Psychisch gestoorde verdachten verdienen eerlijker strafproces

Verdachten met een psychische aandoening krijgen vaak geen eerlijk strafproces, en worden te weinig gecompenseerd voor hun aandoening. Hun kwetsbaarheid moet veel eerder worden herkend, vindt Eline Gremmen.

Als de psychiatrische stoornis van een verdachte niet tijdig wordt gesignaleerd, heeft dat grote gevolgen voor het strafproces. Terwijl ook verdachten met een psychische stoornis recht hebben op een eerlijk proces en effectieve participatie.

Effectieve participatie betekent dat de verdachte actief kan deelnemen aan het strafproces. Hij moet een adequate verklaring kunnen afleggen, de algemene teneur van de procedure begrijpen, begrijpen welke straf hem boven het hoofd hangt, de rol van zijn raadsman begrijpen, en met zijn raadsman kunnen overleggen.

Een verdachte die lijdt aan een gebrekkige geestelijke ontwikkeling of aan een ziekelijke stoornis van de geestvermogens is hier niet altijd toe in staat.

Vanaf het begin gaat het al mis

Een voorbeeld: verdachte Dennis is aangehouden op verdenking van een diefstal met geweld. Hij is schizofreen, maar dit zien de opsporingsambtenaren Pieter en Willem niet. Pieter en Willem zijn namelijk niet opgeleid om een psychische stoornis bij verdachten te herkennen. Dennis wordt daardoor niet als kwetsbaar aangemerkt en zijn verhoor wordt daarom niet auditief of audiovisueel opgenomen.

Pieter en Willem zetten in het verhoor druk op Dennis. Maar door de kwetsbaarheid van Dennis wordt hij (onbewust) beïnvloed. Dennis kan onder de druk van de opsporingsambtenaren verkeerde of valse verklaringen geven, omdat hij geen goed begrip van de situatie heeft. Dit is op een later moment voor de rechter, een officier van justitie en een advocaat niet meer na te gaan, omdat het verhoor niet is opgenomen.

Het niet tijdig herkennen van de psychische stoornis van verdachte Dennis heeft niet alleen invloed op zijn verhoor. Na het verhoor moet Dennis in voorlopige hechtenis. Omdat hij niet als kwetsbaar wordt aangemerkt komt hij op de gewone afdeling van het huis der bewaring. Terwijl hij in een penitentair psychischatrisch centrum zorg zou krijgen voor zijn psychische stoornis.

Op een later moment in het proces krijgt Dennis’ advocaat het vermoeden dat Dennis een psychische stoornis heeft. Hij dient een verzoek in voor een gedragsdeskundige rapportage over de psychische gesteldheid van Dennis. Daaruit blijkt Dennis’ kwetsbaarheid, maar het kwaad is dan al geschied. Het bewijs tegen hem is dan al verzameld. En de invloed die zijn psychische gesteldheid op die dataverzameling heeft gehad is niet meer te controleren.

Maatregelen nauwelijks gebruikt

Ter compensatie van psychische stoornissen kan de rechtbank maatregelen treffen. De mogelijkheden daarvoor zijn opgenomen in het Wetboek van Strafvordering. De rechtbank kan bijvoorbeeld de vervolging schorsen tot duidelijk is wat er met de verdachte aan de hand is.

Bij een vermoeden van gebrekkige geestvermogens van de verdachte kan de rechtbank verklaren dat de verdachte niet in staat is zijn belangen te behartigen. Na zo’n verklaring kunnen er verschillende regelingen worden toegepast om ervoor te zorgen dat de verdachte in staat is de tegen hem ingestelde vervolging te begrijpen.

Uit mijn promotieonderzoek blijkt dat er nauwelijks gebruik gemaakt wordt van de compenserende maatregelen. Daarom stel ik een nieuw wetsartikel voor waarin de huidige compenserende mogelijkheden met elkaar zijn vervlochten. Dit om meer helderheid te scheppen over de bestaande mogelijkheden.

Nieuw wetsartikel nodig

In het wetsartikel moet worden benadrukt dat er gedurende de strafprocedure zorgvuldig omgegaan moet worden met de kwetsbaarheid van de verdachte en dat de mate van kwetsbaarheid van de verdachte in de verschillende fases steeds opnieuw bekeken en heroverwogen moet worden.

Daarnaast stel ik een aantal aanvullende maatregelen voor die de procesbekwaamheid van de verdachte bevorderen. Zo zouden de verhoren en de zitting bijgewoond kunnen worden door een derde. Iemand die de verdachte kent of begrijpt, zoals een familielid of een vertrouwenspersoon.

De rechtbank zou gebruik moeten maken van een ‘vertolker’. Die ‘vertolker’ kan tijdens het proces in de gaten houden of de verdachte begrijpt wat er gebeurt en aan de procespartijen uitleggen op welke punten de verdachte moeite heeft met goed begrip van het strafproces.

Ten slotte stel ik de voor om processen met (mogelijk) psychisch gestoorde verdachten achter gesloten deuren te houden, oftewel zonder publiek. De rechter kan beoordelen welke maatregelen noodzakelijk zijn om de kwetsbaarheid van de verdachte te compenseren.

Stoornis niet altijd duidelijk

Wat meespeelt is dat bij de aanhouding niet direct duidelijk is dat de verdachte lijdt aan een psychische stoornis. Zoals ook bij Dennis het geval was. Dit kan komen door gebrekkige kennis van opsporingsambtenaren over psychische stoornissen, maar ook omdat psychische stoornissen niet altijd zo zwart-wit zijn.

Het is vaak geen statische aandoening en die kan fluctueren in ernst. Een kwetsbare verdachte kan op het ene moment wel procesbekwaam zijn en op een ander moment niet. Of hij kan bepaalde aspecten van het proces beter of minder goed begrijpen.

Hier houdt het wetboek geen rekening mee. Verdachten met minder makkelijke te herkennen psychische aandoening zijn dus extra kwetsbaar voor een oneerlijk strafproces.

Vroeg signaleren

Aangezien de opsporingsambtenaren de eersten zijn die met de verdachte te maken hebben, moeten zij snel en adequaat psychische stoornissen kunnen herkennen. Ik stel daarom voor dat opsporingsambtenaren hier specifieke training en scholing over krijgen.

Een andere mogelijkheid is de inzet van een screeningsinstrument, een vragenlijst van enkele minuten, om de mogelijke kwetsbaarheid van een verdachte nog vóór het eerste verhoor vast te stellen.

Bij voorkeur wordt zo’n screeningsinstrument ingezet bij alle verdachten die een feit hebben gepleegd waarbij ze in voorlopige hechtenis moeten. Zodat ze niet in het verkeerde huis van bewaring komen. In de weken na de aanhouding kan een gedragsdeskundige (psycholoog of psychiater) uitgebreid onderzoek doen naar de geestesgesteldheid van de verdachte.

Eline Gremmen promoveerde op 15 maart 2018 als buitenpromovenda aan de Erasmus Universiteit Rotterdam op het proefschrift ‘De kwetsbare psychisch gestoorde verdachte in het strafproces’Gremmen werkt bij het Openbaar Ministerie als senior adviseur bij de Centrale Toetsingscommissie.

Foto: ALP STUDIO via Unsplash