en columnist voor www.socialevraagstukken.nl.

 

Foto: Pexels.com

Dit artikel is 7408 keer bekeken.

Reacties op dit artikel (7)

  1. Dag Marcel,

    Ik werd door een specialistische instantie (die na 4 jaar gesrpekjes wel wilde stoppen met mij) in beginsel overgedragen aan GGZ. Althans, ik mocht overdracht toestemming tekenen pas in aug nadat het i mei 2019 werd aangedragen. Echter was er in nov 2019 nog niets overgedragen. In december 2019 zou er een heel moeilijke periode van 32 dagen komen. Maar ik bleef alleen.

    In aug. 2019 tekende ik. In Nov mailde ik dat er nog geen contact was opgenomen.
    Het oorspronkelijke multidiciplinaire team mailde:
    ———————————————————
    >>Ook namens de hoofdebegeleider laat ik je weten dat ik het vervelend voor je vindt dat het lang duurt. Je staat namelijk op de wachtlijst voor de basis GGZ. Blijkbaar is de wachtlijst langer dan we verwachtte en zijn er mensen voor je.
    Nog even volhouden maar je komt aan de beurt. Met vriendelijke groet …<<
    ——————————————————–

  2. De dominantie van het medische model herken ik. Een ander aspect herken ik niet. Ligt de oorzaak van dit soort problemen wel in het sociale domein, in maatschappelijke ontwikkelingen? De indruk die ik krijg is dat existentiële vragen hier een rol in spelen. Of iemand met dementie zich mens blijft voelen en voor aangezien wordt is van meer afhankelijk dan van de geboden ondersteuning. Dat gaat ook over zingeving, over ons perspectief of levensfases, ouder worden, de functie van ziekte. Welzijnswerkers zijn goed in het oplossen van concrete problemen in het hier en nu: ondersteuning voor mantelzorgers, beweegplekken in de wijk, faciliteren van ontmoetingsruimtes om eenzaamheid tegen te gaan. Dat gebeurt vaak vanuit sociale wijkteams. Stel dat levensbeschouwelijke organisaties en spirituele centra daar een plek in krijgen, hoe zou dat zorg en welzijn veranderen?

  3. Ik vroeg me af… heb je overwogen hoe Charlotte Bouwman deze tekst leest? En of ze dat respectvol naar haar zou vinden? Om ‘de Charlottes van deze wereld’ genoemd te worden, of betrokken te worden in een stuk dat vindt dat er teveel mensen naar de overheid of de zorg kijken, wat je vervolgens illustreert met dementie, en niet met de complexe psychiatrie?

    De kernboodschap van je stuk lijkt te zijn dat we vooral niet aan het stelsel moeten komen, en overduidelijk bewijs van problemen met het stelsel niet moeten zien als problemen van het stelsel. Dat ‘de Charlottes van deze wereld’ niet een gevolg zijn van zorgverzekeraars die de context creeren waarin cherrypicken van relatief makkelijke patienten en het afschuiven van lastige niet alleen lucratief maar zelfs vrijwel noodzakelijk is om uberhaupt te blijven bestaan. Dat het niks te maken heeft met de keuze om zorg en de zorg-ethische afwegingen weg te halen bij de democratie en te organiseren in een domein dat verder volstrekt ontoegankelijk is, waar de politiek via oud-politici vrijelijk stroomt maar waar de democratie niet meer welkom is. Waar iedere tegenmacht zelf al behoorlijk geinstitutionaliseerd is geraakt (als patient heb je niet eens rechtstreeks toegang tot de organisatie die je vertegenwoordigd) maar bovendien ook in mogelijke invloed slechts een fractie is van een enkele zorgverzekeraar, laat staan de zorgverzekeraars als verenigd orgaan. (Wat ook al bizar is, want dat noemt men doorgaans gewoon een kartel, maar dit mag blijkbaar.)

    Enfin. Verwarrend stuk dat doet alsof het iets wil verbeteren voor mensen, maar wat uiteindelijk toch vooral ook inzet op het blokkeren van verandering. Wat er ook gebeurt, hoeveel mensen er ook buiten vallen, het kan nooit of te nimmer het Stelsel zijn dat we bevragen.

  4. Het is best een onduidelijk verhaal. Marktwerking is per definitie een sociaal disfunctioneel waarde verhaal. De mens organiseert zich primair sociaal, dat is biologische ‘hard ware’, de sterke helpt daarbij de zwakkere, uit de gezinswaarden basis volgen allerlei systemen die in de samenleving effectief worden uitgewerkt in bij voorbeeld de sociale zorg, de medische zorg, de psychiatrische zorg, de maatschappelijke zorg, de specialistische psychosociale, therapeutische en psychologische zorg, etc.. Het ligt allemaal logischerwijs in elkaars verlengde. Het is zorg, zorgen voor elkaar. Je gaat ook helemaal niet naar het ziekenhuis met schuldenproblematiek, en dat lijkt dit artikel bijna te willen suggereren. De markt, dat is financieel zorgen voor jezelf of een beperkte club. Een economische concurrentiestrijd tussen bedrijven, landen, belangengroepen, maar ook wel collega’s. Effectief haaks op sociale waarden. Het werkt dan ook vaak als een soort virus. Illustratief is hoe met gijzel software, dankzij het bestaan van bitcoins, ziekenhuizen worden platgelegd.

  5. Waar ik vooral van schrik is dat iemand die zoveel te zeggen geeft over de zorg, zo weinig snapt van wat zorg daadwerkelijk is. De voorbeelden die genoemd worden zijn veelal symptomen van onderliggende problematiek. De onderlinge verbanden en de vervloeking van medisch en sociaal is oneindig veel complexer dan hier geschetst.
    Ik ben fel tegenstander van alles medicaliseren, maar als je oorzaak en gevolg ontkent, weet je zeker dat de plank enorm misgeslagen gaat worden.
    Er is zoveel mis achter de schermen in de zorg dat het niet eens uit te leggen is in een korte reactie. Eeuwig zonde dat de realiteit van patiënten en professionals zo aan de kant geschoven wordt door beleidsmakers. Als je je de ogen sluit voor de bagger zul je nooit het huis schoonvegen.

  6. ‘Het is best een onduidelijk verhaal’, schrijft H. C. van der Veen in commentaar 4 op Canoy’s: ‘Duw het sociale domein niet de zorg in’.
    Ik vind het een duidelijk verhaal. Gezondheidszorg is duur en de vraag ernaar onbegrensd. Meer zorg-aanbod lokt extra meer vraag uit. Vergelijk bijvoorbeeld Canoy’s: ‘iemand die al 21 zelfmoordpogingen deed’ (en) ‘jaren moet wachten op een plek’. Wanneer houdt dat op?

    Geld wordt met bloed, zweet en beledigingen vergaard en zal altijd schaars blijven. Bestedingskeuzen (‘opportunity costs’) zullen dan moeten worden gemaakt. Of het moet andermans geld zijn. Kritiek op ‘marktwerking’ in de GZ is de weigering dat in te zien.

  7. Ik vind het ook een duidelijk verhaal, totdat de term ontzorgen wordt geïntroduceerd. Ontzorgen zou preventief kunnen werken, maar hoe kunnen we de kwetsbare groepen dan ontzorgen? Vanuit welk domein? Wie zijn er aan zet?

Reageer

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *