Basisinkomen kan 100-duizenden nieuw perspectief bieden

Als het aan de voorzitter van de Vereniging Basisinkomen, Alexander de Roo, ligt, vestigen we al onze aandacht op de invoering van het basisinkomen. Dat biedt, veel meer dan de basisbaan, mensen de kans om zelf te bepalen of en hoeveel ze willen werken. En het is nog betaalbaar ook.

Artikel 19.3 van de Grondwet erkent ‘het recht van iedere Nederlander op vrije keuze van arbeid.’ Om inhoud aan te geven aan dat recht moet de overheid iedereen die betaald wil werken daartoe de kans geven, ook de bijstandsgerechtigden. Voorstanders van de basisbaan gaan gemakkelijk aan de bezwaren tegen de basisbaan voorbij.

Bezwaren tegen basisbaan

Het grootste bezwaar is dat de basisbaan niet mag concurreren met een bestaande baan. Een andere spijtzwam is de vraag hoeveel je met een basisbaan mag verdienen: het minimumloon of minder? En wat is het perspectief van de ‘basisbaner’: kan hij doorgroeien naar een reguliere baan?

Ook zijn er de kosten voor de overheid. Mede vanwege het geld draaide de politiek de Melkertbaan in 2004 de nek om. Wie garandeert dat dit niet weer gebeurt?

Tot slot is er de vraag of de ruim één miljoen mensen die nu betaald werk willen, wel allemaal aan een basisbaan geholpen kunnen worden. Is er met andere woorden voldoende nuttig, betaald werk te scheppen buiten de reguliere arbeidsmarkt om?

Kerstdebat en boek

Dit artikel is een verkorte en bewerkte versie van het hoofdstuk dat Trudie Knijn en Jing Hiah schreven voor het boek ‘Streng maar onrechtvaardig, de bijstand gewogen’, dat verschijnt als jaarboek van het Tijdschrift voor Sociale Vraagstukken. Het is nu al mogelijk het boek te bestellen.

Het boek is de onderlegger van het kerstdebat over een rechtvaardige bijstand dat het Tijdschrift voor Sociale Vraagstukken op 18 december organiseert met Movisie.

Minder arbeid door basisinkomen?

In plaats van een basisbaan is het beter om onze aandacht te focussen op het basisinkomen. Sinds het Zwitsers referendum in 2016 is er een wereldwijde discussie ontstaan of het basisinkomen mensen de kans biedt om zelf te kiezen of en hoeveel betaald werk ze willen verrichten. De belangrijkste aandachtspunten daarbij zijn de betaalbaarheid van het basisinkomen en zijn effect voor de arbeidsmarkt.

Finland sloot recentelijk een tweejarig experiment af dat het effect op de arbeidsmarkt in kaart moest brengen. Voor dat onderzoek kregen 2 duizend langdurig werklozen een basisinkomen, de controlegroep ontving een bijstandsuitkering.

De resultaten laten zien dat de groep met een basisinkomen vaker betaald werk verricht dan de groep met een bijstandsuitkering. Aan de hoogte van sec het inkomen lag het niet: de hoogte van het basisinkomen was gelijk aan dat van de bijstand, €560.

Wat volgens de onderzoekers wel een grote rol speelt, is dat bijstandsgerechtigden in Finland recht hebben op vergoeding van hun energiekosten en een ruime huurtoeslag tot wel € 600 per maand. Zeker voor bijstandsgerechtigden in Helsinki is dat een overweging om minder snel werk aan te nemen, het levert hen financieel vaak geen enkel voordeel op. Op het platteland waar de huurtoeslag veel lager is, nemen mensen uit de bijstandsgroep wel vaker betaald werk aan.

Wat kost dat nou?

In de lijvige studie ‘Kansrijk armoedebeleid’ heeft het Centraal Planbureau (CPB) de kosten van basisinkomen voor Nederland berekend. In het onderzoek wordt ervan uitgegaan dat iedere volwassene € 635 per maand krijgt. Daarnaast bedraagt de Kinderbijslag €300 voor de eerste twee kinderen en zijn alle toeslagen – behalve de huurtoeslag – en heffingskortingen afgeschaft. Bijstand en AOW zijn overbodig, en de WAO/WIA, WW, ZW- uitkeringen evenredig verlaagd.

Het koopkrachtbeeld dat hierdoor ontstaat, laat zien dat de laagste 20 procent inkomens er gemiddeld 8,5 procent op vooruit gaan, en de hoogste 20 procent 8.5 procent achteruit. Om het basisinkomen te financieren, gaat de inkomstenbelasting naar 57 procent, die van topinkomens naar ongeveer 70 procent. Ter vergelijking: het huidige basistarief is 37,35 procent, en het toptarief 49,50 procent.

In zijn berekening heeft het CPB geen rekening gehouden met het feit dat werkgevers een slordige € 15 miljard overhouden. Ze hoeven immers niet, zoals nu, het leeuwendeel van de WIA, WW en ZW premies te betalen.

Ook met lagere uitvoeringskosten hield het CPB geen rekening. Hadden de onderzoekers dat wel gedaan dan zou een inkomstenbelasting van 50 procent voor 95 procent van de bevolking voldoende blijken om het basisinkomen te financieren. Als de vermogensbelasting zou worden verhoogd, dan hoeft de inkomstenbelasting niet hoger te zijn dan 45 procent voor het overgrote merendeel van de Nederlandse bevolking.

Minder arbeidsaanbod

De meeste politici zijn tegen een basisinkomen omdat ze verwachten dat het leidt tot een verminderd arbeidsaanbod. Hun verwachting staat haaks op de resultaten van het eerdergenoemde Fins experiment, daar blijkt immers dat als mensen over een basisinkomen beschikken, ze vaker naar betaald werk op zoek gaan.

Ook het CPB verwacht een verminderd arbeidsaanbod. Bij invoering van en basisinkomen, zou de minst verdienende partner van een gezin met tweeverdieners minder betaald werk gaan verrichten. Ook zullen mensen met hele jonge kinderen naar verwachting meer tijd met hun kroost doorbrengen. Daarnaast zou uit 16 experimenten wereldwijd blijken dat jongeren langer gaan studeren en minder snel gaan werken.

Laten we ervan uitgaan dat het CPB gelijk heeft, dat mensen zodra ze over een basisinkomen kunnen beschikken, minder geneigd zijn om betaald te gaan werken. Wat zijn daarvan dan de effecten?

Taboe, nog wel

Waarschijnlijk zullen werkgevers – ook de overheid – hogere lonen moeten betalen om hun arbeidskrachten te behouden. Als je dat afzet tegen de ontwikkeling van de laatste jaren waarbij lonen structureel achterblijven bij de gemiddelde economische groei en de verzwakking van de vakbeweging dan zou minder arbeidsaanbod wel eens een zegen kunnen zijn. Een basisinkomen kan een groep van enkele honderdduizenden een nieuw perspectief bieden en het leven voor vele miljoenen veranderen.

Het basisinkomen is in de Haagse politiek een taboe, zoals de hypotheekrenteaftrek dat ook lang was. Dus kijkt regeringspartij D66 wel uit om voor een basisinkomen te kiezen. Ze kiest liever voor vervangen van toeslagen en heffingskortingen, door verzilverbare heffingskortingen en, op termijn, een negatieve inkomstenbelasting ter hoogte van het sociaal minimum. Dat basisinkomen en negatieve inkomstenbelasting economisch hetzelfde zijn, hoeven anderen niet te weten.

Alexander de Roo is voorzitter van Vereniging Basisinkomen. Tussen 1999 en 2004 was hij namens GroenLinks lid van het Europees Parlement.

 

Foto: Sebastiaan ter Burg (Flickr Creative Commons)

Dit artikel is 7422 keer bekeken.

Reacties op dit artikel (5)

  1. Bij Nederlandse invoering van een algemene basisinkomen, moet rekening worden gehouden met een explosief toenemend immigratie cijfer.

    Verder geldt dat onverdiend ‘geld’ niet telt. Een laaiende inflatie ligt in het verschiet.

  2. Migranten moeten net als nu vijf jaar legaal in Nederland zijn voordat ze bijstand/basisinkomen ontvangen.
    Basisinkomen wordt voor 95% gefinancierd door herschikking van bestaande uitkeringen en belastingen. Daarom geen extra inflatie

  3. Mijn dank voor het artikel. Een basisinkomen is bedoeld om basiskosten te betalen. De kosten die een mens nodig heeft voor het bestaan. Met een beetje ruimte om soms wat leuks te kunnen doen. Dat de armoede blijft toenemen is zorgelijk. Dus om de armoede eindelijk te gaan verminderen, is een basisinkomen al haalbaar voor dakloze mensen. Dat is een ‘groep’ mensen die soms bekend zijn bij instanties of gemeenten en die kunnen daarmee beginnen met het verbeteren van hun bestaan.

    Een basisinkomen voor ‘iedereen’ ongeacht inkomen en vermogen, is nooit de bedoeling geweest. Daar staat het begrip ‘basis’ ook niet voor. Wil je meer ontvangen dan het basisbedrag, dan heb je de mogelijkheid om te werken naar ‘vermogen’. Dus wat je fysiek of mentaal wel kan doen aan werk. En door die inzet komt er dan nog meer geld binnen dan het basisinkomen. Dat motiveert omdat je als mens eindelijk eigen keuzes kan gaan maken voor de inrichting van je bestaan.

    We hebben circa 3 miljoen mensen die nauwelijks mee kunnen doen in de samenleving, die gaan voor. Daarmee kunnen de voedselbanken op termijn weer verdwijnen of een methode zijn om eten wat wordt weggedaan te hergebruiken en dus niet te vernietigen.

    Dus als werkers in het sociale domein, nu eens sociaal en positief beleid gaan kiezen en daar zijn een aantal partijen voor beschikbaar, dan komt er een interne en sociale beweging op gang. En die kan de politiek duidelijk gaan maken wat de enorme voordelen zijn. De regeringen die we hebben gehad, zijn daarvoor ongeschikt. Er is een toename van de ongelijkheid, de armoede en het aantal dakloze mensen. Dus stem volgend jaar voor Sociaal en Positief beleid.

  4. Het is naar mijn mening allang niet meer de vraag of een basisinkomen ingevoerd moet worden, maar vooral wanneer en op welke wijze. De coronacrisis laat pijnlijk zien hoe groot de sociale tegenstellingen in Nederland zijn en hoezeer de politiek achter de feiten aanloopt.

    Het huidige systeem is achterhaald, nodeloos ingewikkeld en houdt kwetsbare mensen doelbewust arm -zie de bijstand met zijn eindeloze inefficiënte regelbrij. Ondertussen zijn zowel economie als arbeidsmarkt en maatschappij allang en breed veranderd. Met de voortschrijdende globalisering en digitalisering zal die verandering alleen maar sneller gaan. Basisbanen of een parallelle arbeidsmarkt zoals sommigen opperen zullen daarom ook niks gaan helpen; de economie zal simpelweg nooit voldoende betaalde arbeidsplaatsen kunnen scheppen om iedereen die in theorie kan werken ook een dienstbetrekking te kunnen geven. Tel daar het structureel te lage minimumloon bij op en het weinig rechtvaardige belastingstelsel waarin werken tot aan modaal in feite niet loont en je weet dat zulke ideeën niet efficiënt zijn. Bovendien zullen ze zorgen voor ongewenste effecten zoals nog meer bureaucratie, verdringing van bestaand werk en het blijven liggen van taken die noodzakelijk zijn om de samenleving in sociaal opzicht draaiende te houden (mantelzorg, buurtwerk).

    Nee, de praktijk toont al jaren aan dat doorgaan op de weg van nog meer pleisters plakken door in feite containerladingen vol geld aan bedrijven, hun managers en andere gehaaide hyperkapitalisten te blijven geven die gouden bergen beloven in het kader van werkloosheidsbestrijding de kwetsbaren niet echt zal helpen. Hetzelfde geldt voor de betutteling vanuit de overheid jegens die groep -u moet dit en het moet zus en zo en wij verplichten u dat op straffe van allerlei sancties. Wat dan wel?

    In elk geval zal om te beginnen er heel anders naar economie en samenleving gekeken moet worden, zeker als we bedenken dat we in een tijd zijn aanbeland waarin steeds duidelijk wordt dat het actuele stelsel onhoudbaar geworden is. Alleen al de ongelijkheid is onacceptabel groot vind ik.

    Een basisinkomen kan bij die transitie van denken en handelen een rol spelen. Natuurlijk: basisinkomen is heus geen wonder dat wel even elk vraagstuk kan oplossen. Hét wondermiddel tegen veel problemen waar we vandaag de dag mee te maken hebben is er immers niet. En het moet gezegd: basisinkomen kost ook geld, veel geld. Het is tevens moeilijk om in een calvinistisch en nogal behoudend land als Nederland zo’n grote omslag te maken. Maar het hoeft niet perse slecht uit te pakken of duurder te zijn dan hetgeen wat we nu kennen. Ook daarover moeten we eerlijk zijn. Een vorm van basisinkomen kán positief zijn: mensen kunnen dan eindelijk eigen keuzes maken zonder elke keer na te hoeven denken over of ze bijvoorbeeld de verdiensten wel mogen houden. Zou dat niet prettig zijn voor bijvoorbeeld de mensen die nu nog aangewezen zijn op een uitkering? Voor die groep gaat werken lonen. Problemen zoals dakloosheid kunnen aangepakt worden omdat mensen niet meer ‘bestraft’ worden als ze een dakloze willen helpen. En wat te denken van de enorme bureaucratie die eindelijk aangepakt kan worden? Geen ingewikkelde toeslagen meer die terugbetaald moeten worden, geen duizend en een potjes meer om van alles en nog wat te bestrijden, geen vermolmd belastingsysteem meer vol aftrekposten voor degenen die deze in feite niet nodig hebben, geen -veelal zinloze- controles op fraude (oa het welbekende tandenborstels tellen). Kortom basisinkomen kan mensen weer eigenwaarde geven hetgeen weer goed is voor hun gezondheid en welzijn. Zie daar een manier om de stijgende zorgkosten in te dammen. En ze kunnen sociaal een bijdrage leveren door samen dingen te doen die nu nog blijven liggen. Zo bezien biedt Covid-19 een gouden kans om in elk geval te gaan experimenteren met diverse vormen van basisinkomen. Dan kunnen we zien of het wat is.

    Dat menig politicus of partij zich tegen het idee van basisinkomen verzet komt vooral doordat er allerlei belangen op het spel staan. Denk dan bijvoorbeeld aan de enorme industrie rondom werkloosheid of arbeidsongeschiktheid. Voor de burger die tegen is geldt dat verzet komt doordat onbekend onbemind maakt; er is altijd die angst dat men erop achteruit gaat of dat anderen ergens misbruik van zullen maken. Een op zich begrijpelijke gedachte, maar als we zo blíjven denken, zal er nooit iets gaan veranderen. En verandering is dus wel gewenst als we naar de huidige situatie kijken.

    Invoering van een basisinkomen is dan ook geen kwestie van wel of geen centen hebben, want een overheid die bij elkaar jaarlijks miljarden aan grootvervuilers, belastingontduikers, een compleet ensemble van cowboys in allerlei sectoren uitkeert (zowel direct als indirect via allerlei al dan niet schimmige deals) kan ook wel al dat geld aan burgers zélf uitkeren.

    Het is welbeschouwd vooral een kwestie van prioriteiten en bovenal van moed en de wil tot verandering hebben.

  5. In feite bestaat er voor iedereen die geen werk heeft of kan verrichten een uitkeringsmogelijkheid.
    Ook de grote vaste lasten zoals wonen en ziektekostenverzekering worden met toeslagen gecompenseerd. Daarnaast bestaat er nog de kinderbijslag.
    De uitvoering van bovenstaande regelingen m.n. toeslagen stuit inderdaad op moeilijkheden zoals ook blijkt uit de parlementaire onderzoek commissie van de 2e Kamer.
    Ook de toepassing van de Bijstand middels de Participatie wet leidt vaak tot mensonterende omstandigheden.
    Om een basisinkomen mogelijk te maken moeten de belastingen flink omhoog. Veel burgers ondervinden daar veel last van. Bij het bedrijfsleven zit wat dat betreft meer ruimte omdat de Vennootschapsbelasting jaren geleden flink verlaagd is.
    Feit blijft dat de vraag naar arbeid wereldwijd zal afnemen middels automatisering en informatisering. Ook in Nederland verdwijnen veel banen uit de middenklasse zoals bij het bank-en verzekeringswezen.
    Het omslagpunt naar een basisinkomen voor iedereen zal kwantitatief van aard zijn. En wel bij dat punt dat het grootste deel van de Nederlandse bevolking zichzelf niet meer van eigen inkomen kan voorzien. De economische Corona crises zal dit proces wellicht versnellen.

Reageer

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *