Aanbestedingsprocedures veranderen is niet het eerste waar je aan denkt als je het hebt over de beloften van de decentralisaties. Toch ligt daar een belangrijke sleutel tot verandering. Anders werken in het sociaal domein begint bij anders inkopen in het sociale domein. Als je de systeemwereld wil terugdringen ten gunste van de leefwereld dan moet je het systeem in het hart veranderen: bij de verdeling van het geld. Dat was de opvatting van de gemeente Alphen aan den Rijn. De gemeente heeft daarom alles op het gebied van participatie bij elkaar geveegd. Het gaat daarbij om dagbesteding, maar ook om vervoer naar de dagbesteding, om persoonlijke begeleiding en noem maar op. In totaal een bedrag van 7 miljoen euro per jaar.
Geen van de bestaande aanbieders was in staat om het hele pakket te leveren. En dus moesten het welzijnswerk en de aanbieders voor begeleiding van bijvoorbeeld dementerende ouderen of mensen met een ggz-problematiek samenwerken. Op die manier vormden acht instellingen een consortium dat de aanbesteding heeft gewonnen: Tom in de buurt. Tom staat voor Talent, Ondersteuning en Meedoen. Om tot zo’n consortium te komen moesten de instellingen voor de inschrijving al nadenken over hoe ze zouden gaan samenwerken. Dat was pittig, maar ook noodzaak. Wie niet meedeed dreigde helemaal buiten de boot te vallen.
Hoe kunnen bewoners elkaar helpen?
Het contract ging in op 1 januari 2015 en inmiddels zie je allerlei veranderingen in de geleverde zorg. Zo hoeven bewoners niet meer zes tot acht weken te wachten op een indicatie voor dagbesteding. Een medewerker van Tom in de buurt helpt een bewoner om te zien wat nodig is en kan zelf een passend aanbod doen. In het oude systeem bestond een prikkel voor instellingen om meer productie te draaien door persoonlijke begeleiding te bieden in plaats van mensen te laten deelnemen in een groepsactiviteit. Nu wordt veel meer gekeken op welke manier bewoners elkaar kunnen helpen. Van iedereen wordt niet alleen gevraagd wat hij nodig heeft, maar ook wat hij kan bijdragen.
Joost Hartog, de projectleider van Tom in de buurt, bekent dat dit voor sommige mensen wel even wennen was. 'Wie eens per week drie uur persoonlijke begeleiding krijgt, raakt daar aan gehecht. Toch scoren we nu heel hoog bij klanttevredenheid. Door met een groep bij elkaar te komen, kunnen mensen ook iets voor elkaar betekenen, dat wordt gewaardeerd. Mensen zijn minder afhankelijk van een persoonlijke begeleider. En als het echt nodig is krijgen ze wel gewoon een persoonlijke begeleider.'
Een andere verandering is dat er minder gespecialiseerde dagbesteding nodig is als je mensen uit verschillende groepen samenbrengt. Vroeger werden mensen van de ene dorpskern met busjes naar een andere kern gebracht voor drie ochtenden dagbesteding. Nu zijn er gezamenlijke activiteiten voor mensen die vroeger verschillende indicaties kregen. Deze gezamenlijke activiteiten in de buurt zijn niet voor iedereen geschikt. Soms is er een tillift nodig en die is niet voor overal aanwezig, of er is gespecialiseerde begeleiding nodig. Maar er is zonder meer een verschuiving gaande naar gemengde activiteiten. Omdat die gemengde activiteiten vaker dichterbij huis zijn, hebben bewoners ook minder vaak vervoer nodig. Het vervoer naar de dagbesteding is ook onderdeel van het takenpakket van Tom in de buurt, en dus is er ook een prikkel om te kijken of ondersteuning op maat in de buurt kan worden gerealiseerd. Er wordt ook vaker gekeken of mensen kunnen leren op eigen kracht te komen of via hun eigen netwerk vervoer kunnen regelen. Doordat de activiteiten in de buurt plaatsvinden kunnen mensen er ook makkelijker meerdere keren per week terecht dan bij de geïndiceerde dagbesteding van vroeger.
Van indicaties naar kijken wat nodig is
De aanbesteding heeft ook het aangezicht van de aangesloten instellingen veranderd. Instellingen die zich eerst richtten op een specifieke groep (bijvoorbeeld mensen met niet aangeboren hersenletsel) hebben de deuren ook open gezet voor andere bewoners. Zo wordt de keuken gebruikt om samen te koken. Tom in de buurt is ook verantwoordelijk voor het organiseren van mogelijkheden voor het leveren van een tegenprestatie voor de bijstand. Dat kan op twee manieren. Veel bewoners zijn actief als vrijwilliger voor projecten van Tom in de buurt. Er is altijd wat te doen en nu wordt mensen niet alleen gevraagd wat ze nodig hebben, maar ook wat ze kunnen komen brengen. Die activiteiten kunnen ook gelden als tegenprestatie. Het kan ook zijn dat iemand door de gemeente wordt aangemeld omdat hij een tegenprestatie moet leveren. Ook dan is het de visie van Tom om iets te vinden dat mensen graag doen en waar perspectief in zit. Het is nog te vroeg om te bepalen of dat lukt, omdat het proces voor de tegenprestatie pas net is gestart, zijn er nog weinig mensen door de gemeente aangemeld.
De bovenstaande veranderingen zijn niet uniek voor Alphen aan den Rijn. Het zijn bewegingen waar je in het hele land over hoort praten. Van een systeem van indicaties naar kijken wat nodig is, van individuele begeleiding naar een groepsaanpak, van gespecialiseerde dagbesteding voor speciale doelgroepen naar gemengde activiteiten, van gespecialiseerde instellingen naar instellingen die de deur open zetten voor de buurt, van compenseren van tekorten naar nadruk op wederkerigheid. Marjolein Buis die medeverantwoordelijk is voor de aanbesteding in Alphen aan den Rijn, gelooft dat die omslag pas komt als het geld anders wordt verdeeld. Als er geen concurrentie meer is tussen instellingen en er geen premie meer staat op het bieden van meer zorg.
Het is een algemene trend bij aanbestedingen. In het fysieke domein wordt ook steeds vaker globaal aanbesteed. Dus niet een uitgebreid bestek waarin precies staat wat er moet worden gebouwd, maar eisen over de functies waarin moet worden voorzien. Maak een verbinding tussen A en B met afslagen naar de stad. Deze globale aanbestedingen bieden ruimte voor creativiteit. Zo heeft een consortium gewonnen dat een tunnel had ontworpen met twee verdiepingen, de bovenste weg voor mensen die in Maastricht moeten zijn, de onderste voor mensen die verder moeten zijn. Voor het sociale domein geldt hetzelfde. Door ondersteuning te moeten bieden aan alle inwoners van Alphen loont het om te investeren in slimme oplossingen. Al jaren lang willen we een omslag tot stand brengen van zorg naar welzijn, van ondersteuning door professionals naar bewoners die meer met elkaar doen. Voor het versterken van de gemeenschap, noem het opbouwwerk, was altijd weinig geld beschikbaar. Door de andere aanbesteding loont het om initiatieven van bewoners te omarmen.
Oplossingen dicht bij huis
Buis erkent wel dat elk systeem mogelijk perverse effecten heeft. Waar vroeger een prikkel bestond om de zorgproductie op te voeren is er nu een prikkel om zo min mogelijk te doen. Het geld is immers al binnen. Hoe meer gedaan kan worden door bewoners en vrijwilligers, hoe voordeliger voor Tom in de buurt. Maar na jaren van toenemende specialisatie en zorgconsumptie is het alleen maar verfrissend dat er wordt gezocht naar oplossingen dicht bij huis. En als het er inderdaad toe leidt dat er meer ruimte komt voor initiatieven van onderop en voor het versterken van de gemeenschap, dan leidt een systeemoplossing tot een versterking van de leefwereld.
Pieter Hilhorst is politicoloog en publicist, tot maart 2014 was hij wethouder in Amsterdam; Jos van der Lans is cultuurpsycholoog en publicist. Half januari verscheen Nabij is beter II. Over het inlossen van de beloften van de decentralisaties, te downloaden of te bestellen op: www.kinggemeenten.nl.
Foto: Thomas Hawk (Flickr Creative Commons)