COLUMN CPB en de lantaarn: voorspellen in tijden van onzekerheid

Een standaardgrap over economen gaat als volgt. Een econoom loopt in het donker op straat en merkt dat hij zijn portemonnee kwijt is. Onmiddellijk gaat hij naar de dichtstbijzijnde straatlantaarn om te zoeken, want daar het is tenminste licht.

Modellen

De grap steekt de draak met economen die te veel vertrouwen op modellen in situaties waarvan iedereen stiekem wel weet dat modellen niet zo geschikt zijn. Het krampachtig vasthouden aan modellen lijkt op het zoeken naar je portemonnee in het lantaarnschijn.  Het is lekker licht, maar of je je portemonnee ook vindt?

IMF en CPB

In het begin van de coronacrisis voorspelde het IMF voor Nederland een bbp krimp van 7,5 procent. En toen wisten we niet eens dat er een tweede golf zou komen. Het CPB deed het iets beter door met scenario’s te werken maar sloeg de plank ook mis. Het CPB ging er namelijk vanuit dat een scenario waar maatregelen meer dan een half jaar zouden aanhouden tot grote problemen zou leiden. In een somber scenario zou het zelfs tot ernstige verstoringen van het financiële stelsel en tot aanzienlijk negatievere uitkomsten leiden dan we nu zien. En ook veel negatiever dan we met de wijsheid van nu in alle redelijkheid kunnen verwachten voor volgend jaar. Ook in het meer optimistische scenario werden effecten voorzien die we nu niet zien, zij het minder dramatisch dan in het sombere scenario.

Told you so

Nu was er op voorhand al het nodige af te dingen op deze analyses en prognoses zoals ik in april rapporteerde . Maar dit artikel is niet een pathetische variant van I told you so. Los van de argumenten die ik in dat stuk aanvoerde, kan van elk (semi-)wetenschappelijk instituut verwacht worden dat, wanneer men naast schiet, er een analyse komt van hoe dat komt.

Waarom schoot het CPB naast

En let wel: naast schieten betekent geen foute voorspelling maken. Je moet immers oppassen economische voorspellingen te beoordelen op de mate waarmee ze uitkomen. Er kan van alles gebeurd zijn tussen de voorspelling en de realisatie dat inherent onvoorspelbaar was. Maar wat is er dan gebeurd? En waarom spendeert het CPB precies nul woorden daaraan? Zijn de economie en de samenleving weerbaarder dan het CPB voor mogelijk hield? En waarom dan?

Niets gebeurd

Er is vrijwel niets gebeurd dat het grote gat tussen het doombeeld van het CPB uit april en de realiteit kan verklaren. Er is wel een tweede golf gekomen, en wel wereldwijd, de VS ligt behoorlijk op zijn gat qua corona en ook politiek. We kunnen nauwelijks reizen en verder valt er niet heel veel verrassends of opbeurends te melden dat afwijkt van wat we in april al wisten.

Novemberraming

De Novemberraming is vooral heel blijmoedig. Voorspoedig herstel, wereldhandel trekt aan, China draait als een lier, de aandelenkoersen zijn stabiel en de woningmarkt is niet afgekoeld. Ja er zijn grote onzekerheden. No shit Sherlock. Maar hoe zat dat dan met die scenario’s? Er wordt niet eens naar dat document verwezen. Kennelijk hoopt het CPB dat iedereen dat is vergeten of zo. De OESO doet ook een duit in het zakje door somberder te zijn dan het CPB zonder dat duidelijk wordt waarom.

Geen klein ding

De miskleun van het CPB is geen klein ding. Het kabinet leunt zwaar op de cijfers van het CPB, in zijn begroting maar ook in allerlei andere facetten van het beleid. De media berichten over de voorspelingen van het CPB steevast alsof het orakel van Delphi heeft gesproken. Vele maatschappelijke organisaties zoals vakbonden, werkgevers, brancheorganisaties, de zorgsector en nog vele anderen rekenen met de cijfers van het planbureau. Verkiezingsprogramma’s worden doorgerekend door het CPB. Het is daarom niet alleen onbevredigend maar zelfs maatschappelijk schadelijk dat het CPB in deze fundamenteel onzekere tijden weigert op zichzelf te reflecteren.

Onzekerheid

De modellen van het IMF, de OESO en het CPB zijn prima in gewone tijden. Je rekent een variant door van een macromodel als het minimumloon stijgt en je kunt redelijk nauwkeurig inschatten wat de effecten zijn op de economie. Maar in fundamenteel onzekere tijden voldoen de modellen niet meer. Niet alleen liggen de schattingen onderling ver uit elkaar, ze worden ook voortdurend aangepast zonder dat duidelijk wordt waarom.

Onzekerheid, het CPB en de lantarenpaal

Hoe gaat het CPB om met die onzekerheid? In de novemberraming is een heel hoofdstuk aan onzekerheid gewijd. Wat blijkt? Het verloop van het virus is onzeker en het CPB doet ons een scenario cadeau, maar nergens wordt melding gemaakt van het feit dat de modelexercitie zelf minder nuttig is in een wereld van fundamentele onzekerheid. Het CPB lijkt op de econoom die nog steeds in het licht van de lantaarn naar de portemonnee zoekt en besmuikt toegeeft dat het wat langer kan duren.

Alle ballen op Mathijs Bouman

FD-columnist Mathijs Bouman legt in heldere taal uit waarom de tweede golf economisch minder erg was dan de eerste golf. Hier heb je veel meer aan dan wazige voorspellingen met een obligate mededeling dat het allemaal heel erg onzeker is. Zo kun je met de analyse van Bouwman als brancheorganisatie of vakbond inschatten wat de wetmatigheden zijn die verklaren waarom de economische effecten ernstig zijn of niet. Dat is geen voorspelling maar geeft wel een gevoel voor onderlinge verhoudingen en duidt het relatieve belang van het ene effect boven het andere.

Nog beter

Nog beter is het om de analyse van Bouman op te plussen. Een voorspelling in onzekere tijden ziet er dan als volgt uit: een analyse van wetmatigheden à la Bouman, zonder kwantitatieve voorspelling, een kwantitatieve inschatting zoals het CPB  nu ook doet, met wat scenario’s , maar dan met een betere uitleg van wat de rol van onzekerheid is. En tot slot een lijst met factoren die niet in het model zitten maar wel van grote invloed kunnen zijn op uitkomsten. Hieronder vallen allerlei psychologische gedragseffecten en de weerbaarheid van de samenleving.

De lantaarn en de zaklamp

De zoektocht luidt dan als volgt. Het CPB zegt dat het de portemonnee is kwijtgeraakt. De kans dat die onder de lantaarn ligt is niet zo groot, maar goed, de lantaarn is er nu eenmaal en wie weet, het geeft een scherp schijnsel. Ondertussen heeft het CPB een zaklantaarn aangeschaft. Die schijnt minder hard, maar maakt de kans op een geslaagde zoektocht wel groter.

Marcel Canoy is is distinguished lecturer Erasmus School of Accounting and Assurance, als zorgeconoom verbonden aan de Vrije Universiteit Amsterdam, en daarnaast onder meer adviseur van ACM.

 

Foto: Alexisnyal (Flickr Creative Commons)

Dit artikel is 930 keer bekeken.

Reacties op dit artikel (1)

  1. De ‘spotlight’ van het CPB is vooral gericht op de parameter economische groei vs. krimp hiervan.
    De economische Corona crises blijkt met dit gegeven in onvoldoende mate te kunnen worden geduid.
    Onvoorspelbaarheid van de sociaal economische ontwikkelingen is dan het gevolg.
    Hier beleid op voeren wordt dan een hachelijke zaak. Kwalitatieve gegevens zijn dan nodig om de kwantitatieve gegevens te kunnen plaatsen.
    M.n de aspecten die de sociaal economische structuur van de samenleving bepalen dienen hierbij betrokken te worden. Bijvoorbeeld het hoge aantal ZZP-ers, 0 uren contracten en ‘gastarbeid’ door Oost-Europeanen. Maar ook negatieve milieuaspecten die door economische groei/ daling beïnvloed worden. Het CPB is thans te beperkt en te eenzijdig in haar economische analyses.

Reageer

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *