Boeren en burgers hebben vooral baat bij goed gesprek

De bezetting van een varkensstal in 2019 en de ‘grootste boerendemonstratie ooit’, aangekondigd voor 11 maart 2023, zijn nauw verbonden. Beide symboliseren de toenemende polarisatie tussen stad en platteland. Wouter Mensink bepleit een goed gesprek tussen álle betrokkenen.

In 2019 bezetten activisten van de internationale actiegroep Meat the Victims een varkensstal in Boxtel.  Een gebeurtenis die door het vakblad Pig Business werd bestempeld als het ‘beginpunt van de boerenrevolutie’. ‘Zonder Boxtel was er hoogstwaarschijnlijk geen 1 oktober geweest, schreef het blad, verwijzend naar de eerste grote colonne trekkers naar Den Haag. Op die dag in 2021 kende ons land de drukste ochtendspits  ooit: 1136 kilometer file. Ongetwijfeld een onbedoeld gevolg van de actievoerders in Boxtel, maar toch: een aanzienlijke impact.

Botsende beelden

Twee dagen na de bezettingsactie zaten twee van de activisten bij Jeroen Pauw aan tafel met twee varkensboeren, niet van de bezette boerderij overigens. Pauw trad op als scheidsrechter, maar stak zijn eigen mening niet onder stoelen of banken. Beide partijen vonden het gesprek weinig productief. Later dat jaar troffen boeren en actievoerders elkaar nogmaals, dit keer in de rechtszaal.

De boodschap is dat het niet om alleen stikstof gaat, maar om een diepgewortelde polarisatie

Je kunt je afvragen wat er zou zijn gebeurd als het gesprek niet onder leiding had gestaan van Pauw. Als opponenten, inclusief de boer wiens stallen waren bezet, pas na verloop van tijd aan tafel hadden plaatsgenomen onder leiding van iemand gespecialiseerd in het beheersen en hanteren van conflicten. En als de uitkomst van dat gesprek vervolgens was gebruikt als vliegwiel voor een bredere dialoog tussen dierenrechtenactivisten en de agrarische sector. Waar zouden we nu dan staan?

Analyses plaatsen boerenprotesten vaak in het perspectief van de grote kloof tussen stad en platteland. De boodschap is dat het niet om alleen stikstof gaat, maar om een diepgewortelde polarisatie. De aanleiding voor de aangekondigde ‘grootste boerendemonstratie ooit’ op zaterdag 11 maart 2023 lijkt dat te bevestigen. NRC-journalist Karel Smouter publiceerde onlangs het boek Blauw, Wit, Rood. Daarin schrijft hij onder meer dat als we onder een omgedraaide vlag staan, we er goed aan zouden doen om vragen te stellen die niet alleen gaan over stikstof, maar ook over regionale identiteiten en botsende natuurbeelden. Jammer dat hij vergeet te melden wannéér we die vragen het beste kunnen bespreken, met wie, en waarom.

Conflictbeheersing

Weliswaar tussen de regels door lezen we bij Smouter ook het verhaal over de beroerde wijze waarop we met conflicten omgaan. We kennen de voorbeelden allemaal: de ingeramde deur van het provinciehuis in Groningen, de protesten bij het huis van minister Van der Wal, en de doodskist met de naam ‘Jesse’ erop. Net als de stalbezetting in Boxtel zijn het voorbeelden die het vuur eerder oppookten dan doofden.

Maar wat als we meer aandacht hadden gehad voor conflictbeheersing, en minder voor polarisatie? Filosoof Bart Brandsma legt in Polarisatie. Inzicht in de dynamiek van wij-zij denken uit hoe je anders met polarisatie zou kunnen omgaan.

Een van de hoofdlessen van zijn aanpak is dat je ‘polen’ niet zonder meer aan tafel moet noden. Door alleen groepen met radicale opvattingen zonder meer uit te nodigen voor een gesprek, geef je ze alleen maar een podium om hun radicale standpunten uit te venten, niet om serieus van gedachten én perspectief te wisselen. Dat is precies wat er indertijd bij Pauw aan tafel gebeurde.

Eisen stellen

Het staat iedereen vrij om grenzen te stellen, of voorwaarden te verbinden aan een gesprek. Je moet daarbij wel bedenken dat die eisen de houding van je opponent beïnvloeden.

Minister voor Natuur en Stikstof Christianne van der Wal was duidelijk niet geporteerd van de actie van boeren recht tegenover haar huis, ze daagde de actievoerders voor de rechter. Jesse Klaver, geconfronteerd met een doodskist met zijn naam erop, liet via Twitter weten zich niet te laten intimideren.

Johan Vollenbroek die de Raad van State in voorjaar 2019 tot zijn ophef makende stikstofuitspraak dwong, liet zien hoe het ook anders kan. Toen een hele stoet trekkers op weg naar zijn huis in Nijmegen - de politie had uit voorzorg de bruggen over de Waal al afgesloten - ging Vollenbroek, onder bewaking van de politie, dat wel, met de boeren in gesprek.

Belangrijke gesprekken

Elke week praten boeren, overheden en andere betrokkenen met elkaar, over stikstof, oppervlaktewater, uitkoopregelingen, grondruil, sloten uitbaggeren, dijkversterking, windmolens, zonneparken en wat al niet. Heel vaak gaan die gesprekken niet primair over agrarische belangen. Dat die onderwerpen op gegeven moment toch aan de orde komen, is bijna onvermijdelijk als je het wilt hebben over ruimtelijke claims buiten de stadsgrenzen. Immers, ruim de helft (54 procent) van Nederland wordt gebruikt voor de landbouw.

Ik pleit er zeker niet voor om diepere wortels van verschillen tussen stad-platteland te bagatelliseren

Gesprekken tussen agrarische sector en overheden zijn belangrijk. Ze halen weliswaar niet altijd de voorpagina’s van de kranten, maar dragen wel bij aan het vertrouwen van en tussen partijen, of aan het gebrek eraan. Ik pleit er zeker niet voor om diepere wortels van de verschillen tussen stad-platteland te bagatelliseren. Integendeel, de partijen moeten verschillen benoemen, maar ook van een gezamenlijke context leren voorzien.

De drie jaar die er zijn verlopen sinds het begin van de boerenrevolutie, wijzen uit dat we, politiek en samenleving, voor de opdracht staan om beter met conflicten om te gaan. Dit om escalatie en verder oplopende spanningen tussen regio’s en bevolkingsgroepen tegen te gaan. Om de lont uit het kruitvat te halen, moeten die gesprekken niet worden gevoerd tussen woordvoerders van belangengroepen alleen.

Wouter Mensink is onderzoeker en gespreksbegeleider bij Public Mediation

 

Foto: Hans Splinter (Flickr Creative Commons)

Dit artikel is 835 keer bekeken.

Reacties op dit artikel (3)

  1. Als we boeren nu eens een alternatief bieden! We hebben mega meer huizen nodig en een vitale landbouwsector. Dus dat kunnen we gaan combineren. Boeren met genoeg land, gaan die grond beschikbaar stellen voor ecologische woongroepen. De boer of boerin krijgt dan een deel van de huur. Een ander deel gaat naar de cooperatie, dus de woongroep of de woonvorm. En als het nodig is, dan heeft de boer of de boerin, meer handen beschikbaar op het bedrijf. We gaan dus landbouw en wonen op een ecologische dus duurzame manier combineren. Jonge mensen en ouderen kunnen dan in de eigen gemeenschap blijven wonen.

    En ecologische groepen of collectieve woonvormen, helpen mee met het onderhouden van het landschap. Want ecologische woongroepen gaan zelf voor de huizen zorgen, door duurzame en passende woningen, maar ook hun eigen voedsel verbouwen of voor het drinkwater zorgen. Dus samenwerken met natuurorganisaties, waterschappen of het boerenbedrijf, waar ze dan bijhoren.

    Maar zo slim zijn ze in Den Haag nog niet. Aan de Provincies het verzoek om het Manifest “Ruimte voor Collectief Wonen” te steunen en dat als beleid in te gaan zetten. Maar aan de kiezers het verzoek, ga stemmen op 15 maart en stem voor een duurzaam beleid. En vraag aan je eigen gemeente om het Manifest onderdeel te maken van het woonbeleid van je dorp of stad! Want zo kan het ook.

  2. Mensink benadrukt, net als Smouter dat communicatie beter moet. Dat mag zo zijn , maar communicatie blijft een middel, geen doel De onderliggende belangenconflicten moeten worden aangepakt.Als dat niet gebeurt kun je communiceren wat je wilt. Het platteland verloor openbaar vervoer, winkels enz.Zeeland kreeg zijn kazerne niet, Om maar te zwijgen over Groningen en het aardgas.Hij heeft gelijk dat er beter met conflicten moet worden omgegaan, maar eerst op de inhoud, waardoor misschien vertrouwen kan ontstaan en (verbale) communicatie op gang kan komen.Protest en actie zijn overigens ook vormen van communicatie maar geen werkterrein voor gespreksbegeleiders. Sociaal werkers. opbouwwerkers kunnen daarin iets betekenen.

  3. Er is helemaal geen sprake van een polarisatie tussen stad en platteland maar eerder tussen politiek Den Haag en de rest van het land. De toeslag affaire en het Groninger gas drama tonen dat aan.
    De stikstof kwestie wordt bij de boeren gelegd zonder dat er aan goede kader scheppende voorwaarden wordt voldaan. Ook de Corona maatregelen hebben de afstand tussen burger en overheid vergroot. Al die bezwaarschriften op Corona bekeuringen liggen nu bij de rechtbank te wachten op behandeling hetgeen door capaciteitsgebrek niet mogelijk is.
    Veel Nederlanders kunnen door de woningnood thans geen huis krijgen en zijn onbetaalbaar geworden. De energierekening van de energiebedrijven wordt thans met miljarden aan deze bedrijven gesubsidieerd omdat burgers deze niet meer kunnen betalen.
    Deze zaken zijn allemaal voorbij een goed gesprek. De a.s. verkiezingen voor de Provincie en indirect voor de Eerste Kamer kunnen meer verandering teweeg brengen als de kiezer dat wil.

Reageer

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *