COLUMN Waarom je uitspreken tegen moslim-discriminatie belangrijk is

‘Ze maakten mij uit voor ‘landverrader’ en ‘Isis-strijder’. Ze omsingelden mij en ik werd bang dat ze me fysiek zouden aanvallen. Ze dreigden dat ze mijn hoofddoek af zouden trekken. Ik werd bang en rende terug naar de moskee.’

Het onlangs gepubliceerde zwartboek van de stichting ‘Meldpunt Islamofobie’ leest als een horrorthriller. Het staat vol met dit soort getuigenissen van vrouwen in Nederland die een hoofddoek dragen. Het lezen zorgde bij mij voor een schokervaring: ben ik mij wel voldoende bewust van moslimdiscriminatie? Spreek ik mij wel voldoende uit?

Stereotype beelden

In mijn jeugd heb ik op allerlei manieren beelden over moslims meegekregen, stereotype beelden, besef ik nu. Ik woonde in een ‘wit’ dorp en moslims kende ik eigenlijk alleen van dramatische beelden op het journaal en van boeken en films zoals ‘Gevangen in een sluier’, over vrouwenonderdrukking in Iran. Over moslims hoorde ik vaak mensen negatief praten. Denken aan moslims gaf me een ongemakkelijk en zelfs een beetje angstig gevoel. Dat veranderde pas toen ik tijdens mijn middelbareschooltijd en later tijdens mijn opleiding steeds meer moslims ontmoette. Een moslima die in de collegezaal een fel en stevig onderbouwd betoog hield tegen onze docent, sloeg mijn stereotiepe beeld definitief aan diggelen. Terugkijkend voel ik schaamrood; hoe kon ik ooit zo denken?

Als onderzoeker op het gebied van stereotypen, vooroordelen en discriminatie weet ik inmiddels het antwoord. Dat zit complex in elkaar maar duidelijk is dat 'onbekend onbemind maakt' en die ‘ander’ leren kennen vermindert juist vooroordelen (zie bijvoorbeeld deze meta -analyse van Pettigrew en Tropp uit 2006). Opgroeien in een omgeving zonder moslims maar wel met stereotype beelden uit de media is als het ware een recept voor gemiddeld meer vooroordelen. Zeker als in die omgeving weinig afkeuring plaats vindt van moslimdiscriminatie.

Sociale normen

Het gaat om wat heet ‘sociale normen’: als mensen denken dat hun eigen omgeving een bepaalde vorm van discriminatie afkeurt, doen ze beter hun best om zelf ook minder discriminerend uit te laten (zie bijvoorbeeld deze studie van Crandall en anderen uit 2002). Echter, die sociale normen werken alleen als ze worden gesteld door mensen die juist niet tot de betreffende gediscrimineerde groep behoren (zie ook ons wat werkt dossier discriminatie verminderen). Dus belangrijk is dat mensen die zelf geen moslim zijn, duidelijk aangeven dat moslimdiscriminatie onacceptabel is.

Het afkeuren van moslimdiscriminatie was destijds in mijn dorp broodnodig, maar niet daar alleen en toen. Moslimdiscriminatie is nog steeds een actueel probleem, misschien wel urgenter dan ooit. Uit het laatste SCP-onderzoek naar ervaren discriminatie blijkt dat 55 procent van de Nederlandse moslims regelmatig discriminatie ervaart. Ter vergelijking, ervaren discriminatie onder christenen is 21 procent en onder niet-gelovigen 25 procent. Daarnaast is in een studie van Di Stasio en anderen uit 2019 via een experiment vastgesteld dat moslims worden gediscrimineerd op de arbeidsmarkt: op je cv vermelden dat je actief bent in het bestuur van een islamitische organisatie vermindert de kans om uitgenodigd te worden aanzienlijk, zelfs als die ervaring relevant is voor de baan. Ook heb je minder kans om uitgenodigd te worden als je afkomstig bent uit een land dat als islamitisch wordt gezien (Di Stasio et al., 2019). Bovendien blijkt uit een steekproef onder bijna 4000 Nederlandse jongeren dat 30 procent van de deelnemende jongens en 15 procent van de meisjes negatief dacht over moslims (Van Wonderen & Van Kapel, 2017).

Moslimdiscriminatie tegengaan

Misschien gaat het tij wel keren want steeds meer initiatieven van mensen die zelf geen moslim zijn spreken zich uit tegen moslimdiscriminatie, zoals de mensen die in 2017 een haag vormden om de Essalam Moskee als protest tegen geweld tegen moslims. Of denk aan die dialoogbijeenkomsten vanuit het OJCM, het Overleg Joden, Christenen en Moslims. En sinds kort is er ook het prachtige initiatief Yalla: moslims en joden die zich samen inzetten tegen zowel moslimdiscriminatie als antisemitisme. Naast een stevige aanpak vanuit beleid (zie dit rapport voor hoe men dat doet in andere Europese landen) kunnen burgers zelf dus ook een belangrijke rol spelen in het tegengaan van moslimdiscriminatie

Niet iedereen heeft de tijd en de ruimte om in een stichting zitting te nemen of een burgerinitiatief op te zetten, maar je actie kan ook klein zijn. Wanneer een vriend, familielid, collega of buur een discriminerende opmerking maakt over moslims, kun je aangeven dat de opmerking niet door de beugel kan. Of nog kleiner: via sociale media kun je bij moslimdiscriminatie op allerlei manieren aangeven dat je dit niet oké vind. Wanneer we met z’n allen keer op keer laten weten dat moslimhaat of moslimdiscriminatie niet ‘gewoon’ zijn en laten zien dat we juist als niet-moslims dit niet accepteren, kunnen we het tij keren. Laten we er samen voor zorgen dat een nieuwe generatie een wereld zonder vooroordelen in kan stappen, en laten we beginnen bij ons zelf.

Hanneke Felten werkt bij Movisie.

 

Foto: kilarov zaneit via Unsplash