Het geheim van De Luizenmoeder

Nederlanders leven in gescheiden werelden. Dat is een adagium van deze tijd, maar dat wil niet zeggen dat ze elkaar nooit tegenkomen. School is een van de ontmoetingsplaatsen, en vaak gaat het om ongewenste ontmoetingen, zoals De Luizenmoeder laat zien. Raakt het programma daarom een snaar?

Kinderen zijn leerplichtig, en ouders moeten die kinderplicht mogelijk maken. School disciplineert kinderen, en in hun kielzog ook hun ouders. Op tijd komen, op tijd naar bed, geen zoetigheid uitdelen, niet op het schoolplein fietsen. School brengt ook voor ouders verplichtingen met zich mee.

Een daarvan is dat zij regelmatig in contact komen met mensen die ze niet hebben uitgekozen. Op school treft een gevarieerd gezelschap elkaar, zonder dat ze daarom hebben gevraagd. Vrouwen en mannen, leerkrachten en ouders, oud en jong, en dan heb ik het nog niet eens over verschillende sociale klassen, buurten, etniciteit, taal, religie. Ieder speelt op school een eigen rol; iedereen heeft eigen belangen en eigen doelen, ieder brengt eigen ervaringen en levensgeschiedenis de school in; iedereen houdt er eigen ideeën op na, over het opgroeien van kinderen en het leven in het algemeen.

Al die ontmoetingen vormen een alledaagse kant van het onderwijs, waar meestal overheen geleefd wordt. Onderwijs gaat immers over lezen, schrijven en rekenen. Wat daarmee te maken heeft komt in de media terecht, maar schijnbaar triviale gebeurtenissen worden niet belicht. Omdat ze niet de kern van het onderwijs raken, en soms omdat ze te pijnlijk zijn om er al te lang bij stil te staan. Ze vormen de franje van het schoolse bestaan, en juist daarop zoomt de televisieserie De Luizenmoeder in.

Het programma laat zien hoe belangrijk die alledaagsheid is. Het wordt door bijna vier miljoen mensen bekeken, 'Hallo allemaal' werd een carnavalshit, en de gebeurtenissen op De Klimopschool zijn van Noord tot Zuid het gesprek van de dag. De serie geeft een uitvergroting van herkenbare niet al te subtiele scènes, en het maakt een slapstick van de ongemakkelijkheid op school. Maar dat verklaart nog niet helemaal waarom De Luizenmoeder een snaar raakt.

De poreuze school, de poreuze klas

'We zijn een gemengde school, Helma. En het feest moet leuk zijn voor iedereen. De klimop sluit niemand uit.'
'Maar wacht even. Is het niet verstandig om eerst de lijn van het Sinterklaas-journaal af te wachten?'

De Luizenmoeder laat zien hoe poreus de school is. Het moderne leven dringt tot alle hoeken en gaten van de schoollokalen en schoolpleinen door. Maatschappelijke discussies zoals over Zwarte Piet moeten ook op school worden uitgepolderd. Etnisch profileren en misverstanden over mensen die wel of niet halal eten. Het komt allemaal langs en de school moet er wat mee – 'Halal, Nance. Het is 2018! Het is niet anders'. Moderne gezinsverhoudingen in alle varianten – 'dat vinden wij niet raar, dat vinden wij alleen maar heel bijzonder', sijpelen de school binnen; ruzies tussen ouders, stress op het werk laten zich moeilijk verbergen.

Via de kinderen komen ze op indirecte manier in het klaslokaal terecht. En ook de leerkrachten dragen hun persoonlijke wel en wee met zich mee. Al die ongewenste ontmoetingen vormen een mijnenveld, waarin mensen zich zo goed en zo kwaad als het gaat een weg banen. Ze proberen conflicten te vermijden of te verhullen, of ze vallen terug op protocollen en regels. Dat laatste doet de schoolleiding - 'Heb je de regels in de nieuwsbrief dan niet gelezen?' En als ouders dat niet gedaan hebben of ze zich niet aan de protocollen houden, vervallen de leerkrachten in hun kinderrepertoire: 'Wat hadden we nu afgesproken? Ik vind dit zo jammer.'

Leerkrachten kunnen hun werk niet doen

'Ik ben over het algemeen meer tijd kwijt met het opvangen van gezwabber dan met het geven van een fatsoenlijke les.'

Leerkrachten hebben weinig invloed op wie ze als leerling in de klas krijgen, en de ouders krijgen ze erbij cadeau. Ouders doen niet wat ze vragen en zijn onvoldoende bereid om de 'vrijwillige' oudertaken op zich te nemen. De verdeling van die taken wordt al snel een strijdperk, waarin uiteenlopende spanningen worden uitgevochten.

Ook is er tussen ouders en leerkrachten een strijd om de kinderen gaande. Leerkrachten willen tijdens de les de regie hebben en ouders zijn daarbij niet welkom. Leerkrachten hebben er ook belang bij dat ouders hun kinderen op tijd in bed stoppen, dat ze niet teveel van hen eisen, dat ze hen ‘s ochtends ontbijt geven, dat ze zich niet stresserig gedragen.

Ook wat er thuis gebeurt kan de lessen verstoren. Onuitgeruste kinderen worden slaperig, onopgevoede kinderen worden lastig, en al die kinderen kunnen zich niet concentreren. Dat maakt de klas onrustig en vermindert de leerprestaties. Voor leerkrachten is dat vervelend, maar bovendien kunnen ze hun werk niet doen. Hun expertise als leerkracht staat op het spel én de naam van de school.

Voor kinderen is school een beladen plaats

'Het lijkt me echt heel erg leuk om met kinderen te werken en zo.'
'Kinderen zijn fantastisch. Die open blik nog. Het zijn ruwe diamanten, en die mogen wij dan slijpen tot blinkende glimmende kanjers.'

Een van de grootste misverstanden op school is de gedachte dat kinderen 'leuk' zouden zijn, als waren ze een speeltje van de volwassenen. Kinderen zijn zeker fascinerende wezens, maar ze hebben een eigen persoonlijkheid, eigen talenten. Een eigen wil en eigen gevoelens. Hun 'spontaniteit' komt neer op het ongeremd uiten daarvan. Ze moeten nog leren hoe 'het hoort', hoe de mensen om hen heen zich gedragen.

Niets menselijks is ze vreemd, en al die menselijkheid uiten ze op een onbeschaafde, heftige manier. Op school worden er eisen aan hen gesteld, die zeker voor kleine kinderen moeilijk zijn. Lange tijd stilzitten en zich concentreren, niet te hard praten en niet steeds rennen, luisteren naar anderen en rekening met elkaar houden - het zijn dingen die ze geleidelijk pas leren.

Voor kinderen is school een beladen plaats. Ze leren er vrienden kennen, ze leren wat pesten is. Ze komen er al doende achter wat ze in verhouding met anderen kunnen, waar ze goed in zijn en waarin niet. Ze zijn op alle fronten met elkaar in een concurrentiestrijd verwikkeld, met vriendschap en schoolprestaties als inzet. De oververhitte Nederlandse toetscultuur doet hen al jong beseffen dat hun cognitieve schoolprestaties van het hoogste belang worden geacht. Door leerkrachten, door andere kinderen en zeker door hun ouders, die ze niet teleur willen stellen. Kinderen kunnen niet anders dan in die waardering meegaan.

Kinderen kiezen hun ouders niet, noch hun school, hun leerkrachten of klasgenoten. 'School moet', dat is verder geen vraag.

De kwetsbaarheid van ouders

'Ga je mij nu zeggen hoe ik mijn kind moet opvoeden?'
'Omdat jij ervoor hebt doorgeleerd, zeker.'

Scholen zijn ontmoetingsplaatsen tussen mensen die elkaar anders niet zouden tegenkomen. Ook wanneer ouders een schoolkeuze hebben gemaakt volgens het principe van 'soort zoekt soort' komen ze mensen tegen met wie ze liever niets te maken willen hebben. Ontmoetingen tussen ouders hebben een vluchtig maar wel steeds herhalend karakter.

Vanaf het eerste moment hebben ze uitgesproken sentimenten over elkaar, en ook die brengen ze de school binnen. De goedopgeleide buitenshuis werkende moeders, die trots zijn op hun zelfstandigheid. De voltijd-moeders die hen meewarig bekijken, en die juist pronken met hun volledige inzet als moeder. De oplettende ouders en de ouders die maar wat aan zouden rommelen.

Die ideeën over en weer komen lang niet altijd uit. De knappe kinderen hoeven niet per se bij de knappe ouders te horen, en omgekeerd. De lieve, rustige kinderen hoeven niet per se bij de voltijd moederende vrouwen te horen; de lastpakken niet bij de werkende moeders. Maar ook als de stereotypen niet kloppen blijft een sentiment als 'Denk maar niet dat je beter bent dan ik' recht overeind.

Ouders willen dat het goed gaat met hun kinderen en dat ze het op school goed doen. Dat maakt ze kwetsbaar in de omgang met leerkrachten en met andere ouders. Zeker wanneer ze hun verwachtingen moeten bijstellen.

De school is een hogedrukketel. Een plaats waar levensstijlen elkaar treffen, waar ouders hun 'kleine wilden' vol verwachting heenbrengen, waar leerkrachten hen leren lezen, rekenen en schrijven, en ondertussen in het gareel laten lopen. In deze meritocratische tijd waarin zo sterk aan schoolprestaties wordt gehecht, wordt er op school veel verzwegen. Veel spanningen en dilemma's blijven onbesproken en onderhuids. Daarover gaat De Luizenmoeder.

Rineke van Daalen is socioloog aan de Universiteit van Amsterdam en columnist van www.socialevraagstukken.nl.