Om met de deur in huis te vallen. Ik maak mij zorgen over onze pers. Ik zal dat illustreren met behulp van de Volkskrant en de NOS. Ik had andere voorbeelden kunnen kiezen, maar bij deze twee belangrijke mediabedrijven zie ik mijn zorgen het scherpst gearticuleerd. Het is mij ook niet specifiek te doen om de Volkskrant of de NOS. Ze vormen slechts illustraties bij een bredere trend.
Rol pers van de pers is vastgelegd in code
De rol van de pers is in 2008 door het genootschap van hoofdredacteuren vastgelegd in een code. Ik citeer uit deze code: ‘Een betrouwbare en pluriforme journalistiek is van het grootste belang voor de democratische samenleving, die niet goed kan functioneren zonder geïnformeerde burgers en een vrije uitwisseling van ideeën. In die open samenleving komt de journalist het recht op vrije nieuwsgaring toe, én de verantwoordelijkheid het nieuws waarheidsgetrouw, onafhankelijk, fair en met open vizier te brengen.’ De erosie van de onafhankelijke pers in Oost-Europa, Turkije en andere landen noopt mij eens ons eigen land kritisch tegen het licht te houden.
De code hanteert vier principes: waarheidsgetrouw, onafhankelijk, fair en open vizier. Bij elk principe hoort een uitleg wat er onder verstaan wordt. Uiteraard zijn deze principes verenigbaar met een zekere kleuring: Het Nederlands Dagblad zal vaker aandacht schenken aan religieuze zaken, de Telegraaf aan entertainment, de VPRO is links en WNL rechts.
Bij de koppen gaat het meteen mis
Een eerste onderdeel waar het al meteen misgaat met de code is bij de koppen. Nu snap ik best dat koppen dienen om aandacht te trekken, maar zowel bij de Volkskrant als de NOS gaat men daarbij wel erg ver. Zo heeft de NOS bij elke benoeming van een vrouw in de top van het bedrijfsleven een kop klaarliggen à la: ‘Vrouw wordt baas van KLM/AirFrance’, daarmee stereotype rolpatronen bevestigend. De NOS is hier meerdere malen op aangesproken maar trekt zich er weinig van aan. Op Twitter maakt men zich periodiek vrolijk over deze multitaskende ‘vrouw’ van de NOS.
De Volkskrant kan er ook wat van: Zien we in de hele wereld een opmars van dictatoriale regimes, die vrije pers onderdrukken en mensenrechten schenden, dan kopt de Volkskrant ‘Weer een sterke man‘. Huh, Sterke man?? Is dat serieus de boodschap die men wil uitstralen bij de Volkskrant? Dit is geen incidentele misser, want de dag later kopt de Volkskrant bij de Braziliaanse nieuwe President Bolsonaro die tegenstanders wil deporteren, homo’s haat en taal uitslaat vergeleken waarbij Donald Trump een bleue kostschooljongen is: ‘Missie Bolsonaro is volbracht: nu kan hij Brazilië weer ‘groot en veilig’ maken, zeggen zijn supporters’. Grappig genoeg en niet toevallig was dat laatste tussenzinnetje weggelaten in de aankondiging op Twitter. Maar zelfs met dat zinnetje is het een zieke kop.
'Het is maar een kop'
Geïnformeerde lezers zijn wellicht geneigd hun schouders op te halen bij zo’n sterke man kop. Het artikel zelf was genuanceerd immers en wat maakt die kop uit. Die maakt wel uit. Ten eerste misleidt de kop de lezers. Niet alle lezers zijn even goed geïnformeerd en velen zullen het onderliggende artikel niet eens lezen. In tijden van nepnieuws is het niet verstandig lezers op het verkeerde been te zetten omdat hun vertrouwen in de media dan uitholt. Ten tweede zorgen dergelijke koppen ervoor dat een dubieus gedachtegoed verzacht wordt en met eufemismen omkleed. Iemand die homo’s wil deporteren noem je geen ‘populist’.
Waarom de koppen strijdig met de code zijn
Waarom zijn deze koppen (er zijn echt voorbeelden te over) strijdig met de geest van de code? Ten eerste moet er volgens waarheidsgetrouw-principe 2 een duidelijk onderscheid tussen feiten en meningen zijn, terwijl in principe 3 de journalist zorgvuldig te werk moet gaan. Bij Fair-principe 22 staat: ‘De journalist van wie blijkt dat hij een onjuist bericht heeft gepubliceerd, zal een schadelijke onnauwkeurigheid, gevraagd of ongevraagd, op zo kort mogelijke termijn op royale wijze corrigeren.’
Nemen we even de NOS die taal rechtstreeks afkomstig uit het vocabulaire van nazi’s in de kop verwerkte: ‘George Soros: invloedrijke bemoeial met tentakels ver in de wereldpolitiek’. Verder stond het hele stuk op de NOS bol van antisemitische taal. Werd het stuk ‘op royale wijze gecorrigeerd’ zoals de code voorschrijft?
Niets van dit alles, de kop was zogenaamd ‘onzorgvuldig’ en bij het wijzigen had men de helft van de antisemitische verwijzingen doodleuk laten staan. Pas een week later trok de NOS het stuk alsnog terug, met als krankzinnig neveneffect dat talloze reaguurders gingen denken dat Soros ook nog achter het terugtrekken zat.
Kritiekloos podium voor extreem-rechtse opvattingen
Een ander merkwaardig fenomeen is het platform dat de NOS en de Volkskrant bieden aan extreem-rechtse opvattingen. Ik snap dat met de opkomst van de PVV en het Forum van Democratie de media zich afvragen op welke wijze men aandacht aan deze fenomenen moet schenken, maar het zal toch minimaal in de geest van de code moeten gebeuren.
De Volkskrant denkt dit varkentje te wassen met het aantrekken van de klimaatverandering-ontkennende, Trumpverheerlijkende en hoaxverspreidende Derk-Jan Eppink. Daarnaast zien we volkomen kritiekloze interviews met Thierry Baudet zowel in de krant als op de televisie. Eva Jinek die de katten van Wilders in het zonnetje zet en stukken die getuigen voor dedain voor wetenschap en feiten.
Hoe vallen kritiekloos interviewen en platforms bieden aan wetenschapontkenners te rijmen met principe 1 bij waarheidsgetrouw: ‘Bij het doorgeven van nieuws neemt de journalist de werkelijkheid zoals hij die aantreft en waarneemt als uitgangspunt. De verificatie van feiten en de weergave van uiteenlopende meningen belichaamt het journalistieke streven naar objectiviteit.’?
Zwakke verdediging van de hoofdredacteuren
Zowel de Volkskrant als de NOS verdedigen zich heel matig tegen kritiek. Vaak worden stromannen ingezet zoals: ‘Je wilt toch niet alleen maar dingen lezen waar je het mee eens bent?’ NOS Journaal-hoofdredacteur Marcel Gelauff maakt het bijvoorbeeld hier heel bont door toe te geven een item naar aanleiding van de Europese verkiezingen bewust anti-Europees te hebben ingestoken als compensatie voor de kennelijke beeldvorming dat de NOS te pro-Europees zou zijn.
Ik verzin dit niet. Bij dit item werd vrijwel elke onderdeel van de code met voeten getreden, omdat het niet alleen eenzijdig was maar ook inhoudelijk onjuist, tendentieus gebracht en dubieus gemotiveerd. Gelauff bleek volkomen doof voor de kritiek.
Ook de reactie van Volkskrant-hoofdredacteur Philippe Remarque op de wijziging van het statuut was opmerkelijk. ‘Het expliciete doel om op te komen voor verdrukten en ontrechten roept vragen op over de onafhankelijkheid en objectiviteit en is een onbruikbaar criterium. Want wie zijn de verdrukten als je schrijft over migratie: de migranten of de mensen die langer moeten wachten op een huurwoning omdat migranten voorrang krijgen?’. Opmerkelijk omdat Remarque een bekende rechtse hoax over migranten gebruikt om te vertellen dat de krant niet is verrechtst.
Facebook, nu.nl en clickbait
De vraag is waarom de media niet handelen in de geest van hun eigen code. Het antwoord is ongetwijfeld een stuk complexer, maar een belangrijke reden is de opkomst van sociale media, de rol van (vooral) Facebook en nu.nl in de nieuwsverspreiding en de impact op het bedrijfsmodel van traditionele media. In hun drang nieuws zo snel mogelijk te brengen gooien traditionele media aloude principes overboord en zijn daarop niet of nauwelijks aanspreekbaar.
Scoringsdrift en clickbait zijn niet alleen hinderlijk, ze ondermijnen ook het democratisch proces, zoals keer op keer blijkt. Het is mij te gemakkelijk om Facebook of nu.nl daarvan de schuld te geven, al gaat Facebook lang niet altijd vrijuit, zoals we gezien hebben met het Cambridge Analytica schandaal.
De plicht van de media om een streep te trekken
Volgens sommigen zijn de Nederlandse media aan het verrechtsen. Dat lijkt mij niet de relevante analyse. Zolang er maar pluriforme en onafhankelijk media zijn die hun eigen code serieus nemen, kan het mij niet schelen waar in het politieke spectrum men gemiddeld uitkomt.
Veel belangrijker is dat juist de traditionele media zich moet afzetten tegen het ruïneuze nepnieuws dat via sociale media verspreid wordt. Door de hoeder te zijn van de vrijheden die we eeuwenlang hebben opgebouwd bewijzen die media ons een dienst. Ik wil niet in een land wonen waar haat tegen moslims, joden, homo’s, migranten of Europa salonfähig gemaakt wordt. De media hebben de plicht een streep te trekken in plaats van clickbaitend bij te dragen aan die haat. En dat zit hem heus niet alleen in een ‘ongelukkige‘ kop of een geprononceerde columnist.
Hoe verder
Ooit zei een journalist eens tegen mij dat journalisten van alle beroepsgroepen het slechtst tegen kritiek konden (nog erger dan artsen en economen voegde hij er haastig aan toe). Toen ik vroeg waarom, antwoordde hij dat ze gewend waren de hele dag anderen de maat te nemen, en dat dit de zelfkritiek bemoeilijkt.
In plaats van Facebook of de boze buitenwereld de schuld te geven, zullen journalisten kritisch naar zichzelf moeten kijken en zo bezien hoe ze in de nieuwe wereld kunnen handelen in de geest van de code. Onze vrijheid is dat waard.
Marcel Canoy is distinguished lecturer Erasmus School of Accounting and Assurance, en columnist voor www.socialevraagstukken.nl.