Corona legde vergrootglas op verschillen tussen precairen en werkenden

Bijstandsgerechtigden, ook degenen met parttime werk, hadden tijdens de pandemie nog minder dan anders het idee grip te hebben op hun leven, werk en inkomen. HvA-onderzoekers Judith Elshout en Hafid Ballafkih pleiten voor verbetering van hun arbeidsmarktpositie.

De coronapandemie hield ons de afgelopen twee jaar in de greep. We kennen allemaal de beelden en verhalen van mensen die thuis moesten werken en mensen die dat niet konden. Het maakte de kloof tussen verschillende groepen in de samenleving goed zichtbaar. Onderzoek onder bijstandsgerechtigden en professionals in het hoger onderwijs tijdens de eerste golf van de pandemie, maakt deze kloof nog beter zichtbaar. Vooral verschillen in ervaren welbevinden, regie, autonomie en toekomstperspectief kwamen hierbij aan het licht.

Bijstandsgerechtigden hadden het zwaar

We spraken voor ons onderzoek met bijna zeshonderd bijstandsgerechtigden, zonder werk en met parttime werk en aanvullende bijstand. Het overgrote deel van hen had angstklachten. De meesten hadden last van sociale en emotionele problemen, zoals eenzaamheid en sombere gevoelens. Eentje voelde zich ‘depressief en afgesloten van buiten’ en een ander waande zich thuis in ‘een gevangenis’.

Bijstandsgerechtigden zonder werk hebben de lockdown ervaren als een zware psychische last. Bij bijstandsgerechtigden met werk was de last minder. De last was het hoogst bij bijstandsgerechtigden zonder werk en met schoolgaande kinderen. Vooral het thuisonderwijs en de toegenomen drukte in huis speelden daarin een grote rol. Gezinnen zaten soms de hele dag met z’n allen in dezelfde kamer, vanwege het gebrek aan ruimte in hun kleine huizen. Dit zorgde voor stress omdat mensen slechts minimale controle hadden over hun leefomgeving. Bovendien interpreteerden ze de coronamaatregelen vaak letterlijk, waardoor ze in veel gevallen alleen buiten kwamen als dat echt noodzakelijk was.

Ze ervoeren hun arbeidssituatie als een houdgreep

Bijstandsgerechtigden met parttime werk hadden andere zorgen, vooral over het behoud van hun werk. Ze waren bang ziek te worden en niet meer te kunnen werken. Ze waren bang om te zeggen dat ze zich zorgen maakten over hoe collega’s omgingen met de coronamaatregelen. En ze vreesden dat ze vanwege gebrek aan werk naar huis gestuurd zouden worden. Door hun precaire situatie ervoeren zij een gebrek aan autonomie en zeggenschap, maar bleven zij ‘loyaal’ aan hun werkgever. Vragen om meer autonomie en zeggenschap (voice) of weggaan als dat ontbrak (exit), zagen zij niet als optie. Ze ervoeren hun arbeidssituatie als een houdgreep.

Door hun precaire situatie ervoeren zij een gebrek aan autonomie en zeggenschap

 Onder bijstandsgerechtigden was de hoop op het vinden van werk of werk met een vaste aanstelling met voldoende uren laag. Onzekerheid over contractverlengingen zorgde voor ‘ellende’, zoals een bijstandsgerechtigde dat formuleerde.

Onderwijsprofessionals zagen kansen en uitdagingen

Bij de professionals van een grote onderwijsinstelling bleek vooral de werktevredenheid significant verslechterd (Ballafkih, 2021). Door de lockdown was hun werk intensiever, veeleisender en daarmee stressvoller geworden. Het gebrek aan face to face contact met studenten en collega’s en de toegenomen schermtijd viel hen zwaar. Daarentegen verbeterde door het wegvallen van reistijd hun werk-privé balans. Hun arbeidsrelatie en de mogelijkheid om volledig thuis te werken verminderden hun angst om besmet te raken of hun baan te verliezen. Met hun welbevinden was het daarom toch ook redelijk gesteld.

Door de lockdown was hun werk intensiever, veeleisender en daarmee stressvoller

De lockdown verschafte onderwijsprofessionals bovendien meer autonomie en regie in hun werk. Ze zagen het als een kans om hun arbeidsomstandigheden te verbeteren. Ze hoopten daarom het vertrouwen van het management te krijgen om zelf de keuze te kunnen maken tussen thuis of op locatie werken. Meer autonomie en zeggenschap past naar hun idee beter bij het ‘nieuwe werken’ (werken waar, wanneer en hoe je dat wilt). Tijdens de lockdown hadden ze laten zien dat thuiswerken niet per se leidt tot minder productiviteit. Sociale controle op locatie vinden zij daarom onnodig.

Veerkracht verschilt

De verschillen tussen bijstandsgerechtigden en onderwijsprofessionals staan voor een bredere kloof in de samenleving. De coronacrisis heeft mensen in de kwetsbare situaties, zoals laagopgeleiden, mensen met gezondheidsproblemen, werkende armen en mensen met een flexibel dienstverband, het hardst geraakt (Bosch & Van Horsen, 2021). Gevoelens van angst en verlies van grip op inkomen, werk en leven staan centraal in de ervaringen.

De verschillen leren ons dat kwetsbare groepen zich in onzekere tijden nog kwetsbaarder voelen en dat minder kwetsbare groepen juist veerkracht tonen. We zien dat de gepercipieerde persoonlijke macht van de kwetsbare groepen laag is omdat zij in onzekere tijden nog minder het gevoel hebben zelf te kunnen beslissen over en in hun arbeidsrelatie. Ze moeten en willen aan het werk, maar voice en exit zijn geen optie en loyaliteit naar werkgevers betaalt zich niet altijd uit in meer uren of een vast contract.

Goed werk zorgt voor afleiding en relativering

Bij professionals betaalt voice zich wel uit in meer autonomie en zeggenschap, wat de loyaliteit versterkt. Hun feitelijke en subjectieve onderhandelingsmacht wordt ondersteund door hun arbeidsovereenkomsten en arbeidsmarktposities.

Huidige krappe arbeidsmarkt biedt kansen

De resultaten van onze onderzoeken laten ook zien dat goed werk zorgt voor afleiding en relativering en minder goed werk juist bijdraagt aan verlies van hoop en perspectief. Goed werk is werk waarin mensen zich vrij kunnen ontwikkelen en uitdrukken, zich sociaal, maatschappelijk en economisch gerespecteerd, gewaardeerd en ondersteund voelen, zodat zij een waardig en zeker bestaan hebben).

Uit onze onderzoeken blijkt bovendien dat ons sociale zekerheidstelstel onvoldoende grip geeft op inkomen, werk en leven (zie ook WRR, 2020). Het kabinet heeft met de huidige krappe arbeidsmarkt een kans om de positie van kwetsbaren mensen te verbeteren, want ook zij hebben recht op veerkracht.

Judith Elshout is senior onderzoeker bij The Work Lab van de HvA. Zij doet daarnaast onderzoek naar het Amsterdamse Experiment met de Bijstand. Hafid Ballafkih is lector Arbeid en Menselijk kapitaal in Transitie bij The Work Lab van de HvA. Hij doet onderzoek naar arbeidsmarktmechanismen en de rol van menselijk kapitaal daarin.

 

Foto: Dylan Ferreira via Unsplash

 

Bronnen

Literatuur

Bosch, J. & Van Horssen, C. (2021) Financiële tegenslagen in de coronacrisis. De financiële gevolgen voor huishoudens en verschillen naar werksituatie. Nibud.

Dit artikel is 576 keer bekeken.

Reacties op dit artikel (3)

  1. “Goed werk is werk waarin mensen zich vrij kunnen ontwikkelen en uitdrukken, zich sociaal, maatschappelijk en economisch gerespecteerd, gewaardeerd en ondersteund voelen, zodat zij een waardig en zeker bestaan hebben).”

    Merkwaardig dat hier de ‘krapte’ op de arbeidsmarkt het probleem van slechte arbeidsomstandigheden moet oplossen omdat de krapte op de arbeidsmarkt vooral die beroepen betreft waarbij dit niet het geval is. Te denken valt hier aan het werken in de kassen, vrachtvervoer, slachterijen, vrachtvervoer, schoonmaak etc.. Kortom al die beroepen waar thans veel Oost-Europeanen het werk doen en wel tegen slechte arbeidsvoorwaarden (geen vast contract), lage lonen en slechte arbeidsomstandigheden.
    Het beeld dat alle arbeid goed is voor iedereen zou hier in bovenstaand artikel eerst wel eens goed bekritiseerd mogen worden. De bevrijding van de arbeid door arbeid is nog steeds geen vanzelfsprekendheid als dat al mogelijk is.

  2. De sociale crisis is door links veroorzaakt. Wanbeleid van de PVDA in Rutte 2 heeft de klapstoeltjes op 20-0 achtergezet, met als gevolg dat GroenLinks en de PVDA met elkaar moeten fuseren en de laagopgeleiden en kwetsbaren zichzelf uitsluiten van het stemrecht omdat er geen partij is die voor ze opkomt. De SP ook niet, omdat die de concurrentie met de PVV aan moet gaan. Daarom hebben de klapstoeltjes een politieke partij nodig die sociaal economisch links en cultureel rechts is.

  3. Werk bied geen oplossing voor dit complexe immens sociale probleem die tevens veroorzaakt is door stugge misvattingen.

    De misvatting is namelijk is dat de vrije wil bijvoorbeeld paradoxaal werkt.
    Als de mens willoos gaat worden en geen zin heeft om zich zelf autonoom een beetje voor te zetten dan moet men beroep doen op de ander!

    Uit verschillende perspectieven en onderzoeken is gebleken dat mensen neigen naar een automatische geavanceerde hyper gevoelige kwantumrobot in plaats van een rationeel super bewust wezen met bijna ongevoelige zenuwstelsels.

    Maar dit zijn ook hypotheses waar men niet uit kan komen.
    Mensen voelen en ervaren toch het idee dat men rationeel denkend is en niet willoos domme acties ondernemen tegen hen zin.
    De mens is van beide.
    De mens is een mens en geen beest die alleen zijn natuurlijke driften volgt.
    Bovendien mocht de vrije wil een illusie zijn dan kunnen we die niet doorbreken, en wil het wel lukken dan is het ook paradoxaal want we zijn hier op aarde met het idee dat we het niet zeker kunnen weten.

    Dat maakt de mens een mens.
    Aan de ene kant volledig door de natuur gestuurd, behoefte hebben aan contact en seks: Het liefst zo veel mogelijk.
    Maar aan de andere kant een zelfsturende agent die zijn gedachte en bewustzijn kan sturen om volledig op zich zelf te concentreren: Lekker alleen en vrij op een eigen gecreëerde eiland zitten.,

    Juist dat laatste zorgt er voor dat we in politieke maar vooral behoorlijke sociale en emotionele dilemma’s leven.

    Er valt niks op te lossen en dat zijn de feiten. De enige mensen die hen onafhankelijke bestaan nog kan vullen met zelfvermaak en zelfbewustzijn zijn de hooggeschoolden, kunstenaars, en genieën.

    Onder het mom existentialisme zijn de bevoorrechten de winnaars en de 0-lettjes de lozers.
    We moeten ons leven zelf opvullen met pret, gelukzaligheid, vermaak, euforie, en daar tegenover cynisme, weemoed, wanhoop en melancholie.

    Maar dat is behoorlijk lastig in een systeem waar alles bepaald wordt.
    De mens is niet vrij maar sluit zich op om vrij te kunnen zijn.
    Volledige vrijheid is en kerker in het zelf. Maar gesimuleerde niet vrije leven is een sociale en vooral heel beperkte leven met de hoop dat het ooit goed zal komen.

    De mens moet het er maar mee doen.
    De vrije wil weghalen heeft geen zin want dat veroorzaakt weer nieuwe problemen met veel bizarre gevolgen.
    En dat kan ook niet, de mens heeft wel degelijk een bewustzijn en een vrije wil.

    Maar sommigen zit het mee en sommigen zit het flink tegen,

    We hebben keihard een ander nodig, zelf als god zal bestaan!
    Geen weg meer terug!

    De mens is verdoemd te mislukken, zo lijkt het!

Reageer

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *