COLUMN Onze digitale spagaat

Rijden wij in Nederland in een Maserati op de digitale snelweg? Of zijn we toch eerder de junk onder de smartphoneverslaafden? Volgens een recent rapport van de OESO allebei.

Eerst het goede nieuws. Volgens doemdenkers zou de computer tot een fatale tweedeling in de samenleving leiden. De laagopgeleiden en de ouderen zouden aan de kant komen te staan en zij die het toch al gemakkelijk hebben profiteren. Het Sociaal en Cultureel Planbureau meent in 2015 dat de kloof tussen verschillende groepen hardnekkiger wordt en dat dit deels samenhangt met computervaardigheden. Ook het CDA waarschuwt hier in 2017 nog voor.

Detail: uit het OESO onderzoek blijkt dat dit verhaal helemaal niet klopt. Onze ouderen appen als wilden en de laagopgeleiden maken net zoveel gebruik van digitale mogelijkheden als hoogopgeleiden. Daarnaast rijden we met zijn allen als een ware Max Verstappen in een digitale bolide. We hebben een kwalitatief goed en goedkoop netwerk, een enorme bereikbaarheid en gebruik van digitale toepassingen. En we zijn ook nog eens wereldkampioen thuiswerken en online aankopen.

Drie minpunten

Geen zorgen? Toch wel. De OESO ziet drie minpunten. Ten eerste ondervinden Nederlanders opvallend veel stress die gerelateerd wordt aan computergebruik. Ook onze kinderen brengen bizar veel tijd door achter schermen. Ik las dat in het weekend de helft van onze kinderen zes (!!) uur per dag aantikt.

Als derde noemt de OESO dat we ons zorgen maken over werk buiten officiële kantooruren. Dat vind ik verreweg de minst zorgwekkende van de drie. Als je allemaal massaal thuis werkt en leuk overdag gaat hardlopen of boodschappen doet, moet je niet zeuren dat je dan ‘s avonds of in het weekend aan de bak moet.

Maar de gevolgen van overmatig computergebruik zijn zeer zorgelijk en soms subtieler dan we denken. Om dat te begrijpen maak ik een uitstapje naar de gedragseconomie, meer in het bijzonder naar het boek ‘Heerlijk oneerlijk’ van Dan Ariely, waarin hij talloze experimenten beschrijft in gewone mensentaal.

We zijn maar een klein beetje oneerlijk

Het verhaal van Ariely begint vrolijk. We blijken vaak eerlijker dan je misschien zou verwachten. Zo blijken taxichauffeurs en kooplui op de markt blinde mensen zelden of nooit te bestelen. Een belangrijk motief voor de eerlijkheid is dat we graag een zelfbeeld van een eerlijk mens willen hebben. We zijn maar een klein beetje oneerlijk, omdat we de spiegel dan nog net kunnen bedotten.

Het mooiste experiment dat dit principe ontbloot is het volgende. We belanden in de wereld van de SMORC (Simple Model Of Rational Crime). Onthoud die naam. Een groep willekeurig gekozen studenten wordt in een klaslokaal onderworpen aan een aantal vrij simpele vragen. Afhankelijk van hoeveel vragen ze goed hebben in tien minuten krijgen ze een (relatief bescheiden) bedrag uitgekeerd.

Onschuldige vormen van opportunisme

In experiment I wordt de studenten gevraagd hoeveel antwoorden ze goed hebben en mogen ze afrekenen bij de kassa. De onderzoekers keken stiekem mee en constateerden dat de meeste studenten smokkelen, maar zelden veel. Het fenomeen van lichte en tamelijk onschuldige vormen van opportunisme kent miljoenen toepassingen in het dagelijkse leven en is niet iets om wakker van de liggen. U doet het en ik doe het. Maar dan komt experiment II.

Het enige verschil tussen dit experiment en het vorige is dat de studenten nu niet meer direct uitbetaald worden maar plastic fiches krijgen die ze vervolgens voor geld (dezelfde bedragen als in experiment I) konden inwisselen in een naastgelegen klaslokaal. De opzienbarende uitkomst is dat studenten dan twee keer zo veel smokkelen als in experiment I.

Ontmenselijkte relaties vergemakkelijken bedrog

Wat is nu de relevantie voor onze digitale wereld? De plastic fiches symboliseren de ontmenselijking van de relatie. En de toegenomen leugens laten de gevolgen daarvan zien. Er zijn veel varianten hierop met andere contexten. Ariely laat het zien in de context van zijn boek dat over liegen gaat. Zo laat dit boek zien dat mensen in een online omgeving risico’s minder goed kunnen inschatten. U mag zelf bepalen wat de mogelijke gevolgen zijn op privacy, cybercrime en andere ongein.

Het ontmenselijken van relaties ligt ook aan de bron van de financiële crisis toen banken met andermans geld gingen pokeren. En in een verhandeling over schuld legt de Groningse hoogleraar Dirk Bezemer nog eens uit wat de gevolgen van doorgeslagen financialisering is voor bijvoorbeeld woningcorporaties, pensioenfondsen of zorginstellingen.

Digitalisering is niet de enige aanstichter van al deze maatschappelijke problemen, maar werkt wel mee. Door het opknippen van werkprocessen en het reduceren van intermenselijk contact gaan mensen op knopjes drukken in plaats van met andere mensen praten. Je ziet geen gezicht maar een beeldscherm. Maak je een fout, dan komt dat emotioneel minder hard binnen omdat het ‘maar een scherm is’.

Nudges nodig om gedrag aan te passen

Het leuke van gedragseconomen is dat ze niet alleen in experimenten aantonen waar de risico’s zitten maar ook oplossingen aandragen. Het artikel getiteld: “Good Vibrations: Can a Digital Nudge Reduce Digital Overload?” geeft een voorbeeld daarvoor. Mensen die aan een dagelijkse limiet van Facebook-gebruik zaten, kregen bij extra gebruik een trilling (Good Vibrations!) in hun telefoon. Dat was voldoende om het gebruik van Facebook terug te dringen omdat mensen zich er beter van bewust waren wat hun digitale consumptie was. En er zijn vele andere voorbeelden die hetzelfde aantonen. Maar je moet er wel wat voor doen, want zonder die listige nudges dreig je in een digitaal moeras te zinken.

Willen we als land ongeschonden in een Maserati op de digitale snelweg blijven rijden, moeten we wel zorgen dat we niet te hard rijden of te lang achter het stuur zitten. Want daar komen ongelukken van.

Digitalisering is een trend die onomkeerbaar is, maar we moeten wel leren hoe we SMORC moeten handelen, anders gaat het mis.

Marcel Canoy is distinguished lecturer Erasmus School of Accounting and Assurance, en columnist voor www.socialevraagstukken.nl.

Foto: Bas Bogers (Straatfotografie.com)